De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 10 augustus pagina 3

10 augustus 1918 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

10 Aug.-'18. Nó. 2146 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Tot het bonwen vaa Villa's en Landhuizen zfln prachtige heuvel achtige BOSCHTERREINEN te koop in HET OOSTERPARK te DE BILT Loge prijzen, mooie vegen, go», electr. licht, water.. ftf.fïAnI.V.Iaat|.t«tExpl«iLTuletlMt«rtark ?MIIUII uir.i.j.gfooiAiigiOTTOgCHOLZ Tel. Int. 38 & 48 smakolljk gezond PAVILLON DU VIEUX DOELEN SCHEVENINGEN Maaltijden volgens de kaart en tegen vaste prijzen THÉ-, DINER- EN SOUPER CONCERT : AMERICAN DRINKS : Ft. SINEMUS 20 LEJDSCHESTRAAT 22 AMSTERDAM TELEFOON H. 6812 HEMDEN MAAR MAAT STARK'S 'OXYDOL' (CHLORAS KALICUS TANDPASTA) 45 cent n. Tune, Naaml. Venn. STARK & Co. Chemische Fabriek ,,'s-i DEN HAAG Opgericht 183O Bouwgrond - Panden w ? te koop aangeboden j nabij Nieuwe Beurs, Postkan toor en Raadhuis | idr.: Scliimmelp.laan 24, Den Haag. Centfum Rotterdam Stenografie HIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlIIlllllllllIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIlllllMllllltl, X>V/> /r EPAETOGEEN: J HET WONDER, M DAT GEZONDHEID W > GEEFT EN KRACHT. HET KRACHT-PREPARAAT BIJ UITNEMENDHEID. VERKRIJGBAAR. IN DE VOORNAAMSTE APOTHEKEN. P^AAGTZOO NOODiG RECHTSTREEKS TOEZENDING AAN DE. E.P.NV. EXPL.MlJ. VOOR EIWIT PRODUCTEN. KEIZERSGRACHT 790 AMSTERDAM. IIIIIIIIIIIIIIIMIIIII den boom te kQken. De vooraanstaande mannen van onze hoofdstad hadden nog geen vertrouwen in de zaak en ziet, nog geen jaar later richt de Nederlandsche Kamer van Koophandel te Londen aan den directeurgeneraal der Posterijen en Telegrafie hier te lanie een verzoek om diens medewerking inzake de tot standkvming van een lucht postdienst van Nederland opjLtnden. Blijk baar z|n dus aan een dergelijken dienst groote handelsbelangen verbonden en is dus nu de tijd gekomen voor B. en W. en de diensten die er bij betrokken zijn, om te zorgen d»t van gemeentewege zal worden gedaan, wat op het oogenbllk, waarop het noodlg wordt geacht, gedaan moet wor den'' (wethouder Vliegen in het openbare raadsdebat van 12 September 1917). Dat oogenblik, waarop het noodlg wordt geacht" is aangebroken, en hoewel voorbereiding ons liever ware geweest, is het nog niet te laat, maar de zaak moet vlug aangepakt worden. Wij willen hier niet pleiten voor Amsterdam als uitgangspunt voor een luchtpostdienst op Engeland, maar onze hoofdstad kan het, ook .al zou deze dienst van een andere plaats uitgtan, toch in de naaste toekomst niet zonder luchthaven stellen. Amsterdam moet een internationale luchthaven worden, zoo wel door de ligging als om de handelsbe langen, die vele buitenlanders er even goed hebben als wij. En dat Amsterdam en ons geheele land daarmede gebaat zouden zijn, zal toch niemand in twijfel trekken. Het lucht verkeer zal niet alleen het wereldverkeer zeer gemakkelijk maken, maar het zal de volkeren nauwer met elkaar in contact brenAMSTERDAM ARNHEM 'g-GRATENHAÖE - ROTTERDAM UTRECHT LIEFDESBRIEVEN VAN VROEGER eveneens van haar minnaar ui DOOR GARDA HADINO Neen, 't was niet prettig, gisteravond. We waren bijna niet samen, hoewel we allén waren. Ik kan niet altijd contact met je krijgen, soms wel beter nog als we niet alleen zijn, dat is wel vreemd en bevreemdend. Wat was er nu tusschen ons. Was het, omdat ik raakte aan dat deel van je leven, waar ik niets van weet, was het omdat je trachtte te doordringen wat ik vergeten ben? Want ik bén het vergeten alles, alles. Natuurlijk heb ik liefgehad -ikweet h«t, zooals ik wét, zeker weet dat ik ge boren ben; maar behalve de feitelijkheid weet ik er niets van. Ik weet óók dat ik in Londen geweest ben en l» Parijs, maar ik leef daar toch niet meer, evenmin als ik leef met die voorbije liefden. Waarom zei je me, dat ze kwaad van me spraken? NaIllllillllllllllllllllllllllllllllltllllllllllllllllllilll Eiënts Balt Zeliond. 9O C*. In d. Boekh. en na postw. b| RIËNTS BALT, Den Haag, bf wien ook mond. en schr. ond. Tot mijn genoegen kan ik U berichten, dat mijn salaris» na verwerving van Uw IMploma dadelijk is VER HOOGD." (v. g") Mej. P. te L. minimum ii gen en een wereldvrede voor altijd mogelijk maken en ook daartoe moeten wij Hollan ders met het Vredespaleis in ons midden een steentje bijdragen. Van Amsterdam uit behoort men in de naaste toekomst tweemaal per dag per vliegtuig naar Parijs te kunnen vertrekken en evenzoo vele keeren terug te kunnen komen. Ook naar Berlijn en Londen moeten dagelijksche diensten worden onderhouden. De meerdere kosten van een dergelijke reis zullen voor den handelsman, die zaken met het buitenland doet, geen beletsel zijn om van deze diensten gebruik te maken, te meer waar zij voor hem een enorme trjdwinst zullen beteekenen, die hfl weer op andere wijze rendeerend kan maken. Per vliegtuig duurt de reis naar Parijs slechts 3 uur, zoodat het mogelijk zal zijn om 's morgens Amsterdam te verlaten, te Parijs de zaken af te doen en voor het eten weer thuis te zijn, terwijl men, als de reis heen en weer per trein gaat, er minstens 3 dagen mee kwijt is. Evenzoo kunnen Berlijn en Londen van Amsterdam uit in n dag be zocht en verlaten worden. Zooals men in den laatsten tijd in de dagbladen heeft kunnen lezen bestaan er ook al plannen om bij wijze van proef de lijn Amsterdam?Groningen per vliegtuig te exploiteeren met het doel de post op dit traject zoo vlug mogelijk over te brengen. Wordt deze dienst dagelijks in beide rich tingen onderhouden, dan zullen dus Amster dam en ook Groningen luchthavens moeten bezitten, en de telkens meer beperkte treinen loop, die oorzaak is van de tegenwoordige slechte en langdurige verbinding met het Noorden, zal h«e langer hoe meer de be hoefte aan deze luchtpostdienst en dus aan landingsterreinen doen gevoelen. De minimum afmetingen der terreinen zullen moeten zijn 400 bij 400 M. en deze mogen bij de hier genoemde maten niet door boomen, huizen, telefoondraden e.d. omringd zijn, eene eisch die men met het huidige type van vliegtoestellen moet hand haven. Op de terreinen moeten minstens twee kleine of n groote loods aanwezig zijn, zoodat men er in ieder geval eenige toestellen kan onderbrengen. Verder een werkplaats waar herstellingen kunnen wor den verricht en een olie- en benzinedepot, terwijl het speciaal met het oog op den postdienst wenschelijk is er tevens een hulppostkantoor te stichten, waar de aan gekomen en te verzenden brieven gesorteerd kunnen worden. Het luchtpostverkeer zal de eerste schrede op den goeden weg zijn. Is dit eenmaal tot stand gekomen dan volgt het personenverkeer vanzelf. Met het gebruik der vliegtuigen voor verkeersdoeleinden is tevens een bijna onbe grensd terrein voor de vliegtuigindustrie, die ook te Amsterdam zetelt, geopend, immers nieuwe typen van toestellen zullen gebouwd moeten worden en nieuwe pro blemen moeten worden opgelost. Het is te wenschen dat men dit alles in zal zien en dat elke poging om in deze richting iets tot stand te brengen krachtig moreel, en door het verleenen van subsidies of het beschikbaar stellen van terreinen, ook finantieel zal worden gesteund. Helaas zijn er nog velen die aan het recht van bestaan van het vliegtuig in het toekomstige verkeer twijfelen; regen, mist en wind worden dan genoemd als factoren die het luchtverkeer zullen belemmeren, maar het is niet uitge sloten dat men de volmaking der luchtvaart' binnen afzienbaren tijd zoover zal weten te brengen, dat deze factoren grootendeels tuurlfjk doen ze dat maar die dat doen, zijn toch dergelijk minderwaardiger dat ze niet in aanmerking komen voor jou vriend schap. Laat ze tóch. Ze moeten toch ook leven en ze hebben toch niets anders, de stumperds. Ze doen het voor jouw best wil"; vraag die bestwillers eens, als je niets achter je hebt, vijfhonderd gulden ter leen! Die bestwil Is maar een excuus voor hun vunze lasterlust. Misschien stond dat tusschen ons, dat je mg daarover sprak, 't Is waar, ik vroeg er naar, maar toch, je hadt me te goed moeten achten daarvoor. En naar aanleiding van die vunze praatjes van geestelijk absoluut minderwaardigen, vraag jij me, jij, naar mijn verleden. Nu nog, nu ik kalm ben, kan ik je niet anders zeggen dan wat ik je gisteravond zei: Ik heb geen verleden, het verleden is als een versleten photoplaat, ik krijg er geen afdruk, geen indruk meer van." 't Was er, nóg eens, en ik wil niets ont kennen, en toen het er was, was het er heel eerlijk, maar die ik liefhad zijn schimmen nu en doen jou geen concurrentie. Ik wil ze wel oproepen als jij het verlangt, maar ik kan alleen feiten noemen, er zit geen ge voel meer achter. Ik kan het er ook niet achter to«veren meer, ik weet het niet meer. Wél weet ik, dat geen gevoel van ooit, iets leek op wat ik nu voel. Wel weet ik dat ik nu geloof uitgeschakeld kunnen worden en dat men misschien nog alleen rekening heeft te hou den met den wind, die versnellend of ver tragend op de snelheid der toestellen werkt. Ook voert men wel eens aan dat het lucht verkeer niet zal kunnen concurreeren met spoorwegen en andere transportmiddelen, en dat men geen zware lasten zal kunnen vervoeren, doch ook dit zal de toekomst moeten leeren. Al die twijfelaars zelfs al zouden zij in zeker opzicht gel p heb ben zullen de goede zaak niet vooruit helpen; zij voeren wél aan wat de luchtvaart niet zal kunnen doen, maar niet waartoe zij wél in staat zal zijn. Alleen al om de groote snelheid die het kan bereiken zal het vliegtuig een practisch verkeersmiddel worden. En dat moeten ook B. en W. van Amster dam goed onder de oogen zien. Inhoud van de Augustus-Tijdschriften: Elneuier's Gei U. Maandschrift: Buiten-tekstplast: ievrouw Wouters zich kappend, naar de pastei van Rik Wouters. Rik Wouters, door Otto van Tussen broek. Breero (23 Aug. 11U8-1918), door dr. J. Prinsen ,ïLzo. Kiuderprenten, door W. van Schoon hoven vaa Beurden. Siot-Elm^vuur, docr Herman Robbers. Isoude. door J. B. Ubink. Kroniek. Boekbespreking, door H. R. en B. W. P. Jr. Beeld houwwerk in den Haagschen Kunst kring, door J. H. Henó Bosieri in De Protector" te Rotterdam, door A. O. Mejuffrouw Kueb in den lïottenfemsehen Kunst kring, door A. O, Nederland: Ralph van Zwauen, Kricka. Joh. W. Broedelet, Schoenen. Lize Biihr», Van een H. B. S. meisje. Verzen van ony de Ridder, Marie de Rovanno, Beatrice en Martin Permijs. Sti'oumiiuien : Innerlijke kracht, Ku Ie Cavelier. Zomeravond, Abr. v. Dijk. Verzen, Han Verkruisen. Wolken, Henk Eikeboom. Muziek (De Dan»), Hans Dulaye. Berceuse de la mort, Krlts Ie Caveiier. Zomer,' T. C. Michaëlis. Ik hoor het verre ruischen van de zee, R. Houwink. Ochteuinge, Marcel v. d. Velde. Herman en IJorothea, Han v. d. Leek. Nieuwe boeken. On~t' J'>HT. Greoiïrey t'haucer's Vertellingen van Kautelberg ; de vertellingen van den rechtsgeleerde, vertaald door A. J. Barnouw. Hebbel's Gygestragedie, door prut'. J. H. Scholte. Nocturne, door N. J. Swierstra. Het wijsgeerig onderwijs in Neder land, door prof. dr. B. I. H. Oviük, Ken non uit het vrouwenklooster te Diepenveen, dour A. vnn Haersoltevan Holthe tot Echten. Verzen, door Joannes Red. dingius. Aanteekeningen op de wereldgebeurtenissen (V), door mr. C. van Oven. Vragen aan di'n Dag : H. Tiesing, Windmolens en Korengemaal in Drenthe. Prof. dr. H. Blink, De kleine rivieren in Nederand en in het bijzonder de Ovirijselsche Vecht als verkeersweg en voor den water afvoer. liinke Tolman, De Jongfriesche beweging. Dr. J. H. Gunning Wzn., Onderwijs en School als or ganen van volksontwikkeling volgens J. Oosthoek, Het Paard in de Folklore. Di' Gids: Dr. J. Prinsen J.Lm., Breero in zijn -ver halende liederen, Dr. J. A. N. Knuttel, Bredero en het romantische drama. C. en M. Scharten-Antink, Het Geluk hangt als een druiventros. A. Roland Holst, Verzen. J. de Meester, De liefde die wreekt. Br. J. Huizing», Een historische tegenstelling getoetst aan de Ameriksansche geschiedenis. Dr. Dan. de Lange Jr., Oude Ontwikkeliogstheoriën in modern gewaad. itmiiiiuinimmittmiiiiiiiiiiiiimiitiiiiiiiiitmiiiimitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii Perzische ~ A ALLE SOORTEN OOSTERSCHE TAPIJTEH, ZELFS BESCHADIGD, WORDEli TEGEN ZEER HOOGE PRIJZEH IHGEHOCHT DOOR GEHEELMEDERtAND TE ONTBIEDEN. Mttimuicn uiiïuareiiD scttairTcmK. BAZIR. Importeur, Zoutmunsfraafól Of n HAAG. voor 'teerst Hef te hebben. Maar ik weet óók, dat dit niet zoo is ik weet alles van toen en nu en tèch boven alles uit, weet ik het allerlaatste, dat jij het bent, jij, jij, jij. Misschien weet ik ook, al wil ik het niet gelooven, dat er een dag zal komen, dat ik dit ook niet meer zal weten; en evenals ik nu, liegend toch, tegen jou de waarheid spreek, zoo zal ik misschien eens, later, me dit alles trachten te herinneren en het uit gillen van onmacht. Want dat zou ik nu óók willen, het uitgillen! Gillen, hoor je! Om dat vreeselijke, dat we niet zijn. Dat we niets zijn. Dat we telkens epnieuw geboren worden bijna onbekend met den mensch die we waren, een uur geleden, gisteren, voor een jaar. Dat we zooveel levens leefden en niets vasthouden kunnen. Met jou zou ik zoo graag over dit alles praten, maar 't kan je alles zoo weinig schelen, jij staat zoo sterk en fier in het leven. Soms denk ik, dat voor jou wél een innig verband bestaat tusschen al die levens onderling, dat jij leeft langs een vooruit getrokken lijn, dat jij eens voor al een levenshouding aangenomen hekt en jezelf copieert, willens en wetens, van dag tot dag. Misschien kan ik met jou niet praten, omdat ik je zoo volmaakt voel en zoo be wust van je rechtvaardigheid. Je zoudt in anderen weerklank willen vinden van eigen fouten. Daar is iets geruststellends in. Als je eens met me praat, voel ik dadelijk STAMHOUDERS Tusschen Delft en 's-Gravenhage Kwamen minzaam aangestapt, Drie beschaafde jongelingen Lief gekleed en frisch gekapt. Oeorge, Theodoor en Floris Alle drie van goeden stand, Kuierden daar gansch zoethartig Langs het zacht bedauwde land. George was zoo slank en soepel Theodoor zoo teeder rond, Floris even tusschen beiden Fijntjes blozend, stil gezond. Telkens tikten hunne stokjes Met de puntjes op de straat, Telkens tripten hunne voetjes Als van zelve in de maat. En terwijl de oogjes tuurden Naar de droomde natuur, Zwegen zeer bedeesd de mondjes In het troostrijk avonduur. George had een best oud heertje Met een brommende fabriek, Als hij met zijn Pa er heen moest Was hij weken zenuwziek. Handelaar in staal en ijzer Was de Pa van Theodoor, Maar hij voelde uiterst weinig Voor dat plebs van het kantoor. Floris had een rijken ouwe Die in weverijen deed, Doch hij vond zijn milden vader Nog al tamelijk proleet. Over Afwijkend Spreken" Aandachtig en met instemming las ik bovengenoemd artikel van de heer Van Lier in het nummer van 13 Julie 1.1. Immers, de schrijver wekt daarin belangstelling voor ans mooi en nuttig vak, waarvan de belang rijkheid nog zo dikwels wordt onderschat. Over enige regels echter, wil ik graag iets zeggen. De heer van Lier schrijft: .. .?Aan onze regeering is het om, gebruik makende van de aanwezig zijnde uitstekende Ned. spraakleeraren en aan het geexamineer door leerkrachten, te geraken tot de vorming van soliede Ned. spraakleeraren. en aan het geexamineer door quasi-spraakleeraren, door menscheH, die eisene» stellen, waaraan zij zelf nooit hebben kunnen voldoen.een einde te maken." Zie,toen ik die alinea bcgon.dacht ik: gelukkig! alweer iemand die aandringt op de vorming van spraakleraren, wér iemand, die de teoreties en prakties on-onderlegde paedagogen uit ons vak wil weren." Hoe prettig vind ik het nu, te kunnen wijzen op de Nederlandse Vereeniging van spraakleeraren", *) die enkele jaren hoe je jezelf buiten schot stelt en dan overdrijf ik mijn fouten, half bewust, opdat je er niet in gelooven zou. Weieens, maar zoo, zelden, heb ik je mijn fouten verteld als die van een vriendin" en dan, ben ik telkens geschrokken van je harde oor deel. Zoo'n veel te hard oordeel, dat ik weieens gedacht hebt, dat je vermoedde wat ik deed en dat die laffe persoonsver wisseling, waarachter ik me verschool, je ergerde. En nu vroeg je gisteravond naar mijn leven, met zooveel jalousie, met zooveel haat. Waarom? Je jalousie is heerlijk maar je haat ? En die voelde ik. Misschien is het wel voor de de eerste maal, dat ik zonder aarzeling, een gevoel bij jeu her kende. Toen was het haat! En het is zoo dwaas, weet je, zoo onzedelijk. Je hebt toen dat woord gezegd wat tusschen ons het onoverkomelijke gebracht heeft. Ik trouw je niet, r ik alles weet." Arme, arme l Je wilt mij dus niet trouwen. Mfj niet, zooals ik bén. Maar wel een dame die is, zooals jij me ongeveer zou willen. Arme, arme, maar ik trouw jou nu niet meer, nooit meer. Dit heb je niet gevoeld en je zult het ook niet begrijpen als ik je het zeggen zal.... 't Is toch zoo natuurlijk, dat menseden alles opbiechten. Ze noemen dat, elkaar volkomen vertrouwen. Arme, arme! Natuurlijk zal ik biechten, alles en meer als je wilt maar George, Theodoor en Floris Op hun stand en weelde prat, Vonden alles minderwaardig Wat geen paar millioen bezat. Zwijgend kuierden ze verder Langs de akkers rijk aan graan, Somtijds keken ze elkander Even stil en vluchtig aan. Toen ze zoo een uurtje liepen Altijd rustig zij aan zij, Onder nevelige boomen Tusschen akker, tuin en wei, Zei de slanke George schuchter: Theodoor waar denk je aan ?" Nergens aan mijn beste George" Laat mij rustig verder gaan." Weer een uurtje was verstreken Altijd liepen ze maar voort, Zwijgzaam, deftig en weemoedig Toen nam Theodoor 't woord. George" zei hij waaraan denk je"? Even bleef hij zuchtend staan Nergens aan, mijn beste Theo" Laat ons zoo maar verder gaan." Nog een uurtje was vervloden En ze kwamen in den Haag, Toen deed Floris zifn vriend George Ook dezelfde groote vraag. Waar aan denk je, beste George" En hij zag hem moeizaam a*n, Nergens aan mijn beste Floris" Laat ons naar de bar toe gaan. J. H. SPEENHOFF MiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiitniiiiiiiHiiri H.VANDOOREN&Cü. AMSTERDAM - DEN HAAG - UTRECHT Bewaart gedurende de Zomermaanden Uw BONT in MOTVRUE KLUIS geleden is opgericht met het doel, juist datgene te bevorderen, waarvoor in boven staande woorden wordt geijverd. Maar nu de laatste woorden van dat belangwekkend allnea'tje: aan het geexa mineer door quasi-spraakleeraren, door menschen, die eischen stellen, waaraan zij zelf nooit hebben kunnen voldoen, een einde te maken." Wel, dat alles verwekte bij mij een lichte verbazing. Wie is hier in Nederland gerechtigd uit te maken : die is een spraakleraar, deze is er geen." Wie mag in ons land spraakleraren-eksaraens afnemen wie niet ? Wie kan met zekerheid zeggen: die is gén goed paedagoog, deze wel." Zo lang in ous land het onderwijs tot vorming van spraakleraren niet wettig is, mag iedereen opleiden, eksamens afnemen, en niemand. Laten we hopen, dat binnen k*rte tijd het spraakonderwijs officieel is, en dus de twijfel: spraakleeraar" quasi-spraakleeraar" een ongerijmdheid. Amsterdam. ELKA SCHR ij VER *) Bestuursleden der Vereeniging van Spraakleeraren" zijn: Jt. Reinink, Groningen, Voorzitter; I. Schreuder Azn., Watergraaf smeer, Vice-Voorzitter; Joh. Oostveen, Amsterdam, Sekretaris; Mej. Branco van Dantzig, Rotterdam; Penningmeetteresse; P. J. O. van der Meer, Amsterdam, spraakarts. iiiiiniiiitiiiiimiiiiiiiiiiiiimmmiiiiimiiNiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiimniimii dat vertrouwen wat je van me geëischt hebt en wat je mij niet schonk, heeft iets gedood. En als je me nu eens zóó, zonder biecht, vertrouwd en getrouwd had, voel je niet hoe fier en trouw ik geweest zeu zijn? Heb ik je lief? Ja, och ja, maar gister avond is iets van de glans verloren gegaan. Ach ja, ja, ik heb je lief maar je vrouw word ik niet meer. Luister, ik heb geea vertrouwen meer in jou. Ik durf me niet' meer aan je toevertrouwen. Want je hebt me niet genoeg lief en bovenal, je kent me niet. Als je me kende, zou je weten hoe alles in me is, en was en hoe ik niet tot jou zou komen, besmeurd door oude liefdes. Als die niet dood waren, liefste, niet on herroepelijk dood had ik jou toch ge meden? Duizendmaal heb jfj me gevraagd: Heb je me lief?" En duizendmaal heb ik het jou gevraagd en 't heeft ons niet ge schaad. Maar dit, van gisteravond! Neen, er was geen contact... en tóch wa ren we alleen, en toch lag ik in je armen en leefde ik op onder je kussen. Maar luister, luister, gisteravond voor 't eerst, voelde ik me besmeerd en voor 't eerst, hoor je, herinnerde ik me, al liefge had te hebben en voor 'teerst heb ik geweten dat je wel was als de anderen. Et c'est cela qui tue. (Bij dezen brief was geen datum).

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl