De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 17 augustus pagina 5

17 augustus 1918 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

17 Auf. '18. No. 2147 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Hoe richt men zijn woning in? Dit is een vraag, die heel wat hoofd breken kost. Onze woning! ons tehuis l het plekje op aarde dat ons het meeste lief is, waarvan wij telkens en telkens weer de bekoring gevoelen als wij het na volbrachte dagtaak betreden, waar wq ons zoo veilig weten als 't in de buitenwereld stormt en woedt. Hoe richt men zijn woning in? Natuurlijk smaakvol, gezellig l Maar wat noemt men smaakvol? Wat noemt men ge zellig? De denkbeelden daarover zijn zeer verschillend. Het is lang niet aan ieder ge geven zijn woning zóó in te richten dat zijn smaak getuigt van waren kunstzin, en deze de toets van werkelijke schoonheid en behagelfjkheid in allen deele kan weerstaan. Wie zich in zijn woning-inrichting niet weet te matigen, en zijn huls vol zet met de meest uiteenloopende voorwerpen hetzij van werkelijke of denkbeeldige kunstwaarde, diens woning zal zeker daardoor met worden gesierd maar ontaarden in een verblijf dit alles geeft, behalve rust en verkwikking, hoofdfactoren voor een vredig home". De Vereenlglng Kunst aan allen" heeft een tentoonstelling ingericht in 't bouwblok van de Algemeene Woningbouw-Vereenigirg, Kempenaerstraat bij de Schaepmanstraat. Zij heeft getracht aldaar de lijn aan te geven, waarlangs met zér bescheiden beurs een geheel te verkrijgen is vriendelijk, warm en gezellig. De entreeprijs bedraagt de kleine kosten van lO cents. Enkele virtrekkcn zijn tot dit doel in gericht. Vronlijk van toon zijn de wanden, is het schilderwerk van Larensch rood en orarjegeel, van helblauw en groen, dat de vale grijze kleur vervangt, de verf kleur bij uitnemendheid in onze gewone stadshuizen. De wanden onderbroken dooreen eenvoudige IQ81 zijn getint en bovenaan wit gehouden, met rand motiefjes in de kleur van het onderstuk, een vroolfjke onderbreking van het anders te koude effen vlak. De vloeren zijn eenvoudig gebeitst, in 't midden ligt een rieten mat. De meubelen streng van lijn en bouw, zijn van eikenhout of naderen meer het oud-Hollandsch model. Ze doen goed in de lichte, luchtige vertrekjes met hun vroolJJke erkerbouw en daaronder gestelde houten vensterbank. De lamp boven de tafel, de wandyersiering van goede etsen in eiken houten lijstjes, de beeldjes en vaasjes op buffet en schoor steenmantel, alles is met zorg bijeenge bracht, daardoor is de hoofdlijn aangegeven, waardoor het oog dadelijk aangenaam ge troffen wordt. In de beneden vertrekken is een verzame ling gebruikskunst bijeen: aardewerk van de Distel, van Gebr. Andree, van mej. Van Gelder. Verder platen, teekenlngen, etsen in verschillend genre, en in gangen en portalen hangen de reeks photographieën van deWoningbouw-Vereeniging.dienaarwijmeenen als reizende collectie van de Maatsch. v. 't Nut van 't Algemeen, haar leerzaam, aanschouwelijk werk in alle streken van ons vaderland verrichten. Zoo wekken wij dan allen op, een kijkje te gaan nemen op die kleine tentoonstelling, met zooveel zorg in orde gemaakt. De afstand is ver, een zomer-uitstapje schier; lijn 14 voert van den Dam naar het eindpunt, Van Hallstraat. Van daar vervolgt men de Van Hallstraat steekt het Van Beuningenplein dwars over tot de De Kempenaerstraat, waar het hulsnummer 45?47 de plaats der tentoonstelling aanwijst. Wat deert afstand, met onze gerlefelijke vervoermiddelen? 't Is een opfrisschende tocht. Zie op uw wandeling eens flink om u heen, overal nieuw leven, nieuwe werken. Geen armza lige Amsterdamscheachterbuurten, geen enge bedompte straten meer. Haog verrijzen In soberen en toch sierlpen stijl tal van woning-complexen op breede verkeers wegen. Vriendelijk kleuren de vensterbloemen overal de ba'tsteenen muren. In een zonnig plantsoen speelt de vroolijke jeugd, en moeder de vrouw zit al breiend op den bank het spel gade te slaan. In een dergelijk gezonde, frissche atmos feer binnen- en buitenshuls moet de volks geest zich wel evenwichtig ontwikkelen. De man die moede van het dagwerk tehuis komt, zal er kracht kunnen verzamelen voor zijn vaak moeilijk bedrijf. Die moderne huizenbouw danken wij aan het werk van een aantal jonge architecten en de kapitaalkrachtige medewerking van enkele personen. De woning n 1. die waarin IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHI DE STILLE MAAND De vogelzang vermindert merkbaar om streeks Sint Jan, als de nachtegaal gaat zwijgen. Maar tot Sint Jacob toe blijft het nog druk genoeg, zelfs nog wel een week later, dat is dan l Augustus. En nog veer tien dagm verder, dan begint de stilte. Dat gaat nltt opeens en ook niet over het geheele land op dezelfde manier. Een enkele individueele nachtegaal zingt nog wel in Juli. Een lijst van vogels, die Ik op een rondreis door den Achterhoek in de eerste week van Augustus hoorde zingen, ziet er nog imposant genoeg uit: wielewaal, zang lijster, merel, rood borst, zwart roodstaartje, vink, groenvink, kneutje, rietgors, geelgors, ortolaan, boomlreuwerik, kuifleeuwerik, ak kerleeuwerik, kleine kart kit t, rietzanger, sprinkhaanrietzanger, spotvogel, tjiftjaf, fitis, grasmusch, tuinfluiter, zwartkop grasmusch, huiszwaluw, boen nzwaluw, winterkoninkje, houtduif, tortel en sprlet. Daar waren er bij, die nog heel mooi en vlfjtig zongen, maar de meesten waren toch niet meer op dreef en van een imposant morgen- of avondkoor was geen sprake. Het meest en het drukst zingt thans de boerenzwaluw, die nog in de volle opgewektheid verkeert van zijn de tentoonstelling wordt gehouden, wtrdt verhuurd met hanglamp en ledikant. E LI S. M. ROQQE. iiniiiiiiiiitiiiiii Zich Behelpen .Weet je wat? Wie geen koe heeft, melkt zijn kat l" Onzinnig spreekwoord! Nu ja, wie geen zin voor dergelijke onzinnigheden heeft, moet nooit spreekwoorden gebruiken. In letterlijke beteekenis gaat er geen n op. Denk b.v. aan het tegenwoor* dig zoo veelvuldig hei haalde gezegde: dat iemand, bij gebrek aan brood, kotsijes van pasteien eet." Menigeen eet, Dij gebrek aan brood wel lekkernijen, maar dat *ijn dan delicatessen in den zoete; terwijl pasteikorsten weinig aantrekkelijkheid hebben zonder hartigen inhoud, en daarvan is, bij distributie-gratie, al evenmin overvloed te krijgen als van brood ze.f Om terug te komen op de samenvoeging van de twee genoemde huisdieren, leaer zal giif toegeven dat, zoomin als koeien dienen kunnen voor de muizenjacht, poesen (ets te maken hebben met een melkkan, dan alleen in zoover men moet oppassen dat ze er niet uit snoepen. Doch symbolisch genomen dunkt mij dit onzinnige" spreekwoordeen kostelijk ge zegde; juist in zijn overdrijving, prachtig van toon. En wat er eigenlijk de rechte kracht aan bijzet, dat is de onmisbare aan hef: Weet je wat?' Weet je wat?"... Hoort gij het niet in verbeelding door een praktische huismoe der zeggei, op een of anaer ougenblik van aliedaagschen, hier of daar voorkomenden, nood?-u»enk wat gij wilt, in een keukenuf kelder- of provisiekamer-katastrufe; of als kinaenn of meiden iets gebioken of omgegooid hebben; of leveranciers verzuimd hebben iets te bezorgen, juist op het allerfataalste moment. Het hcele gezin staat er bij met de handen In hit haar, (ook alweer zinnebeeldig op te vatten!) Totd..t plotseling de huisvrouw een inval krijgt, waardoor zij souvereine meesteres olfjft van de situatie, en op zegevlerenden toon uitroept: Weet je wat?" Zijn in ioo'n geval die drie woorden niet een preludium van een geniaal programma van raadschatfing en behelping? Ik ben overtuigd dat elke echte, degelijke, ervaren huisvrouw die dit leest, in deze beteekenis reeds heel waf katten heeft ge molken. Vooral in de laatste maanden. Menigeen, voor wie vroeger behelpen uitzondering was, b v. als zij 's zomers voor pleizeir met de heele familie naar buiten was, heefi het nu wel moeten keren in haar eigen comfortable stadshuis. En wat gemakkelijk wordt gedragen als het slechts voor korten tijd is, wordt eeu heele toer, als men er geen eind aan ziet... Behelpen is de boodschap, op telkens meer artikelen van dagelijksche behoeften. De last wordt zwaar, zelfs al heeft men bij t ij ds een en ander gehamsterd... A propos, is er ia Artis een hamster aanwezig, bereid om aan belangstellenden, persoonlijk expli catie te geven van den oorsprong van dat germanistisch werkwoord? In tegenstelling met gewone omstandig heden, schijnt de behelpings-noodzakelijkheid thans in de steden wél zoo groot te wezen als ten platte lande. Wie, op een afgelegen woonplaats, zich niet recht kan verbeelden wat er al zoo in het grootsteedsche leven voorvalt, leze eens den pas verschenen, geestigen, in hooge mate actucelen roman van Mevrouw Therese Hoven, getiteld Het Suikerpaleis (Amersfoort, Valkhoff & Co. 1918). Het is de onderhoudende historie van de opkomst, den bloei en de leegplundering van een OW'schen delicatessen-winkel in den Haag. 't Is een met tact geschreven boek, dat stellig velen amuseeren zal; door zijn goedaardigen humor, echte ontspanningslectuur. Die heeft ieder mensch, dus ook eenNederlandsche huisvrouw, wel eens noodig. Aan alle lezeressen, die daartoe in de termen vallen, wensch ik in de naaste toe komst ee ? goede mate van geduld en door zicht toe, om zieh met succes te bewegen in het doolhof van bons, kaarten en regeeringsbesluiten; en een goede mate van opge wekt humeur om zich zonder morren te behelpen! GEERTRUIDA CARELSEN tweede broedsel en vele van die andere vogeltjes hebben ook nog een laat nest; de houtduif nog wel tot achter in September en van het teere torteltje vinden wij ook geregeld nesten in het begin van Augustus. Maar het droomerlge toer-toer; toer-tetoer" is nu al wel geheel verstomd en als wij nu de bruinroode ruggetjes en de witgezoomde waaierstaart zien opiijzen uit het boschpad, dan zeggen w»: .kijk, daar zijn de tortels nog," want weldra gaan ze ver rekken. De sprinkhaanrietzanger zong in het Korenbergerveen, lang en aanhoudend, zMf* op klaarlichten dag tegen twaalven. Maar wie dat dier niet kent, merkt hem heelemaal niet op, en zondert zijn zang niet af uit het algemeen zomergrluid, gezamenlijk ge leverd door de sprinkhanen, de krekels, de bijen, wespen en vl egen. Hij scharrelde rond in de gagelstruiken en de berken en wij konden door den kijker duidelijk zijn donkergevlekt groengrijs rugget j? en den afgeronden glanzigen staart onderscneiden. Deze vogel komt in onze vochtige heide en veenstreken veel algrmeener voor dan men wel denkt. Met de karekirten en rietzangers maakte hij daarin 't veen nog drukte genoeg en er was eok nog een schorre kievit, die zijn jongen toeriep met lentegeluiden. De zwartkop-grasmusch zong bij de verlaten marmergroeve aan de Willink beek in een zeer romantisch beschlandschap waar hij dan ook thuis hoort en hij was de eenige die wij op honderden kilometers rondiijdens te genieten kregen. Zoo'n eenling was ook de spotvogel tusschen Vat sseveld De Huishoudelijke Prestaties van Mary Teekeningen van Guurtje Winter STRIJKEN Mary had de voor Karel noodlottige nei ging, haar eerste proeven van bekwaamheid in wasschen, strijken en reinigen in het algemeen op zijn kleeren te willen afleggen. De reden hiervan was eenigszins daarin gelegen, dat haar moeder haar geen kleedingstubken of linnengoed als proefkonijnen wilde toevertrouwen en ze met haar eigen blouses of rokken geen bijzondere roem zou oogsten, terwijl ze hoopte dat Karel trotsch zou zijn op hare huishoudelijke prestaties. Terwijl ze met klim mende zelfvoldoening in de k'Uken een mooi wit tennisshlrt stond te strij ken, ging de telephoon. Maiy reme de kt ukcn uit naar het toestel, want sinds haar engagement,, werd ze zoo dikwijls opg- beid, dat het bedienen der telephoon maar ge heel aan haar overge laten wrrd. Halloh, Karel ben jij het? Ja, Ik kom dadelijk. Wie zijn er nog meer? Fiin 'dan' bnnn'pn ???-terwijl Mar» een rijn, aan Kunnen m0oi ten.issiiirt=,t<md we een doubléspelen. te strijken Ik ben dadelijk klaar. Ik strijk je shirt, het wordt zoo mooi, veel mooier dan bij de strijkster. Natuurlijk, je moet zulke dingen eigen lijk altijd aan huis wasschen dan worden ze veel netter. Ze maken ze in de strijkinrichting altijd te stijf. He nee, dat is onhygiënisch, dat doen ze altijd in de keuken, je moet het ijzer probteren op een kra^t, of het vlak bij je wang houden om te voelen hoe heet het is. Me brander ? Ben je mal, maak je daar maar niet ongerust over. Spelen jullie zoolang maar vast een sett met z'n drieën. Ik breng het shirt mee. Je zult eens zien hoe mooi het wordt. Daag! Ik kom zoo, daag! Mary hing de microphoon op en haastte zich naar de strijkplank. Daar vond ze het strijkijzer, zooals ze het verlaten had, midden op de borst van het shirt. Een zacht droog schroeiluchtje hing in de keuken, een heel klein beetje rook walmde van onder het ijzer van daan. Een lichte schrik beving haar. Ze tilde het ijzer op, en zag een bolle driehoekige schroeivlek, op de plaats waar het ijzer op haar telephonisch gesprek had staan wachten. Haar zwellende toekomstige-huisvrouwtrots zakte weg. Ze nam het overhemd, hield het tegen haar borst en keek met diep teleurgestelden blik op de bruine gelijicbeenige driehoek. Behalve die plek was het shirt toch wel mooi gestreken. Met een hoopvol glimlachje, stre'k ze verder. Het ceintuur zou best over de plek heen komen. Ze rolde het shirt in een krant en met een sterk optimistische voorstelling van de ,... fietste Mary naar de tennisbaan breedte van een zwart zijden sport-ceintuur, fietste ze naar den tennisbaan. Karel verlangde dadelijk het shirt dat zóó mooi gestreken was, als geen beroepstrijkster het kent, te zien. Mary vroeg om uitstel, en wou eerst spe en Lichtenvoorde, maar die hoorden wij op vier verschillende dagen. Winterkoning, tumfluiter, tjif jaf en files zongen neg overal op de plaatsen waar men ze met reden kon verwachten en het karakteristieke l edje van den geelgors was geen oogenbiik van de lucht, ge weet wel, die zes of acht snel uitgestooten toontjes van gelijke hoogte be sloten met een enkelen of dubbelen uithaal, die met den snellen aanhtf een nog al duidelfjken interval vormt. Het prachtig dieitje, bruin van rug, geel kopjt en met wit omzoomden staart valt duidelijk in 't ooe, zooals hij zit op z^n telegraafdraad, hekkepaaltje of op een van de hoogste takken der jonge dennetjes. Deze merkwaardige vogel bewoont de meest verschillende land streken en is even goed thuis in de vette Een laat broedend Torteltje len. De anderen hadden al zoo lang gespeeld. Karel bezat geen b reeden zijden band, maar een tamelijk smal ieeren ceintuur, dat eens door Mary erg bewonderd was. Het bevreemdde hem dat ze dit ceintuur dien dag minder mooi vond, en ze eigenlijk de breede zwarte zijde prefereerde. Toen hij eindelijk het gestreken tennishemd eischte te zien, begon hij het ceintuur mysterie te begrijpen. ZQn meisje wilde hem blijkbaar om den bruinen driehoek op het shirt te bedekken, ingezwachteld zien. tot aan zijn hals, in een soort breede zwarte zijden priesnitz. Gehoorzaam beloofde hij, na een kleine discussie, een zwart ceintuurte zullen koopen. Hij kocht er nog een denzelfden avond, en bezocht met het verbrande overhemd, tallooze winkels om zich precies zo .'n zelfde aan te schaffen. Laat in den avond vond hij er een. Mary was den volgenden dag kinderlijk verheugd, toen ze niets van de bruinen vlek zag, en bewonderde nog eens haar uitne mende strijkkunst. ARIËTTE minimum immuun INGEZONDEN Gemeentelijke Volks(?!)waschinrichting Met zeer veel belangstelling las ik Zater dag 1.1. het uitgtbreid en ermoedelijk on derzocht en doorzocht rapport van Mw. J. W. Suijver?Landrëover de nieuw aange kochte Gem. Volks(?!)waschinrichting te Amsterdam. Gaarne wensch ik ook de göe gemeente leden van die gelukkige stad iets mede te deelen alhoewel ik in geenen deele interesse heb bij Stoomwasscherijen, of welkt tak van dien branche ook; dus ik ben 'n onbevoordeelde echter niet 'n onbevooroordeelende daar ik met ontzetting en onrus!ba ren den schrik voer die zelfde goêgemeente naren den tijd heel spoedig, tegemoet zie, er verbalend veel belastingpenninkes bijge past zullen moeten worden. Waarom? Omdat noch de gemeente (ja, die 't allerminst) noch welke wasscherijleider, kans ziet om in deze tijden 'n stoomwasscherij te exploiteeren, zonder verlies, met het schoone goed te leveren aan zijn cliënten a raison de 16 cents per K G. En wet t UEd. wat het der gemeente kosten zal? Minstens 32, (zegge twee en dertig cents) per KG. Ik wil 'n oproep doen om persoden te vragen wasscherijen te gaan of te laten exploiteeren waarvan het behoorlQk sehoon geleverde waschgoed af te leveren is a ± 2 a 2Vs et. per stuk, die dat wonder kan verrichten die heeft recht (en wordt 't ook) om 'n gouwe O.-w'er te worden, met 'n reuzenstandbeeld na z'n dood, voor de hu mane daad aan de volks(?!)vrouwen gedaan, door voor hun het slavige en onhygiënische wasschen der goederen, voor zoo'n koopje gedaan te hebben. Geloof me, hooggeachte mevrouw, theorie en praktijk zijn nogal'ijd twee. Op papier is 't heel mooi maar straks dan komt de ontwaking en dan zoete lieve Gerritje enz. enz. Wij zullen maar niet in details treden, want dan had ik de halve Groene noodig, maar de tijd zal 't leeren dat als de Gemeente wascht voor het volk, daar versta ik onder: de werkende klasse, niet de ambtenaars wereld, neen 4e werkelijke menschen die hun goed vuil maken, van dat goed wat vuil is (ik bedoel nog lang niet vies goed, dat heeft een werkmansgezin niet); als voor die gezinnen de Gemeente gaat wasschen, wat ik van harte tot juich, dan moet veel, veel, veel langer 'n een ketel draaien dan het door UEd. opgegeven half uur en dan is zeep (waar is die te verkrijgen? De Ge meente heeft toch nu al niet gehamsterd?) niet voldoende, maar dan moet wel dcgriQk goed gebleekt worden. Als het volk voor dat geld z'n goed vuil gehaald en schoon bezorgd krijgt en ze nooit iets te kort komt, dan feliciteer ik ze van harte, maar de Ge meente A'da m, alias belastingbetalers, zend ik in gedachte een kaartje met P. C. Hooggeachte Mevrouw wanneer 'n budget in allen eenvoud en wars van alle partijdig heid werd opgemaakt van de exploitatie van eene Gemeente-volkswasscherij, mei al hare ap- t n dependenties, (bij de baantjesuitdeelerij zal 't wel precies eender gaan als bij al de distributie en andere baantjes, n.l. die d'r 't minst verstand van hebben die worden het) dan zouden, nu in dfze tijden, de zilvere tranen langs onze wangen gaan loopea en moeten loopen in de ge meentelijke spaar (?) pardon uitgave-pot. H. J. GLASTRA kleipolders als op den hoogen zandgrond. Haif Augustus wordt zijn zang al minder en mii der, tegelijk verstommen of vertrek ken ook de meeste andere zangers, zoodat legen het einde van de maand de zwaluwen haast het woord alleen hebben. Maar intusschen gaat er iets anders ge beuren. Op alle tijden van den dag, 's mor gens, 's avonds en ook 's middags tusschen tweeën en vieren, dat anJtrs de rusttijd der vogel j is, hoort ge op beschutte boschpl< kjes of in tuinen een zacht geprevel, dat zich af en toe verheft tot helderder geluid, voorden ineewijde te herkennen. Ook kost het weinig moeite, om den zanger te besluipen, want het zijn de onervaren jongen, die nog weinig argwaan hebben. Dit is nu een van de fijnste en aandoenlijkste gebeurtenissen uit het vogeljaar: de jonge diertjes, slechts eenige maanden oud, bij wie de zangdrift gaat ont waken. Nu eens is het een roodborstje, dan een jonge zanglijster of zelfj een jonge nachtegaal. Het is alsof ze zich de liederen trachten te herinneren, die bij hun wieg gezongen zfjn en dikwijls genoeg worden ze daarbij geholpen, door den een of anderen ouden vogel, die zijn voorjaarszang nog niet heeft afgesloten. Vooral de roodborstjes hebben het in dit opzicht al heel gemakkelijk en ook de jonge winterkoninkjes. In de tweede helft van Augustus zfjn deze jeugdoefeningen het aangenaamst te bestudeeren. Zij leveren echter geen geluid, dat door de wouden en over de velden schalt, zooals de zangen van April doen. Nu zijn ook de meeste oude vogels door de rui heen en dan slaan er vele weer aan VAN ALLES WAT De nieuwe haardracht H.l. La coiffure simple." De laatste creatie der Parijsche kappers, die in la vilie lumièredeParisienne in ver voering brengt. Ons Kookboek TAPTE MELK ALS STIJFSEL Tapte melk of ondermelk of magere melk wordt in een der Julinummers van het tijd schrift U-ber Land und Meer", door een plattelandshuisvrouw aanbevolen ter ver vanging van stijfsel. Men dompelt de nog natte, schoone wasch even in de melk, wringt ze goed uit en laat de stukken snel drogen. De wasch wordt ?eer stijf en de melk kan volkomen de stijfsel vervangen. Met een halven Hier magere melk kan men hij oordeelkundig gebruik een flinke wasch behande'en. Het is nadzaam, waschgoed, d-t met melk gesteven zal worden, vooraf door blauwsel te halen. SLA AANMAKEN We willen sla aanmaken en hebben gebrek aan slaolie. Doe ter vervanging daarvan, in den sla bak een stuk boter ter grootte van een ei en daarop een gekookte warme aardappel. Wrijf dit goed dooreen, doe er de slabladen bij, en meng deze verder aan met een ei, azijn en wat men er nog aan toe wil voegen. iiiiiiiiiiiiliiiiiiiniiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii Oorlogsliedje KLEIN WILLEMIENTJE Geboren was ze-in Heiland, De jongste van 't gezin. Ze heette Wilhelmlna Naar Neerlands koningin. Ze was een lekkre dreumes, Een blonde krullekop, En sloeg haar blauwe kijkers Zoo vol vertrouwen op. Ze had drie leuke zusjes, ' Daar ging ze vaak mee uit; Dan stapte ze parmantig, Die kleine, dikke guit. En vroeg men als een grapje Ain Willemient je- klein, Wie van het aardig viertal De Hollander moest zijn. Dan lachte ze verlegen, Maar had toch o, zoo'n schik, En 't kleine rreiske zei dan: De Ollander ben ik". P. A. E. OOSTERHOFF imimiiiuuuiiitiimiiiiiimmiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiu CORRESPONDENTIE Een lezeres van de Amsterdammer" zou gaarne een proefondervindelijk goed recept weten voor 't maken van Joghurt. Kan een onzer abonnees haar daaraan helpen? M w. V.?A. Dank voor uw guitig gedichtje. U heeft gelijk. Ik heb 't aan de bedoelde persoon doorgezonden. E. M. R. IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIllllllllllllllllllllllllIllllllllllllllIIlllilEillllllllllllll alle «tukKe-a voor e ubriek Voor Vrouwen" in te zenden Koninginneweg 93, Haarlem. lllllllllllllllllllllllllllllMIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIllllllIlllnlIIIIIIBIHlMIIMIIIII :: VERHUIZEN :: MEUBELS BEWAREN E. J VflN 5CHAÏCK «QOTHSTRBflT UTRECHT het zingen, vooral de onvermoeibare boschzangertjes zooals de fitis en de Ijif'jaf en de verschillende soorten van grasmusschen, zoodat September soms in menig opzicht een echten voorjaars-indruk maken kan. De echte meezi-nzang verstomt vroeg in in de zomer. Maar in Augustus zijn de meezen de eersten, om een nieuw geluid te doen hooren : Zij blazen verzamelen. Waar ge nu wandelt in de bosschen, overal hoort ge de lokroepen der meezen, die met elkander zwerftroepen gaan vormen. Ze ne men nu hun winte:formatie aan; verschil lende soorten vereenigen zich tot groote troepen, die in een kring van grooter of kleiner uitgestrektheid blijven rondzwer ven, totdat het vroege voorjaar ze weer uit elkander drijft. Dit is een van de vele vor men van den vogeltrek en eer de maand ten einde is, krijgen wij daar nog meer van te hooren. Ongeveer op dezelfde manier roepen zoo elkander de vliegenvangertjes en de fuifjes, de piepers en de kwikstaartjes, die ook wel de tapuitjes bij zich willen hebben. Spreeuwen uit alle landen vereenigen zich tot groote benden, die joelend, zwatelend en zingend door het land trekken en langs de stranden galmt weldra de forsche roep van de wulp, het fluiten en trillen van ruiters en strandloopers, 't weemoedig geroep der plevieren, het gekrijsch van reigers en ein delijk, ver in September, het geroep der bonte kraaien. Zoo zijn we van den stillen nazomcr weer beland in den woeligen herfsttijd. Maar echt stil is het nooit geweest. JAC. P. T H ij SSE

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl