De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 23 november pagina 5

23 november 1918 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

23 Nov. '18. No. 2161 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND SELMA LAGERLöF Selma Lagerlöf s 60ste Verjaardag Dezer dagen is het zestig jaar geleden dat Selma Lageilöf geboren werd. In een harer bundels vertellingen deelt zq zelve ons mte hoe het, op zekeren Novemberavond van 18'8, bij luitenant Lagerhöf, op de oude landhoeve Marba-ka toeging, toen oaar weer eens een meisje was geboren, iets wat altijd eenige onrust en opschudding te weeg brengt, zelfs op een plaats, waar men gewoon is, het leven kalm op te nemen en niet meer beweging over iets te maken dan noodig is". In die kalme omgeving groeide het kind op, aanvankelijk zwak en ziekelijk; heel sterk is zq nooit geworden. Maar de krachten waarover zij beschikken kon, heeft z(J moe dig ontwikkeld en gebruikt, en is zoodoende een van Zweden's voornaamste (en vooral naar het oorder l van deskundigen de meest karakteristiek Z«eedsche") onder de hedendaagsctie auteurs geworden. Van haar vader land uit, heeft zich de roem van haar naam over de heele beschaafde wereld verspreid. Zq heeft, een der eerste malen dat die werd uitgedeeld, den Nobelprijs voor Letterkunde verkregen. Voor dat geld heeft zij de hoeve Marbacka terug gekocht, die na haar vaders dood verkocht had moeten worden; en daar brengt zij genoeglijk haar zomers door, en administreeit, tusscnen de literarische be drijven, haar landbouwzaken. Aan al wie belang in ruar stellen, kan ik de lectuur van genoemd bundeltje ,,Her inneringen" ten zeerste aanbevelen. Vooral omdat daarin ook voer komt: Een verhaal van een verhaal'', zegge de geschiedenis hoe zij er toe kwam het boek te schrijven, dat haar letterkunst-loopbaan plotseling zoo schitterend hteft geopend; Go sta B rling". Zij vertelt hoe de sage" van zoo'n troepje, in de eerste helft der 19e eeuw in Wermeland den boel opscheppende jonkers, er na hun verscheiden in de lucht biet f zweven. Zij ging van mond tot mond, en klopte aan de huizen, om iemand te vinden, die haar in drukinkt vast wou leggen." En daar niemand zich daartoe bereid toonde, nam de jonge onderwijzeres Selma die taak op zich. 't Ging met vet l lust, doch ook veel tegenspoed; met horten en stooten, stukje bij stukje, veelal zonder samenhang; de vertelling" zoo besluit deze herinnering werd nooit zooals zij wezen moest, 't Was haar ongeluk, dat ze zoo lang had moeten loopen wachten, eer zij te boek werd gesteld, en . . dat de schrijfster te overgelukkig was toen ze dit eindelijk doen mocht." Later heeft de schrijfster die zelve het meest verbaasd was over den opgang van dit zonderlinge boek, ge'oond wel degelijk bij machte te zrjn, meer samenhangend werk te leveren. Getuige o. a. haar zoo goed gebouwde roman, J-ruzalem." Zes jaar geleden had ik het voorrecht, haar in haar vaderland te ontmoeten. Mocht ik antwoord kragen op mijn vraag, hoe zij haar zestigsten verjaardag doorgebracht heeft, dan hoop ik dat aan onze lezeressen mee te deelen. GEERTRUIDA CARELSEN iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimitiiiiiiiiiiiiiiiiniiimiiiiiiiiiiiimiiiiiiiii ONZE VELUWE D. J. v. D.VEN, Gelderland III. Meulenhoff-Editie. In mijn jeugd hadden Drente, de Peel en de Veluwe voor ons zoowat dezelfde be teekenis als Centraal Afrika. Het leken ons onbegrensde gebieden vol ongekend moois, met allerhande mogelijkheid van avontuur en opwekkende inspanning. Het was toen de tijd van Owars door het Donkere Wereld deel" en wanneer wij al eens een wandel tocht volbrachten dwars door de Peel of dwars over de Veluwe, dan dachten wij ons al heele Stanley's en Livingstone's. En nog jaren achtereen beschouwde ik de Meimaand als niet volledig genoten, wan neer ik niet in haar eerste helft gewandeld had van Bar n e vel d naar Apeldoorn : eerst langs de spoorlijn tot aan het mooie bloem rijke meertje, vervolgens lijnrecht door de broekheide op Garderen aan, dat ten slotte bereikt werd langs den ouden Arnhemschen weg, die zoo mooi h-uvel-op gaat. Je kruist dan den straatweg Voorthuizen-Appeldoorn brj een tolhuisje en daar was jong dennenhout waar altijd boompiepers schetterden. De broekheide zelf was nog kil en schrompelig van den winter, maar er groeide en Een Uurtje bij de Schoenendistributie. In den vroegen ochtend zaten wQ er met z'n drieën als keuringscommissie. Het lokaal was hoog en frisch en liep het -soms wat al te druk, zoodat de atmosfeer in korten tijd minder dragelijk werd, dan zorgden de gaanden en komenden voor een vrijwillige ventilatie door deur dicht" over het hocfd te zien, nu wij het te druk hadden aan dat gebod de hand te houden. Onze verwachting dat het publiek onte vreden zou wezen of minder welwillend zou optreden, werd in alle opzichten beschaamd, want al moesten ze, om een te hoog nummer, weken nog wachten op het effect van hun bezoek, wij hoorden in de meeste gevallen dank u beleefd." S echts enkelen maakten daarop uitzonde ring waaronder n die hoffelijk en beleefd ons verzekerde dat hij begreep dus" in een gekkenhuis te zijn beland," welke op merking wij in zijn geval wel konden plaatsen. Zoo hoorden wij afwisselend een note gaie" en een note triste" bij onzen vrij wel eentonigen en toch steeds varieerenden arbeid. Moet ik," vroeg er een, met het ernstigste gezicht, nu naar de volgende voorstelling," doelende op het gaan naar de tafel waaraan de ambtenaren zaten, belast met het uitreiken der bons en het inschrijven op de stamkaart, nadat bij ons het schoeisel was gekeurd, geknipt en het formulier waar gestempeld. Wanneer is uw dochtertje geboren?" hooren wij vragen. Wablief?" klonk 't verbaasd. De man kon het verband niet vatten tusschen geboorte en schaen van zijn dochtertje. Met verheffing van stem wordt de vraag herhaald. Hij haalt de schouders op. Hoe oud is ze?" Elf meneer." Wanneer is ze jarig?" 14 Januari." Hier krijgt u de bon." Het raadsel bleef voor den man onopgelost. Waarom heeft u maar n schoen mee gebracht?" Och Mdtou ik dach dat 't genpg was, neemt uwes me nie kwalik, alstublief Mefrou." Het ne fragment werd geknipt, maar het schemert ons even of dit ook verband kan houden met het nieuw opge komen bedrijf van inkoop van oude schoenen, en met de teruggave zeggen wij, met eenige stemverheffing, n schoen is voortaan ongeldig weet u, denk er aan." Ja Mefrou dank uwe beleefd." Meneer ik zit er dringen behoefte an" lazen we op een briefje, dat een zieke op het aanvraagformulier heeft gehecht. WQ geloofden dit, ter wille van den ouden stakker die 't ons zwijgend overlegde, Goed." Wie volgt." Een nog grooter stumper, doof, met n groot blind oog, wat gebrekkig in de spraak volgde, 't Valt ons op dat zijn huisgezin bestaat uit l man 3 vrouwen en4kinderen; onwillekeurig glimlachten wij. En u?' Waarom heeft u het biljet niet geteekerd?" Ik?" klinkt verbaasd de vraag. Ja u,als hooiévan het gezin." Ik? o ik dacht dat..." U is toch de vader van de kinderen niet waar?" O ja, maar ziet u, me vrouw is toch het hoofd van het gezin en zoo dacht ik..." O zoo, ja nu begrijpen we 't, zet u nu uw naam maar." Als uwe dat goed vindt" aarzelde hij nog en toen kwamen langzaam maar zeker de letters op het papier. No. 20600, o juffrouw u is veel te vroeg, nog een paar weekjes geduld dan is u zóó geholpen." Maar mijnheer ik moet over morgen trouwen en dan moet ik de schoenen toch hebben" wanhoopt ze. Het commissielid zendt een vragenden blik naar mij en even daarna waren de schoentjes geknipt, het biljet gestempeld, ze kon trouwen maar," vermaanden we, het mag eigenlijk niet juffr»uw, het is een groote gunst." Dankbaar en voldaan vertrok ze. Intusschen was het volgeloopen aan onze tafel, die nu met een dubbel aantal commissie leden was bezet. Van mijn plaats er langs kijkende, zie ik een waar schilderij voor mij. Verschillende typen met onderschelden gelaatstrekken en uitdrukking staan voor ons geschaard. Een bont mengelmoes van aard, van aanleg, van ontwikkeling, van tempe rament, van kleur, allen ijverig uitstallende de meegebrachte schoenen. Het lijkt een uitdragerswinkel waar ieder met eigen be langen zfln zaken staat te bezien en te be pleiten. Flegmatici, zien met kalme verwon dering neer op de cholcrcie, die een woorden vloed verspillen welke ons voorbij gaat, goedmoedig glimlachend over de htt igen. 't Is bespottelijk" roept er een smakelijk lachend met het been in de hoogte om de laars te laten merken, ja bespottelijk" beaamt brommend een ander op minachten den toon. Verreweg de meesten zijn eenigszins zenuwachtig en druk, zij moeten be daard worden toegesproken vóór zij tot het begrip komen dat niet zij, maar degenen, die aan de tafel zitten het laatste woord hebben moeten. MtllllMlllltlllllUtllllMIlllllllllllllllMHIIIII bloeide toch reeds van alles en het joelde er van steltloopers van allerlei soort en de blauwe kiekendief zweefde er dicht langs den bodem cp zoek naar hagedissen. Het was er veel ruimer dan nu, want thans liggen er allemaal vreemde lappen van ontginning in het greote heldekleed. De opgang naar Girderen langs den onden weg is onvergetelijk mooi: de hei wordt al steeniger, langs grindputten beginnen bra men te bloeien omzwermd door allerlei bonte bijen. Het jonge akkermaalshout kri oelt van de meikevers, die er gedecimeerd worden door jolige benden van kauwijes en kraaien. Een late sleedoorn Is nog besneeuwd met bloesem en daar zit een zwart kop grasmusch in te zingen., net een plaatje van Giacomelli, maar veel mooier. Dan komt het oude Garderen met zijn korten dikken toren, rechts zien we Putten en het Speulder Bosch, maar daarna gaan we af dalen naar Het Soll en vandaar naar de wijde hei met het Uddeier meer en heel in de verte de blauwe Soerensche boschen. Dit s»uk doorliep ik altijd in een soort van verrukking, dronken van ruimte. Daar spookte dan ook die Hunnenschans tusschen en natuurlijk de Heks van het Uddelermeer en allerlei boeken, die we nu niet meer lezen. Als ik dan ten slotte opklauterde naar het Soerensche bosch, was de stemming wat kalmer en kon ik een half uurtje rusten in bloeiende boschbessen om ten slotte den tempelgang te genieten onder de hooge beuken. Wat een wandeling l En zoo zijn er nog veel meer te maken op de Veluwe, ook nu, al is er ook veel veranderd en weinig verbeterd. Is er op een oogenblik minder toeloop dan verandert onze uitdragerij in een soort kermlstent, de keurders trachten de aandacht op zich te vestigen, want er is een soort wed strijd om veel klanten in korten tijd af te werken. De weordenrijke aanvragers zfjn de moeilijkste, trachten wij hun mededeelingen en vragen te stuiten dan eerst recht komt er geen eind aan. U kunt voor deze schoenen geen nieuwe krijgen" hoor ik naast mij oordeelen, deze kunnen gerepareerd." En Zondags dan?" Ook goed voor den Zondag" klinkt't kalm, vriendelijk maar beslist en anders schoenen zonder bon, maar die zijn duur." Neen hoor daar mot ik niks van htbbe, ik kan wel buiten de luuks, als ik de rekening maar in me maag heb." Wij begrijpen de bedoeling dezer uitspraak niet, maar met de reparatie moet ze genoegen nemen. En u juffrouw?" Ja Meheer, ziet u, ik ben gescheëvan me man en zoodoende wou ik een paar schoenen hebben, maar weet u het gaat tegenwoordig veel beter." Gaat 't beter met uw schoenen" spot de keurder. Nee hoor met me man begrijp u?" Ja zeker juffrouw en nu voor u dus een paar nieuwe schoenen niet waar? Licht u w voet maar op dan knippen we u even". Niet bederven hoor, me man" stribbelt ze nog even tegen. En wat is uw begeeren? Nieuwe schoenen voor uw dochtertje?" 't Meewarig antwoord klinkt: ja alstublieft als 't mag meneer." Welke steek?" Dat weet ik nief zoo waar niet meneer, want ze is doofstom." Zoo rolt de eindelooze reeks onze «ogen voorbij, die velen, die maatschappelijk op eigen beenen staan en toch in vele opzichten zoo ontzaglijk hulpbehoevend nog zijn. Opwekkend neen, is ons werk niet, be schaamd haast zijn wij voor menigen dank, die ons wordt gebracht voorde bons, die zij met zooveel moeite en tijd voor zich heboen veroverd en die straks, misschien nog vóór zij in staat zfjn ze in te leveren, weer waarde loos zullen zijn. Troosteloos beeld dezer traostelooze tijden. 15 Nov. 1918. M. fiitiMiiiiiriiiiiiimiiHitiiiniiniiiiiiiii HiiiHiimiiiiimMMiimmiiiittiiii Moderne Handwerken De nieuwe kunstnijverheidafdeeling van de Bfjenkorf" toont in de goede richting van 't frische moderne Hollandsche te willen werken, door te beginnen met een tentoon stelling van het kur>stnaaldwerk vanJoTenge, leidster van die af Jeeling. 't Is alles blijheid van heldere warme kleuren, in pittige tegenstellingen; zuiver van techniek en afwerking. Van de ver schillende steken Is mooi gebruik gemaakt om de lijnrichting te verduidelijken en de vlakvullingen levendig te houden. 't Zijn meest kussens, kleeden taschjes, theemutsen, enz. van mooie gelinte wollige stof, en ook enkele kinderjurkjes en kleedjes van fijne ciêpe of zijde, waarop met wollen draden in rijgsteken een aardig effekt van lichte lijnen is bereikt. Er is te veel, om het afzonderlijk te bespre ken, maar even willen wfj wijzen op de warme roodbruine en paarse kussens met kleurige middenversiering, en een rond linnen kleed met heldere bloemmotieven, dat. als zoovele van de werkstukken een geheeie kamer kan opfleuren en ons bij 't binnentreden in een warme zonnige stemming brengen, die juist in deze donkere, koude dagen, zoo prettig aandoet. Jo Tenge's kleurcombinaties zijn frisch en gedurfd, zonder schreeuwend of kakelbont te worden. Haar motieven zijn veel aan planten en vogels ontleend, verwerkt tot meestal vrij regelmatig ornament, waarbij geestige en origineele vindingen zijn. Daar verschillende handwerken ook op de stof geteekend, met materiaal verkocht worden, geeft dit aan haar, die er voor voelen, gelegenheid het goede Hollandsche kunstnaaldwerk in breeder kring te verspreiden en de moderne versierings-gedachten meer bekersd te maken, hoewel de werkstukken door de ontwerpster zelf geborduurd, toch steeds het zuiverste geheel blijven vormen. Wie dezer dagen in de stad is, neme een half uurtje voor deze tentoonstelling, en niet om enkel te kijken. I. KR. M. De Nieuwe Tijd zal ook zijn invloed doen gelden op de Veluwe en heeft reeds op velerlei wijze beslag er op gelegd en het resultaat is altijd dat onze bewegingsvrijheid wordt verminderd, het landschap wordt ver armd, onze fantasie gebreideld. Wij mogen wel eens nagaan wat wij ervoor terug krijgen: weiland en bouwland, industrie-terreinen, nieuwe bosschen, omheind jachtveld, mili taire oefeningsterreinen. Daar zijn heel goede dingen onder, ook onvermijdelijke en over bodige. De militaire oefeningaterreinen be gonnen mij een beetje d wars tezitten. Z«olang het bleef bij een beetje heen en weer loopen en schieten op een kilometerbaan hinderde het niet zoe heel erg. Maar de nieuwe oorlogstechniek is een grof bederf van het landschap. O» menige plaats hebben de loopgraven den bodem vernield. En nu was er ook al sprake van oefeningen met stikgassen o.a. met zwaveldioxyde, dat de dood is voor korstmossen, vele coniferen en nog andere planten. Misschien wordt er HU bijtijds een stokje voor gestoken door volkerenbond en wereldvrede, maar tot 't zoover is moeten we die gassproeiers maar eens in de gaten houden, want we kunnen toch heusch die heiden en bosschen niet missen. En liefst willen we de Veluwe zooveel mogelijk be houden als ruim recreatie-veld voor ons volk. Nu in ft het prachtig, dat juist dezer dagen in de Serie Ons Mooie Nederland een boekje is verschenen over de Veluwe n.l. Gelder land III door D. J. van der Ven. Ik heb zelden met zooveel genoegen een boekje van Van der Ven aangekondigd. Hoe goed laat hij ons de Veluwe zien, hoe veelzijdig is zijn belangstelling, met hoe groote v^i heeft hij ARTI ET AMICITIJE Rokin hoek Spui l COLLECTIE GOUDSTIKKER 24- November tot en met 26 December * Over Boeken en Tijdschriften Wij hebben enkele kinderboeken ontvan gen. Als uitga en van G. B. van Goor Zonen, Gouda, liggen daar: Vier boekjes met versjes van S. MaathuisIlcken en plaatjes van Sijtje Aafjes. Twee zijn getiteld: Voor 't Klein e, Kleine Kleutert j e en twee: V r o o1 ij k e Versjes, De versjes liggen geheel in de bevatting van het kleine kind. De plaatjes zijn los geteekend, de actie is goed getroffen. Het derde der boekjes schijnt ons het beste gelukt toe. Van Kleuterboekje, van Anna Sutorius en teekeningen van B. MidderighBokhorst verscheen een derde druk, weleen bewijs hoe dit boekje in den smaak der kleintjes valt. Oogst gef ft als completeerende uitgave het 9de en 10de stukje van de bloemlezing voor het lager onderwijs door F. H. N. Bloemink. Beide deeltjes bevatten oorspronkelijke en vertaalde verhalen en verzen van bekende kinderschrqvers(sters). Teekeningen van ver schillende hand geven een aantrekkelijk cachet aan de boekjes Ook zijn in de serie Oogst" nog t wee boekjes uit gekomen (voorloopertjes A en B). Voor het 2de en zoonoodig begin 3de leerjaar. Kleine verhaaltjes met letter greep afdeellng en grooten druk. Sommige zijn geïllustreerd. De lotgevallen van Krulstaartie, plaatjes van W. H. Koppenol Czn., versjes van J. P. Zoomers-Vermeer. Uitg. Johannes Morks, 's-Gravenhage, is een boekje voor de heele kleintjes, zooals er zoovele zijn, met middelmatige versjes en plaatjes. In Kleuterland. Teekeningen en versjes van Mia Bake, (Ui'g. W. de Haan, Utrecht) een kinderboekje met kinderversjes. De kindetfiguurtjes zijn goed in actie, de uitvoering kon iets fijner gedetailleerd zijn, het zijn te veel zwarte vlekken, Over 't ge heel een goed verzorgde uitgave. A. dat is Aafje, door Bas van der Veer. (uftg. H. Meulenhcff, Amsterdam), geeft recht vermakelijke plaatjes bij de tweeregelige letterversjes, 't Zijn typen van frissche, humoristische teekenkunst, jammer dat de versjes die rijmen, niet tegenover elkaar zijn geplaatst, 't Leest nu lastig. Een fraai verzorgde uitgave. iiiiiiiiiiimtiiiiiiitiiiiiiiiimiiiMiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiimtniii Klaaglied van een Huisgenoot In het einde van November Als het gaat naar St. Nikelaas, Maakt mijn zusje in de keuken Borstplant, koek, en speculaas. Borstplaat maakt ze er met koffie Chocola en mareskijn, Als fondant zoo zacht en smeltend. Zoo exquis, zoo zoet, zoo fijn. M's en W's zijn steeds de letters Die ze bakt in fijn banket Zelfs niet in den jam en wecktq"d Heeft ze zooveel huishoud niet. Speculaas, die kan ze maken, Alle soorten dun en dik, Nooit heeft Mary in de kruken Met haar arbeid zooveel schik. Illlllllllllllllllllll MIIIIIII II zich gedocumenteerd. Wanneer ge een boekje als dit vergelijkt met het voor zijn tijd buitengewoon voortreffelijke werk van Craandijk, dan merkt ge eens hoe wij in de laatste halve eeuw zijn vooruitgegaan in den aard onzer belangstelling. Er is een heele termi nologie bijgekomen en wel niet het minst door dat in den laatslen tijd meer aandacht is geschonken aan de geschiedenis van den bodem en zoo heeft dan de schiijver van Gelderland III ook niet verzuimd om de studies over het Nederlandscoe landschap van Professor van Baren in dit boekje te verwerken. Zoo leeren wij de Veliiwe ken nen als monument van den Ijstijd, waardoor vooral de landschapsvormen noordelijk van het Uddelermeer een bijzondere beteekenis krijgen. Maar ook voor de menschen en hun bedrijf heeft Van der Ven een open oog. Alleraardigst schetst hij het bedrijf van de eikenschillers uit Nunspeet en ook de kolenbranders krijgen hun beurt. Jan van Schaffelaar wordt nog al erg onderstreept en brengt het tot Het Barneveldsehe hel denfeit, waardoor de naam van Jan van Schaffelaar voor immer den luister kwam verhoogen van onze Vaderlandsche geschie denis". Dat is zoa Van der Ven zijn ma niertje, maar dat vergeven wij hem graag om de ontelbare bijzonderheden van sage en geschiedenis waar hij door zijn groote belezenheid op kan zinspelen. En als hij schrijft: Belvédères vindt de wandelaar in het Geldersche landschap opgericht op de mooiste punten, waar ze bedoeld zijn als een soort van attractie ter bevordering van het vreemdelingenverkeer, maar waar ze helaas fungeeren als monsterachtige prullamitmiiiumiiiiiimiiimiiiitmiiiiiimiin Al dat lekkers komt te voorschijn Als mama bezoekdag heeft Mary glanst van louter vreugde Als men haar een pluimplje geeft. Ja je kunt het daad'lijk proeven L>at dit is in huis gemaakt Zonder bijsmaak, zonder rommel 'k Vind dat het veel beter smaakt." Och vindt u dat hensch mevrouwtje, Wel, dan maak ik ook voor u, 'k Ben toch alle dagen bezig 't Is een kleine moeite nu." leder kan van haar wat krijgen Die haar eigen maaksel roemt Minstens krijgt een doos vol borstplaat Wie het woordje lekker" noemt. Voor de buren, voor de vrienden, Voor familie door 't heele land Voor vriendinnen van de kostschool Voor haar verste bloedverwant. Voor een afgedankte werkvrouw Voor een pas getrouwde meid Werkt ze, roert ze, kookt ze, bakt ze Eén en al bedrijvigheid. Maar de arme huisgenooten Ach wat hebben die een strop Hun voert Mary heel zorgvuldig ledere mislukking op. Speculaas, niet door te bijten Bitter, en zoo zwart als roet. Letters, die nog niet half gaar zijn Of verschroeid, of veel te zoet. Pukkelige scheeve borstplaat Borstplaat die naar kapper smaakt. Die te veel of heel geen smaak heeft, En te slordig is gemaakt. Van de wilde lekkers-rage Worden zq den vuilnisbak. Met; Je kunt, het haast niet proeven" Stilt hen ze op hun gemak. Verder meet je helpen pakken 't Lekkers dat de deur uit gaat Of het even gaan bezorgen Als je toch nog komt op straat. Voor de home made borstplaat mode Voor het kook en bak plezier Aten we versnaperingen Van een goeden winkelier. Maar van alle lekkernijen Borstplaat, koek, of speculaas Krijg je hoogstens thans iets eetbaars 's Avonds op St. Nicolaas. ARI iiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiMmiiiiiitiijii Verzoeke alle stukken voor de rubriek Voor Vrouwen" in te zendem Koninginneweg 89, Haarlem. ?llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllMlllllllllllllllllllllllltlllllllllllllHUIIS ria", dan vinden wij, dat hij dat nog wel tienmaal zoo sterk had mogen zeggen. Hij heeft wel zuiver gevoel voor het echte land«chapsschoon en als hij vertelt van den Pampel en Gerrits Flesch, dan zou ik er zoo heen willen gaan. Hier vertelt h Q ook van het groote natuurpark, dat door de familie Kiöer wordt gesticht en waar de toegang vrij zal zijn: een belangrijke vermeerdering van het veilige deel van de Velu we. Veilig zijn nu: het Leuver.utnsche bosch, de bosschen van Hagenau, de staatsbosschen van Ugchelen en het Speulderbosch. Dan is er nog heel wat voorloopig half-veilig, maar het meerendeel van de Veluwe wordt al onveiliger en onveiliger en 't is alweer hard noodig, dat de positie der vereeniging tot behoud van Natuurmonumenten wordt versterkt. Ik mag de bespreking van dit boekje niet eirdigen zonder te gewagen van de voor treffelijke foto's, waarmee het is versierd. Ze zijn allemaal mooi en tot mijn genoegen vind ik er veel bij van den heer Jb. B. Hoetirik. Let er eens op, in Gelderland en Overijsel koopt ge wandelgidsjes, die heel anders zijn dan de gewone. Er is er een voor Twente, voor Borkulo, Zelhem, de SHngedorpen, wellicht nog meer, maar in elk van die borkj s vindt ge foto's, die dadelijk tnffen door hun voortreffelijke op vat'ing en uitvoering. In negen van de tien gevallen zijn die van Hoetink en ook in dit Gelderland III prijken weer echte meester stukjes van dezen hoogst bekwamen en smaakvollen fotograaf. JAC. P. T H ij s s E

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl