De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 10 augustus pagina 2

10 augustus 1918 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 10 Aug. '18. No. 2146 Albert Hahn (zelfportret, voor De Amsterdammer" geteekend) ALBERT HAHN] f door L. J. JORDAAN Veel is er in den loop dezer week over Hahn gezegd, in woord en geschrift: Kunst kritiek, arbeiders- en vak vereen) gingspers hebben 't hunne bijgedragen. Toen nu de redactie van dit weekblad mij verzocht eenige woorden te wijden aan de nagedach tenis van den overleden kunstenaar, meende ik hieraan gaarne te moeten voldoen al ware 't alleen reeds, opdat ook een getui genis van bewondering en vereering zou opklinken uit den kring van Hahn's collega's in engeren zin: dien der Nederlandsche «aricatuiisten en politieke teekenaars. Want onder de tallooze vereerders van Hahn's kunst willen er uitteraard (weinigen zijn, die zöteer de grootheid van den Meester beseffen, als zij, die wekelijks voor dezelfde taak gesteld zijn., als waarvan hij zich met zooveel liefde en kwaliteit kweet. Inderdaad, men moet de regelmatig weerkeerende moeilijkheden van 't métier" kennen, om ten volle de schitterende resul taten te waardeeren, die zijn onuitputtelijk brein en vaste hand wisten voort te brengen. Men moet geworsteld hebben met 't lastige probleem, uit de, dikwijls zoo ver warde politieke gegevens, de juiste en meest belangrijke te kiezen om geheel te be grijpen, hoe raak" Hahn's prenten steeds waren. Men moet, ten slotte, zich het hoofd ge broken hebben met 't zoeken naar'n aardig beeld, 'n juist symbool, 'n treffend onder schrift om in te zien, welk een rijk vernuft «n welk een, in zeker opzicht, litterair talent, den ontslapene ten dienste stonden, 't Is mij niet bekend of Hahn in algemeenen zin litterair" aangelegd was, maar de littera tuur der prent-bijschriften beheerschte hQ volkomen en men moet al weer bij on dervinding weten, hoe lastig 't is, 't effect van 'n prent niet te bederven of te ver zwakken, door 'n duister of langdradig onderschrift, om ook hierin zijn meesterschap te erkennen. Treffend was vooral ook 't contact tusschen Hahn den teekenaar en de arbeiders; 't publiek waarvoor hij in hoofdzaak werkte. llllllllllllllllNIHIIMIIIIiniHlMMIIIimlIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIII (Vervolg van pa f. 1) alle onderteekening werd weggelaten en men geheel in het duister tastte omtrent den schrijver, er een geheel andere taxatie en appreciatie zou plaats hebben. Practisch staat de kwestie geheel anders. Het niet-onderteekenen heeft er toe geleid, dat herhaaldelijk vergissingen zijn voorge komen. Eenverkeerde persoon werd verdacht de schrijver te zijn, hetgeen menlgen jour nalist reeds onaangename oogenblikken heeft bezorgd. De anonimiteit deed vooral de journalisten geheel en al op den achtergrond geraken. Zij werden slechts een deel van de collectieve meening hunner krant. Toen Bereken hoff gestorven was, bleek hoe weini gen buiten de onmiddellijke perskringen hem kende. Een zoo volslagen wegcijfering van den persoon is al evenmin goed te keuren. De dagbladen in ons land huldigen over het algemeen het ancmimiteits-stelsel. De Nieuwe Rotterdamsche Courant zette het zoo ver door dat ze er zelf mee vastgeloopen is. Het heeft mij altijd gehinderd wanneer ik als opschrift las: .én onzer corresponten schrijft ons". Dit was ten slotte de redactie zelf te machtig en nu begon het meest ongelukkige stelsel, van aanduiding met een teekentje. De correspondent werd nu met een sterretje aangegeven. In de Amsterdamsche bladen is dit verder gevolgd: daar beginnen verschillende journalisten hun wapentje" te voeren. Bij gebrek aan teekens Nederl. Munt Holland!» moomt govrlldo 3lga*r Wie kon, als hij, zoo duidelijk tot hen|spreken, zoo den vollen weerklank bij hen opwekken, met beelden en zinswendingen, hun uit 't hart gegrepen ? Zijn spot was kantig en forsch zijn medelijden gul en eerlijk zijn enthousiasme sterk en uit bundig als de hunne. N.V. PAERELS Meubileering Mu. COMPLETE MEUBILEERING -: BETIMMERINGEN Rokin 128 Telef. 4541 N ninlntiiiiiiiiii imiJIIIIIIIIIMHtH Door hem sprak de arbeiders-ziel in de taal van den kunstenaar! En welke wonderen verrichtte hQ, met de beperkte middelen, die de reproductie-teekeniag nu eenmaal permitteert. Met welke verrassend eenvoudige concepties wist hij sterke, vaak geweldige effecten te bereiken l Deze vluchtige en onvolledige'opsomming der eigenaardige moeilijkheden van artistieken en technischen aard, die de polltlekeprentkunstenaar heeft te overwinnen, moge duidelijk maken met welke bewondering wij, teekenaars, voor den Grootmeester der Nederlandgche Carlcatuur vervuld waren, en met welk een onherstelbaar verlies zijn heengaan onzen kleinen kring trof. Gelukkig is zijn werk ons gebleven 'n machtig oeuvre, hecht en grootsch 't schoonste en duurzaamste manument voor den onsterfelijken Maker! Aug. 1918. llllllllllllllllllilllllKIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIII AMSTERDAM EN|HET LUCHT VERKEER IN] DE TOEKOMST door M. L. J. HOFSTEE 1ste Luitenant- Vliegenier, Adjudant bij de LuctiivaartaJ"deeling Waar men op het oogenblik allerwege in het buitenland aan dacht schenkt aan het moderne lucht verkeer en dit met alle krachten, waarover men nu, in deze voor de in dustrie werkelijk zeer ongunstige tijden kan beDe schrijver van dit artikel. Schikken, ZOOVCel mogeluk tracht vooruit te brengen,' is .het voor ons NederIn den naam van Christus (Teekening van Hahn in ,De Noienkraker") llllllllUllllllglIlllllltlllllllllllllllHIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII Illlfl IIIIHItllllllllllllllltllllllNIIIIMIIIIIMIIMHIIIimlMMtll landers een gebiedende eisch, dat men ook hier te lande dit vraagstuk ernstig in studie gaat nemen. @ns land is tot op heden op het gebied der luchtvaart bij het buitenland zeer ten achter geweest, en al beschikt ons leger thans misschien over een voldoend aantal vliegers en toestellen van verschil lende typen, men heeft in Nederland de Kameraden, zoo moet het (Teekening van Hahn gaan in De Notenkraker") Omslagteekening van Alb. Hahn van het boek: Dr. Kuyper in de cancatuur" mfmiimiwuiiimintmiiiMMiiiii zijn letters ingevoerd: onze P-correspondent of onze R-correspondent meldt ons". Het is alsof men terugdeinst voor den naam. ZQ die in de cuisine bekend zijn, weten dat er ook wel eens iets in de krant staat afkom stig van n dier geteekende journalisten, hetwelk het teeken mist. Waar het om de een of andere reden gewenscht is, kruipt men toch weer weg achter den collectieven rug der redactie. Waartoe dient dit alles? Waarom al die geroutineerde schrijvers in den mist ge plaatst? De eerste de beste schoolmeester die een oefenboekje voor de lagere school satnenflanst zet zijn naam met vette letters op het titelblad, maar de journalist, die dag-in dag-ult de belangrijkste vraagstuk ken behandelt, verdwijnt in den nevel der anonimiteit. De collega's onder elkaar weten het wel wie de schrijvers zijn; het publiek weet het zelden en haspelt heel va«k de namen door n. Het minste acteurtje dat bij een tooneelstuk alleen maar een brief heeft binnen te brengen, ziet zijn naam op het programma vermeld; bij de dagbladen staat alleen de naam van de ster" aan het hoofd van het blad. Op het publiek werkt de anonimiteit dik wijls irriteerend. Psychologisch is dit alles zins verklaarbaar.IndeNieuweRotterdamsche Courant is een geheimzinnige medewerker voor de rubriek Kerknieuws" aange steld. Van uit het duister zijner anonimiteit valt hQ herhaaldelijk allerlei personen aan. Dr. Niemeijer en prof. Heering hebben daarover hun afkeuring te kennen gegeven. Theoretisch doet het er niet toe wie die journalist-ln-den-mist is, maa,r het is IIIII1UIIIIIIIIIIIIIIIIUI1IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIII1I1MIIIMIIIIIIIIIII l begrijpelijk dit de aangevallenen graag eens van aangezicht tot aangezicht met hem willen staan. De N. R Crt. wist er niet veel tegen aan te voeren. In alle rubrieken heerscht, zeide zij, het zelfde gebruik en die rubrieken zijn eveneens van crUisch-polemischen aard. Met dit verschil echter, dat van al die rubrieken bekend is wie de leider is. Onaan genaam heeft het velen altQd getroffen dat In het zelf de blad herhaaldelijk van Katholieke zijde" aanvallen werden gedaan op de Katho lieken, terwijl hier de ridder saus peur et sans reproche weggedoken bleef achter de collectiviteit der redactie. Wil men, zoo schreef de N. R. Crt., persoonlijke verant woordelijkheid zoeken, men vinde die in den persoon van den hoofdredacteur. Dit laatste nu is, wat men populair pleegt te noemen, een smoesje. Het gaat er voor de aangevallenen niet om dat zij iemand vinden wien zij aansprakelijk kunnen stellen voor den inhoud, maar het is voor hen zaak te weten welke persoon uit hun onmid dellijke omgeving, dat staat wel vast hen bestookt zonder dat zij hem raken kunnen. Er kunnen zich omstandigheden voordoen waarin het beter is dat de schrijver onbekend blijft, maar het moet bij de aan gevallenen ten slotte iets als weerzin wekken, wanneer zij steeds door een onbekenden, onzichtbaren, onkwetsbaren strijder worden bestookt. Prof. Heering noemde het reeds onridderlijk en al komt het ons voor dat dit woord dikwijls niet de juiste kwalificatie bevat, het is psychologisch verklaarbaar, dat het gevoel van onridderlijk behandeld te worden, op komt. Voor de geregelde medewerkers, wier naam altijd verborgen blijft, is het ook niet aangenaam dat telkens out-siders plaats vin den voor hun beschouwingen, die juist om dat zij niet van de geregelde medewerkers afkomstig zijn, wél onderteekend worden. In Engeland, waar op dit oogenblik een tekort aan journalisten bestaat, komt dit euvel steeds meer voor. In een vergadering van het district Londen van den journalisten kring heeft onlangs Bernard Weller over dit punt gesproken. Hij poneerde daarbij de stelling: dat de huidige uitbreiding van het anonieme systeem met betrekking tot het oorspronkelijke werk van beroepsjournalisten in de dag- en weekbladen nadeelig is voor hun belang en hun reputaties, vooral met het oog op de toeneming van het aantal artikelen afkomstig van andere schrijvers dan de beroepsjournalisten. De inleider wees er op dat the casual amateur overshadowed the skllled craftsman." Van de zijde van het publiek bezien, is er geen enkele reden waarom de naam en dus de persoon van hem die dagelijks voor lichting biedt, altijd verborgen moet blijven en waarom alles wat er in een krant te lezen staat op rekening wordt gesteld van de imaginaire ,.je sats tout" als hoedanig een krant zich nu eenmaal aan het publiek voor doet. Het publiek zal dan ook leeren de geregelde voorlichters n te waardeeren n hen te onderschelden van de opportunisti sche bij-loopers, die het meestal met veel inspanning niet verder brengen dan de ge routineerde vakman het op zijn gemakje weet klaar te spelen. Van de zijde der schrijvers bezien, zal de openlijke onderteekening ook groote voordeelen bieden. Zij zullen zich meer persoon lijk verantwoordelijk gevoelen en Inzien dat aviatiek enkel als een militaire zaak gekend en zich van elke propaganda voor andere doeleinden onthouden. Men kan niet zeggen dat de luchtvaart zich bij ons in een groote populariteit mag verheugen. Amerika kan reeds 36 vaste luchtlijnen aanwijzen; in Denemarken wordt al eenigen tijd een ge regeld personenverkeer per vliegtuig tusschen Christiania en Kopenhagen onder houden en ook in Duitschland zijn op ver schillende trajecten reeds dergelijke diensten ingesteld. Wij, Nederlanders, mogen dus ook niet langer blijven stilzitten op gevaar van straks, als de vrede daar is, hier te lande misschien een luchtverkeer door vreenp delingen te zien geëxploiteerd, terwijl dit moderne verkeer toch aan velen onzer landgenooten een aangenamen en interessanten werkkring zou kunnen schenken. Alles wijst er op dat er na den oorlog een internatio naal luchtverkeer zal tot stand komen en daarom is het noodzakelijk dat men nu reeds allerwege dus ook hier te lande dit vraagstuk ernstig in studie gaat nemen en al dadelijk zooveel mogelijk overal de voorbereidendende maatregelen gaat treffen om tijdig gereed te zijn. Want ongetwijfeld zullen de mogendheden, die nu als heftige vijanden tegenover elkaar staan, na het sluiten van den vrede, op economisch ge bied toenadering tot elkaar zoeken. Beschouwen wij de kaart van Europa dan zal een leder het eens zijn dat ons land voor het toekomstige luchtverkeer eene zeer gun stige ligging heeft; richten wij het oog verder dan zien wij dat het tevens gelegen is OD den grooten weg van Amerika naar het Oosten, waarbij wij in de eerste plaats den blik vestigen op de groote lijn NewYork Halifax New-Castle Dublin Londen Amsterdam Berlijn Petrograd Moscou. Amsterdam belooft op dit traject een tusschenstation te zullen worden en het is in verband hiermede dan ook te betreuren dat het voorstel van den heer Manassen, lid van den gemeenteraad van Amsterdam, om reeds in 1917 in de nabijheid van Amsterdam een vliegershaven in te richten en daarvoor van gemeentewege een terrein beschikbaar te stellen, eigenlijk met eenige hilariteit werd ontvangen. Men achtte den tijd hiervoor toenmaals nog niet geko men en besloot liever eerst de kat eens uit IIHIIIIIIIII1IIM hun eigen naam met hun werk gemoeid is. De ridderlijkheid zal er door winnen en de verhouding tegenover het publiek zal eer lijker, openhartiger en vertrouwelijker worden. Toen ik onlangs op de Haagsche Pers tentoonstelling tal van kranten doorsnuffelde, heeft het mij vaak leed gedaan dat van al die schrijvers, al die strijders, al die baanbrekers en voorlichters zelfs de naam vergeten is. Hoevelen hebben hun innigste overtuiging, hun ziel uitgestort in hun artikelen, hoe wild is de strekking van hun werk geweest! En aller naam gaat schuil achter de collecti viteit van de krant-fictie, waarvan niet meer reëels is overgebleven dan het adres waar het bureau van de krant gevestigd was. Het is dikwijls de smart van den acteur dat zijn kunst met hem ten grave daalt. In elk geval blijft zijn naam nog in de annalen geboekt, maar van den kranten-schrijver blijft zelfs die niet over. Wie ooit nog eens in oude dag- of weekbladen snuffelt, vindt er het werk opgeborgen als in een rommei-pakhuis. Het is dus niet te verwonderen, dat Bernard Weller wenschte, that the journalist should have a little light in his awn country! ' H. BERSSENBRUGGE, PORTRETFOTOQRAAF ZEESTRAAT 65, naast Panorama Mesdag, DEN HAAG. - Tel. 1538.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl