De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 19 oktober pagina 3

19 oktober 1918 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

19 O(?t '18. No. 2156 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Ssr EEMIGE SPECIALITEIT KRlMPVRljE GfEZONDtlEIDSONDEKOEDERCN Nederlandsch Fabrikaat HET REG.BREESTRAAT.35 TR1COTHUIS TEL. 50 66 N. CHAMPAGNE Oomte cfe BKjAUCOURT REIMS JOS. JACQUES WIJnhantlel - Breda Verschenen: VOLKSUITOAVE VAN De Zandgravin nn GIISTAV FRENSSEN Pr|», gebonden ... t O.95 Uitgave: VAN HOLKEMA & WARENDORF, Amsterdam ONDER RlJKS-CONTRÖI.E vmmtjo vmn Wt IIIIII1IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIH /fer DAT GEZONDHEID GEEFT EN KRACHT. HET KRACHT-PREPARAAT BIJ UITNEMENDHEID. VERKRIJGBAAR IN DE VOORNAAMSTE APOTHEKER. ^RAAÖT^ZOO NOODIG RECHTSTREEKS TOEZENDING AAN DE E.P.NV.EXPLMU VOOR EIWIT PRODUCTEN. KEIZERSGRACHT 790 AMSTERDAM. Qspnxjucfie Aawo^Jüfegef «WGNON* Een enkele druk op de elecrrische kn»j» en men eniet in eigen w«nin§van het piano spel deB*esB(^rjplste pianisten Hef pianospel wèrdt natuur«jptrïDuw 90 tet in de kleinste njnheden geheel zelfstandig (pneumatisch elecrriach J In Piano als Vleugel onzichK baar feb«uwd M*f rollen als met de hand te bespelen. !> v y&V KETTMERs PIAMOHAMDEL HoJIJg y. Pi/2o AMSTERDAM Tot het bouwen van Villa's ea Landhuizen zfln prachtige heuvel achtige BOSCHTERREINEN te koop in HET OOSTERPARK te DE BILT vallende bundels der Hchtkogels en het on regelmatig trillen der Hchtstations. Een geluid eener verre dorpskerk dringt door de stilte, welke slechts onderbroken wordt door het ronken der motoren, het loeien der zware granaten, het fluiten der kleinere kogels, het tikken der machinegeweren. IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII vol zQn hart. Buiten zong een vogel; de geur van den tuin, aanglijdend tusschen de wiegelende gordijnplooling, kwam met stree lend gewaai langs zQn hoofd. Een diep zuchten zong als een orgeling door hem henen. Toen wendde hij het hoofd terzijde, nochtans blQvepde in de omarming van zijn loome behagelijkheid. De rozig-blanke rust der kamer overstroomde hem. In den spiegel ontmoetten zijn blikken de oogen der vrouw, die lachend nu staarden in de zijne. O, hoe verwonderlijk van jeugd en lieflijkheid was haar aangezicht! En hoe gouden de glorieing van heur haren boven de blanke rijzing van haar hals en gelaat l Zij wendde zich niet om, maar glimlachend en sprekend tot hem, sprak en glimlachte zij tot zfln spiegelbeeld. .Ben je nu eindelijk wakker? Zie eens hoe heerlijk en licht bulten de morgen al is!" Ja, eindelijk l De slaap is zwaar geweest vannacht." Hij zag naar de gave buiging van haar bloote armen, het spelend bewegen van haar kleine handen, die heur haren tezamen bonden en aan haar vinger het juweel, waarin het licht met plotselinge felheid uiteenspatte. Wat ben je mooi vanmorgen!" Ja?" lachte zfl blij. En anders dan?" Anders... ja dan ook. Altijd ben je mooi. Maar vanmorgen...." Ze was nu klaar en keerde zich naar het raam. Dat komt doordat de moreren zoo heerlijk B. Kijk eens wat een geluk!" Met een ruk schoof ze den rozerooden plooienval uiteen, wijd ... Als een overweldiging stortte de zondavering de kamer in; Het was als een plotselinge juiching uit duizend kelen. Kflk eens! Kijk eens!" jubelde ze. O, kom toch gauw!" Ze zoende zijn mond. Overigens is de wereld der soldaten woest en ledig ala ,, op den dag der schepping,, , slechts minder vreedzaam. V. Deze levensomstandigheden moesten in een paar grove trekken worden geschetst teneinde den lezer het binnendringen in de soldatenpsyche te vergemakkelijken. Want de psyche is inderdaad anders dan het nog immer valgchelijk gebruikte clichévan den manoeuvre- of veldsoldaat. Verbannen naar een punt der vaneen gescheurde oerwereld, zonder mogelijkheid om vooruit te komen, werden de heroïsche doelpunten van den marsch uit het begin van den oorlog, werd het a Berlin" van den poilu, het nach Paris" van den ? veldgrijze in het brein van den soldaat immer vager. Het grille contrast der tegenwoordige omgeving bracht de gedachte aan het vaderland, aan de familie met alle macht naar voren. En wederom toont zich de overeenkomst in de gedachten dezer menschen, die in de beide loopgravenliniön van de Noordzee tot aan de Alpen tegenover elkander liggen. Zonder eenige aanraking met elkander beginnen toch de gedachten der vijanden zich tegelijkertijd op hetzelfde punt te concentree»en ; de herinnering aan het vaderland, het verlangen naar de zijnen wordt sterker. In hetzelfde oogenblik als de Tommy zijn marschlied It's a long wav to Tipperary" door het Keep the homerfies burning" vervangt en van den tijd zingt W hen the boys come home", klinkt het lievelings lied van den Duitschen soldaat In der Heimat, in der Heirnat, da gibt 's ein Wiedersehen". En wanneer vroeger in de Fransche en Engelsche taal geen woord volkomen het begrip van het Duitsche Heimat" weergaf, Lage prezen, mooie wegen, ga», electr. licht, water. Djr OTTO SCEULZ Tel. Int. 38 & 48 LIDCRTY zij oen iMitóft'!; l, ny^4ir ZIJDCM oerveris e F P e n ^.uoe !2OxlöOcM. "75." o.tfox, 3 .60,80X?2Zi>O cevATTeeuoe' ziJDer-f "2975 175 «I05X.-L 24.50 H 22.50 90, 55%,.,. 13.75 M. 12.50 AMSTCRDAM de besbe hoeden in Holland STARK'S 'OXYDOL' (CHLORAS KALICUSTANDPASTA) 45 oent p. Tube, Naaml. Venn. STARK & Co. Chemische Fabriek 'sDEN HAAG Opgericht f83O 20 LEJDSCHESTRAAT 22 AMSTERDAM TELEFOON N. 6112 HEMDEN MAAR HAAT imMMI'IIIIIIIIIMIIIIIimilïlllllllllllIlIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIimmi IIIIIIIIIIIIIIIIIIlIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIigillIIIII De dagen zijn niet lang genoeg, het leven is te kort om al dit geluk te genieten." Onder de hoornen bij den vijver was de geurende zomerluwte als een liefkoozing. Hij staarde droomend over den water spiegel, die trilde onder het licht. De dingen zijn nu als het geluk zelf. 't Is me of ik nog nooit de wereld zoo liefelijk zag!" De hand der vrouw streelde zijn haren. Je bent peinzend van morgen en er is zoo'n vreemde ernst in de diepten van je oogen. Wat is er toch, dat je denken weg trekt uit de zonnigheid van den dag?" Hij glimlachte zacht. Het is niets, een schijn. De donkere slaap pleegde verraad aan den weerloozen geest. Toen het ont waken kwam bleek het verraad slechts waan. Maar de ontroering bleef." In haar stem zong warme zorg zijn zang. Wat was dan mijn Hef, de zwarte droom, die je verontrustte?" Zijn oogen waren nu donker, als schouwden ze terug in droeve dingen. Ach, hoe zal ik nog daarvan spreken? Het geluk is zoo groot «m de hervonden werkelijkheid. Het was een droom van som berheid en zorg, van slavernij in leelijkheid en droefheid. O, hoe toch zoo wonderlijk de geest kan dwalen, dat hij in zoo korten tijd doorleeft heel een leven met al zijn wreede blzonderheden van jammer en lijden! Het was bijna als een werkelijkheid. Ja, als een werkelijkheid heeft mijn ziel het doorleefd, zoo fel en diep. Maar nu, het ontwaken, de zoete glans van het geluk over mijn ziel! O, daarom is het mij, als zag ik nog nooit het leven zoo heerlijk, de dingen zoo schoon als op dezen morgen!" Zou het niet zijn om opnieuw en zoeter ons te doen proeven ons geluk, dat de droom ons voert door de bitterheid van leed ? Wij vergeten zoo vaak te bedenken hoe gelukkig wij zijn. En dit mogen wij nooit vergeten!" drukte de soldatentaal der poilus en tommies het met de woorden panam" en biighty" uit. Perm (voor permission), Heimurlanb en de blightytrain (de trein naar huis) werd tegelijkertijd het hoogtepunt in de gedachtenwereld van den soldaat aan het verstarde Fransche, Diütsche en Engelsche front. VI. Men moet zich echter wachten deze gedachten valsch te beoordeelen. De soldaten, wien het verlangen naar het vaderland zoo sterk werd, denken er niet aan den loopgravefl den rug toe te keeren. Integendeel. Juist wijl zij allen den eigen nog dierbaarder geworden huiselijken haard bedreigd wanen, willen zij het daarbuiten uithouden. On les aura" werd het wachtwoord der Franschen, hetwelk de veldgrijzen met gelijke kracht hun Wir haltenduich" tegenwierpen. De soldaat strijdt verder. Maar n ding kent men aan het front niet. Dat is de in zekere redactiestoelen gepredikte kunstmatig aangekweekte haat en de verachting van den tegenstander. Het is opmerkelijk dat de engelschesoldaat aan het front den duitschen soldaat niet met het schimpwoord Hun" maar met den onschuldigen bijnaam Fritz" noemt. Van duitsche zijde is geen woord gebezigd, het welk naar het voorbeeld van Boche" en Hun" der minachting van den tegenstander dienen moet. De soldaat aan het front weet, dat tegen over hem de/.elfde dappere soldaten staan, die gelijk hij hun plicht doen. Daardoor voelt hij geheel instinctmatig, dat deze vijandelijke soldaten, al geeft hij hun ook IIIHIIII111IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII Misschien wel. Als een slraf voor onze ondankbaarheid, dat wij vergeten konden het licht. Maar o, hoe bitter is dan deze ver banning in de duisternis! En hoe lang! Of is daar alle tijd een waan geworden? Want in weinige uren, weinige minuten wellicht, doorleefde mijn geest een leed van jaren." Maar dit is de heerlijke dag, dit is de werkelijkheid l" zong de stem der vrouw en blijdschap was als zonlicht over haar wezen. O mijn liefste, laten wij toch blij zijn in het geluk, in het licht, opdat de booze duis ternis geen macht over ons zal hebben!" Hrj kustte haar vooihootd en haar oogen en haar mond. Er is niets dan geluk, nieis dan geluk! En mijn hart is van dankbaarheid vol." De avonden waren als muziek. Van een wiegend rythme was de zang, die ruischte door de wind-bewogen boomen en in het klaterend water van de fontein was een blijde bewogenheid. En de dagen waren licht en strk als vreugdezangen. Zij vergleden in elkander door zomer en herfst, door den witten winter en het blauwe voorjaar, als een eindeloos glanzend snoer. Tijd en ruimte waren van het allerheer lijkste vervuld. 't Is of mijn hart niet moe kan werden van het geluk, doch al maar dieper en sterker zijn vreugde wil genieten," zeide de vrouw en in haar wijdopen oogen was de zachte glans van een durende verrukking. De heer lijkheid van het leven lijkt wel onuitputtelijk." De man luisterde droomend naar het verklinken van haar woorden. In zijn oogen was niet de heerlijkheid van geluksbeleven als in de hare. Een diep-behagelijk verloren zijn in lootnen dreom omwaasde zijn wezen. Alles hield zalig-ver en toch vertrouwddichtbq hem omsloten. Ver was van hem uit gewoonte een bijnaam, daar toch staan en dezelfde gevaren en vermoeienissen door staan als hij, alleen omdat zij, gelijk hij, hun vaderland beschermen. VII. Het gansche geheim der psychologie van de loopgraaf is daarin gelegen, dat in haar scherpe lucht het klatergoud der fraze niet doordringt. In het veld bestaat een oorlogspsyche, maar geen oorlogspsychose, noch een chauvinistische, noch een defaitistische. Wie de loopgraaf en haar psycho logie grondig bestudeeren wil, leze het dagboek van een korporaalschap, hetwelk Barbusse in zijn boek Le feu" geschreven heeft. Het leest niet altijd even mooi en de maar al te gebruikelijke snoeverijen over het lan ontbreken geheel. Maar het is het eeiiige tot nu toe verschenen werk, hetwelk een onvervalschten blik geeft op de psyche van den soldaat, een blik, welke in dit artikel slechts gecatalogiseerd en kort kon worden ontleed' VIII. Laten wij het volgende niet vergeten. De oorlog bestaat niet in hoofdzaak in het dooden en gedood te worden, maar in zwaren arbeid. De man, die bij de tegen woordige ver gaande mechanische en geeste lijke verdeeling van arbeid, in zijn beroeps leven nimmer iets anders gedaan heeft dan ergens aan een onderdeel eener schroef steeds hetzelfde kleine groefje aan te brengen; of een bepaalde soort patentknoopen te verkoopen of van een katheder over ee» bepaalde vlindersoort te doceeren, hij leerde plotseling zijn eigen woongat onder de aarde graven, zijn bed timmeren, zijn lichaam iiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuHiiiiilitii iiiniiiiiiiiiiiiitrimimiiiiim het bewvst en willend ondergaan van al deze dingen. Wegloomend in destreelendekpozing van lijdelijke welbehagen, was aan zijn ziel ontgleden het besef, dat dit was: het beleven van het geluk. De handen onder het hoofd gevouwen, strekte hij in weeldevolle loomheid zijn leden op de rustbank. Wil je niet luisteren, Hef, naar mijn mu ziek?" vraagde de vrouw, wier vingers betokkelend de snaren van de harp, die goudsprankelden stond te glanzen in het licht der lampen. Ja, ja, speel voor mij en laat mij droomen, droomen " Neen, niet droomen mag je: je moet weten! Weten van al het heerlijke, weten, dat je gelukkig bent! Bedenk toch, dat wie vergeet zijn geluk te beleven, zijn geluk verbeurt!" Ach, laat mij droomen. Je muziek doet mij altijd droomen, zoo ver en heerlijk.... Laat mij toch...." De harpklanken tokkelden en zongen. Hij luisterde mijmerend. Zijn ziel zonk ver en diep in stijgenden vloed van droomen. Alle vastheid van besef en weten was verzonken in de kolking van den grondeloozen donkeren droom. De harpklanken ruischten en verruischten in den nacht. De kilte *an den aanhuiverenden najaars ochtend was over zijn gezicht en oogen toen hij wakker werd en de grauwe leege dag hem aanstaarde met zijn leyenlooze oogen. Een vale verbijstering hield zijn denken en voelen in een ban van onwezenlijkheid en roerloos lag zijn lichaam als met gevoel loosheid geslagen. Kilte aaide als met klamme vingers over zijn huid en in zijn ooren beschermen. Hij werd lichamelijk maar pak geestelijk een geheel ander en zelfstandiger mensen. En nadat hij dezen loopgravenarbeid verricht heeft, zal hij de wereld niet enkel meer beschouwen van uit het gezichtspunt der schroefdraad, der patentknoop of der vlindersoort. Hij zal vrijer zijn in denken en optreden. Als bewijs hoe de psychische ontwikkeling den soldaat den drang tot zelfstandigheid geschonken heeft, wilde ik gaarne een klein gedicht in Nederduitsch dialekt weergeven, hetwelk in een oorlogs courant van het IVde leger staat: Wen 'k wedderkom m." Wenii 'k wedderkomm, wil ik keen Eidder Keen groten Herrn, [war'n Keen Burgermeester, keen Koopmansbaas, Mit Gold und Stern. Wenn 'k wedderkomm, wil ik een lütten Hof Een Beek und Feld In de Immenheid in 'n Sünnschien bund Foor mien egen Weid. Wen 'k wedderkomm. wil ik een smukkeFruu Un Söó'us wil ik söm, Wil 'k Herr in Huus und Heiwind wern In mien' Dichterdröm. Wen 'k wedderkomm, wil 'k Man ik sülben Ni söt ni suur. [sein. Up 't Land wa 'k sta, free, uoddelstark Niks as een Buur. Aldus beteekent de psychologische ont wikkelingsgang van den soldaat in de loop graaf de geboorte eener nieuwe persoon lijkheid van den Nach-krieg-Mensch". deunde het zeurig gedrens van regen op de dakpannen boven zijn hoofd. Langzaam, langzaam kroop deijzige werke lijkheid van den nauw-begonnen grijzen dag in zijn wezen, verkillend, verstrakkend, tot plots het was of zijn ziel werd opengescheurd en daar, als een vernielende vloedgolf, al de jammer van het schril besef der wer kelijkheid naar binnen stortte. Hij wrong en wentelde zich als een dier In pjjn. O, nu te kunnen schreien, eindeloos, in eenweerlooze overgave aan dit allerdiepste leed. O, nu te mogen sterven, te doen verzinken in vernietiging dit lijf vol jammer! Zijn oogen staarden droog en brandend en zijn dorre mond was stom van klacht. Huiverend wiesch en kleedde hij zich in de half-donkere alcoof. In het voorkamertje was de juffrouw bezig zijn ontbijt klaar te zetten; hij hoorde haar kijverden roep naar het kleine dienstmeisje, dat de trappen afstofte en blijkbaar iets vergeten bad. Hij deed de dingen werktuigelijk als lede ren dag. Alles was ook als lederen dag. Toch was in hem het leven gansch veran derd. Geen wrok, geen opstandig verlangen, geen brandende hunkering, geen verholen schuw verwachten doortrilden nog zijn we?en. Want bij wist nu, dat hij het liefste had bezeten, maar het voor immer had ver speeld, wijl zijn ziel het niet bad weten vast te houden. Eea doffe starre verslagen heid had zich gelegd over zijn diepste wezen, als een grandlooze duisternis. En toen hij de morsige trap was afge dwaald en buiten stond in de ochtendstille straat, waar de vochte grijsheid als een ril ling hem omhulverde, ging snijdend door zijn ziel dit voelen, dat hQ opnieuw, maar nu voor immer zonder hoop, het vale leven begon. Dordrecht

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl