De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 26 oktober pagina 8

26 oktober 1918 – pagina 8

Dit is een ingescande tekst.

8 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 26 Oct. '18. - No. 2157 ffe NAAR WIJD EN ZIJD II PETIT Louis ^ Hij kwam van het Vreemdelingen-legioen. In zijn aderen woelde het bloed van die legendarische, doorgewinterde rabauwen welke van 1789 tot 1815, blootshoetfs en barvoets Europa doorkruisten, eerst ver liefd op de Republiek en daarna als duiven melkers op de Keizerlijke arenden en waarop hij dan ook lichamelijk, naar de verbeelding van een Georges d'Espart-ès herschapen, geleek. Zijn naam ? Vraagteeken. Hij zelf schertste: Petit-Louis pour les dames", 't Was al wat hij van zijn burger lijken stand verried, en dan nog met een lachje waarvan we enkel later de gruwelijke Ironie vatten zouden. Hij sprak overigens weinig. Alleen mij nam bij in vertrouwen. T'ea bien un bourreur-de-cranes, spotte hij, mais quand-même t'es un bien copainl Hij ook was een beste kerel, sympathiek en gedienstig, iemand waar men op rekenen mocht, wanneer het er op aankwam, recht voor de vuist en oorlogend omdat het vechten hem nu eenmaal in merg en been stak. Hij snoefde niet met zijn heldendaden, veraf schuwde alle pluimstrijkerij en weigerde systematiek ieder voorstel tot bevordering. Hij beweerde: Je me bats pour la libertédes peuples et pas pour les galons. 't Gebeurde wel meer dat hij met die ronkende volzinnen welke herinneren aan de proklamatie Les Drolts de l'Ho mm e" uitpakte en als nagels in zijn beenigen kop vastgespijkerd zaten en die hQ eigenlijk op gevangen had, gedurende zijn jeugd, toen hijalstypograaf-werkman de meetingavonden bijwoonde der socialisten, in 't een of ander Maison du Peuple te Brussel of te Parijs, voor hij zijn huid looien ging in de Fransche Koloniën of wanhopig wacht liep rond de kazernen van Sidi-bel-Abès, waar de gon zende muziek der muskieten het sterrenlied der tropische nachten belichaamt en bezielt... De diepere beteekenis dier woorden ver moedde hij eerder dan hQ ze begreep en zij leverden meer het oppervlakkige bewijs van een volksgeest die blijken van belangstelling verleent aan den algemeenen gang der wereld en tegen zekere maatschappelijke wantoe standen verzet aanteekent dan het spektakel van een door oratorische herbergpolitlek aangetaste levensopvatting. Vooreen vriende lijk woord liet hij zich vierendeelen; bevelen schampten'op zfjn proletarischen onafhankeIQkheidszin af. Verscheidene malen reeds had hij zich door zijn dapper gedrag op het voorplan van het wereldtreurspel gesteld, althans In de mate van de nederige rol welke hij onder den anoniemen hoop der legioenen te vervullen bad... De kapitein bad juist weer een karweitje waarvoor een uitverkoren klepper geëischt werd. In vollen dag zou de man-in-kwestie op verkenning moeten, en zoo dicht mogelijk den vfjandelfjken post naderen die, lederen avond, geregeld het loopbruggetje van een onzer vooropgeschoven stellingen mitraljeerde. Omdat er kans was een nestje te rooven of fatsoenlijk te sterven nam PetitLouls vrijwillig de zending op zich. Alvorens te vertrekken overhandigde hij me eenige ?tiimiiiiiiilmii La vle Catholique dans la France Con temporaine. Paris, Bloud et Gay. Een breed opgezet boek, waarin het geheele katholieke leven en denken van den huldigen dag wordt blootgelegd. Het is verdeeld in zes afdeellngen, waaraan een préface van den bekenden mgr. Baudrillart voorafgaat. Mgr. J. M. Tissier, bisschop van Chalons, schrijft hier over La vie Religieuze. Etienne Lamy de l'Academie frargaise over La familie. Henry Joly. de l'Instituut, over Le Mou vement social Catholique. R. Grandmaison, over Les Sciences reli gieuzes. AbbéG. Mlchelet, Professeurauxfacultés catholiques de Toulouse over La Renais sance de la Phüosophie Chréenne. Fortunat Strowski, Professeur a la Sorbonne over La Littérature. H. Cochin, Députédu Nord over L'art chrètien sar les conflns des XfXe et XXe siècles. Over het al of niet opleven van het Katholicisme in de naaste toekomst na dezen oorlog zijn de meeningen verdeeld. Door velen, en dit schijnt de meerderheid te zijn, wordt een nieuwe bloei daarvan voorspeld, terwijl anderen eerder eene inzinking, in leder geval geene buitengewone verandering in de eerstvolgende jaren vermoeden. Het mag zeer gewaagd heeten hier iets met zekerheid te affirmeeren. Niettemin kan men met eenlg recht beweren, dat eene zoo groote catastrophe als deze oorlog is, nood zakelijk eene verandering in denken en voelen moet brengen, dat ook het gods dienstig leven of minder of meer zal zijn, dat het zich onmogelijk op het stand punt van vóór den oorlog kan hand haven. Er moet eene loutering geschieden van de weifelende en zwakke elementen en indien deze door den grooten brand zullen worden verteerd, wat zal er dan overblijven? Niet zonder eenige waarschijn lijkheid kan reeds nu een achteruit gang van het moreele leven worden gadegeslagen in Europa. De zedelijkheid evenals de rechten van den eigendom zijn in hun diepste grondslagen aangetast. Het rechtsbegrip is aan het wankelen gebracht. Bethmann Hollweg heeft hft volkenrecht bitter gehoond, Lenin en Trotzki hebben Rusland doen schu'dig zijn aan contractbreuk. De Eigendom, ook in ons land, is door wetten van de laatste drie jaren op losse schroeven gezet. Roof en diefstal neemt toe in het groot en in het klein. Men zou dus "- <* "">'? r ???'»; s' -;t :- < beduimelde papierenen n ^vergeeld vrouJ wehportret. Si je clapote, zet hfj, tu Hras ces papelards et puls tu les btüleras. En samen vattend, voegde hij er aan toe: C'est Ie roman de ma vie... Ik schokschouderde om zfjn heintjesachtige voorspellingen en borg het verfom faaide bundeltje op zak. Met een handdruk nam hij van me afscheid. We hebben Petit- Louis nooit levend weergezien. Een patroelje van het regiment dat ons afloste bracht zijn lijk in onze lijnen weer, onkennelijk, verminkt, bebloed en stijf. In stilte werd hij begraven. We wisten zelfs niet op welk kerkhof. Toen zfjn overlijden officieel aan het legerdagorde verscheen, kon ik den kramp van mijn hart niet bedwingen. Zoovelen gaan en komen; de oorlog pantsert de ge moederen. Petit-Louis' dood tref me nogthans pijnlijk. Eerst veel later dacht ik eraan zijn papieren te doorsnuffelen. Zijn we allen niet min of meer verlekkerd het alkoofgeheim van een nagelaten bekentenis in een vertellinkje vast (e klinken ? In het vel van een schrijver hulst de ziel van een biechtvader; alleen 't beroepsgeheim eerbiedigen we door naam en plaats te wijzigen of te verzwijgen. Bijzonder het vrouwerportret intrigeerde me. Op de keerzijde las ik: A Petit-Louis, souvenir d'une nuit d'é'é, Amoureusement: Lulu. Paris 17 aout 1903." Die magere, door zon en wind getaande vrijbuiter, alleen met een grijns over deernen en liefde gewagend, had dus ook bemind ? 't Opschrift van het portret onderstelde een zoeti-appige meisjes ziel die de trekken van het ovale, vage gelaat bewaarheidden. De oogen in dat wezen blonken van een onvatbaren glans, als twee zwarte parelkens van een kinder halssnoer op het papier vastgeprikt. De mond glimlachte. Waren die vlechten donkerblond of kastanjebruin ? Meer dan twintig jaar scheen me die onbekende Lulu toch niet. Zouden Petit-Louis' papieren me niet nader over haar inlichten ? Ik aarzelde een oogenblik de onbescheidenheid verder te drijven; mijn nieuwsgierigheid zegevierde echter aldra over dien wegzijpelenden schroom. De roman van een liefde. Arme kerel, wat grootheid in zijn eenvoud! Petlt-Louis' herinnering is er mij des te dierbaarder om. In twee woorden: 't Was tijdens een gemaskerd bal in de Moulin Rouge dat hij kennis maakte met Lulu. Dat avontuurtje leidde tot een kamertjeszonde, Toen ze malkaar den volgenden dag verlieten, vergat Petit-Louis zelfs den naam van zijn liefje te vragen. Zes maanden nadien, in 't volle zomerselzoen, ontmoette hij ze nogmaals, ergens in een tingel-tangel van Montmartre. Tweede en laatste kamerljeszonde. Hij ontving drie dagen daarop haar portret, en gaf haar rendez-vous voor den voleenden Zondag. Lulu kwam niet. Hoe hij zich ook weerde, hij gelukte er niet in Lulu ooit weer te zien. Tenzij, een Zaterdagavond, wanneer een brigade geheime agenten der zedenpolitie plots een razzia deed rond St. Lazarre en hij Lulu, hijgend, verslonst, met ontvlochten lokken naast een bekenden souteneur van Clichy, tusschen twee opzichters, heen voeren zag. Acht dagen daarna scheepte hfj zich te Marseille in, op weg naar Afrika. Belg. Front 1918 FRITZ FRANCKEN kunnen zeggen, dat het ook met het gods dienstig begrip en gevoel spoedig bergaf zal gaan. Vergelijkt men daarentegen deze jaren met die van het begin der negentiende eeuw, dan scheen er in dien tijd even weinig kans op verbetering als heden en toch kwam toen uit: Le Genie du christianisme van Chateaubriand en vierde het Katholicisme een glorievolle verrijzenis uit de afgronden, waarin de Revolutie met haar schrikbewind het hadden doen dalen. Dit boek wil nu den tegenwoordigen toe stand van het Katholicisme in Frankrijk toonen en om tot beter begrip daarvan te geraken, geeft het wat onmiddellijk daaraan voorafging, aldus het heden door het onmid dellij k daaraan voorafgaande verleden ont vouwende. In eene zeer heldere, waardige, eenigszins ihetorisch gestelde Prëface biedt mgr. Baudrillart het werk aan het publiek aan, zeggend, dat het niet een boek van Polemiek is, maar dat het slechts eene concreete ontvouwing der feiten bevat. De Duitschers moeten daarom niet denken, dat zij ons de wapens uit de handen hebben doen vallen. Hoe meer men in dezen oorlog doordringt des te meer zijn zelfs de meest gematigde en de meest onbevooroordeelde geesten gedwongen, den buitengewonen aanleg tot leugen, lederen Duitscher aan geboren, te erkennen. Wij zullen op al de leugens der Duitschers antwoorden, wanneer de tijd daartoe gekomen zal zijn. De slechte Politici en de avonturiers behooren aan Frankrijk, maar zij zijn niet Frankrijk en zoo toont hij, dat onder het uiterlijk van godsdienstloosheld een innerlijke kern van geloof en vroomheid schuilt. L'Atheisme légal est une tare et c'est un péril de tous les jours. J'usqu'cii at'il tendu ses ravages? In deze zes opstellen zal het worden aan getoond met volkomen oprechtheid, zoo verklaart de voorberichtschrijver, de in zijn land zeer gevierde redenaar en schrijver mgr. Baudrillart. En inderdaad, er is haast geen iand, waar het katholieke leven een zoo gewichtige rol speelt als in Frankrijk, dat niet zonder reden de oudste dichter der Kerk wordt genoemd. Is het, omdat daar de partyen van geloof en ongeloof scherper en duidelijker tegenover elkander staan dan elders? Is het niet veeleer het gewicht van den Franschen geest, di« hier zijn belang rijkste evoluties ondergaat ? Indien ergens, dan Is het katholieke leven in Frankrijk op zfjn innigst met dat der natie verbonden. Het katholicisme openbaart in Frankrijk zijn wezen op zijn duidelijkst. Het vormt den grondslag van zijn bt staan in vaste onver anderlijkheid, zootang de fransche natie als zoodanig bestaat, al draait de weerhaan van de bovenspits, hier de Regeering, steeds mede met de wisseling der tijden. Dit is zeer goed door Blsmarck begrepen, toen hij op 16 No vember 1871 aan den duitschen gezant van SONNETTEN 'K zag denaarde zwenken op 't planetenbal; En achter haar wapperde, groen en breed, Het wit-omzoomdfluweel van'tslepend kleed, En luchtig woei 't kant van zijn golvenval. Zelf zong tot dansmuziek ze orkaangeschal, En uit het wolkend zwart van haren reet Bacchantisch zij de naalden los, en smeet 'T rinkelend goud door wijddav'rend heelal; Toen hielden, ver, in diepten van de zaal De statige quadrilles even stil; En oude zonnen schrokken bij de pret Van 't dartel kind, dat altijd schertsen wil. En ernstig flulst'rend saam in sferentaal, Dansten ze voort hun wereldmenuet. Door 't zonlicht zijn vergeest'Ifjkt de satijnen Menschengezichtjes van 'tviolenbed: Denkend pensee en mystlEch violet, Waarnaast als zonnetjes de gelen schijnen Vergadering van dwergjes: 'k zie ze net En face. Neen, die groote paarsen schijnen Ernstig gebaarde, lulst'rende rabbijnen; De Vader-in-de-Hoogte spreekt de Wet: Blij zult gij leven; zult sterven tevreden; MQn kleurig beelt'nls maken,de aard' beneden, Mij en mijn hemel en uzelf ter eer; Vroom, als 'k herrijzend u kom wakker aaier; Ja knikkend, als mijn stormen u verwaaien, Herrijzen zult ge~als ik: IK BEN DE HEER. Laag hangt de zon. De lange bosschen, dijken Van OF doorschijnendheid, weren de baren Van 't roode licht, dat afdruipt van de blaren, Doorsijp'lend, waar tot lek de twijgen wijken. De vlakke stroomen, die'tdoorzichtigstrijken, Kan niet het voorland, ruigbegroeid met varen, Niet kan de takkenglooiing doen bedaren De steile vloed, die heen spoelt over deeiken; Over de kruin en dijkbreuk door de [wanden Stort zich de^ratje branding op de landen, Wijdvloeiend goud, als uit een fabelbron. In 't oosten bouwt de nacht zfin wolken1 dam men; Meezuigt de zon de vloed van koele vlammen, En ze ebben weg onder de horizon. 'K sta naar't schitt'rend oranje in 't west te ^ kqken: Als fijne, zwarte tralies staan de abeelen; De blaadjes schijnen met het licht te spelen, Om 't op te vangen, a s 't er door wil strijken. 'K zieom: 'tpaarsamethystin'toostverdeelen In trossen van clematis diepgroene"eiken; Aan de oogen, vol topazenglorie, lijken DtTabeelen trilgras^ van blauwe juweelen. OpBrahman, wereldgrond, schijnen dedingen A jeur gewerkte scherts: door de openingen Golft ongehinderd stralende eeuwigheid: Het denken, moe van God, keert van Zijn luister Zich gretlg-aardsch vaak af naar kleurig duister ^ En weldadig-koele vergank'lijkheid. AD W AiT A Arnlm woordelijk schreef; Une polltique catholique de la France lui donnerait une grande influence en Europe et jusque dans l'Extrême-Orient. Le raoyen de contrecarrer s»n influence au profit de la nótre, c'est d'abaisser Ie Cathollcisme et la papauté, qul en est la tête. Si nous pouvonsatteindre ce but, la France est a Jamais annihilée. Ik citeer alleen de eerste woorden van dezen merkwaardigen brief die In l'Offlciel van 7 Avril 1911, na voorlezing in de Kamer, werd afgedrukt. Het opstel over La Familie is van het Fransche Academielid Etienne Lamy en ver scheen reeds in de Revue des Deux-mondes van 1917. Het geeft een belangwekkend overzicht van het Fransche bevolkingsvraagstuk. Met behulp der historie en aan de hand van resultaten der Statistieken pleit het voor het groote gezinsleven, voor de onverbreekbaarheid van het huwelijk. Dit gezegend met talrijke kinderen heeft een scheppende kracht voor den volksrijkdom. In deze blad zijden zoeke men geen diepe gedachten, geen magistraal betoag, maar zij zijn geschreven in gladden gemakkelijken stijl, zonder rhetoriek, maar ook zonder dat kenmerk, het welk een groot auteur verraadt. De heer Lamy is een fijne causeur, die invloeiende rappe volzinnen zonder bijzondere passie of dieper inzicht zijn gedachten te berde brengt. Hij is de Franschman van het oude type, zeeals men ze vroeger in grooter aantal aantrof. Hij is de prosateur van den ouden stempel. In Le mouvement Social Catholique toont Henry Joly, de bekende schrijver van La psychologie des Saints, wat er in zijn land van Katholieke zijde voor het sociale leven is gedaan. Men vindt er o a. in de geschiedenis van Le Sillen" van Mare Sagnier, waarover eenige jaren, geleden de gemoederen zoozeer in vuur zijn geraakt, toen deze vereeniging ten slotte wegens hare al te democratische neigingen door Pius X werd veroordeeld, omdat zij uitsluitend op de democratie wilde steunen en allén de materieele belangen van den werkman op het oog had. Alles wat van dezen schrijver komt, draagt het kenmerk van een solieden en hoogen geest, alhoewel het een eigen karakter en origi naliteit mist. Zijn opstel is niettemin zeer leerrijk en getuigt van de groote werkzaam heid der Fransche katholieken. Leur travail est digne de ce qul s'est accompli demeilleur en Europe et soutient aisément Ia comparaison avec celui du Centre allemand, abstraction fatie de l'influence politique que celui-ei a' su acquérir et qu'il a d'ailleurs payée d'une véritable déchëance. Zoo zegt mgr. Baudrillart in de voorrede met min of meer recht, terwijl hij niet kan nalaten den vijand ook op dit terrein in het voorbijgaan een degenstoot te geven. Van meer direct nut, omdat het de litteUtrechtscho Schietschuitonveer AMSTERDAM, SINGEL 273 TEL. l NT ERG. 5181 H. Dagelijkscho Motor dienst tusschen Amsterdam - Utrecht - Zeist - De Bilt - Huis ter Heide Bosch en Duin - Rijsenhurg - Driebergen - Doorn enz. iiiiiiiiiiiiiniii iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiii HIIIII Op den Economischer! Uitkijk Vóór meer dan honderd jaar. Het is wel de moeite waard, juist in dezen tijd, zich weer eens te verdiepen in den toe stand, waarin Holland vóór meer dan hon derd jaar verkeerde: ik deck natuurlijk aan het Continentaal Stelsel en zijn gevolgen voor ons land. Er is tusschen de geschie denis van toen en van nu overeenstemming en verschil en er is ook wat wij gebrui ken kunnen iets zeer bemoedigends in de vergelijking. Allereerst is het wel eigenaardig op te merken, dat niet in den thans heerschenden Europeeschen en buiten-Europeeschen oorlog door de strijdende partijen voor het eerst is gegrepen naar de economisch wapenen om de militaire actie te steunen en aan te vullen. Het C(ontinentaal) S(telsel) was niet anders dan Napoleon's grootsche poging tot een volledig boycott van Engeland, tot totale vernietiging van Engelands nijverheid en handel, dus van zijn welvaart; het was en werd een geweldige handels-oorlog over en weer, de uitsluiting van alle vijandig goed, gelijk wij dat nu ook zien. En dit econo mische wapen moest de militaire actie steunen: toen Nelson bij Trafalgar met de Fransche marine had afgerekend, antwoordde Napoleon daarop met de sluiting der Prui sische Noordzeehavens voor alle Engelsche koopvaarders. Waarop Engeland de kust van de Elbe tot Brest in staat van blokkade verklaart... En nu volgen de decreten elkaar op: steeds scherper wordt deze handels oorlog gevoerd; telkens nieuwe maatregelen worden uitgevaardigd om de mazen van het net nauwer toe te ha'en en den vooral in ons land welig tierenden smokkelhandel te beletten. Wat Holland betreft, het leed ont zettend onder dit alles, want het oefende van oudsher een levendigen ruilhandel met Britanniëuit. Lodewijk Napoleon doet dan ook zijn best om te voorkomen dat het door hem bestuurd koninkrijk te gronde zal gaan door de uitvoering van de bevelen, die zijn keizerlijke broeder gelieft te geven; hij licht de hand met die bevelen, maar krijgt stevige terechtwijzingen van den Keizer en onder dien drang moet hij wel verder gaan dan hem lief is: 15 December 1806 sluit hij de Hollandsche havens voor alle schepen zonder onderscheid. Geen schip mag uit varen zonder speciale autorisatie" der Regeering, waarbij een cautie moet worden gesteld, dat de lading niet in eenige vijan delijke haven zal worden gelost. Elk hier binnenloopend schip zal dadelijk worden aangehouden en kan niet dan op speciale autorisatie" worden ontslagen. Van zijn kant verbiedt Engeland aan ieder vaartuig, op straffe van verbeurdverklaring van schip en lading, om continentale havens te naderen. Later weer bepaalt Lodewijk Napoleon dat elk vaartuig, hetwelk door een Engelsen schip is gevisiteerd geweest, als Engelsch eigendom zal worden beschouwd en, als het door onze oorlogsschepen genomen wordt, voor goeden prijs zal worden ver klaard. Al onze havens worden voor alle schepen gesloten; een schip der verbonden of onzijdige mogendheden, dat in een onzer havens de gevaren der zee ontvlucht, wordt onder quarantaine en het striktste toezigt" gesteld. Aan boord van elke uitgaande visschersschuit wordt een militair geplaatst. Intusschen bleef men trots dit alles bij ons zoo lustig smokkelen, dat Napoleon, verstoord over het slappe toezicht van zijn broeder, geen ander middel tot doorvoering van zijn stelsel ziet, dan door inlijving in 1809 gedeeltelijk, In 1810 geheel van ons land bij Frankrijk. Het decreet van inlijving voegt Holland toe aan het groote Fransche IIIIIIIMMIIIIIMIIIIIIIIIIMII Teekening voor De Amsterdammer" van W. Heskes Duitsch Vredesgebed op grond van 14 Amerikaansche punten" iiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiniiiiiiii ratuur daarover meer opsomt in haar com pleetheid, is het hoofdstuk van Leonce jjrandmaison over Les Hautes Etudes religieuses. Men ziet daaruit de enorme werkkracht der katholieke fransche geleerden. De meeste van hen zijn niet eenvoudige magazijnen van wetenschap, drooge opzeggers van argumenten, snuffelaars in beuzelarijen zon der consequenties, maar zij hebben dikwijls een eigen stijl en putten uit een diep be wogen gemoed nog nergens uitgesproken gedachten. Van af Chateaubriand, Joseph de Maistre en Bonald tot op heden is het een schitterende rij van denkers, die voor ons passeeren. Ik noem hier alleen uit de vele ter loops besproken werken de groote ver taling van den Bijbel door Auguste Crampon met Inleiding en aanteekeningen naar den oorspronkelijken text. Eene latere uitgave in n deel werd door de Sociétéde Saint Sulpice en de Jezuieten bezorgd. In dit opzicht zijn de Nederlandsche katholieken zeker schromelijk misdeeld. Zelfs volksuitgaven van het cempleete Nieuwe Testament moesten zij tot heden derven. Daarin zijn ook de Duitsche katholieken er beter aan toe. Zij kunnen zich het volledige Nieuwe Testament aanschaffen voor den prijs van vijftig pfennig. Waarom zijn allén in Neder land de katholieken zoo zeer misdeeld, dat zij het boek, dat de grondslag vormt van hun geloof in hun taal, moeten ontberen? Tegenover de theorieën van Renouvier, Taine, Vacherot, Ribot en anderen stelt abbéG. Michelet in zijn verhandeling over La Philosophie Chrétienne en France de katholieke wijsgeereti der negentiende eeuw en van heden. De voornaamste hunner werken worden vermeld en de ontwikkeling en opbloei der nieuwere thomistische wijs begeerte wordt nagegaan. Het was paus Leo XIII, die door zijne encyclica Aeterni Patris in 1879 daartoe het initiatief heeft genomen, waarop niet alleen in Frankrijk, maar ook in Belgiëhet neo-Thomisme door Mercier en De Wulf grooten invloed ver kreeg. Wij vinden hier eok gewezen op de groote verdiensten, voor de kennis der mlddeleeuwschëPhilosophie, van Ozanam, die daarin een voorlooper mag heeten. De be teekenis van Bergson's leermeester Oll Laprue wordt niet onvermeld gelaten, ter wijl naar mijne meening in deze bladzijden te weinig aandacht wordt geschonken aan de tegenstanders van Bergson zelf, wiens theorieën in het begin bij sommige katho lieken eenige Instemming verwierven, maar die bij nader inzicht met de hunnen in tegenspraak bleken. Het meest belangrflke stuk uit dit boek mag wel dat van Fortunat S'rowski heeten, niet zoozeer om het diepe begrip der litte ratuur, maar om de aanschouwelijke voor stelling en de tamelijk volledige vermelding der voorname katholieke dichters en prozaiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiHiiiii schrijvers. De heer Strowski is een nog jeugdige professor aan de Sorbonne met een aristocratisch voorkomen, die met elegante gebaren en beschaafde intonaties zijn lessen geeft en die door zijn innemende manieren steeds vele toehoorders en nog meer toehoorderess_en voor zijn spreekgestoelte ver zamelt. Hij is ook de schrijver van een bekend boek over St. Frangois de Sales. De Katholieke schrijvers vormen in Frankrok eene schitterende phalanx. Zij zijn in niets minderwaardig aan die van andere richtingen. Doch evenals men zich moet in acht nemen voor de al te groote bewon dering van een Romain Rolland, moet men hier aan de woorden van Strowski over auteurs als Bazin en een paar anderen niet het volle gewicht bijleggen. Aan Barbeyen Verlaine schiet hij in waardeering niet te kort. Ook doet hij aan Hello recht weder varen. Vooral is van belang en hier is hij vrij uitvoerig, wat hij over de Wijzewa zegt, wiens werk ook in Nederland nog te weinig bekend is. Waarom door Strowski bijna twee blad zijden aan Maurice Parrès in gezelschap der Katholieke auteurs worden gewijd, is mij niet recht duidelijk. Of moet ik zeggen: Misschien is het mij wel duidelijk? De mannen met den groenen palmenrok zijn niet altijd ongevoelig voor hulde en zouden een eventueelen kandidaat vcor hunne *ereeniging de deur voor den neus kunnen dicht doen. StrowsH als een van de veertig zou geen al te slecht figuur maken. Overigens bevat ten deze bladzijden vele interessantebizonderheden en het blijkt, dat de schrijver met de meeste auteurs, die hij noemt persoonlijk heeft kennis gemaakt, zoodat zijn indruk een 'vrij juiste is voor de kennis van den persoon van den schrijver, alhoewel, en dit blijf ik volhouden, dikwijls de persoonlijke kennismaking den criticus op een dwaalspoor brengt. Dit zij in het algemeen gezegd en niet bepaald met het oog op Strowski. Door de herinnering aan den persoon namelijk wordt veelal het werk in de schaduw gesteld en dit wordt dan beoordeeld van het stand punt van den persoonsindruk. Doch nu genoeg over dit stuk. Het boek wordt besloten door een zeer merkwaardige verhandeling over L'Art Chrètien en France door H. Cochin, die de religieuze schilder kunst en de religieuze muziek behandelt. Het werk van Maurice Denis wordt ter sprake gebracht en niemand zal weigeren in hem, zoo niet een groot, dan toch een zeer bizonder artiest te zien. De schola cantorum en haar stichter Charles Bordes worden met eenige trekken gekarakteriseerd. F. E R EN S

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl