De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1918 7 december pagina 1

7 december 1918 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

*r^v l TM l)*»' > "?*« »-' '?; A * 't M v: '1 E AMSTE WEEKBLAD VO M M E NEDERLAND *».. REDACTIE VAN Prol. Mr. J. A. VAN HAMEL, Prof. Dr. H. BRUGMANS, Mi; T. S. OROBIO DE GASTRO'Jr.t Dr. FREDERIK VAN EEDEN en H. SALOMONSOR ' ~; . ITOEVERS: VAN HOLKEMA 4 WARENDORF Pef j «Ml. 12.25. Aboan. loopen per jaar | | Redactie en Administratie: Keizersgracht 333, Amtterdam ] Advertentie^ omslag f 0.40 p. regel, binnenpag. f 0.50 p. regel J m*» *»rt, « fop*. T Krekelijuw, door oheBnbrfak: M Boodh* d*r tot n«wr d« aMht, |i fenffleton: De Zorgen ... Al^«. TiM«. - fc Voor '«MÜto-Bogt») Hertoaaeteg, door ? «n P.WUlwe. - 7: Ten8$. Klooit M i" HaUanBoëdenburjr. S'. De , 9. Boekbe--Tft Of* d«a ««poltontisohen *Jd, door «-k-?«"«-Sp^l - BoeketJ.e8oa.tiek: ,_BOT**. **? U? VerMQ. door Op «ton IwMQiBiMhev itkflk: WJlion ? ' "», a||. g. Bmfesfteri, 12: uit het i «WN* !>?> ^Mg Tfn«it «en t ywifttttie. - L*8ken«pi«gel. > mei e«n D»me, door B. O. H. or <U Jeugd, door v. D, ?bonwiBoldrat, teekening v»n Joh. KtakJ«» oit KafleiUnd. Boral, döofBUdgw. WilMm i »»«r het Vreduoongrei fok BnMkBMiek. ,*«r ? NEDERLAND EN DE GEALLIEERDEN Een woord tef waarschuwing ,Men kan bezwaarlijk aan den indruk jn, -dat er op 't oogenblik in tod zttf krachtige invloeden om ons met de Geallieerden Vergemakkelijkt door de - «,. Jdy~waarmede hier te lande ., Jdoor iékters der publieke opinie, imHenlandsche aangelegenheden nagedacht of niet nagedacht, pogingen vrij spel. Men ook niet blind vóór zijn, g ^Mingen _, , .^^IW9»9 iihsÖ|*e6j aoov«e! mogelijk op kwaden '4e eflMBte-mógendheden te Al U -de oorlog opgehouden, «rijd d«r twee groote partijen ttoft voort. > ^ [?hebben ree«Js eerder doen uitkomen, ontzaglijk 'nadeel deze geheele voor ons land moet zijn. Van nadeel,* omdat wij er door ,, (verwijderd van het inter-geallieconomische stelsel, waar de getoekorastjge welvaartontwikkeling ,-Men kan niet genoeg herhalen, dat tig van vrijhandel, waarin ook and .weder tot een gebied van tekracht en koopkracht zou komen, prake 'is. Er zal intreden een ten stelsel onder de geallieerde . , met toekenning van prioriteit ... ^_. grondstoffenvoorziening, levensmid'delentoevoer.rantsoeneering van scheepsr^limte, van machinelevering enz. En e*- zat' komen een zwaar benauwende belasting van Duitschland, voor jaren laag. Alleen door goede verhoudingen riiet de Geallieerden zullen dus de materieete belangen van het Nederlandsche UHliHiiiliHMNiiiiiiiJiiiiiirnmiiiiHiuiiiiiiiii nu i minimi WILSON KOMT Be bladen brengen het min of meer offidëele programma van den tocht van President ' Wllson naar fiuropa: 3 December, aanspraak U« bet Congres, 4 December, vertrek uit New-York pp den George Washington, enz. DeatrQyers zullen het schip op zijn reis be geleiden, andere schepen van de vloot-basls fr Frankrijk komen het tegemoet. Het zal M* luisterrijke intocht op Europeesch gebied weze» ter deelneming aan de vredesconftttntie, \ .Amerika, met al de kracht van ee« groote persoonlijkheid, wil zfln stem laten gelden d* internationale politiek. .Ee» jaar gpfeden, 4>December 1917, in zrjq k tot het congres zeide Wilson: onduldbare ding waarvan DuStschm«esten onsvhet leelijke gezicht heb ben laten ziea, dut dreigende monster van gebeld, net kuiperr] vereenigd, waarvoor wQ fr Dnltsche 'regoering nu zoo duidelijk kennen, een ding xonder geweten of eer of vttffofen om zich aan een overeengekomen vrede te honden, moet worden vermorseld, eit-kaa biet niet geheel te niet worden ge daan, ten minste worden buitengesloten van de.geIBfce.gemeenschap der volken.... Laat DBS elkander goed verstaan. Wat ons voor eerst en dadelQk te doen staat, is den oorlog te winnen; niets mag ons daarvan af brengen ?totdat het- zal zijn gedaan. Daar moet een orde komen,, gegrond vest op het recht en a/rt herstel van het onrecht". Woorden van verontwaardiging over de volk tot hun recht kunnen komeff. Met de idéele belangen is het even eens 't geval. De geallieerde landen vertegenwoordigen immers de politiek van orde, vrijheid en vooruitgang in ge zonden geest,. Aan den anderen kant " n verwarring en teleurstelling. il Nederland zijn oogen voor dit sluiten en afsukkelen op den ver keerden weg, het heeft slechts voort te gaan in de richting, waarin nu niet weinigen bezig zijn, het te drijven! Het heeft slechts gehoor te geven aan de vele onjuiste,kwaadstokende vertoogen, waardoor hei wordt misleid. Het heeft slechts de fouten te slikken, de tekort komingen voorbij tézien, in zijn midden begaan. -Eerlijk gezegd, twijfelt men soms, of er onder ons volk nog vol doende energie en doorzicht overgebleven zijn, om aan de verkeerde invloeden weerstand te bieden. Zoo gemakkelijk hebben zij spel l Maar als men bedenkt, hoe ontzaglijk groote belangen voor de toekomst onzer natie er bij betrokken zijn, kan men het waarschuwen niet laten. De voorstelling wordt dan gewekt, alsof de geallieerde regeeringen bezig ?zouden zijn, met Nederland conflicten te zoeken, teneinde daardoor booze be doelingen tegen ons land bot te vieren. Het beeld, dat de stokken worden ge zocht om den hond te slaan, vindt daarbij ingang. Zoo moet het komen tot de idee van het mishandelde en miskende Nederland, door een groep booswilligen in alle onschuld belaagd. Dit is dan ook de stemming, die van verschillende zijden thans onder ons publiek wordt gewekt. Toch is dit de zaak in een geheel valsch licht stellen. Wanneer Vrij daartegen waarschuwen, is het allerminst uit zin, als verdedigers der geallieerden op te treden. Wij hebben ons tot zoo iets nimmer gedrongen ge voeld; nimmer iets anders verdedigd dan Nederlandsen belang, óók tegen kort-. zichtigheid, wanbegrip of bedrog in ons eigen midden. Daartegen gaat het ook nu. De houding, van geallieerde zijde jegens ons land aangenomen, is uit iets Kf/teel anders téverkla»n,dan uit booze omrekeningen, om onsr-daarmede straks te lijf te gaan, en, gelijk tëet b.v. eet, ons Zeeuwsch-Vlaanderen af te persen. Zoo wij durven verzekeren, dat zulk een toe leg niet behoeft te worden gevreesd, zijn wij daarbij slechts het spreekorgaan van het rustige verstand, en van het nauwkeurige onderzoek. Men mag gerust zeggen, dat niet in eenigen leidenden kring der geallieerde landen het oog merk wórdt gekoesterd, dit Nederland sche grondgebied aan te tasten. Ons nationaal recht, sinds de 17e eeuw in die streken gevestigd en ingeburgerd, vindt volkomen erkenning. Ook wordt verstaan, dat wij daarvan geen afstand kunnen doen. Het is eenvoudig mislei dend of onnoozel, daartegenover ons volk met wat nu en dan door onverant woordelijke enkelingen mag zijn beweerd, de dampen aan te doen. Dat de tractaatsregeling omtrent de bevaring der Schelde in oorlogstijd, in overleg met Nederland, aan een herziening onderworpen worden kan, is een geheel andere zaak, Ook in verstandige Neder landsche kringen wordt daarover niet geheel afwijzend gedacht. Het is dus geheel fout, ons volk met paniek en verbittering^ vervtrllen tegen over een kant, waar wij, met vol behoud van onze vrije zelfstaniugheidronze toe nadering en ons belang behporen te zoeken. ** 't Zelfde geldt Voer nderl* punten, waarin men ons wil doen gelooven, dat de Entente voor Nederland lagen legt. Het kan alles slechts strekken om ons land op een dwaalweg te voeren, waar wij zett eenmaal-deïurevrachten hebben te plukken. Niet df£%JNede$an4t,rflan* ingrijpende inbreuken te vreezen zal hebben. Maar in den kring der mogend heden zal ons land Bij de gewichtige" economische regelingen, diéaan de orde komen, en bij het geheele internationale leven, dat zich ontwikkelt, nog in on gunstiger en onverschilliger positie staan. De houding van de geallieerde mogend heden, die zich nu vooral in hun pers weerspiegelt, is meteen weinig objectivi teit geheel anders en juister te verstaan. In dit goede verstand ligt ook de aange wezen weg ter verbetering. Wij herinneren onssvoor eenigen tijd eens een onderhoud t£hebben gehad met een oprecht voelend Nederlander, tevens voortreffelijk kenner van Japan. Onze con clusie ? over de verhouding tusschen dit land en ons vaderland was, dat deze vooral geleden heeft onder misterstand en achter docht, en dat niet vefder aan sensatie stemmingen gevolg gegeven worden moet, doch naar een vollediger wederzijdsch inzicht gestreefd, waardoor de beide volken ginds in de Stille Zuidzee ongehinderd nevens elkander voortleven kunnen. ? Hetzelfde geldt thans voor de ver houding tusschen, ons land en de gealli eerden, zooals die nu na deze wapen stilstand 't duidelijkst aan den dag getreden is. Wanneer het gemakkelijk valt in Neder land achterdocht en wantrouwen te zaaien tegenover de geallteerduv dan komt dit, omdat mede bij de geallieerden omge keerd wantrouwen ^J^t/^dQM heer renen jegensiörtfct'* ^Pf"J| f?% ?ïk-&' ' En wanneer men werkelijk^ iets in het belang van ons volk' wfl doen, om op goede verhoudingen to'or de toekomst te werken,dan doet men beter deze gevoelens niet hooghartig te negeeren, maar na te aan, waar ,ze vandaan komen. Het lijkt dan, dat er ook ten onzent wel fouten zijn begaan. Wanneer wij eenige punten opnoemen, doen wij dit-,met om oud zeer Op te halen, of om verwijten te doen, maar om te toonen, waar de schoen wringt. ; Sommige daden van de Nederlandsche regeering tijdens den oorlog blijken in invloedrijke kringen der verschillende geallieerde landen nog steeds een zeer wrangen nasmaak te hebben veroorzaakt. De geheele behandeling der zand- en grind-kwestie, waarin men ten slotte om des lieven vredes wille heeft berust, heeft een ongunstigen indhik nagelaten. In Engeland zijn voorts nog velen gecho queerd over de konvooizaak, die men gevoeld heeft als een stok, den geal lieerden tusschen de' beenen gestoken, op een oogenblik, waarop zij in den spannendsten strijd waren gewikkeld. De onevenredige mate van drift, waargemeene beleediging Amerika aangedaan! Een jaar later, de tegenstander ligt ter neer, hrj, de President, gaat uit als een hersteller der geschonden grondslagen van het Richt. Het is een nieuw Amerika dat hrj ver tegenwoordigt. De oorlog heeft er niet Ingegrepen zooals bij zich in andere landen heeft doen ge voelen, hfj heeft dit doen groeien en tegelijk ' stevig gemaakt in zijn groei. Zooals met alle dingen, waarvoor men het oog moet hebben om ze te zien, gaat het ook met den toestand der Vereenigde Staten vóór den krijg. Men begrijpt nog meestal niet dat het land toen in een crisis verkeerde, dat er een scheiding dreigde te ontstaan tusschen de verschillende gedeelten van zijn gebied en van zijn beroepsklassen. Wat de oorlog heeft gedaan, is, dat hij de onderscheiden nationaliteiten en standen beeft vereenigd. Men heeft zich, van wat voor oorsprong ook, Amerikanen en vrQe burgers gevoeld. Een voorbeeld wil Ik opnoemen, niet het treffendste zeker, maar een sprekend voor beeld. Men weet hoe in Amerika de mannen van zaken zich afgezonderd houden van de politiek; zij beschouwen den staat als hun vijand en de staat vertrouwt hen niet. Dat wederkeerige wantrouwen is door den oorlog opgeheven. De groote afdeelingen van het bestuur hebben ingezien dat zij bij het organiseeren der hulpbronnen van het land den steun noodig hadden van de mannen die wisten wat dat was: bedrijven en verkeer. In het eerst hebben nog wel de bureaux, zooals overal, hun gewone fouten begaan, maar dat heeft niet lang geduurd en men heeft in de leiding mannen opgenomen als Schwab, den magnaat van de staalindustrie, iemand door wien men zich vroeger gecompromltteerd zou hebben geacht, als men met hem in gesprek was gevonden. De aangelegenheden van den staat zijn zakelijk behandeld gewerden. Wilson die in de wereld der ideeën leeft, heeft daardoor, schijnt het, een goeden kijk op menschen; hij wist ministers te vinden die het werk als een werk aanvatten, hoewel men hen daartoe niet in staat had gerekend. Hij oordeelde naar het karakter. Baker dien hij als minister van Oorlog koos, was een bekend pacifist en had zich in een rijke, losbandige stad als Clereland is, een eenzame burgemeester getoond, maar het torpedeeren van de Lusitania had zijn bloed aan 't koken gebracht, en toen hij voor het oorlog voeren stond, al was hij in den beginne wat vertrouwens ziek, werd er door hem een prachtig resultaat verkregen. Hij leverde zijn honderdduizenden van sol daten geregeld per maand aan Europa af. Daniels werd minister van Marine; hij was een pittig advocaat uit het Zuiden, die een stevigen dronk lustte en volstrekt geen verstand bezat van schepen of scheepsbouw. Hij heeft een marine geschapen door goeden raad in te winnen en dien te volgen, een ..droge" marine, gelijk hij het uitdrukte. Ik zei", zeide hij, heb mijn borrel op gegeven en mij daar wel bij bevonden; zij ./uilen het ook doen".. Het werken van zulke menschen te midden van het jeugdiger leven'der Amerikaansche wereld, heeft aan het gansene staatsbedrijf den Idealistischer! trek gegeven die een kenmerk is van het Amerikaansche volk, als natie genomen. Hoover, de mijningenieur die voor den steun aan Belgiëzorg had gedragen door het verschaffen van levens middelen, daarna controleur der distributie geworden in Amerika, heeft zijn taak vol voerd niet door het stellen van vaste regels en het opleggen van stiaf, maar door een beroep te doen op de menschlievende gemede de Amerikaansche schepenrequisitie is opgenomen, vergeleken b.v. met de gematigde reactie wegens het torpe deeren onzer schepen, heeft de stemming in Nederland als partijdig doen bezien. En in het algemeen is het als een ernstig punt gevoeld, dat onze reederijen, zoodra het duikbooten-gevaar ontstond, door regeeringsorder zijn stilgelegd. Een land, dat een zoo groot percentage van de koopvaardij-vloot vertegenwoordigt, zoo zegt men, heeft i* tijden van oorlog JE verpachting zich njet geheel van de zee terug te trekken. Het nut niets, vol te houden, dat wij in al deze zaken volkomen sterk staan. Ieder weet te goed, dat ook ten onzent op verschillende van de genoemde punten in eigen boezem ernstige en gegronde kritiek geoefend is. Wat natuurlijk wél uit te leggen valt, is, dat zich al die gevallen onzerzijds nog uit ieis anders laten verklaren, dan uit onbetrouwbaar heid van den in Nederland heerschenden geest. Zijn ook jegens den overkant op merkingen te maken, allereerst moet ons datgene interesseeren, 'wat wij zelve in de hand hebben. En dan komt er bij, dat deze geest, de openbare meening van ons volk, in die verschillende landen geheel beoordeeld is naar. de inderdaad niet verstandige houding van verscheidene onzer voorname persorganen. . *** Onze couranten zijn gedurende den oorlogstijd in 't buitenland in vél ruimeren kring en vél nauwkeuriger gevolgd geworden, dan misschien ten onzent is bevroed. En wanneer daarbij dan steeds is te lezen geweest, dat onze groote pers aan de ententevolken de onoverwinne lijkheid van Duitschland is blijven voor houden en op onmiddellijke aanvaarding van de verschillende Duitsche vredesaanbiedingen heeft aangedrongen; wan neer door haar beurtelings Wilson, Lloyd George en Clemenceau met hatelijke hooghartigheid zijn gecritiseerd, en zelfs een onzer vooraanstaande politieke publi cisten eens pedinenji verzekerd heeft, dat spoedig CielnWbwüvüjyangen zou worden door... Caillauk, die den vrede maken zou; wanneer een gezien staats man, leider van onze anti-oorlogsbeweging, nog in Augustus openlijk tot be middeling geageerd heeft en verklaard, dat de geallieerden wel verplicht zouden zijn, een vergelijk te sluiten; wanneer de verradelijke beweging der Vlaamsche activisten ten onzent een geregeld ont haal gevonden heeft; en wanneer nog steeds de Entente de les gelezen wordt, dan heeft dit alles een veel dieper indruk nagelaten, veel dieper doorge werkt en veel meer ergernis gesticht, dan de betrpkkenen steeds hebben bedacht. Zij hebben natuurlijk wel hun eerlijke mee ningen verkondigd. Maar zij-hebben zich tevens deerlijk vergist. Hunne houding is beschouwd als hulpmiddel ten gunste van de Duitsche zaak. En hunne woor den zijn geacht, de toonaangevende sfem van het geheele Nederlandsche volk te zijn. Het nut alweer niets, dit alles te ver zwijgen. Integendeel. Beter is het, dat het Nederlandsche volk inziet, dat het gedurende den oorlog om allerlei redenen, door allerlei menschen in de geallieerde i iiiHHiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiii voelens van zijn landgenooten. Ze zouden iets afstaan van hun overvloed om hun medeschepsels te hulp te komen. Hij heeft zooveel vertrouwen bij hen gevonden, dat zij hem van harte zijn bijgesprongen en hem de mogelijkheid hebben verschaft om in een tijd van crisis Engeland en nog andere landen van levensmiddelen te voorzien. Dat is groot en grootmoedig werk geweest. Het adelt een natie. Ik spreek niet over den economischen toestand. Om bewijzen te geven voor den rijkdom dien Amerika zich heeft verschaft in de vier jaren van den oorlog, voor de ontwikkeling die zijn handel en industrie heeft verkregen, voor den vooruitgang dien het heeft bereikt onder de volken der wereld als gezagvoe renden mogendheid, om daarvoor bewij zen te geven, zou ik allerlei cijfers moeten bijeenstellen en vergelijken, die een al te ernstige tint zouden aanbrengen aan mijn eenvoudige opmerkingen. Genoeg, dat Amerika dat voor korten tijd nog door Europa werd beschouwd als een machtig en soms onrustwekkend aanhangsel, maar als een aanhangsel, dat Amerika, dat Wil helm II, de tegenwoordige Hohenzqllern, nog aanzag voor een quantitén gligeable, in bedwang te houden door spionnen, inttlgues en duikbootenvrees, is een wereldmacht geworden, geheel getreden uit zijn provinciale periode, met het fiere gezicht in het bewustzijn van zijn zelfstandige kracht gewend naar het Westen, zoowel als naar het Oosten en Zuiden, in wil en in mogelijkheid gereed om de leiding der wereld op zich te nemen. ofschoon feitelijk daattoe nog niet in staat. Van dat nieuwe Amerika treedt de President, als vertegenwoordiger, in Frankrijk aan wal. Hij komt de woorden gestand houden, welke hrj in het begin van dit jaar heeft gesteld als een richtsnoer voor het I BERICHT Naar aanleiding der verfcnlllende reclames over. het te laat of niet ont vangen van nummers van ons blad, deelen wij mede dat de expeditte door ons steeds nauwkeurig en op tijd ge schiedt. Reclames over te late bezor ging gelieve men dus aan hef post kantoor ter plaatse te richten, terwijl wij voor eventueel zoek geraakte Irnmmera gaarne een ander nnnool^ toezenden. De uitgevers \ VAN HOLKEMA& WARENDORF Illllllll IIIIIHII landen, als een stille tegenstander is be schouwd geworden; als een natie, wier regeering wel angstvallig en correct neu traal heeft willen zijn, doch die zelve in baar ziel heeft gestaan aan den kant van 't defaitisme. Geen philanthropische maatregelen onzerzijds, hebben dit begrip kunnen te niet doen. ^ *** Het wordt nu bovendien duidelijk, hoe *{f yttzaglijk ongelukkig in deze opvattingen van prikkelbaarheid nog de plotselinge toelating^ "Van den Duitschen keizer is komen te vallen; te meer nu blijkt, dat diens aftreding toen niet eens was vast gesteld. Eveneens, met hoeveel wantrou wen weer het onaangenaam geval van den doortocht door Limburg is begroet, onaangenaam vooral, omdat onze regee ring eerst tegenover het buitenland eene voorstelling van de zaken beeft gegeven, , die zij later niet volhouden kon! Verbloemen helpt bij dit alles niets, 't Is wellicht de grootste bron van wantrouwen jegens de Duitsche natie geworden, dat zij vier en een half jaar lang hare afwij kende meeningen tegenover- 't geen van hooger hand geschiedde, heeft verbloemd. Men noemt dit dan nationaal belang; het werkt echter op 't eind juist a-natio naal. Zoo zou het ons ook kunnen gaan, wanneer wij voorbij wilden zien, dat ook ten onzent redenen tot gebrek aan ver trouwen en tot gebrek aan sympathie gegeven zijn; al blijven wij overtuigd, dat onze natie deze in haar geheet niet verdient l Maar wanneer dit alles dan ook goed begrepen wordt, is het duidelijk, dat voortaan op den weg n van onze regeering, n van de leiders van onze publieke opinie, n van wieh 't ook aangaat, ligt: om elk verder misverstand' te vermijden; niet de dupe te worden van drijverijen en voorstellingen van den verkeerden kant; en elk stelsel van hoog hartige Rechthaberei te laten varen; om te beseffen, dat ons land slechts in eene verhouding van vertrouwen tegenover de Geallieerden, vertrouwen ook van hunne zijde, vooruit kan gaan. Verschillende practische stappen liggen voor de hand om in dezen geest de juiste wederzijdsche waardeering te be vorderen, meer dan tot dusverre is ge schied. Dan hebben wij tevens het recht, een loyale stemming te verwachten. v. H. muil ordelijk samenzijn der wereld zoodra de booze invloeden er uit waren verwijderd. Reeds is een deel van het beoogde bereikt. De overwinning is er. Nog blijven er veel vragen over. Zijn aanwezigheid te midden der beschikkers over het toekomstige lot oer wereld is noodig, hij gevoelt het, om den weg open te houden voor een klare beslissing. Europa, waar oude ingewikkelde betrek kingen heerschen, moet luisteren naar de stem van het jonge werelddeel met haar reine, en ruime klank. Wichtige bedenkingen zullen zich laten vernemen, mannen als Poch en Clemenceau die borst aan borst gestreden hebben met de moeilijkheden, die den druk hebben ge voeld van het verpletterend geweld op den bodem van hun vaderland, zulke mannen zullen niet zoo licht hun blik vrfj kunnen maken van bekommernis, en een man als Lloyd Qeorge, die opkomt voor het mach tige rijk welks last hij gedurende jaren en jaren heeft gedragen, zal wikken en wegen eer hrj het pad dat het Britsche rijk opgaat vrij rekent van bezwaren. Maar krachtige geesten als deze met hun grootsche ervaring dezer onrustige sombere tijden, zullen zich niet kunnen onttrekken aan de leiding der groote ideeën van den President. H? heeft van een afstand kunnen zien, hrj heeft het ruimer uitzicht. Openheid is het vertrouwenswoord dat zijn gedachten bezielt. De menscriheld moet kunnen zien en kunnen beoordeelen wat er geschiedt in de betrekkingen tusschen de volken. Geen afscheiding, dat is de leus, maar vereeniging onder de hoede van het Recht. Eén dag is het vertrek oog uitgesteld. Met de schepen die zich voor zijn ont vangst gereed maken, gaat het verlangen van Europa den President tegemoet. W. G. C. BYVANCK

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl