Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
9 Nov. '18. - Nó.,2159
una
Brahms?Bach
Brahms' kroon rolt nog wel niet over de
straat, maar ze staat hem toch ook lang
niet vast meer op 't hoofd....
Zimmermann en Qaillard moeten, dunkt
me, Zondagmiddag wel een tikje verwonderd
zijn geweest over hun succes. Zij hebben
goed, hier en daar óók wel mooi gespeeld;
maar hebben zij zich geheel kunnen geven ?
Hoe vinden zij zelf dit dubbelconcert?
Ik kan niet zeggen, dat 't mij iets heeft
.gedaan". Heinrich Reimann, die toch zeker
meetelt onder de meest enthousiaste be
wonderaars van Brahms, heeft allerlei draaie
rij t jes noodig, om den schijn niet op zich
te laden, dat hij het stuk leelijk vindt. De
zwaarste kost, dien Brahms op het gebied
der symphonische muziek ons heeft voor
gezet". De beide instrumenten concerteeren
im Brahmsschen, nicht lm gewöhnlichen
Slnne". Ze vinden tegenover zich: de
Wacht" van het orkest, .al is dit ook
discreet behandeld". Er is haast te veel
polyphonie, en de stemming wordt op den
duur donkerder en droever, in plaats van
lichter. De klankkleur blijft steeds etwas
grau in grau" en dienovereenkomstig de
stemming.
Men kan dit alles'ook duidelijker zeggen:
het is een kunstig en moeizaam samen
gesteld, maar geen mooi stuk, en het is
voor de beide solisten vrij ondankbaar.
Gemis aan zuivere inspiratie al mogen
een paar zangerige gedeelten worden uit
gezonderd kenmerkt ook de Vierde
Symphonie. Ik kan me begrijpen, hoe
Weingartner er toe gekomen is, ze als ein leeres
Tongeiüst te kwalificeeren. Hij zal vooral
het 'oog hebben gehad op de Finale, de veel
geprezen Chaconne. Het thema, iaat ik zeg
gen: weinig aantrekkelijk, de 36 variaties
.knap", doch arm aan fantasie. Eenmaal aan
het vanëeren, bleef Brahms aan 't variëeren.
En dacht dan, dat hij muziek maakte, evenals
Beethoven uit variaties levenswarme muziek
deed opwellen, Beethoven, wiens opvol
ger hij was i
Het werk ging overigens prachtig; zoo
iemand, dan weet Mengelberg wat er
aannemeltjks is in een dergelijk stuk met zorg
te doen uitkomen. Met Schwung werd ook
de Akademische Fest-Ouverture uitgebracht,
de Duitsche Piet Hein-Rhapsodie. Thema
materiaal en bewerking, vooral de instru
mentatie, alles wel zér Uuitschl
Aan Brahms was, op 't concert van Don
derdagavond, Bach voorafgegaan. Dit was
n onafgebroken verkwikkend musiceeren.
Een lust voor ons allen in de zaal, een lust
voor den dirigent en lederen strijker of
blazer in het orkest. Een -feest van den
rhythmus! Op 't papier is deze muziek
louter vorm; doen kunstenaars, als dezen
avond op 't podium verzameld waren, ze
?klinken, dan begint het alles te spreken, te
zingen, dan gaat het proza over in poëzie.
Von Bülow heeft eens gezegd: Bach ist
eigentlich der richtige Zukunftsinusiker, weil
er immer noch bewundert werden wird,
wenn viele Andere in der Erinnerung langst
vermodert stnd". Ik geloof, dat hij gelijk had.
Bach was, wat allereerst zijn keus van
teksten bewijst, wonderbaarlijk naïef. We
vinden zelfs vermeld, dat hij de muzikali
teit zijner tweede vrouw niet beter wist te
eeren dan door eene aria voor haar te
schrijven op de Erbauliche Gedanken eines
Tabakrauchers". Het vers had godsdienstige
strekking, en dat was voldoende, om alle
bedenkingen op zij te zetten.
Maar deze naïveteit ging over in zijn
muziek en gaf er die frischheid en die be
minnelijkheid aan, die nog vele
menschengeslachten zullen blijven gelukkig maken.
Zijn zangmuziek behandelde hfl zuiver
instrumentaal, met dit gevolg, dat zelfs een
Noordewier hier en daar niet geheel tegen
de moeilijkheden opgewassen blijkt. In
hooge ligging langzaam over kleine af
standen op en neer gaan, dat kan de fluit
van een Willeke, een Klasen wél,. onze
meesterzangeres echter krijgt het daarbg
nu en dan met de zuiverheid te kwaad.
Maar hoe heeft ze weer geschitterd, Me
vrouw Noordewier, in de, technisch óók
uiterst moeilijke, juichende gedeelten harer
partyen, en vooral in de cantate ..Jauchzet
Gott in allen Landen", in Doppet's welge
slaagde bewerking. Hier kwam men weer
eens onder den Indruk van de virtuositeit
en artisticiteit van den begaafden
trompetHlllllllllllmlIlHlllmlIIIIIIHIIIIIIHHM""""'»
Invalid-Portwijn
OE BESTE MIDDA8DRAHK t3.50p. flesch
' di Btrbinion, 51 Anutel, Amsterdam
HIIUIl ..... lllllmltllJllllllllllllllllllllltlllllllllllllllltllll ...... Illlllllllllll
CORRESPONDENTIE MET
EEN DAME
door
een BESCHAAFD ONTWIKKELD HEER
VI
Helaas, dame, dat ik in mineur schrijven
moet l Gfl hebt mij neerslachtig gemaakt
door mij aan de broosheid van het geluk te
herinneren.
Nog slechts vijf brieven hebben w?
gewisseld en onze goede verstandhouding
is reeds verstoord. En ik ben daarvan de
schuld, of liever daartoe de aanleiding
geweest l Want schuldig gevoel ik me niet
het is hier weer een ellendig misverstand
dat ons parten speelt.
Ge blijkt boos over het slot van mijn
vorig schrijven. Ik sprak daarin de hoop
uit, dat onze eerste ontmoeting tot In
hiernamaals mag worden uitgesteld en
verzocht u mij voorshands uw poitret nog
maar niet te sturen, opdat ik ongestoorc
zou kunnen voortdroomen van het heerlijk
wezen, dat gij volgens van Broekhoven na
uw dood zult zijn.
En nu houdt ge mij voor een fantast, die
de werkelijkheid verzaakt voor de schimmen
zijner verbeelding. U vreest", voegt ge mi
toe, dat de werkelijkheid u zal teleurstellen
En dat zal zij allicht. Want ik ben nie
mooi, zelfs niet knap. Mijn portret, als ik
het u toezenden mocht, zou u overtuigen
tist Speels. En verder traden, behalve
de reed» genoemde, fluitisten, Kroger en
Zimmermann op oen voorgrond, terwijl
-euis Robert een mooi succes behaalde
met de Fantasie en Fuga in G-klein, al
egde in de Fuga de onbuigzame argeltoon
iet weer eens leelfjk af tegen de elastici
teit der stemmen in de orkest-fuga's.
.*?
Dirk Scha/er
De eerste van Schafer's drie piano-avonden
leeft hem natuurlijk weer schoone triomfen
ebracht, triomfen, welker uitbundigheid
des te meer beteekent, waar ze den kunste
naar zelf nogal koud schijnen te laten.
Wellicht stelt echter juist dat
sterk-inzich-zelf-gekeerde Schater in staat, zich
zoo voorbeeldig te concentreeren.
Hij het f t het concert besloten met een
brillante Liszt-vertolking, waarin ook een
zuiver-artistieke basis niet ontbrak, maar
die toch wel afviel tegen wat voorafgegaan
was. Er zijn bij Liszt kegten, diestorender
zijn gaan werken, naarmate onze belang
stelling voor de technische veroveringen
der jongere Franschen toegenomen is.
Boven alles glansde Chopin's Fantasie
Dpus 49' (F.-mineur) uit, maar »oit
Beetloven's Pathétique" boeide, evenzeer in 't
yrische als in het imposante, en wat we
ot opening van den avond hadden gekregen:
Paradlso, Ratneau, Couperin, Mozart (Duport
variaties) was alles van een tintelende fijn
heid en een verrukkelijke intimiteit.
H. J. DEN HERTOG.
IIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllltlllllllllllll
Royal Auction Bridge
(Slot)
De gever deelt de kaarten uit als bij
gewoon Bridge met 3 personen. De
spelers, die tegenover elkander zitten,
zijn echter geen partners. Ieder speler, te
Beginnen met den gever en links omgaande
leeft het recht een bod te doen, evenals
bij Royal Auction Bridge met 4 spelers,
maar die annonces moeten gebracht zijn
op het eigen spel, want degeen, die het
hoogste bod heeft gedaan, waarna dus de
beide andere spelers hebben gepast, speelt
het spel met het eigen spel in de hand en
de kaarter, van den blinde open op tafel.
De beide andere spelers zijn dan partners
en plaatsen zich aan de speel taf e l tegen
over elkander.
Hoewel het natuurlijk zaak is de annon
ces te baseeren op goede kaarten in de
eigen hand, blijft er voor waaghalzen een
ruim veld om te rekenen op goede kaarten
in den blinde :en uit het annonceeren der
andere spelers in de verschillende kleuren
en de kaarten in de eigen hand, kan men
nu wel geen zekere, maar toch wel eenige
waarschijnlijke gevolgtrekkingen maken van
de sterke en de zwakke kleuren en den
blinde. Wanneer b.v. door geen der andere
spelers de harten of schoppen kleur ge
noemd wordt, bestaat er groote kans, dat
de blinde daarin een goed spel zal heb
ben. Het blflft echter altqd heel gevaarlijk
daarop te rekenen, want kennen de spelers
elkaar en weten zij, dat een gaarne
hasardeert, dan is het een klein kunstje om
hem er in te laten loopen, door met opzet
een kleur niet te noemen, waarin men vrij
sterk' is en een bod te doen in een andere
kleur. Het spel van den blinde blijft voor
dengene, die het spel speelt, altijd een ver
rassing. Het kan hem aangename, maar bij
te veel waaghalzerij ook heel onaangename
verrassingen brengen.
Wat het opteekenen befreft, heeft ieder
zijn eigen lijst, waarop de door eiken speler
behaalde punten onder de lijn worden
opgeteekerid evenals zulks bij R. A. B. met
vier personen geschiedt. Voldoet een speler
niet aan zijn contract, dan boeken beide
tegenspelers elk afzonderlijk de voor de te
weinig gemaakte trekken behaalde
strafpunten. De honneurs worden voor elk speler
afzonderlijk opgeteekend. Voor een honneur
in harten teekent A b.v; 8 punten boven de
lijn, hebben B en C beiden 2 honneurs,
dan noteeren zij elk 10 punten boven de
lijn en dienovereenkomstig in de andere
kleuren en sansatout.
Het spel bestaat uit 4 gewonnen manches.
Heeft echter een speler twee manches ge
wonnen, dan worden de andere niet gespeeld.
Voor het winnen van elke manche wor
den 10T punten boven de lijn genoteerd,
voor het winnen van den robber bovendien
250 punten.
Bij het eindigen van den robber worden
de door ieder der spelers behaalde punten
te samen gesteld. Ieder speler wint of ver
liest het verschil in punten met zijn beide
medespelers.
Aangezien het opteekenen en het uitrekenen
van winst en verlies nog al eens eenige
moeilijkheden oplevert geef ik hieronder
een staatje met tene toelichting.
dat u met een gewone allerdaagsche vrouw
hebt te doen, wier uiterlijk niet opvalt
en die ook niet, gelijk sommige harer
sexegenooten, haar best doet de tekortkomingen
van haar lichaam aan te vullen met de
kunstmiddeltjes uit den kapperswinkel."
Maar," vervolgt ge, mag u dit teleur
stellen ? Behoort u als man van ontwikke
ling en beschaving dan nog tot die kinder
achtige zwakkelingen, die zich door het
uiterlijk van een vrouw laten beïnvloeden?
Het uiterlijk is toch bijzaak. Voor wie den
geest zoekt, heeft het lichaam slechts bij
komstig belang. Wat doet het er dus toe,
hoe Ik er uit zie, hetzij thans hier op aarde,
hetzij later in den hemel! U dat lang, blond
loshangend haar en zijn óie fraai gevormde
handen en voeten, waarmee van Broekhoven
u paait, iets om zoo over in verrukking te
geraken als gij doet in uw onverklaarbare
naïeviteit?"
Aldus kapittelt gQ mij, dame. En ik weet
niet, wat mij nu zoo neerslachtig maakt:
uw verwijt, dat ik kinderachtig ben, of mijn
kinderachtigheid zelf, die mij uw
mededeeling, dat ge niet mooi zijt, als een teleur
stelling doet opvatten. Want ik ontveins mij
niet, dat het een teleurstelling voor mij zou
zijn, zoo ge inderdaad mrendet wat ge aan
gaande uw uiterlijk schrijft. Slechts het ver
moeder), dat het vrouwelijke coquetterie is,
die u over uw alledaagsch voorkomen
boudeeien doet, helpt mij o ver mijn somberheid
heen. Maar bijna spijt het mij nu, dat
18
100
18
100
24
6
50
B
100
7
100
100
27
16
6
50
32 ! 36
C
250
100
63
27
56
100
Eerste spel: C annonceert
als laatste bod 4 klaveren;
hij maakt een trekte weinig,
zoodat A. en B. ieder 50
straf punten boeken. A heeft
1°0 l n, B heeft n en C heef t
_1°J 3 honneurs en noteeren dus
30 , boven de lijn resp. 6?6
21 en 18 punten.
28
348 i 442 | 79ö!
Tweede spel: A. speelt 4 harten, hij maakt
4 aan trek, noteert^du;|onder de lijn 32
punten, hij heeft 3 honneurs, boekt boven
de lijn 24 punten en 100 punten voor het
winnen van de manche. B. heeft 2 honneurs
dus boekt 16 punten boven de lijn.
Derde spel: C. speelt 3 sansatout, hij
maakt 3 aan trek dus 30 punten onder de
lijn; hij heeft 4 azen in een hand dus 100
punten boven de lijn en 100 punten voor
het winnen van de manche.
Vierde spel: 3. speelt 4 kroonschoppen,
A. heeft gedoubleerd; B. maakt 4 aantrek
dus 36 punten onder de lijn, 27 punten
boven de lijn voor 3 honneurs, 100 punten
voor het voldoen aan zijn contract na de
doublure; A. heeft 2 honneurs dus 18pun
ten boven de lijn.
Vjfde spel: C. speelt 2 ruiten; hij maakt
3 aantrek dus 21 punten onder de lijn; hij
heeft 4 honneurs in een hand dus 56 punten
boven de lijn; B. heeft een honneur dus
7 punten boven de lijn.
Zesde spel: C. speelt 3 kroonschoppen;
hij maakt e?n aan trek; A. en B. noteeren
dus elk 100 strafpunten boven de lijn. A.
en C. hebben resp. 2 en 3 honneurs dus
boeken resp. 18 en 27 punten boven de lijn.
Zevende spel: C. speelt 4 ruiten; hij
maakt 4 aan trek, dus 28 punten onder de
lijn; hij heeft 4 honneurs in een hand en
in den blinde de vijfde honneur dus 9X7
= 63 punten boven de lijn, honderd punten
voor het winnen van den manche en boven
dien 250 punten voor het winnen van den
robber boven de lijn.
A verliest aan B 442 348 = 94 punten
A verliest aan C 793 348 = 445 punten
B wint van A 442 348 94 punten
B verliest aan C 793 442 = 351 punten
A verliest 445 + 94 dus 539
B verliest 351 94 dus 257
C wint 445 -f 351 dus 796
of uitgedrukt in tientallen, wat eenvoudiger
is voor de berekening; in geld.
A 54 B 26 C 80.
BRIDGER
UIT HET KLADSCHRIFT VAN JANTJE
Nieuwe Boeken van deze week
CORNELIS VETH zet zijn geestige geïllu
streerde Parodieën voort in een serie van
dien naam, waarvan thans het Ie deel door
Elsevier's Uitg. Mij. te Amsterdam in den
handel is gebracht.
Dr. J. L. WALCH, gaf 23 October j.l. zijn
openbare les ter opening van de colleges
in de geschiedenis van drama en tooneel:
Punt en Corver, welke les thans in druk is
verschenen bij A. W. Sgthoff's Uitg. Mij. te
Leiden.
Bij denzelfden uitgever verscheen de open
bare les van den privaat-docent aan de
Utrechtsche Universiteit: P. VALKHOIF:
L'Influence de la Littciuture Franfalse dans
les Pays-Bas:
Het Tweede Kamerlid J. H. SCHAPER be
handelt in eene brochure tut Wetsvoorstel ter
bescherming van den arbeid: De 10- en
8urigendag van de Kamerfractie der S. D. A. P.
Amsterdam.Uitg Mg.?Ontwikkeiing",f0.12V2.
De Direcirices van de Haagsche Huishoud
school (Laan van Meerdervoort) A. M. VAN
ANROOY en H. M. S. J. DE HOLL hebben
ond r haar leiding een Kookboek voor den
Crisistijd doen samenstellen, welk werk te
Amsterdam bij Schellens en Giltay htt
licht zag.
Van het werk van dr. C. N. VAN DE POLL:
De Aanstaande Moeder, gaf de uitgevers
firma Scheltema en Holkema te Amsterdam
een tweede, veel vermeerderde druk onder
den titel: Moeder en Kind, Zwangerschap,
Bevalling en Verzorging van Zuigelingen.
CYRIEL BUYSSE heeft in het zoo juist bij
Nijgh en van Ditmar's Uitg. Mij. te Rot
terdam verschenen boek De Strijd, getracht
een beeld te geven uit het Vlaanderen der
heldere geluksdagen, het geliefde, rijke,
schoone Vlaanderen, dat eenmaal was, zoo
als de schrijver in zijn voorwoord zegt.
De Uitgevers van de S. D. P., J. J. Bos
& Co. te Amsterdam zonden ons ter aan
kondiging :
Een Nieuw Tijdperk der Revol. Jeugdbe
weging, door A. VAN AMSTEL, f 0.10.
De Geboorte van den God, toespraak door
dr. H. W. PH. E. v. D. Bt-RGH VAN EYSINGA
te Zutphen gehouden, f030.
Van denzelfden schrijver: De Naam der
Namen, f030.
HENRIETTE ROLAND-HOLST, De Strijdmid
delen der Sociale Revolutie, f 0.65.
iliililliiiniilii iiiiiiiiiiiHiiiiilimiiniiiiiiliiiliilitlliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
verzoek om uw portret niet te sturen. Want
ge hebt me nieuwsgierig gemaakt.
't Is waar; onze correspondentie is van
geestelijken aard en moet van geestelijken
aard blijven. Wat doet het er toe, hos de
oogen er uit zien, die deze bladzijden
lezen of hoe de stem klinkt, die in gedach
ten tegen mij spreekt l Gedachten zullen wij
uitwisselen, en gedachten blijven dezelfde
beterkenis houaen, of ze gepropageerd
worden door een Venus dan wel door een
Medusa.
Zou het uiterlijk met het innerlijk in
betrekking staan? Alleen halve barbaren,
die nog niet door den geest zijn geadeld,
gelooven het. Maar de geest maakt vrij
van de strf, waartoe ook het lichaam be
hoort. Gelukkig wie op deze wijze bevrijd
is! Hem is de ware verlossing ten deel
gevallen.
Dat ik dit zoo enthousiast getuig, komt
doordat ik uit eigen ervaring kan spreken.
Want, dame, ikzelf ben indertijd zoo'n halve
batbaar geweest Wat zeg ik: een halve?
Laat ik mijn ouden Adam niet flatteeren;
gerust kan ik zeggen: een heele!
Wilt u wel gelooven. dat er een tijd is
geweest, waan'n ik de gruwelijkste
barbaarschheden slikte terwille van de materie?
Een wilde vergaapt zich aan opgepoetste
knoopen en flikkerende stukjrs glas. Zoo
staarde ik mij dood op de kleur van den
oogappel, de lijn van den neus, de ronding
van de kin eener vrouw. Onbeteekenende
i
iiiiiiinHiiniiM
D. J, STRUIK, De Overwinning der
Bolsjewlki (voor Holland's jeugd bewerkt) f 0.12.
dingen als een dwaas blond krulletje voor
het oor hadden mijn aandacht. Een ringetje
om een vinger of een medaillonnetje, dat
met het halskuiltje op en neer g ng, leidden
mij af van de brandende vraagstukken van
den dag. Ja, ik herinner mij zeker gewich
tig dictaat door een geweldig hiaat te
hebben bedorven, omdat een fijne hand
vóór mij, bezig een weerbarstige haarwrong
verdere stoutigheden te beletten, mij geheel
in beslag narn.
Er was onder mijn kennissen een uwer
sexe-genooten, die in geestelijk opzicht
weinig beteekende. Wat ze ten beste gaf.
was onzin of erger. Maar, ik schaam mij
na zooveel jaren bijna nog u mijn ongees
telijkheid van destijds te bekerren, de
toevallige stand en samenstelling harer
stembanden oefenden een thans onbegrij
pelijke bekoring op mij uit. De klank harer
woorden, op zichzelf toch iets volmaakt
onbeteekenends, maakten al haarbêtises
voor mij tot Evangelie.
Is het nu niet een heerlijke verlichting,
dat ik dat tijdperk van barbaarschheid te
boven ben? Van welke dwaze grillen der
natuur hangen wij af, zoolang wij nog niet
hebban geleerd, den geest om zichzelf lief
te hebben! Eén dermatologische afwijking
is in staat geheel onze geestelijke taxatie
om te keeren! Had de bezielde, die ik ver
eerde, een paar kubieke millimeters meer
neusvleesch bezeten of was de kleur harer
iris een greintje lichter geweest, haar
nu UK mui iiiiiiiii miiinmmiimiiimiiiiim
Een derde verbeterde en vermeerderde druk
van H. GORTER' S, Het Imperialisme, de We
reldoorlog en de Sociaal Democratie, f 0.521/?.
Een vierde druk van Het Communistisch
Manifest van KARL MARX en FRIEDRICH
ENGELS, vertaald door H. GORTER, f 0.20.
Een tweede druk van Sotdutenplicht, door
HENR. ROLAND-HOLST, f 0.07.
iiiiiiimtiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiitiliiiiiiiiiiiiiiMii iiiiiiiiimimtmuiiiii
ideeën hadden geen waarde voor mij gehad.
Welk een miskenning van het hoogste,
dat den mensch op aarde is geschonken,
niet waar?
En daarom vind ik het z«o heerlijk, dame,
dat wij heden ten dage geëmancipeerd
zijn. Let op de vrouwen, die een lievelings
wijsgeer naloopen of een concertzanger
bewierooken. Hoe los van de stof zijn zij! De
man mag onaantrekkelijk zijn als wijlen
Balthasar Bekker, het deert haar niet. Zij
hangen aan zijn lippen als zuiver-geesttlijke
wezens.
En bij ons mannen vindt gij hetzelfde
terug. Schrikken wij terug van een Medusa.
mits zij ons de wijsheid verkendigt? Ook
wij zijn het tijdperk van den wilde gelukkig
te boven. Het is ons te doen om den geest
en de gedachte alleen. Geest en gedachte,
die zoeken wij en die vinden wij, oek als
wij met e'kaar correspondeeren. En daarsm
dame, maakte mij uw verwijt zoo neerslachtig,
want ik heb bemerkt, hoe de oude kinder
achtigheid uit het tijdperk der barbaarsch
heid nog nawerkt, zelfs als ik meen haar
overwonnen te hebben.
Maar gij hebt m8 te rechter tijd weder
tot bezinning gebracht. Vergeef mij en aan
vaard mijn erkentelijkheid!
Uw
B. O. H.