Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAÖVOOR NEDERLAND
26 Oct. '18. - No. 2157
KLEINE PRIJSVRAGEN^ ^ S
in
Acrostichon
Wij noodigen onze lezers uit op het woord
LEUGEN"
een Hollandsen gedichtje te maken dat met dit begrip verband houdt en
waarvan de beginletters van iederen regel van boven naar beneden gelezen
te zamen het woord vormen.
' Als prijs stellen wij beschikbaar eenige boekwerken.
Inzendingen die daarvoor in aanmerking komen zullen worden gepubli
ceerd, naar verkiezing van den inzender met diens naam of initialen onderteekend.
De inzendingen, duidelijk geschreven, en voorzien van den volledigen
naam en het adres van de(n) inzender(ster), moeten ons onder motto Kleine
Prijsvragen III, aan het adres: Secretariaat van De Amsterdammer, Keizersgr. 333,
Amsterdam, vóór 5 uur 's namiddags van den eerstvolgenden Donderdag
bereikt hebben.
iiiiiiiiiiiiniiiiil nu min iiiiiiiiiiiiiimimmi in IIIJJIIMIIIII mi
tolgebied. Ieder, die hier te lande koloniale
goederen bezit, moet daarvan vóór l Sept.
(1810) aangifte doen en daarbij 50 pCt. van de
waarde betalen; daarna mogen die goederen
dan opr Jiet tolgebied verzonden worden.
Niet tijdig aangegeven*koloniale waren wor
den verbeurd verklaard en de eigenaar heeft
bovendien als boete de volle waarde te
betalen.
Maar ik onthoud mij van een verdere
opsomming der verschillende bepalingen.
Ik wilde slechts laten zien hoe straf de
regelingen waren, hoe zij steeds straffer
werden. Trouwens, het C. S. is aan zijn
eigen excessen te gronde gegaan. Het was
onbestaanbaar door zfjn eigen kunstmatig
heid. Inmiddels had het ons land onioemelfjk
veel kwaad gedaan.
Zeker, er waren ook toen O.-W.ers."
De smokkelhandel leverde menigeen hier
een aardig profijtje op. De laatstelijk hier
boven weergegeven bepaling was voor vete
Hollandsche handelaren lang niet
onvoordéelig. In Amsterdam, ook in Rotterdam, was
heel wat uit Engeland tersluiks ingevoerde
indigo, katoen, koffie, suiker. Al dit goed
was hier veel goedkooper dan b.v. in ParQs;
de prijsverhouding was ongeveer l : 4. Men
kon hier dus zonder bezwaar de halve waarde
als belasting betalen en dan toch nog een
heel zoet winstje maken. Trouwens, Enge
land, overstelpt met koloniale voortbreng
selen, betaalde zonder moeite de extra heffing
aan de smokkelaars. Er kwam nog bij dat
evenals nu de verbruiker naar Ersatze"
gezocht had voor wat hij moest missen: de
beetwortelsuiker-industrie is In die dagen
ontstaan en heeft zich toen weten te ont
wikkelen, omdat zij een bizonder welkom
surrogaat leverde voor de haast niet te
krijgen Hollandsche (riet-)suiker. Het weren
van Engelsche fabricaten (b.v. katoenen
manufacturen en machines) op het vasteland
deed nijverheidstakken opbloeien, die alleen
zich handhaven konden, omdat en zoolang
als de Engelsche mededinging door het C. S.
zoo goed als geheel was uitgesloten. Maar
er was Engeland alles aai gelegen toch te.
blijven concurreeren en dus was men van
die zijde tot alle tegemoetkomingen bereid
aan de smokkelaars, die het Engelsche goed
ep het vasteland wisten binnen te brengen.
In 1807 werd te Amsterdam nog, niette
genstaande alle strenge bepalingen, voor
meer dan f 160 milll»en aan waarde van
diverse goederen uit zee ingevoerd. Doch
later werd het moeilijker, werd de toestand
meer gespannen. En bedenkelijk werd het
vooral in Holland. De Belgische
katoenfabrieken beleefden gouden jaren; de En
gelsche concurrentie was zoo goed als ter
zijde gesteld; voor de Vlaamsche wevers
lag het geheele Fransche tolgebied, van
Hamburg tot Rome, open. Maar deze bloei
van de fabrieksnijverheid bestond alleen
bij de gratie van het C. S.; zoodra dit weg
viel (na 1813) en de Engelsche mededinging
herleefde, stortte veel van dat plotseling
opgeschotene In elkaar. En in Noord-Neder
land was toen nog weinig fabrieksnijverheid;
wij hadden ons meer op den handel toege
legd. En juist de handel werd lamgeslagen.
Nog eens: het smokkelen maakte enkelen
rijk, maar de algemeene toestand was
diep-treurig. Ik stip hier een en ander
aan uit de getuigenissen van
tijdgenooten of van schrijvers als Saatijn Kluit:
in 1808 was onze handel zoo goed als ge
heel vernietigd; in de schatkist was een
tekort van 40 millioen gulden, het was een
jaar van ongekende economische depressie.
.Te Amsterdam zwierf dagelijks een groote
menigte broodeloos rond." Vele huizen
stonden ledig of werden tegen gewone
huurprijzen verkocht. De bevolking van
Amsterdam ging van 210.000 zielen op
CORRESPONDENTIE MET
EEN DAME
door
een BESCHAAFD ONTWIKKELD HEER
V
En wat denkt ge over het voortbestaan
na den dood?"
Ja, dame, deze vraag zou uiterst lastig
kunnen zijn, zoo ik hier de subjectieve
methode volgde. Nu vind ik het gelukkig,
dat ik me in mijn correspondentie met u
ten taak heb gesteld, niet meer te zijn dan
de voorlichter, die, objectief, u in kennis
stelt met de wetenschap en derzelver ver
schijnselen, doch aan u het oordeel laat.
Gij zijt immers geëmancipeerd? Ge laat
niet meer voor u handelen, maar handelt
zelf. Ge laat niet meer voor u denken, maar
denkt zelf. Ge hebt, zij het na lange worste
ling, uw zelfstandigheid in de maatschappij,
ook die des geestes, veroverd.
Ik wil u dus een college geven over de
hedendaagsche denkbeelden en voorstellingen
omtrent het voortbestaan na den dood.
Ware ik professor, ik zou beginnen met een
historisch overzicht. Ik zou u wijsmaken,
hoe de Assyriërs er over dachten en de
Babylonlërs, de Inka's en Apollonius van
Thyana. Ik zou via het vagevuur en Hoek
stra's leer der onsterfelijkheid zijn aangeland
bij Fechner's psychisch monisme, h°t spiri
tisme en de reïncarnatie der theosofen.
Doch ik weet, dame, dat gij een moderne
M ' s s B L P. M C H E
dlCPVRETTELS
180.000 zielen terug. In den Haag werden
644, in Haarlem meer dan 500 huizen voor
afbraak verkocht. Het sloopen van huizen
werd een geregelde kostwinning. De steden
werden dorpen." Zelfs werd bij gebrek aan
middelen het dijk- en p»Iderwerk verwaar
loosd. Het aantal zeeschepen, dat in 1812
en 1813 te Amsterdam binnenviel, was 40
en voor Rotterdam 10. Het vroeger zoo
bloeiend bedrijf van den scheepsbouw stond
zoo goed als geheel stil...
Er is overeenstemming en verschil tus
schen de jaren van toen en nu. Men krijgt
bij het lezen van beschrijvingen der toen
malige toestanden den indruk, dat er thans
meer gedaan wordt dan destijds voor
gelQkmalige verdeeling van den druk der onge
lukkige conjunctuur, dat wij ons meer
toeleggen dan onze overgrootvaders deden
op organisatie van steunverleening.
Maar niet daarin alleen zie ik het bemoe
digende der vergelping. Ik zie dit ook in
het feit, dat na zoo diep verval als waartoe
het C. S. ons land heeft gebracht, Holland
daarna binnen betrekkelijk korten tijd weer
tot bloei is gekomen.
Men zou kunnen zeggen dat er ook in den
maatschappelijken stroom zoo iets Is als
een biologische reiniging". Het evenwicht
herstelt zich, zoodra het maar kan. Toen
het C. S. had afgedaan, keerde niet de oude
orde van zaken dadelijk terug, maar wel
ontplooide zich dadelijk weer het gewone
maatschappelijke verkeer. Er kwam aanstonds
opluchting, herstel, herleving. Voor ons land
is dat niet zoo vlug gegaan als mogelijk
ware geweest. Daaraan was, Indirect, toch
ook het C. S. nog schuld. Door de
vereeniging van Noord- en Zuid-Nederland ontstond
hier een strijd van belangen: de Belgische
fabrikanten, benauwd voor de weer vrfje
Engelsche mededinging, riepen luid om
bescherming; de Noord-Nederlandsche han
del snakte naar de zoolang ontbeerde vrijheid.
Het conflict heeft tot 1830 geduurd, tot de
scheiding die in dat conflict zijn oorsprong
(althans ten deele) vond. Die botsing van
belangen, die verdeeldheid, des wetgevers
toegeven aan den Belgischen drang heeft
ons veel kwaad gedaan. Maar ook onder
die ongunstige conjunctuur zag men toch
bij het wegvallen der groote belemmeringen,
de welvaart weer spoedig opluiken. En dat
verschijnsel kan ook thans wei bemoedigen.
De kracht veert weer op, zoodra de neer
drukkende last is afgewenteld. Mag men
niet hopen dat ook wij zoodanige restau
ratie" nog over Holland zullen zien dagen?
SMISSAERT
Zwerverslied
Ik ben maar een schooier lan gs 'sH eeren wegen!
Wat deert mij de wind? Wat deert mij de regen?
Ik neurie een deuntje op eigen wijs
Ik ben maareenschooier.Ikbennietgoed wijs!"
Mijn maai vind ik s'avonds in schuren bereid,
mijn bed is wat hooi met een greep gespreid.
Kameraden voor mij zijn de vagebonden:
Spot in hun oogen, vloek in hun monden.
Toch hebikontraadseld, wat wijzen nietwisten,
als ik huiverend dwaalde door najaarsmisten
en heb ik begrepen, wat sterren schreven
dielangzaamenbevenddoormaanglansdreven
Dit: dat mijn ziel is gemaakt van wat droomen
tezamen met bloesems van lenteboomen,
dat ik een glimlach ben van het Gezicht,
dat als een groote lamp de Werelden verlicht.
Die wijsheid is zoo oud.al is zij nooit bewezen!
Wat deert zulks m ij, die 't in de lucht kan lezen!
Ik ben maar een zwerver, die liederen vindt,
al ben ik niet wijs. Mij is God goed gezind."
J. RATTE
vrouw zijt, en ik besef, wat de moderne
vrouw toekomt. De moderne vrouw, die als
u voorlichting verlangt inzake de hoogste
levensvragen, schrikt nergens zoozeer van
terug als van schoolsche geleerdheid. Niets
verontrust haar erger dan stelsels en para
grafen. Haar wetenschap dient vóór alles
gespeend te blijven van katheder-dorheid
en college-taaiheid. Haar kennis zij elegant
als zij zelve.
Dus spring ik over al die antiquiteiten
heen, om u het nieuwste snufje te brengen.
Wat heeft een dame aan hetgeen achter de
mode is? Moet ik u dwingen, al uw kasten
met ouderwetsch geworden hoeden na te
zoeken, al die duffe hoedendoozen n voor
n te openen en al die malle hoofddeksels te
passen, om n eerst als deze temptatie achter
den rug is, de haute nouveautéin al haar
bevalligheid op te zetten? Welk «en on
psychologisch modist zou ik zijn!
Welnu dan; het nieuwste, dame, op dit ge
bied Is het boekje, waarin een zekere mijnheer
van Broekhaven, oud-godsdienstonderwijzer
en tevens redacteur van het spiritistische
maandblad Stemmen uit Hooger Wereld, een
openbaring van onsterfelijkheid en eeuwig
geluk meedeelt. Ik reik het u «ver zonder com
mentaar, en doe mijn postpakketje vergezeld
gaan van mijn beleefde groeten. Uzultmij niet
kwalijk nemen, dat ik er tevens een aardig
heidje bij wijze van attentie bij in heb ge
pakt ; In dézen tijd van ontbering krijgt het
kleinste geschenk waarde. Het boekje ont
vang ik gaarne terug; het pak chocola mag
u houden.
O, mocht het waar zijn, wat deze ziener
beweert l Dame, hoe zullen wij na deze
misère van distributie, bloed en tranen ten
slotte toch voor al ons aardsche leed com
pensatie ontvangen in dat land, waar de
ROBBERT KALFF&G
AMSTERDAM.
IMIMIIIIIIIMMIIMIIIIIII
BOEKETJES SOFISTIEK
XIII
Homoeopattsche therapie
Men zal zich toch (vermoedelijk niet) herin
neren, dat wij te dezer plaatse reeds enkele
malen ons veroorloofden te wijzen op de
treffende contrasten in gehalte en niveau
tusschen doel en middel, practflk en theorie,
ideaal en methode der internationale staat
kunde in 't algemeen en van het
oorlogsbedrfjf van althans de meeste belligerenten
in het bijzonder.
Het ging, en gaat, mogen we hopen, naar
de realiseering der leuze: Wereld-vrede
door Wereld-recht, maar geen andere weg
scheen daarheen te leiden dan die van den
wereld-oorlog en van vrijwel universeel
wereld-onrecht.
Vrijheid der zee," zelfbeschikkingsrecht
der volken," waarachtige democratie," de
nekslag aan het mllitairisme," federatieve
statenbond," het waren de gerechten van
het weergaloos-smakelljk menu dat in den
rommeligen keuken van het Jansteensche
wereldhuishouden voor de hongerende
natiën werd bekokstoofd. Maar ach, uit welk
vreemdsoortig kookboek waren de zonder
linge recepten bijeengegaard ? Over die
vrije-vaart-in-de-toekomst moesten we ons
enthousiast maken, terwijl zelfs onze
eigen schepen die eerst tusschen verboden
gebieden" heen gelaveerd waren, voorzoover
ze aan torpedeering en mijn-explosies ont
snapten, koelbloedig gerequireerd werden.
Om dat zelfbeschikkingsrecht te verwerven
hadden de volken zich thans nog met geld
en goed en leven beschikbaar te stellen aan
den ongebreidelden wil van hun leiders,
en voor de Democratie, wier geboorte werd
aangekondigd, maakten autocratie en dicta
tuur wieg en uitzet gereed. Tegenover het
eene militairisme, dat ter galg verwezen
werd, stelde zich het andere (niet minder
rigoureuze) om het vonnis te executeeren,
dat toch ook zijn eigen macht en bestaan
ten doode had opgeschreven. En de
wereldstatenbond van gelijkgerechtigde natiën, die
ideale organisatie der vreedzame
volkerenfamilie, werd voorbereid door een zoo
bloedigen en meedoogenloozen strijd als
onze planeet in haar toch al veelbewogen
bestaan nog nimmer had meegemaakt.
En waarlijk, ook de schokkende gebeur
tenissen der laatste twee weken gaven den
minst - oppervlakkig - oordeelenden geesten
aanleiding te over om over het voortbestaan
dier pijnlijke en zoo onloglsch-lijkende tegen
stellingen met bezorgdheid na te denken. Zelfs
dreigt het besef er van het vreugdgevoel
over de nadering van den vrede te temperen,
en dit zou meer dan jammer wezen: deze
vier jaren schonken of lieten ons een zoo
karlg-gedistrlbueerd rantsoen
levensblijdschap, dat wij, nu er eindelijk wat licht
doorbrak, de oogen maar niet weer naar
wolken en nevel moeten wenden.
Wat velen op dit overigens grootsche
moment niet zonder reden schijnt te ver
ontrusten, dat is de dreunende stap en het
haast-dreigend forsche gebaar, waarmee de
vrede op de wereld toekomt. De Vries en
Te Winkel hebben «ns, sinds onze schoolsche
jaren, doen onthouden dat Vrede in de
mannelijke" categorie thuishoort (ondanks
de befaamde stomme e") maar voor ons
redelijk bewustzijn bezat hij toch een spe
cifiek vrouwelijke psyche. In een vrouwen
gestalte beeldden we hem af, als duif, en
niet als doffer. Wat nu echter op ons
toebloem Archibulum in opperste schoonheid
bloeit l
Tot nog toe hebben wij ons het bestaan der
afgestorvenen veel te afgestorven gedacht.
Wij stelden cns de geesten en hun wereld
veel te geestelijk voor. De heer van Broek
hoven, in dezen mede voorgelicht door den
befaamden geestenziener Davis en de be
roemde schrijfster Elise van Calcar, weet
ons op grond van eigen ervaring te berichten,
dat de afgestorvenen geenszins als schimmen
leven, en met de Latijnen kunnen zeggen
(gij kent toch Latijn?) Homo sum, humani
nil alienum a me puto."
Zelfs achten de geesten der afgestorvenen
zich met den goeden Homerus menschelijk
genoeg om op hun tijd een dutje te doen. Van
Broekhoven beweert het, dame, en van
Broekhoven heeft, naar hij zegt, al van
klein kind af aan met zijn bescnermgeest
omgegaan als met zijn tol en zijn knikkers.
Het gebruikelijke: Hier rust..." der
graven heeft overigens geen zin meer, want
het rusten is bij de afgestorvenen al even
zeer uitzondering als hij de levenden. Het
leven der geesten is integendeel druk, en
een dutje op tijd komt hun wel toe. Want
ze lijden dermate aan nervositeit, dat ze hun
eigen sanatoria voor zenuwziekten hebben.
De scholen der afgestorvenen worden
volgens van Broekhoven vergiftigd door
dezelfde overlading als ons onderwijs op
aarde. Behalve geschiedenis, sterrekunde,
scheikunde, plantkunde en muziek moeten
de geestenkinderen nog allerlei andere vak
ken leeren, o.a. weven en beeldhouwen. Dit
laatste is moeilijk werk; stel u voor: het
standbeeld van de Wit, gehouwen uit
damokringslucht l
Tot de stoutste schepping in de geesten
wereld," aldus van Broekhoven echter,
schrijdt.dat is waarlijk een
Man. Zwaar dreunen zijn
zevenmijls-stappen over de
aarde. Vrouwe Pax heeft
men Mars' maliënkolder
aangetrokken
Wij zouden evenwel
deze sombere beschou
wingen niet publiceeren,
indien we niet tevens de
genoegelijke oplossing van
het probleem meenden ont
dekt te hebben.
Er zit systeem in het
optreden van dit allerzijds
evident contrast, en dit
stemt al bevredigend. Wat
meer is, het is een goed,
want deugdelijk-gebleken
systeem: het
homoeopathische. Dokter Wilson, en
zelfs zijn militaire assisten
ten, blijken overtuigde
voorstanders te zijn van
deze merkwaardige ge
neeswijze, die de ziekten
met ziekte-verwekkende
remedies behandelt. De
oorlog werd bestreden met
den oorlog, het militairisme
met zijn evenbeeld, de
autocratie en het despo
tisme met een nog conse
quenter doorgevoerde dic
tatuur.
Het mag dan ook geen
verbazing wekken dat de
oorspronkelijke
Ententeleiders de Lloyd George's
en Clemenceau's het.'
homoeopatlsch principe nog
verder willen zien toege
past dan de groote man
van overzee, en geen
Wilson-vrede maar een
Fochoverwinning begeeren. Van
hun standpunt hebben ze
evenzeer gelijk als Wilson
(die zfjn volstrekte alleen
heerschappij ook over de
overige geallieerden uit
strekt) van het zijne. En
als we ons niet zeer be
driegen komt het zwaar
tepunt van het meest
actueele conflict thans te liggen
in de onderlinge verhou
ding der
Entente-homoeopathen, van
wiedeAmerikaansche fractie den patiënt
zoowat als genezen schijnt
te willen beschouwen, ter
wijl de Europeesche hem
nog allerminst uitgezlekt
acht.
Ook voor de neutrale
landen is de vraag, wiens
diagnose de juiste zal blij
ken en vooral: welke
diagnose als de juiste
wordt aanvaard!?belang
wekkend als geen andere.
QERH. v. D.
Uit het Kladfrhrift
$i^j
^Boeken-Veiling in Leiden
De firma Burgersdijk & Niermans in Leiden
zal van 5?20 November a,s?eene zeer be
langrijke veiling van boeken houden, be
vattende werken over alle wetenschappen,
afkomstig uit de bibliotheken van L. D. Petit,
bibliothecaris een bibliotheek der Maatsch,
v. Letterkunde te Leiden, mr. Th. G. A.
Slingeland te Haarlem, mr. A. M. Sassen te
Breda, L. Kunst, leeraar in de geschiedenis
aan de H. B. S. te Leiden, prof. dr. E. F.
van de Sande Bakhuijzen, dierecteur der
sterrenwacht te Leiden, dr. W. de Jong, arts
te Leiden en andere nalatenschappen.
De boeken zijn te zien Maandag en Dinsdag
4 en 5 November.
iiiiiiiiiiniiiiiHii <iiiiiiiiimu.iiiiiiiiuiMMMMiiimMiiiliiiMnuiiiiim
H. BEftSSEMBRUGGE,
PORTRETFOTOGRAAF
ZEESTRAAT 65, naast Panorama Mesdag,
DEN HAAG. ~ Tel. 1538.
behoort het aanleggen van parken van
ondenkbare uitgestrektheid, die alles in zich
vereenigen wat de hoogst ontwikkelde ar
chitectuur kan eisenen." Deze tuinbouw is
in de geestenwereld in 't bijzonder bij voor
malige klanten van Veenhuizen en Om mer
schans zeer geliefd. De grond is er licht
als aether en de spa weegt nog geen grein,
ook blijft de modder niet aan de schoenen
hangen. Kortom, het geheele karwei, in 't
luchtledige verricht, is voorarbeidsschuwen
bijzonder geschikt. De lichte werkjes kunnen
daarbij zelfs door de geesten van doodge
boren kindertjes worden opgeknapt!
Ik veronderstel dame, dat ook gij van
vergaderen houdt; welnu, na uw dood be
hoeft gij deze voorliefde niet te verlooche
nen. Ge kunt in de wereld der afgestorvenen
kiezen tusschen allerlei clubs; de Duitsche
broederschap der Zellabingen of de door
Davis in Amerika uit het doodenland ge
mporteerde Progressive lycea" zullen u
even gaarne als lid aannemen.
Behalve door het maken van uitstapjes kunt
gij u in het doodenrtjk ook amuseeren met
feesten, congressen en godsdienstoefeningen.
Elise van Calcar heeft o.a. eens een uitvoerig
bericht uit de geesteswereld ontvangen
waarin wijlen J. J. L. ten Kate beschreef,
hoe hij met wijlen da Costa samen een
reidans improviseerde.
Ik weet niet, of gij ten Kate vereert, maar,
welk een vreugde moet het anders voor u
zijn, hem na uw dood te ontmoeten, niet,
zooals hij in aardsch gewaad met toga en
bef zich manifesteerde, doch in een saffier
blauw overkleed en met een zevenpuntige
kroon op het eerwaardige hoofd l En dan
samen met hem de feestzaal binnen te
schrijden door de deur, die bij het openen
muziek op haar hengsels maakt l
UIIIIIIIIIMIIIIIIIIMMIlllllllltlllllMIIIMIIIIIIIIIIIHlIIIIIMtUIIIIIIUIHIlHNIIttM
INHOUD i Bladz. 1: Het ei van Oolnmbns, door
Frederifc van Eeden. Buitenl. Overzicht:: Her
nieuwing, door dr. G. W. O. Byvanok. 2:
Nederland's bonding tegenover den naderenden Vrede,
door H. V. Optimisme en Pessimisme na den
Oorlog, door Brinio. Kinderen naar Buiten
Krekelzjng, door J. H. Bpeeuhofl. Feuilleton:
Verspeeld Geluk, door Mark Sale. 5: Voor Vrou
wen i red. Elis. M. Bogge) Een Stap in de Goede
Kiohtini*, door F. 8. van Balen-Klaar Babbeltjes,
door Ysronne de Tessan In de Bij staan, goed
bumeur en nog wat, door Leida van Nittay. De
Sluier en de Mode,teekening van Hanna Lamberts.
Uit de Natnnr:0ver Parkaameg,door Jao P. Thysse.
6: Schilderkunst-Kroniek, door Plasschaert.
Leekenspiegel. 7: Nieuw Aziatisme, door Han Tianw
Tjong. De Gentsehe Professoren, teekening van
George van Baemdonok.?Nieuwe Duitsohe Boeken,
door E. M. Bolland. - 8: Van Vlaanderen: Van Wtjd
en Zyd, door Fritz Francken. Sonnetten, door
Adwaita. Op den Economischen TJitkyk: Vóór
meer dan honderd jaar, door j br. mr. Smissaert.
Dnitsch Vredesgebed, teekening van W. Heskes.
Boekbespreking, door mr. Frans Erens. 10: Uit
het Kladschrift van Jantje. Boeketjes Soiistiek,
door Gerb. v. D. Correspondentie met een Dame,
door B. O. H. Vers, door Batte. 11: De Bede
voering van Maximilian Harden, teekening van
Joh. Braakensiek. Biljartspoit, door B. Sport
en Openlucht, door H. W. Vliegen.
Bijvoegsels: De Wapenstilstand, teekening van
Joh. Braakensiek.
iiiiiiMiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
Doch, ik citeerde reeds te veel uit het
boek, dat hierbij gaat. Leest u het liever
zelf, dan komt de belangwekkende inhoud
meer tot zijn recht.
Alleen nog dit. Dame, ik weet niet, of ik
u ooit in uw aardsche gestalte ontmoeten
zal. Doch na het lezen van dit nieuwste
werk over de eeuwigheid hoop ik, dat
enze eerste ontmoeting tot in 't hiernamaals
mag worden uitgesteld. Immers, dan staat
mij eenmaal uw verschijning te wachten
als een blauwoogige dochter der liefde"
met lang, blond loshangend haar en fraai
gevormde handen en voeten; uw hoofd
getooid met een krans van zacht vlammende
rose rozen en uw voeten in zilverachtige
sandalen. Een schitterende ster flonkert op
uw voorhoofd, en uw zonnevlecht sleept
door den tuin, waar gele en blauwe vogels
rondhippen tusschen rozen, leliën en viool
tjes...
Dame, stuur mij voorshands uw portret
nog maar niet, opdat ik ongestoord kan voort
droomen van dit balmasquéin den hemel.
Tot ziens, ginds in zomerland!
Uw
B. O. H.
NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP
MotordienstvanTetenburo
DAGELIJKSCHE MOTORDIENST
UTRECHT LEIDEN DEN HJUkG DELFT
i. ItraehtichivurU. Fyijékafcl. Hogttoiiiil
VICI-VCRSA