De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 21 september pagina 1

21 september 1918 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

»*. Zaterdag 21 September A' 1918 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND ONDER REDACTIE VAN Prof. Mr. J. A. VAN HAMEL, Prof. Dr. H. BRUGMANS, Mr. E. S. OROBIO DE CASTRO Jr., Dr. FREDERIK VAN EEDEN en H. SALOMONSON UITGEVERS: VAN HOLKEMA & WARENDORF Prijs per No. f 0.20. Per 3 mnd. f2.25. Abonn. loopen per jaar Redactie en Administratie: Keizersgracht 333, Amsterdam BERICHT Naar aanleiding der verschillende reclames over het te laat of niet ont vangen van nummers van ons blad, deelen wij mede dat de expeditie door ons steeds nauwkeurig en op tijd ge schiedt. Reclames over te late bezor ging gelieve men dus aan het post kantoor ter plaatse te richten, terwijl wij voor eventueel zoek geraakte nummers gaarne een ander nummer toezenden. De uitgevers VAN HOLKEMA & WARENDORF ?MllMliiiimiiiiiiiitiiiiiliiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiii INHOUD s Bladz. l: Waarom er geen Vreda te verwachten ig. Uit de Troonrede, door v. H. Bnitenl. Overzicht: Schimmenspel, III, door dr. W. G. O. Byvanok. ' 2: Kapitein Thomaon, door Generaal K. Eland. Krekelzang, door J. H. Speenhoff. Feuilleton: Verlovingtspel, door Oisey van Maixveldt, met illastiatiea van Is. van Hens. 5: Voor Vrouwen (red. Elis. M. Bogge) Wy Gedenken, door EU». M. Bogge Oatharina Breshkofsiy, door dr. Aletta H. Jacobs. Hnieh. Prestaties van Mary, door Ariëtte Jaooba Maria, door H. van Liegen Kerstfeest op Zee (Ingezonden) do..r Minie Oftt. Dit de Natuur: Beukenootjes, door Jao. F. Thijsse. 7: J. A. Laan f. door jhr. mr. H. Smissaeit. Boekbespreking, door prof. dr. H. Brugmatis. Conservatieve Autocraten, teekening van George van Baemdonck. Dramatische Kroniek, door Top Natfi. 8: Financiën en Economie: UitdeAmerikaansche Mail, door J. D. Santilhano. De Politieke Onderzeeër, teekening van Jordaan. Boekbespre king, door prof. dr. G. Kalff 10: Van Vlaander««: Wijd en Zfld, door Fritz Praocken. De Schoentjes. Een Vleugje Haagsche Wind, door Arie. < Droombeeld, teekening van G. Dolnay. Uit het Kladschrift van Jantje. Oorreipondentie meteenDamo.door B. O. H.?11: Het Oostenrjjksohe Vredesaanbod, teekening van Joh. Braakensiek. Damrnbriek, red. K. J. de Jonge. Bijvoegsel: De Bedreigde Germania, teekening van Joh. Braakensiek. tlimiiimiiiiliiiiiiiiiiiiMiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiimiiimiHiiiiiiiiMiiiiiiiiiiii WAAROM ER NOG GEEN VREDE TE VERWACHTEN IS Het is onbegrijpelijk, hoe verscheidene stemmen te onzent zich nog hebben kunnen opwinden voor het jongste vredesvoorstel uit Weenen. Enstiger: er moet met nadruk tegen worden opgekomen, dat men van uit ons land dit voorstel zou willen bevorderen, en zulks ook aan de nieuw opgetreden regeering als een taak heeft zoeken voor te houden. Het geheele drijven ware niet anders dan een hulpverleening aan de Centralen, op een tijdstip, dat zij definitief in het nauw beginnen te geraken. Er is natuurlijk niet de geringste sprake van, dat thans van eenigen vrede door vergelijk of overeenkomst iets komen zal. DSartoe is het Amerikaansche plan waarlijk niet ingezet. SCHIMMENSPEL III De vertooning loopt op haar eind, en het einde van vertooningen wanneer zrj niet met een huwelijk besluiten, is meestal treurig. Maar eer wij, door het fantastische heen, het tlot naderen, laat ons deze Roemeensche koningin die een beetje 'n theater koningin is, log eenmaal in haar vollen theatralen glans zien. Als compensatie krijgen wij dan nog een Westersche koningin te aanschou wen, die tegelijkertijd keizerin is en een heusche souvereine van haar volk. Het besluit was genomen tot een groote Europeesche reis, Engeland zou daarvan het uiterste punt zijn. Een omweg werd gemaakt en bezoeken werden onderweg afgelegd, maar wat gaan ons die kleine Duilsche hofjes aan, wij begeleiden de koningin van Roemeniëen haar jeugdigen secretaris die voor ceremonie-meester dienst doet, dadelijk naar Wales. ?Het land was het tooneel van haar laatsten roman, een bard was daarvan de hoof d per sooi. Zij was nooit in Wales geweest. Maar dit was het fort, of wil men, hetfaible van haar romanesk genie: anderen konden alleen beschrijven wat zij hadden waarge nomen, zij, Carmen Sylva, nu gaf wat zij zich had verbeeld. Zeker was zij nieuws gierig of de werkelijkheid haar verbeelding op zijde streefde, in n ding stelde zfj toch nog meer belang: in die dagen zou er te Banger een bardenwedstrrjd worden ge houden ; op de tijding van haar komst had men' haar gevraaed daar persoonlijk aan deel te nemen. Zij voelde zich gevleid en had toegezegd. In het groote amphiteater voor de cere monie bestemd had zich een gebed volk verzameld en dat volk hield de oogen ge vestigd op de koningin. Want zfj zat in het midden van zes barden, ieder met zijn harp, Maar het zou 008* voor de geheele verdere toekomst, n van de wereld, n vooral van de kleine volkeren gelijk het onze, een onheil zijn te achten, wan neer de strijd nu door uitputting, onvolstreden, tot een einde komen moest, dat in de waarheid geen einde zal zijn. Wat zich thans schijnt te voltrekken, is van geweldige tragiek. Gelijk soms een zeekasteel, dat op de helling staat, bestemd om binnen enkele minuten trots en fier de wateren te klieven, topzwaar wordt en door 's bouw meesters misrekening op 't laatste oogenblik aan 't waggelen slaat . voor de oogen van een duizendvoudig, anstig starend leger toeschouwers naar ter zijde overzwiept, niet meer te stutten is en zeker kantelen moet.zoodat het langzaam, uiterst langzaam aan, eerst nauwelijks merkbaar, doch steeds sterker heen en weder schudt, tot op 't moment dat het metijselijkgeweld ter zijde storten zal en in zichzelf te pletter valt, zoo ongeveer ziet men het Duitsche Rijk in deze dagen aan. Wat ook nog blijven moge: gebroken is de tooverring, het onaantastbare geloof aan Hindenburg's Onoverwinlijke Armee. Daar op de grenzen van Lotharingen en van België, wankelt het geweldige gebouw van 1870. Steeds onverbiddelijker schijnt de kracht, die 't aangegrepen heeft, te rukken. De meesters zoeken hopeloos naar steun en stut; en in verholen doods angst klinkt de laatste roep: vergelijk! vergelijk/ Inderdaad, wat is het, dat zich tegen vergelijk verzet? Niet anders dan... de kwade trouw, de ongeloofwaardigheid. * * Vrede door vergelijk moet beteekenen een vrede door tractaten. Tractaten zullen wederkeerig de verzekeringen moeten boekstaven van elks voornemen om den vrede voortaan te handhaven. Tractaten moeten het respect uitdrukken voor elkanders grondgebied; in tractaten de plannen tot verminderde bewapening worden nedergelegd; de erkenning van, de onderwerping aan internationale recht spraak beloofd. Door tractaten zal elke natie, vrijwillig, zich ontdoen van een deel van hare macht en de zekerheid geven, dat de krachtsmiddelen waarover zij tegenover de anderen beschikt, niet meer zullen worden gebruikt. Een vr«de door vergelijk, zal hij voor de toekomst iets' beduiden, moet maken, dat de staten niet meer aan militaire macht en aan diplomatieke sluwheid behoe ven te denken, omdat zij op elkander gerust kunnen zijn. Vergelijk" onderstelt trouw aan de afspraken; onderstelt de uitgeslotenheid van twijfel in elkanders woord. Wordt dit voorbijgezien, dan is de vrede door Verstandigung", door ver gelijk en wederzijdsche toegefelijkheid, een onding, omdat hij dan toch weder slechts gehandhaafd worden moet door nieuweac/irerdoc/irenpreventievemac/z/smiddelen. Dwars in den weg evenwel nu van al deze onmisbare voorwaarden staat de iiiiiiiiiiiniiiiiiitiiiii op een est rade als op de eereplaats van de geheele plechtigheid. Eerst prezen haar de barden in kymrische liederen, daarna trad zij vooruit als Muze met loshangend haar, en na een kleine voorrede reciteerde zij haar laatste verzen, in 'tEngelsch overgezet. Haar klankvolle stem had nog geen gelegenheid gehad zich in zulk een ruimte te doen hooren, ook nooit heeft zij zulk een enthousiast publiek gevonden. Het was haar triomfdag. De secretaris-ceremoniemeester zorgde er voor dat geen verslag van haar zegepraal in de Baekarester- couranten kwam. Hij vreesde voer een kwaad gerucht. Voor haar vreugd was dat de eenige schaduw. Daarop ging de reis naar Balmoral, in de Schotsche hooglanden, tot een bezoek aan koningin Victoria. Zoo ongeveer beschrijft Robert Schfffer zijn indruk van de eerste ontmoeting met de weduwe van Prins Albert, de keizerin van Indië. Er stond dien avond op het feestprograrnma een dans van highlanders der omliggende geruchten; en op het voorplein der hall van het burgerlijke kasteel waren alle gasten verzameld om te kijken naar het fantastische ballet van grillige wezens in rokken en bloote kuiten met toortsen en zwaarden in hun handen, toen op eenmaal achter mij het is Scheffer die spreekt een beweging plaats greep, als was er een nieuwe persoon op het tooneel verschenen. Onwillekeurig keerde ik mij om. Daar stond, geleund op haar hoogen stok, met haar opgeloopen gezicht onder de witte gladgestreken haren, geheel in 't zwart ge kleed, klein en dik koningin Victoria als toeschouwster van de krrjgspantomime, on verwacht, «nbewegelfjk en zonder een enkel woord. Zoo in 't midden van de verlichte vestibule met de vlucht van trappen en gangen achter zich en vóór zich, in de wijde opening van de deur, de nacht, waarin een daemonische horde bij het gek'etter der zwaarden en het rosse schijnsel der flambouwen op en neer danste, had zl veel van een oude fee, nitt bijtonder goedaardig, maar zoo geheel ver'Ch-1 end van haar por tretten en van haar dof knorrige figuur bij s'aatsiegelegenheden. Zij stapte vooruit door de deur met vluggen heersenersgang, en Pruisische staatkunde, geënt op de macht van het Duitsche Rijk. Alle voorbeelden, die daarvan spreken, zijn nog steeds samen te vatten in dat eene woord: België. Brengt het u weder eens te binnen, Nederlanders, burgers ,\(an den zuster staat, die straks haar lotgenooten wezen zoudt. * * * Wat beteekent België"? Het beteekent, dat eenmaal, in 1830, Europa door eenen wereldoorlog werd be dreigd. De inwendige beroering in het Koningrijk der Nederlanden scheen de groote mogendheden tot twee kampen op te zetten. Frankrijk, «iet Engeland aan den eenen, PruiserT,\5ostenrijk en Rusland aan den anderen' kant, voelden zich gedrongen tot den strijd. Toen is inderdaad gepoogd dien strijd en zijne oorzaken te.ondervangen door.... een vergelijk", door overleg, Verstandi gung! De poging is te Londen teneinde gebracht en het einde is een vergelijk ge weest : de instelling van den voor altoos neutraal verklaarden Belgischen Staat. Ziedaar dan een voorbeeld van over leg aan de groene tafel, van onderling vertrouwen, van voorkoming van den oorlog door tractaten en het wederzijds gegeven woord. Nog tot in de 20ste eeuw zijn de bevestigingen van dat vergelijk van 1839 door de regeeringen gegeven. De proef op de som is genomen.... aan de Maas, bij Viséin 1914! De Feldgrauen", die toen de rivier zijn overgetrokken en de eerste Belgen hebben neergeschoten, zij hebben tevens den doodsteek gegeven aan de bestaanbaarheid van een vergelijk, van een op goed vertrouwen gebaseerde vredesregeling met het Duitschland van nu. Von Bethmann Hollweg heeft de trouwbreuk erkend en zijn geheele volk heeft zjch daarbij neer gelegd. Zij meenden misschien, dat daar mede bijster flink en royaal gesproken was. Doch zij zullen moeten ervaren, dat geen ernstig mensch meer iets kan hechten aan een vrede, die der wereld waarlijk vrede brengen moet, door enkel vergelijk en papieren overeenkomst met Duitschland! Daarom blijven thans dèdringende kre ten in het waarachtige beUne dermenschheid onverhoord, en wc m er getracht niet met woorden, maar'met macht en met feitelijke regelingen, de Duitsche aanvalskracht voorgoed te breken. Be loften en verbintenissen kunnen niet vol staan. Zij brengen der wereld geen rust. Die rust zal slechts verkregen worden door de ingrijpende veranderingen in het Statenwezen van Europa; en hier voor gaat de oorlog verder. Toen Lodewijk XIV zich na den Spaanschen suc cessieoorlog gewonnen had te geven, is óók het aanbod van vergelijk" niet aan vaard, maar de feitelijke losmaking tusschen Frankrijk en Spanje gevorderd. Toen Napoleon de Eerste ten tweede male voor de mogendheden had moeten zwichten, verklaarde hij zich tot schikiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiMiiiiiiiiliMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiniiiiiiiiiiiiiimiHii toen ze mij aansprak en haar heldere blik mij fixeerde, had ik het gevoel dat, zoo klein als zij was en met haar hoofd niet verder komend dan mijn kin, zij toch geheel het overwicht op m ij bezat. Carmen Sylva heeft haar nieuwste ge dichten daar in Bilmoral voorgelezen. De prins van Wales was voor de lectuur ge vlucht, maar koningin Victoria werd erdoor aangedaan. Het afscheid was moederlijk en hartelijk. De niet zoo heel goedaardige fee had tranen in de oogen. Wij treden in een nieuwe wereld, wanneer wij te Boekarest zijn teruggekeerd; een nieuw personage is middclerwijl op het tooneel verschenen. Het is prins Ferdinand, neef van den koning en bestemd voor de opvoleing op den troon van Roemenië, de tegenwoordige koning. Zonder pretentie, zonderden minsten geest van intrige, zonder veel eigtn wil ook, werd de prins dadelijk opgenomen in het moedeilijk hart van de koningin. Zij zocht naar een vrouw voor hem. Haar reis naar Enge land beduidde ook een monsteTing van de prinsessen aldaar. Allerlei twijfelingen be legerden haar gemoed. Zij was nog niet tot een vast besluit gekomen, toen zij onder den invloed kwam van het spiritisme. Op reis was dit reeds begonnen. Men had tafels laten draaien, en de séances werden in Boekarest voortgezet. Daar ging men geesten oproepen. Héle ie Vacaresco, de lieveiing'h >fdame van de koningin bleek een uitstekend medium te wezen. Door haar spraken de machten van de bovenzinnelijke wereld. Aarzelend was hij begonnen mee !e doen, de jeugdige secretaris, die voor or.s de spiriiistische zittingen heeft beschreven, dan werd hij door het wonder meegesleept, en de overtuiging van de koningin bracht htm voor een tqd tot een min tf meer wankel gi-loof. Da draaiende tafel kreeg voor zijn verbteldirg een ziel en de opgeroepen geesten werden de verkondigers van nieuwe waarheden. Welk een vreemde wereld werd toen aan het drietal eeloovijjrn: de koningin, Vaca resco en Sch, K-r, geopenbaard ! Htt gees tenrijk dat naar zijn eigenaardige wHten leefde onder den invloed van weldoende en booze machten, bleif belang stellen in king" bereid en wilde de belofte geven, voortaan als vredesvorst te zullen regeeren over een herboren Empire libéral. Maar er zijn gevallen, waarin zulke Verstandigung" niet kan worden aan vaard, en inplaats daarvan kwam.... Sint Helena! Niemand kan voorspellen, hoe de zaken nu loopen zullen. Doch dat het denk beeld van den vrede door overeenkomst op 't oogenblik eene aanfluiting is van 't geheele wezen van dezen oorlog, staat vast. * * En echter, heet het dan, kan Duitsch land zich niet veranderen of hebben veranderd ? ??? Ook dit zijn praatjes voor de vaak. Geloove wie wil' in de redevoeringen en yertoogen van de Duitsche democratie, in de vredesresolutie's van den Duitschen Rijksdag, in de verzekeringen van de vooruitstrevende partijen, in de ijdele voorspellingen van het nieuwe Duitsch land", in de bereidwilligheid tot een empire libéral, nu in 1918. Men neme het van ons aan, gelijk ieder, die het Duitsche volk kent zal bevestigen: het is en blijft, op enkele uitzonderingen na, van den dappersten ' democraat en den eenvoudigsten burger af tot aan den vrijzinnigsten verant woordelijken staatsman toe, machtsbelust en tot imperialisme genegen. Het snakt nu wel naar den vrede, maar het zal er vervolgens geenszins naar snakken, ook den vrede te helpen dienen. Het gaat mede met iedere regeering die, zoo dra de gelegenheid zich voordoet, maling heeft aan elk getroffen vergelijk"! Nu roemt men weder de redevoering van den vrijzinnigen, parlementairen vice-kanselier Von Payer, wiens woor den: Belgiëzal zonder bezwaring en zonder voorbehoud kunnen worden teruggeven," door de pers zijn rondgebazuind. Maar wat wij merkwaardiger wijze nog nergens vermeld zagen, ook niet in de buitenlandsche pers, is wat volgens 't officiëele verslag dier redevoering door den spreker daarop verder is gezegd: De tegenstanders hebben ons ge dwongen, Belgiëbinnen te vallen, en Belgiëlijdt gén onverdiend lot. Het is hui c hel a r ij, hei als een onschuldig slachtaffe.* van onze pflitl'ek, in 't witte kleed der onschuld, voor te stellen. De Belgische r eg eer Ing heeft leven dig deelgenomen aan Engelands Einkreisungspolitik" en ook op een stuk van de huid van den beer gerekend". Aldus gaat nog zoo juist, terwijl hij tegelijkertijd de,,vredesgetieigdheid" moet verkondigen, de man van den nieuwen koers in Duitschland voort te lasteren en te smaden en te pochen tegenover het voorwerp, waarvoor hij, om te beginnen, de schande van zijn land bekennen moest. In dien geest heeft ten minste onlangs Bernard Dernburg wél iets geschreven, maar... Dernburg is dan wat er op aarde voorviel, het voorzag in een nabij zijnde toekomst gewichtige ge beurtenissen en sprak voortdurend over de aanstaande veranderingen in het lot van vorsten en volken. Helene Vacaresco, het medium, was steeds het middelpunt van de geweldige transfor matie van Europa. Esn prins van Zweden, heette het, had voor haar een hartstocht opgevat, hij zou raar Frankrijk overkomen, en, door Héiène gesteund, na groote over winningen te hebben behaald, als een tweede Charlemagne o^er West Europa heerschen, met Helene als keizerin naast zich op den troon. Aan Roemeniëzou de nieuwe keizer Constantinopel schenken en koningin Elisabeth werd keizerin van het Oost-Romeinsche Rijk. Ook de secretaris werd goed bedacht. Daarnaast speelden in de hooge, onwe zenlijke regioenen nog andere drama's. Ook prins perdinand, de troonopvolger in Roe menië, koesterde een wanhopige liefde voor Hëline. Het lot had hem bestemd ongeluk kig te wezen. Het was een grillig imbroglio van toestanden en personen, maar de konin gin, ondanks de tegenspraak en de verwar ring in het meegedeelde, geloefde daaraan. Er werd nauwkeurig in een dagboek opgeteekend al wat de geesten door het medium verkondigde en aanstalten werden gemaakt om de toekomst voor te brreiden. De koningin schreff naar het hof van Zweden, en tegelijkertijd om den ongelukkigen" prins Ferdinand bij te staan, drong zij aan op zün verloving met haar hofdame. Dat alles werd met zoo'n ijVeropaevat en doorgezet alsof het heil der wen-ld er van af hing, en ondertusschen werd hu t dagboek zoo slecht bewaakt dat ook profane, af gunstige cogen er inzage van namen. De tragisclvburleske comedie aan het hof moest tot een catastrophe leiden. Om kort te gaan want in hun ontwik keling hebben deze dingen vee! tij 1 genomen P. ins Ferdin!>'d werd voor een poos naar zfjn familie in Duitschiard ges'uurd om de opgedrongen lief ie van Hëièe te vergeten; de koningin, zeer giïsolerrd f.an hirt hof door de uitsluitende l eide voor haar hof dame, krerg van haar kant verl f naar Ve netiëte gaan om er de ztebaden van het Lido te gebruiken. Hé.éne en de secretaris ook allen invloed kwijt en wordt zelfs voor de thans te vervullen Rijksdagkandidatuur in Berlijn, met bewustheid gepasseerd! * * * Er is met de Duitsche natie in haren tegenwoordigen staat geen vredesrege ling overeen te komen, waarop men bouwen kan. Het woord van Frederik den Groote: en fait de royaume on prend quand on peut et on n'a jamais tor t, quand on n'es t pas o b ligéde rendre" is nog 't ondeugdelijke cement, waarmede alle verzekeringen blijven gekalkt. Dit zien de staatslieden der Entent hopelijk te goed in, om zich door fan fares en door lichtgeloovige, kritieklooze idealisten van de wijs te laten brengen. Europa heeft, Engeland onder Gladstone vooraan, eenmaal, in 1870, de groote fout begaan, tegen den raad van scherperzienden in, de Pruisische rijksfermatie rustig haren gang te laten gaan, in de veronderstelling, dat het Duitsche idea lisme hier een vredesrijk stichten zou. Die fout heeft aan de menschheid dezen wereldoorlog berokkend. Moge hij ten minste nu niet weer herhaald worden. En moge daartoe in geen geval pressie uitgaan van Holland, dat anders slechts zou lijken op de zwakke maagd, die in kinderachtige weekhartigheid den woestaard, door wien haar zuster geschoffeerd is en teneergeslagen, de hand reikt om aan zijn vervolgers te ontkomen, de eenigen, die toch ook haar er voor kunnen behoeden, eenmaal zelf zijn slacht offer te zijn. v. H. UIT DE TROONREDE... De beproefde eensgezindheid der natie geeft Mij steun bij Mijn onwrikbaar voor nemen, onze onafhankelijkheid tegtn iedere aanranding tot het uiterste te verdedigen ..." Inderdaad: deze natie verkeert in oneenigheid en tweespalt, zoo erg als in de ergste tijden van partijschap; zij heeft zoo juist brj de verkiezingen zich zelve aan stukken gescheurd, elke begrip van breede aaneensluiting van de hand ge wezen en in klein krakeel een roes van f actieve rdeeldhejd In gedronken; het formeéren van eene stevige regee ring is eene onmogelijkheid gebleken, omdat nfemand met niemand wilde samenwerken; en de partijen, die tenslotte 't kabinet heb ben gevormd, zitten elkander reeds thans weer in het haar; zfj, die, als Treub, leiders konden zijn, stichten verwarring, en wie slechts deugen om verwarring te stichten, worden het meest als leiders aanvaard; de stedeling kijkt afgunstig op den boer, en de boer met verbittering op den stedeling, 4e politieker op den soldaat en de soldaat op den politieker; de bezitters en de bezitloozen zien elkan der over en weer als roovers aan, en de iiniiiiiiiiiiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiimmiiii volgden de koningin, maar om weldra van. haar te worden gescheiden. Liet hierbij ook een Duitsche intrige haar invloed gevoelen, met het doel de macht te breken welke de koningin op haar echt genoot uitoefende, ten nadeele van Roemenië's nadere aansluiting brj het Bismarcksche drie voudig verbond? De schrijver van het gedenkschrift beweert het; maar het is misschien onnoodig dit als een bijkomende reden aan te nemen; liever gelooven wij hem waar hij spreekt over een hofkabaal tegen Carmen Sylva. Want hoe kon het hof de exclusiviteit van de vorsten verdragen! Het afscheid van de koningin was zeer droevig. De secretaris met het beeld nog voor den geest van de edele vrouw die hem in het palels te Boekarest had ontvangen, vond haar bleek en vermagerd te bed liggen. Toch was er nog een glimlach door haar tranen heen. Iedereen van wie ik houd, neemt men van mij weg," zeide zij hem. Zij vertelde van het bezoek der geneesheeren die haar hadden ondervraagd om sporen van krank zinnigheid te constateeren. Zij werd zeer bilt'r en heftig. Het was haar een diepe vernedering. Ik kan er niet over heen komen; mijn hart is gewrongen van smait," bekende zij. Dan kwam haar goedheid boven en zij vroeg vergffcnis: zij had hem het geluk, dat in haar bedoeling lag, niet kunnen geven. Nog bleef over het laatste onderhoud met den koning. Het had te Boekarest plaats, nadat de secretaris het hem toevertrouwde dagboek met de geesteservaringen had verbrand. Hij kreeg eerbied voor den vorst, die in moei lijke omstandigheden geplaatst,'beducht voor de toekomst van zijn troon, zonder steun in zijn omgeving, het hoofd moest bieden aan den tegenspoed, hem door het lot be reid. Ik ben tegenwoordig alleen, geheel alleen," zeide hem de konir g en reikte hem voor de laatste maal de beide handen. Hier valt het gordijn. Vorsten illusies, vorst<-nleed ! Hebben wij nog lijd onsdaarmrêbezig te houden? Het diende ook maar vooreen oogenblik, dit schimmenspel. W. G. C. B Y VA NCK

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl