De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 17 augustus pagina 3

17 augustus 1918 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

17 A«f. '18. No. 2147 DE AMSTERDAMMER, WEEKBL AD - VOO R NEDERLAND PAVILLON DU VIEUX DOELEN SCHEVEN1NGEN vttgcns *? kaart «n tt$en vaste prijzen THÉ-, DINER- EN SOUPER CONCERT : AMERICAN DRINKS : ??UUUÜ.U1&., ^ AAG ROTTERDAM AMSTERDAM HEEBENKLEEDING H.J.LOOR,Utrecht iiiiiitiHttiiiiiiiiiiitttiuiiituiMiiiHiitiitttttnitiniittnintiitiiitiitHitMiiitiiiiiiiiiiiiuniiiinniniii i B.v.DHEIDE 'a-arftTtl.wtg. Tel. 1150 ARTISTIEKE «EUBILEERIN6 SPECIALE OHTWEBFEN Bouwgrond - Panden te koop aangeboden i nabij Nieuwe ; Beurs, Postkani toor en Raadhuis l idr.:Schimmelp.!aan 24, Den Haag. ? ? ^^ ^r m^ ?»? M m mi yy ^^ m^ «r v^ ^^ ?? Centrum Rottefdam In lederen Boekhandel: Gebonden f 0.95 per doel. EPAETOGEEN: HET WINDER, DAT GEZONÜHEID GEEFT EN KRACHT. HET KR A CH T-PRE PA R AA T BIJ UITNEMENDHEID. VERKRIJGBAAR IN DE. YOORNAA^MSTE_ APOTHEKER VRAAGT zoo NOODIQ RECHTSTREEKS TOEZENDING AAN DE E. P. N.V. EXPL. Mij VOOR EIWIT PRODUCTEN. KEIZERSGRACHT 79O-, AMSTERDAM tiiiniiMllimimHimiuHlimimiitHMiimMiiilmiiiii IIIIIIIIIIIIIIIHIIIIMII het totale cijfer der Tobaneezen in Deli op 6000 zielen. Nu spring ik «ver op eenige cijfers be treffende in- en uitvoer en cultuuropbrengst, om u een idee te geven van den rijkdom van Sumatra. De «ntvangsten der in- en uitvoerrechten en accijnzen in 1915 bedroegen ?3 901.184.68 tegen / 3.363 472.85 in 1914. De t«tale op brengst der tabakooest 1914 va« 246543 pakken bedroeg ?35800.000 ad ?093 per pond tegen 251.680 pakken ad /1.57 per pond, opbrengend ?48.000.000 in 1913. Hierbij zij terloops opgemerkt, dat de tabaksoogst 1915 slecht was. Thee is nog een nieuw product op Sumatra en werd oorspronkelijk alleen te Siantar geplant. De Siantar thee van de estates Nagahoefa en Simbolon van de RubbcrPlantations Investment Trust Limited (Harllllllllllllllllllllllltlliiiiiiiiiiii TITHCHADÉSH D (Ë=re in Eng. yes.) (SCHETS) NaarhetHebreeuwschvanBAVioFRisCHMAN dOOr J. FlGATNER CI1 [. QOMANS Thans wil ik u de geschiedenis verhalen van den zoon van een armen kleêrenmaker doch, waarde lezers, laat ze u niet te zeer bedroeven; het is slechts de geschiedenis van een armen kleërmakersz»on. De kleermaker was arm, zijn zoon nog z?er jong, de gelaatskleur van dezen was altijd bleek, slechts zijn oegen gloeiden . . . De eerste ScJer-avond. De laatste drie nachten had de kleermaker zich niet ter ruste begeven, hu moest de nieuwe kleêren afmaken, de feestkleêren voor de rijken der stad. Zelfs den middag vóór Pêsach werkte hij nog .en pas tegen den avond bond hij de kleêren tezamen en leverde ze bij de klanten af. En deze trokken de nieuwe kleêren aan en gingen ter Synagoge. De kleermaker echter trok geen nieuwe kleeren a^n ; hij waschte slechts zijn gelaat en begaf zich naar het bedehuis ; ook zijn zoon, de kleine jongen, trek geen nieuw pak aan, hij waschte zich en gin? met zijn vader naar Sjoel. In de Synagoge stemmigt licht en vreugde. De kleermaker is vermoeid en afgemat ; hij sluimert half ea luistert als in een droom naar de stem van den voorzanger; af-entoe hoort hij het geritsel van nieuwe k'etren rondom hem. Naast hem staat zijn zoon Efraïm ook hij hoort het geritsel der nieuwe kleeren zQn gelaat is bleek, zijn oogen gloeien. Toen de kleermaker dien avond aan de Söder zat op zijn klein zolderkamertje kwam er rust in hem. Het is toch Jora-Tow! 2) Alle lapjes en snippers goed zijn uit het kamertje verwij derd, de schotels, de rozijnenwijn staan klaar op tafel, de pan met roode-bieten-soep staat in een hoek de koningin zit rechts van den koning. rissens A Crassfield) brachten in 1915 op resp. 950.000 en 400.000 Engelsche ponden thee teg»n 500000 en 375.000 Engehche ponden thee in 1914. De Rubber ging steeds vooruit, maar helaas niet d»or de invloed van het Hollandsche kapitaal. De rubberbouw nam zóó toe, dat nagenoeg alle koffie verdween en vele tabaksonderneminjjen omgezet werden in rubber plantages. De uitvoer bedroeg voorzoover de gegevens beschikbaar zijn: Serdang 3.108903 KG-, Boven Langkat 583.988. Be neden Langkat 833 033 K.G., Asahan 1.048 188 K.G., B. Bahra 221.344 K.G, Lab. Ratoe 1.106.314 K.(5. En nu nu Iets over de verhoudingen van het kapitaal in Deli in 1915. Deze cijfers werden op verzoek van een Duitscher ver zameld door de verdienstelijke Planters Rub ber Veraeniging Avros. Want hier ziet men een koninkrijk een Joodsch koninkrijk. De zoon doet de gebruikelijke vraag-zijn bleek gezicht worat rood, zijn gloeiende oogen dof: De jonger, was niet gewend aan de letters van het gebedenboek. En de vader gerft het antwoord: Het geschiedde eens bij Rabbanim en het ge schiedde eens bij knectiten.dat zij zaten aan de S''der tot dat de tijd van het ochtend gebed was aangebroken ". En Efraïm luistert, doch btgrijpt niets. Dan plotseling -- onderbreekt hij zijn vader en steil nog een vraag een die ech ter niet voorkomt in de Hagadah. Vader, waarom sprak men niet eok tot mij: Tithchadi1 jfi". Alle jongens in cie Sy nagoge zeiden tot elkaar: Tiihchaci' sh", slechts tot mij zeiden zij niets! Zijn gezicht is weer bleek zijn oogen glotien... De kleermaker antwoordt hem stamelend. Eerst weet hij niet welk antwoord te geven dan zegt hij: Mijn zoon, tet diegenen, die geen nieuw kleed aanhebben zegt men niet Tithchad' sh." Maar waarom heb ik geen nieuw kleed? Nog nooit in mijn leven sprak iemand tot mij Tithchad';3h"." Nog «ooit in '.rjn leven had Efraïm een nieuw kleed aaagehad. Hij kijkt op uit de Hagadah. Zijn oogen zijn gelijk brandende fakkelen en toen hij opkeek zag hij de oogen zijner moeder vol tranen. Zoo God wil, het volgend jaar!, antwoordde hem zijn moeder, het volgend jaar P' sach zul je nieuwe kleeren hebben. En zijn moeder kust hem. En de iongen zit en staart met de oogen van een dro«mer, die op een verklaring wacht. Doch ook het volgend P'-?ach-feest was er geen nieuw kleed voor Efraïm. Kussen kon zijn moeder hem geven, doch geen nieuwe kleedeten. Ook het daar-op-volgende jaar, en nog vele jaren daarna had Efraïm geen nieuwe klaejen. Er zijn menschen, die nooit nieuwe kleertn diagen. Er zijn menpchen, die aliijd wonen aan de zonnige zijde der straat en er zijn er, die aan den overkant wonen, aan de scha duwzijde. Efraïn had al'.Tjd gewoond aan de scha duwzijde der straat... Het Duitsche kapitaal staat er niet bij, terwijl bij het Nederlandsche kapitaal niet de machtige millioenen van de tabak ge rekend zijn. Nederlandsen kapitaal ruim . . 30.000.000 Engelsen kapitaal ruim. . . . 60000000 Belgisch kapitaal 14000000 Nederlandsch-indisch kapitaal . 5.000.000 Fransch kapitaal ..;... 3000000 Chineesch kapitaal 3000.000 Amerikaansch kapitaal . . . . 15500.000 Dit laatste kapitaal nam de laatste jaren enorm toe. Bovenstaande opgave siaat geheel en al op geplaatst kapitaal in de cultures. Zooals gezegd, mag aan elk cijfer gerust flink wat toegevoegd worden. O. a. heeft het nieuwe (Hollandsche) landsyndicaat een geplaatst kaoitaal van vier millioen en kocht ook de Ned. Handel-Maatschappij gronden voor thee. Maar ondanks deze verblijdende voorvallen, is en blijft het mijn overtuiging dat vlotheid van zaken en ondernemings geest in ons Indiëmeestal te zeeken zon bij vreemdelingen en wij leidinggevende zakenmenschen in Holland, dikwijls niet naar onze krachten werken, maar ons be zondigen aan een schandelijke laksheid. Met dat wij" bedoel ik niet de regeering (die n.b. ook verschrikkelijk te kampen heeft met een tekort aan werkkrachten) noch bedoel ik er mee de in ndiëwonende Hollanders, maar ik bedoel er mee negen en negentig procent van hen die dit artikel lezen. Inhoud van de Augusius-Tijdschriften: (Vervol»' C,,'?i-X,'-i,-, l'nt.i A. Holand Tl.ilst, Het Klysiscli vevlaiitii'n. ( yviel Buvsso. e votnau van den s.-haatr isluU .1. L. \Valch. e, boodschap. .leanno -Witlin'.:: K«tei' (slot). Eriiniy van r. 'khorst, MUI i passim t. H '-nn a n l'.ioi-t. N'ieuwc verzen. YYi H". UuiteïiUndseln'. litevatui.r. Dramatisch sel : Bia'h-a Capello, dnnr Bertne Brevre-Uolijn. l.,nuii'i*.-li'- Hi'cn'" Wereldgeschiedenis. A. !;<-'\uo der tijdschriften. Het h'iekvimde - i> J. vun dev Ve». Vuglit al* zoinevveviiliii".-.I n Hoeven. J in Siiu te i's en liet impressionisme. n Halen, < lorkigsposUeseK S. Huttenheim. de l.ange \ - J. II. K-ssin^, De hlunvereld. En steeds en steeds wér vroeg hij : Waarom T' Het was of er een kleine mug. in z^n hoofd zat en in zijn hersenen stak. En de mug stak en stak en maakte een groot gat tn dit gat werd gevuld met waarom"-vragen. D; voornaamste vraag was : Waarom heb ik geen nieuw kleed? Doch moeilijker was de vraag : Waarom hebben anderen wél nieuwe kleeren? Efraïm was niet afgunstig; hij voelde slechts een pijn. Wanneer hij in de Ch' der 3) was en hij zag jongens met nieuwe kleeren was hij niet afgunstig; hij voelde slechts een pijn. Ook in de straten der stad zag hij menschen met nieuwe kleêren hij benijdde hen niet, hij voelde slechts een pijn. Zelfs de honger bedrukte hem niet zoo zeer ais deze cne gedachte, die zijn hart geheel vervulde.Zijn geheele ziel schrompelde in-én tot n gedachte, tot n verlangen nen wensch het woord Tithchad' sh" te hooren. Eén maal in al dien tijd, was hij gelukkig geweest. Het was op een nacht. Doch toen hij uit zijn slaap ontwaakte, weende hij. Zijn moe der vreeg, wat hem scheelde. En hij vertelde haar hoe alle jangens tot hem gekomen waren, zijn kleed betast hadden en dat zij allen tot hem gezegd hadden: Tithchadt sh"! Zijn ziel was vol geweest van vreugde doch niets van dit al was hem bijgebleven... En zijn moeder dacht: de knaap heeft in zijn droom een nieuw kleed aangehad.. Efraïm werd een droomer ook bij dag doch in zijn droomen zag hij geen nieuwe kleeren meer. En nog steeds wachtte hij op het woord Tithchad' sh" ! De jongen werd ouder, tien jaar, twaalf jaar. Hij werd leerjongen bij een kleermaker, doch kreeg nog steeds geen nieuw kleed. Ds kleermaker sloeg hem, de vrouw van den kleermaker stortte al haar gramschap over hem uit, en de leerjongens prikten hem in het naakte vleesch, dat te zien kwam door de oude lompen, die als kleeren dienst deden. Dit alles veroorzaakte hem echter geen smart, slecnts wanneer hij naald en draad ter hand nam om aan een nieuw kleed te arbeiden, voelde hij een pijn diep in zijn hatt. Het kleed prikte hem in zijn vleesch, niet de naald hij werd dan zeer bleek. MEEREN MODE-ARTIKELEN I (^^^/^ - HKKRKNSTKAAT 1i. irliOMNKKN TKLEKouN lORg STARK'S 'OXYDOL' (CHLORAS KALICUS TANDPASTA) 45 cent p. Tube. Naaml. Venn. STARK & Co. Chemische Fabriek ,,'s-Hage" DEN HAAG Opgericht 183O PHILIP ELTE f door S. TROEDER Een groot man in Israël is heengegaan! Philip Elte, de rebbe" is op 74-jarigen leefdjd vrij plotseling overleden. Een van den ouden stempel, geen fanaticus, doch iemand, die steeds gearbeid heeft aan de moreele verheffing van zijn volk. Een man met een ijzeren wil, onwrikbaar in z'n ge loof, die uitsluitend zyn weg volgde, zich bekommerend om niets en om niemand. Wat hij deed meende hij ie moeten doen in het belang van de goede zaak, het heilige geloof, dat hij voorstond. Van wijken was geen sprake, hij ging recht door zee. Van Elte viel te leeren: oprechtheid, betrouw baarheid en naastenliefde. Eenvoudig als hij zelf was, is ook zijn leven geweest. Wat anderen van hem dachten, interesseerde hem maar weinig. Hij leefde voor zijn tal mud, waaraan hij zich streng hield, zonder bepaald anderen hinderlijk te zijn. Als hoofd redacteur van het Nieuw Israël.Weekblad wist hij vaak de puntjes op de i te zetten; hij hanteerde zijn vlijm-scherpe pen met gemak en hij deed het op een wijze, waar door men feitelijk niet al te boos op hem kon worden. Zelfs ontzag hij zijn superieuren niet, wanneer het noodig bleek te zijn. Als be strijder en fel-tegenstander van het Zionisme heeft hij zich menigen vijand op den hals gehaald, maar daar lachte hij 9tn; dit was een reden te meer, om zijn standpunt te blijten handhaven. Zeker, ook i'.ite heeft zijn pogen begonnen te gloeien en de mug in zijn hersenen stak en in zijn ooien kl«nk onophoudelijk Tithchad' ih'\ En steeds werd zijn verlangen grooter... En als de kleermaker hem met ae kleeren naar de klanten zond ter aflevering en hij de rijkdom en de pracht er van zag, en dan terugkeerde naar de kleine woning van armoede en ellende, had hij slechts ne gedachte: Zij hebben nieuwe kicércn; ik nieï, waarom niet? Waarmede zondigde ik, dat ik geen nieuwe kleêren krijg? En v/at deden de anderen, dat ze wel waard zijn. nieuwe kleeren te krijgen? ... Had hij maar de kracht cm die mug in zijn hersenen te dooden ef iiaar het zwijgen op te leggen. En intusschen werd zijn veriangun sieeds grooter... Op een dag betrapte men h E m op een diefstal. De jongen, die er uitzag alsof hij niet tot tien kon telien, was een die! zoo sprak de kleermakersvrouw, die den diefstal ontdekt had. Aldus was het gebeurd: op liet atelier was een nieuw kleed afgekomen en Efraïm moest het naar den klant brengen. Doch Efraïm bracht het hem niet, doch nam het met zich naar zijn zolderkamertje. Eenmaal in zijn leven wilde hij tenminste een nieuw kleed dragen; nmaal wilde hij ondervinden hoe aangenaam het is een nieuw kleed aan te hebben. Doch de kieermakersvrouw betrapte hem op den diefstal. Men sloeg hem, schold hem uit en joeg hem weg ... En de jongen werd zestien jaar, ach trien jaar en nog zeide men geen Titchad' 4ch" tot hem. Zijn gelaat werd steeds bleeker. Nu-en dan hoestte hij en spuwde bloed. Zijn oogen gloeiden als kolen ... Zijn ziel brandde van verlangen, zijn her senen bevatten slechts n gedachte, hij had slechts nen wensch: dat het woord Tithchadf sh" tot hem gezegd zou worden. Waarom ... Waarom is hij zoo arm? Waarom hebben andere menschen nieuwe kkéren en hij niet?... Het nieuwe kleed werd hem tot een id efixe, een soort krankzinnigheid. Hij sprak slechts over het nieuwe kleed, daf hij zeker krijgen zou. En openiijk verkondigde liij dat er dagen fouten gehad, maar wie heeft ze niet! On bewust is hij zijn tegenstanders hinderlijk geweest, niet dm ze te pijnigen of onaan^ genaam te zijn, maar om ze het verkeerde onder de oogen te brengen. Dat zfjn tem perament hem vaak parten heeft gespeeld is bekend. Maar een oogenblik later had hij spijt, wanneer hij zich even had laten gaan. Zijn hart klopte warm voor alles wat goed was en teergevoelig van aard zijnde voelde hij ook het leed van anderen en trachtte te helpen in eiken vorm, zooveel als het In zijn vermogen lag. Teleurstellingen zijn hem niet gespaard gebleven en aan de noodige waardeering heeft het hem oek vaak ont broken. Maar steeds wist hij zich over een en ander heen te zetten en vond voldoening in zijn arbeid. Als braaf echtgenoot en gelukkige vader heeft hij steeds het leven bekeken van den mooien kant; ik kan mij niet herinneren hem ooit mistroestig te hebben gezien. Berusting was zijn devies en zoo is het gebleven tot aan zijn dood toe. Philip Elte is predikant geweest aan het Beth Hamedrasch; leeraar aan het Nederl. Israël. Jongensweeshuis: leeraar aan het Genootschap Derech Hajeschara; predikant op de begraafplaatsen te Muiderberg en Diemen, terwijl hij «ok als kanselredenaar grooten naam heeft verkregen. Van zijn hand zijn verschillende werken op hebreeuwsch gebied verschenen, o.m. Geschiedenis der joden'", Saar Sjimoun", Lofzeggingen", Spelboekje voor eerstbeginnenden" (uitgave J. L. Joachimsthal, Amsterdam) terwrjl zijn Nederl. werk Mo derne Theologie indertijd veel opgang heeft gemaakt. Deze strijder voor waarheid en recht is het jodendom ontvallen. In allen eenvoud heefc men hem ter ruste gelegd en dat op zijn uitdrukkelijk verlangen. Het bemoedi gend woord, dat hij zoo vaak bij anderen sprak, werd hier niet gehoord. Maar trots dat zal de herinnering aan Philip Elte blfjven voortleven, als een groot man, die eens in Israël geregeerd heeft. zouden komen dat alle menschen nieuwe kle.Oren krijgen zouden. Er zuilen nog dsgen komen, dat tot een ieüc.r gezegd wordt Tithchad' sh". Doch deze cagesi kwamen nog niet... Hij is ziek en ligi te bed in het ziekenhuis. Het hoesten wordt steeds heviger, nu-endan spuwt hij bloed... Hij ligt en droomt wakend. Zijn oogen zien ap zeer grooten afstasid een nieuw kleed, zijn ooren hooren geheel in de verte het woord Ttthchad''Sh", dat men hém toeroept. lüde eerste dagen, dat hij daar zoo lag kwam de dokter eiken dag bij hem doch nu komt hij niet zao vaak meer. Z«ker, hij zou spoedig hersteld zijn, het ziekenhuis verlaten en het nieuwe leven met een nieuw kleert beginnen .,. Zijn krachten netnan ecfi*er met het uur af... Zijn keel en tong verdrogen, zijn oogeri brandun ... Langzaam sluit hrj de oogen; hij ziet een wondervol beeld: Engelen dalen af uit den hemel, kleine engelen, groote engelen, dui zenden engelen, ontelbaar veel engelen, zij vuiien het gansche vertrek; zij stijgen en dalen, stijgen en dalen, en klappen met hun vleugelen. L:a in hun handen dragen zij nieuwe kleeren, witte, reine kleóren... En zijn oor verneemt een wónder-zoete melodie, een lied-zoiider-einde, waarvan de woorden luiden Tithchad< sli! Tithchad' sh! Tithchad''Sh!" Dan, plots, verschijnt een zwarte engel... Den volgenden da? begroef men hem in witte, reine, nieuwe kleêren, doch Tithchad'3h" hoorde hij niet Dit is de geschiedenis van den knaap, die, zoolang hij leefde, geen nieuw kleed gedragen had. Doch, waarde lezers, laat ze u niet ie zeer bedroeven; het is slechts de geschiedenis van een armen kleermakerszoon ... 1) In Oogt-Europa zegt men tot iem, nd, die voor het eerst een nieuw kleed dra, gt: Tithchad' ih". De beteekenis hiervan ;s: Ge 'uit het vernieuwen." 2) Feestdag. 3) School.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl