De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 21 september pagina 2

21 september 1918 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 21 Sept. '18. - No, 2152 N.V. PAERELS Meubileering M". COMPLETE MEUBILEERING -: BETIMMERINGEN : Rokin 128 Telef. 4541 N IHIIIIIIIIIIIlllllllllllllltlllllllMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIHUIIIIIIlttlllllllltl burger inisgunt den burger tot zQn aardappels en zQn vrijheid toe; in de steden relletjes, op het platte land toenemend ongenoegen, jegens de overheid slechts kritiek en bij de overheid despe raatheid; wij zijn b»os op Amerika, omdat het Amerika, en op Duitschland omdat het Duitschland is, en ieder is vooral altijd wat anders-gezind, dan zijn buurman; de menschen, die iets tot stand willen brengen, worden tegengewerkt, en ieders grootste zorg schijnt te zijn, dat er niets gefeurr, de een breekt af, wat de ander bouwt; de eensgezindheid der natie is in wei nig anders beproefd, dan in de onmacht tot samenwerking; en de zinsnede uit de Troonrede is moeilijk anders te verstaat) dan als een steek onder water. Doch ware niet liever aan de draagster van de Kroon, de eenige, die daartoe wel licht nog invloed uitoefenen kan, een door dringend en aanhoudend beroep op mér op wat eensgezindheid in den mond gelegd? Niet ieder is vatbaar voor de bittere ironie, en het volk heeft van zijne voorgan gers thans wel andere, krachtiger opwek kingen noodig, dan zulke streelende taal. v. H. lllimilllMIIHMMII L. W. J. K. THOMSON door GENERAAL ELAND Op den 14 :n September j.l. is wordt ter eere van Thomson, op het naar hem genoemde plein, in de residentie een monument onthuld, als een blijvende waar deering van zijn leven en werken. Teneinde dit laatste in zijn vollen omvang te kunnen beschrijven zou men een boekdeel moeten vullen; wie dit overdreven mocht achten, leze de 80 bladzijden bevattende brochure, in Mei van het vorige jaar uitgegeven door de N. V. de Pers", en onder den titel Majeor Thomson" geschreven door den heer D. Hans, Kamer-overzichtschrijver van de Telegraaf. Die schrijver beklaagt zich, in zijn bestek vele zaken slechts te kunnen aanstippen; en men kan dus nagaan, welke beperking men zich zal moeten opleggen, waar slechts een paar kolommen van dit weekblad ter beschikking kunnen worden gesteld. Om die reden zal ik geheel zwijgen van zijn werkzaamheid, waarover ik noch als veel ouder kameraad, noch als vriend, in staat ben een oordeel te vellen. Uitgesloten blQft dus al dadelijk zijn lidmaatschap van den Haagschen gemeenteraad. Dat hQ intusschen ook in die functie heeft uitgeblonken, zal duidelijk zijn voor wie nagaat, dat de oud-burgemeester aan het Comitévoor het monument de eer heeft aangedaan om als Eere-voorzitter op te treden, terwijl in dat Comité5 raadsleden zitting namen, flIIIIIIIIMIffflII IIIIHIIIIIIIIIIIHIIUIIII VERLOVINGSSPEL DOOR CISSY VAN MARXVELDT (Illustraties van Is. van Mens) Ik vind," zei ze, en ze tikte met haar voet op het haardijzer, ik vind Bob, dat wij niet bij elkaar passen." Ja," zei hQ kalm, dat heb ik ook altijd gedacht." Heb jij dat oók-altijd-gedacht T' Ze drukte op elk woord en wachtte even, voor ze altijd" zei. Ja." En \ waarom heb je dat dan nooit " Je vroeg er me nooit naar," zei hij, zijn schoenpunten bestarend. ...Wat een nonsens" Een geldige reden." Maar waarom," begon ze weer, vind jij, dat wij niet bij elkaar passen." Omdat jij zoo mooi bent en ik en ik zoo leeljjk." van wie thans n Staatsraad is en drie wethouder zijn, terwijl het 5de lid, de heer M. M. Couvée J r., de betrekking van secre taris-penningmeester op zich nam, welke functie, die ik weet het van nabij -^veel moeite en zorg na zich heeft gesleept; voor de vervulling ten einde toe van die taak, komt hem zeker hartelijke dank toe. In de eerste plaats zij dan een woord aan Thomson's Officiers-loopbaan gewijd. Gebo ren in 1869 werd hij in 1888 als nummer n van het eindexamen aangesteld tot 2den luitenant der infanterie. Bij zijne be vordering in 1892 tot l en Luitenant had hij blijkbaar voorlooplg genoeg van het rustige vredesleven bij den troep, al was hij ook L. W. J. K. Thomson reeds werkzaam geweest bij het militair onderwijs en de militaire verkenningen; althans verkreeg hij een week na die bevordering zijn indeeling bij de Koloniale Reserve, om binnen het jaar te worden ge detacheerd bij het leger in Nederlandsch Indië. De bedoeling was dat hQ daar 5 jaar zou blijven, maar ziekte noopte hem in Oct. 1896 naar Nederland terug te keeren. Dat hfj in dat 3 jarig verblijf niet stil heeft gezeten, maar in 1895 en 96 een zeer werk zaam aandeel heeft genomen in den oorlog met Atjeh, moge hieruit blijken, dat hij terugkeerde met het Eereteeken voor be langrijke krijgsverrichtingen" en hem kort na zijn t'hulskotnst de Militaire Willems orde 4e klasse op de borst werd gespeld. In dien tijd leefde hij, zooals hij het zelf noemde, in militaire gedachtensferen; hij maakte er later geen geheim van, dat hij in geschrifte strijd voerde tegen den in Nederl. Munt Holland* mommt gowllda Slgmar imiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiii 97/98 ingevoerden verkorten eersten oefeningstijd, waarvan hQ later, niet het minst als Kamerlid, niet alleen een groot voor stander bleek te zijn geworden, doch welke verkortinghij nog belangrijk wilde uitbreiden. Na zijn terugkomst hier te lande, bleef hij nog ruim een half jaar gedetacheerd bij de Koloniale Reserve, doch in dien tusschentijd kwam hij aan de Hoegere Krijgsschool. Den geheelen cursus liep hij echter niet in eens af; want hem werd op zijn verzoek in 1899 opgedragen om de krijgsverrichtlnfen te volgen van de strijdmachten der uid-Afrlkaansche Republiek en van den Oranje-Vrijstaat, Binnen een jaar, m Oct. 1900 keerde hij terug en ver volgde toen zij n studiën aan de Hoogere Krijgsschool. Van die detacheering in Afrika getuigde hij, dat hij daar genezen was van de zoo even ge noemde militaire gedachten-sferen, omdat het moderne oorlogsveld hem geleerd had, welk een groote mate van individualiteit wordt geëischt van eiken afzonderlijken strij der, ten gevolge waarvan alle paradegedoe uit den booze is. Na afloop van zijne studie aan de Hoogere Krijgsschool kwam hQ, nog als luitenant, bij de Grenadiers; doch 2 jaar later, in 1903, werd hij bevorderd tot kapitein bij het 9de Regt. Infanterie; nog weer 2 jaar later werd -hij non-actief door zijn verkiezing tot lid van de Tweede Kamer voor Leeuwarden, waar hij in garnizoen lag. Na 8 jiren, in 1913, niet herkozen zijnde, werd hij in actieven dienst hersteld, thans ais majoor; nauwelijks 4 maanden later werd hij gemachtigd om tijdelijk (met den rang van Luit. Kolonel) in Albaneeschen krijgsdienst te treden. Binnen 3 jaar zou hij tot de Nederlandsche landmacht moeten zijn teruggekeerd; maar zoo ver is het niet mogen komen, want den loden Juni 1914 vond hij den dood bij de verdediging van Durazzo. Alvorens dit zeer beknopte bericht om trent zijn militaire loopbaan te besluiten, moet nog een militaire episode worden vermeld tijdens zijn Kamerlidmaatschap. In November 1912 werd hem, al weder op zijn verzoek, een zending opgedragen naar den Balkan tot het volgen van de krijgsver richtingen aldaar aan de zijde van het Grieksche leger, welke zending 3 maanden later werd uitgebreid in deze zin, dat door hem ook in Montenegro en Serviëmilitaire studiën zouden worden verricht. Een maand later keerde hij terug. De hoofdzaak van Thomson's arbeid als Kamerlid kan in weinig woorden worden omschreven. Hij werd daarin krachtig ge steund, en zelfs voorafgegaan, door den Het Thomson monument 14 Sept. 1.1. te 's Gravenhage plechtig onthuld lllllllllltllllltlllllMIIIIHIIIIIMtllllllllllllllllltlll Ze lachte, haar hoofd achterover. Zoo keek ze hem aan. Wat een nonsens," zei ze, alsof dat er iets mee te maken heeft, En je bont niet leelQk." O, gelukkig," zuchtte hij en keek naar de wondere pracht van haar blonde haar en zwarte oogen. Ik was al bang, dat het iets dergelijks...." Welnee," zei ze, en betikte haastiger het haardQzer, welnee, natuurlijk niet." Het was even stil tusschen hen. Hij haalde een boekje uit zijn zij zak, noteerde iets met aandachtig beweeg van zijn potlood. Wat doe je nu?" vroeg ze. Ik schrijf even op, wat je mij net gezegd hebt. Met den datum erbij. Dan vergeet ik het niet." O wat een bruut ben je," zei ze, op springend, terwijl ze probeerde te stamp voeten, maar dat was pijnlijk, omdat het Louis-Qulnze-hakje te smal en te hoog was. Tante Lucie had wel gelijk, toen ze zei iiiiiiiiiiiiifiiiiliiiiillliiiilimimiiiiiim T»nte Lucie hal wel gelijk...." gisterenavond " O, was het tante Lucie?" vroeg hQ. Ja. En ze zei, dat jij zoo heerschzuchtig bent en zoo domineerend, en dat we nooit gelukkig rullen zijn later." Wanneer later?'' informeerde hij belang stellend. Nu, als we getrouwd zijn natuurlijk. Doe niet zoo béte." Ah," zei hij, en borg het boekje weg. Wat was ze een kind, dacht hQ, een verwend, grillig kind met blond haar en zwarte oogen, dat men voor straf inden hoek moest zetten i of opsluiten in de kinderkamer. Heb je nog j iets te zeggen?" vroeg hij dan. Nee, is dit ja nog niet genoeg?" Ja zeker, het is genoeg. Maar ik dacht. .. . Enfin, dan zal ik nu maar weggaan." Hij stond ook op. Ze keek hem aan, minachtend. Het schijnt js niet veel te kunnen schelen." Pardon," zei hij. Hij strekte zijn hand uit, maar ze wuifde hem minachtend weg. Dus vijanden Mab?" Zooals je wilt.'1 Ze draaide haar ver lovingsring rond. Hij keek er naar. Toen zei hij: We zullen maar niet dramatisch gaan doen, vin je ook niet, en elkaar de ringen toewerpen met een verachtelijk gebaar. Bovendien, dat is ook zoo ouderwetsch. Laten we in den modernen stijl blijven." Wat noem je modern?" vroeg ze. Wel, om pas onze ringen te wisselen, dat klinkt onschuldig genoeg nietwaar, wanneer wij iemand gevonden hebben, waarmee we wel gelukkig kunnen zijn later." Daar zul jij niet veel moeite voor be hoeven te doen, om zoo iemand te vinden," zei ze smalend. Misschien," zei hfl en boog zijn hoofd als afscheid. Maar toen hij bij de deur was en den deurknop al In de hand hield, riep ze hem terug' Bob". HQ kwam onmiddellijk. Heb je me nog iets vergeten te zeggen?" Nee alleen dat we, dat we toch eigenlijk wel vrienden kunnen blijven, zoo lang tot we ---- " Tot we?" herhaalde hQ. Nu, dat heb jij toch zoo mooi gezegd, tot we een ander hebben gevonden allebei." Of een van ons." Natuurlijk," zei ze, met een ongeduldig rukje van haar hoofd. Of een van ons." Uitstekend," zei hij. Misschien kan ik je nog van raad dienen." Onzin," zei ze. Of je zoudt mij kunnen adviseeren. Geas sisteerd door tante Lucie." Denk je, dat dat tante Lucie interesseert." Ja, zoo vermetel ben ik." Zoo o verwaand," zei ze. Zooals je het noemen wilt". Hij strekte zQn hand weer uit. Op de nieuwe phase van onze vriendschap?" Ze legde de hare erin en volgde het be wegen van zijn bruine vingers, die zich als een band om de hare sloien. minder strQdlustigen en wellicht al te be scheiden VerheQ den leider van wat Mr. Marchant zeer juist heeft genoemd, de evolutionistische partij op militair gebied, waartoe ook de heer Marchant zelf behoort. Deze partij stelt zich zoowel tegenover de militairistische, die zo» wat alles aan de defensie wil opofferen, als tegen de anti-militairistische van geen manen geen cent". De geleidelijke ontwikkeling naar het volks leger is het doel, waarnaar wordt gestreefd; een eerste stap was de invoering van den persoonlijken dienstplicht; het einddoel is de algemeene dienstplicht met korten eer sten oefeningstQd en veel maar korte her halingsoefeningen. Maar niet dat alleen streefde hQ na. Hij toonde zich een onverzoenlijk vijand van de ouderwetsche tucht in het leger, die alle initiatief doodt; van den paperassen winkel die. zooals hQ met de stukken in de hand aantoonde, zeven gedruktens" eischte om een zieken soldaat van de kazerne naar het hospitaal over te brengen,en van het aparte" leger. Daarentegen was hQ een groote voor stander van vooroefeningen, niet bestaande in parade-cultuur, maar in degelijke licha melijke vaardigheid, te verkrijgen tijdens den scheolplichtigen leefdjd; voorts van veel verlofskader naast een klein, maar goed bezoldigd, beroepskader, en van kaderplicht. Maar ook op ander gebied liet hij zijn stem hooren; in het bizonder vernam men die bij behandeling der Marine- en Indische begrootingen en van de afdeeling Kunsten en Wetenschappen van Binnenlandsche Zaken. (Tot zijn vele talenten behoorde o»k, dat hij met enkele lijnen zijn mede leden kon uitbeelden, zelfs van hen een goedige caricatuur maken; ook op sociaal gebied bewoog hij zich gaarne). Natuurlijk had een zoo. vooruitstrevende, rustelooze, ja zelfs nerveuse natuur, die zijn tegenstander nooit schuwde en de waarheid boven alles liefhad, ook vijanden, niet echter in de Kamer daar had hij alleen be strijders maar in de hoogere rangen van het leger. Daar beschuldigde men hem van al het bestaande te willen afbreken en vooral de tucht te ondermijnen. Nu, het laatste was juist, indien men er bijvoegt dat de oude tucht bedoeld wordt. Hoe men goede tucht kweekt door de daad, heeft hQ als officier duidelijk aangetoond. HQ strafte weinig, zoo weinig zelfs, dat wel eens onderzocht werd of de zaken bij hem in orde waren: bleek dit dan toch wel het geval, dan was men verbaasd. De goedwilligsten zeiden dan, dat zQn stelsel, op het geheele leger toegepast, toch moest mislukken, want dat daarvoor noodig was, dat alle officieren Thornsons waren; waarlijk geen geringe lofspraak.Het geheim van zijn slagen lag dan ook in de wijze waarop hij met zQn onderhebbenden omging; hij leefde met hen mee; toonde belangstelling bQ hun voorspoed of zorgen; hielp hen waar hij kon; ontzag zich niet, om van een pververmoeiden soldaat ransel of geweer tijdens den marsen te dragen. Hoe hQ alles zonder moeite van zijn troepen gedaan kon krijgen, blijkt uit een paar trek ken, welke hier nog een plaats mogen vinden. Als de grenadiers bevel kregen om den volgenden dag met hem uit te rukken voor e:n oefening, kon men bQ de reveille vroolijk hooren roepen: jongens we gaan met Thomson uit". Van veel meer beteekenis is echter, dat hem bQ de groote spoorweg staking in 1903 werd opgedragen om de Noordelijke spoorlijnen te bewaken, toen men voor vernieling daarvan vreesde ten einde de samenkomst der Kamers te beletten. Soms hield hij in die dagpn zijn man schappen 36 uren achtereen aan den arbeid, wat zij gewillig deden, omdat hQ het ver langde rn zelf geen oogenblik rust nam. Hij volbracht zijn taak op zoo uitnemende wijze, dat hQ begiftigd werd met het ridder kruis met de zwaarden van de OranjeNassau-orde. Later werd hij nog Ridder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw, terwijl ook Frankrijk en Zweden hem een eereteeken schonken. iiimiiiiiiiiiitiiiiitiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimtiiiiiiiiiiiiiiiiKiiimiMiiii Dag Bob," zei ze. En ze keek hem na, toen hQ de kamer doorliep, en nu werkelijk de deur achter zich dichttrok. Teen ging ze weer zitten voor het haardvuur, het hoofd in beide handen. Het kan hem niets schelen," dacht ze, en wiegde z'ch heen en weer in haar stoel. En hij buiten op straat hQ glimlachte ... * * * Een week ging voorbij, eer ze hem weer zag. Eiken middag had ze gewacht op zijn komst. Maar hij kwam niet. Toen den zevenden dag ging ze uit om hem tegen t'i komen. Ze ontmoette hem, dicht bij zijn huis, en haar kin heffend uit haar nieuwste bont, zei ze: Je neemt onze vriendschap wel heel laconiek op." Hij nam zijn hoed af. Het spijt me, dat je dat denkt." Ik moet voor tante Lucie aldoor een andere reden verzinnen, waarom j 2 niet komt." Je zou haar de ware reden knnnen zeg gen. Het zal haar ongetwijfeld plezier doen." Waar ben je geweest al dien tQd?" Ik hsb het druk gehad. Drie diners, een soiree en een bal. Het heeft me verwonderd, dat ik je nergens ontmoet heb." Ik doe nog geen moeite voor een ander," zei ze. Oom van je." En hebben ze je niet gevraagd, waar ik was." HET HOLLANDSCHE GRAF" Op een stillen zomeravond, Aan het strand van Wassenaar, Pink in pink en zeer zoetmoedig Drentelde een zwijgend paar. Hij een kloeke, kuische visscher; Zij een zachte, blanke meid. Samen rustig en aandachtig, In de stille eeuwigheid. Ver in zee de groene lichten Van een laten visschersman, Wiegend in de ebbe-deining En onzichtbaar nu en dan. Langs het fluisterende water Gingen ze bedachtzaam voort, Als ze soms hetzelfde dachten, Spraken ze een schuchter woord. Al aan verder en al verder Liepen ze den avond in, Langzaam dichter bij elkander Veiiig in het nacht-begin. In de eindelooze verte Klonk op eens een dompe slag, En ze tuurden naar het plekje, Waar het groene lichtje lag. Als om hulp te willen brengen Zochten ze het water af, Maar ze hoorden slecht de deining Klagend op het visschersgraf. Honderden van zulke moorden Zijn al noodeloos begaan, Honderden verminkte lijken Spoelen op de kusten aan. En terwijl de weezen klagen En de moeder lijdzaam rouwt, Wordt er een gezegend praalgraf Voor de moordenaars gebouwd. Voor de hulpelooze visschers Is het strand van Wassenaar. Op het Rotterdamsche Kerkhof Is het graf der and'ren klaar. J. H. SPEEN H OFF IIIIIIIIIHIIIIMIiMIIIIIIHIIItmltlllllll H.VANDOOREN&Cü. AMSTERDAM DEN HAAG UTRECHT Bewaart gedurenda da Zomermaandt* Uw BONT In MOTVRIJE KLUIS IIIIIIIMHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIHIIIIIIIIlllllllllllllllllllllllltllllllllllllll BQ zijn dood ze 1de de waarnemend Voorzitter van de 2de Kamer, de heer de Savornin Lohman o.a.: Waar Thomson, dis in militaire zaken bekwaam was als weini| gen, in den vreemde, niet alleen in de laatste maanden maar ook reeds vroeger den Nederlandschen naam hoog heeft ge houden, daar is het mij een behoefte ook van deze plaats een woord van hulde te doen hooren voor den kloeken stlijder, die in zoovele opzichten, ook als troepenaan voerder, uitblonk en wiens dood een ver lies is voor land en volk en voor Nederland niet alleen". En de Voorzitter van den Ministerraad, de heer Cort van der Linden, liet er onder meer op volgen: Zijn daod is een verlies lUmlIllltMIMIllllllllllllllllllllllllf llmlIIIIIIIMIIflIIIIIIIIKIMIIIIIIIII Zeker." En wat heb je gezegd?1' Dit ik het niet wist." 'n Bespottelijke indruk moet dat maken." Och nee, er zal alleen gedacht worden, dat het een nieuwe gril is van ons, een moderne excentriciteit." ,.Ba, wat zullen ze fluisteren over ons," zei ze. ..Daar moet je je boven verheffen." Er ging hun een dame voorbij. HQ nam zijn hoed af, en de dame ze was jong en mooi neeg het hoofd. Wie was dat?" vroeg ze. Een logee van de Verharens." Ken je die?" Ik groette haar, nietwaar.'' ,,Ze is jong," zei ze, en keek naar zijn rustig profiel. Ia." pn n -Heel mooi," drong ze verder. eèl mooi", beaamde hQ. Ik geloof wel, dat jQ je kunt schUken in onze vriendschap," zei ze dan. Het is een rustig experiment." ,Dus onze verloving was niét rustig" Dat heb ik niet gezegd." Nee, maar dat insinueer je." Je hecht te veel aan insinuaties", zei hQ. Ze beet ophaar onderlip.. We zouden vandaag een half jaar verloofd geweest zijn," zei ze. Je geheugen was altQd goed," zei hij prijzend. Jij hebt er natuurlijk niet aan gedacht." HQ lachte. Ik beken niet graag rcQn fouten." Ze waren nu dichtbij zQn kamers gekomen. Mag ik je een kep thee geven?" vroeg hij. Of vind je het noodig, dat tante Lucie je chaperonneert?" Nonsens," zei ze. Dan zal het mQ een groot genoegen zQn." Ze haalde loklichtjes in haar oogen. Zoo keek ze naar hem.?Werkelijk Bob?'' Zeker. Ik heb graag, dat dames thee voor me schenken." Zijn er veel dames geweest, die...." Die?" herhaalde hQ. Die thee voor je hebben geschonken?" GewoonlQk noteer ik dat niet", zrl hij. Is het dan niet aangenaam genoeg?" Niet merkwaardig genoeg." HQ opende nu bedaard zijn hulsdeur, liet haar voorgaan. Ze neuriede, terwQl ze de gang doorliep naar zijn zitkamer, die lag in een koele, bleeke straling van de namiddag zon. Ze Het haar bont zakken, dook weg in een club-fauteuil voor den haard. HQ had al om thee gebeld.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl