Historisch Archief 1877-1940
11 if'^rp »^w^w^t w
^HfL^Nil ,
MA Jordaan
i.
«etend mogelHk te men genleöra van bet beste, d|t'
Wïe tpOTeelsnSelkun«tkang«*«n ? '???<*?
tsaar danWhooren pok a< "
pen van den Schouwburg |» .?. .._
op zijn beurt te knnnen optreden. Bus geen verpach
ting aan ien gezelschap, van welk* gunst het optreden
van concurrenten tal afhangen. Maar overleg van de
schouwburgeommissie met enkele uitgelezen
gezelackappeo, die hun sporen verdiend hebben, om tot
va»t» speelavonden te komen.
Nu zal de Schouwburg verpacht worden aan bet
Nederl. Tooneel tot 31 Augustus 1920 onder voorwaar
den, dat door B. en W. wordt aangewezen, met welke
gezelschappen de Vereeniging contracten van onder
verhuring tal hebben af te sluiten op de avonden,
welke niet 11 haar beschikking z$n.
Deze laatste bepaling kan tot moeilijkheden aanleiding
geven. .Niet de pacbtster behoort de onderverhuring
met baar concurrenten te 'regelen, maar een buiten
haar staande macht: de scbouwburgcommissie namens
B. en W.
Ken vereeniging toch, die zelve belanghebbende is,
zal bezwaarlijk tot overeenstemming met hare concur
renten kanoen komen, zelfs al worden die door B en W
aangewezen. Groote bezwaren zullen, naar mijn mee
ning, uit zulk een regeling voortkomen, en de kunst
: raakt in 't gedrang.
Een voorjpel van de kwade gevolgen hebben w\j
reedt .ien vertoonen ia de klachten, oaderteekenddoor
een aantal leden der N. V. Het Tooneel", in de
kranten van 11 Maart.
Elk gezelschap zal zich verongelijkt achten, als de
distributie der speelavonden niet door B. en W?of de
Commissie maar door de pachtstèr zal geschieden.
l
de Heer De Roode als volgt
beWilson Lloyd Qeor*ge Clemenceau
iiiiiiiiiiiiiiimiiiiimiiiin
lllllilllllllllllllllIIIIIIIIIIIIIHIIIIIUIIIIIIIIIIIHIIIIllllllllHIIIIUtHINIIIHItHHMUlllltlUHIIIIIIIIIIII
' 1
^-T
%:
AMSTERDAM EN DE
STADSSCHOUWBURG
? Et* Rondvraag
t door A. & Kr, EEREKOPER
Ia 'het voorjaar van 1919 zal de
Amsterlatsebe Qemeeatefaad tot een definitieve
beslissing moeten komen, welke bestemming
den , gemeenteiBken Schouwburg op
teidsclie plein zal worden gegeven.
" d* beslissing valt. moet rst de
Advtes uit den Raad thans
Csmmissle va» Bfstand
genheden herdoopt haar
Raad a% moeten Indienen. De
,- r ., , g^kwestie wordt thans dus
actu'*«& «U* port te Voren, en het geschikte
«ogenblik Is gekomen om voor de oplossing
Vtt Int netelige vraagstuk de bouwstoffen
a*a te dia gen. .. : ...
Ia bet ao. van süt weekblad van 13 April
igekondigd, dat dezerzijds aan
schrijvers, acteurs, critici ea
van gezelschappen zou worden
verefe deze f buts téwillen mededeelen,
naar bun oordeel de vraag moest
welke door ons aldus ge
werd:
;Wetke bestemming moet naar
ȟVerdeel do.or Set
gemeente&tstaar van Amsterdam aan
ftn Stadsschouwburg worden
1 gegeven, In het belang der Kunst
gn ter bevordering van de
onti wikkeling der burgerij?"
,. Met voldoening kan .werden vastgesteld,
i- dat dese poging om aan de benijdenswaar
dige Heden, die de beslissing moeten
nemen, een kijk te geven op de meening der
deskundigen in den lande, wél is geslaagd.
AUereerst, omdat' 'n behoorlijk aantal ant
woorden1 is ingekomen van de menschen,
die geacht worden het te moeten weten.
En ten andere, omdat de overgroote meer
derheid van die adviseurs, op drie na allen,
het ia hoofdsaak ns zijn, Dit is, voor de
oplossing van een. probleem op kunst-gebied,
wél 'n heugelijk feit!
Slechts drie voorstanders van het beschik
baar stellen van den Schouwburg aan
onderscheiden gezelschappen, lk op z'n
beurt, hebben ons hun gronden voor dit
standpunt ontvouwd. Hunne motieven loopen
?k alteen. Maar hun slotsom is dezelfde:
n vast gezelschap op het Leidsohe
Doch tegenover deze drie staat dan een
gansene serie van warme verdedigers van
/bet n vaste '-troep stelsel, di
ofschoon in de uitwerking verschillend
voornamelijk op grond van eensluitende
overweging tot deze slotsom zijn gekomen.
? Moeten wij !dus de hooggeroemde
.democratie" toepassen, dan heeft de over
groote meerderheid gekozen, en de zaak is
ut bruiken en kannen: de Stadsschouwburg
moet Ien vast gezelschap hebben. Tot
dezelfde slotsom was, eel&k uit de stukken
beke&d is, van meet af ook de
Gemeentetfke Commissie van Advies gekomen, wat
voor de veel gesmade leeken" een groote
ttOOstls.
' Doch de ware .democratie" onderscheidt
sten vooral door de bejegening, welke zij
de minderheid laat ondergaan. Laten wij
dus de drie voorstanders van het
openstellea van den schouwburg voor verschil-,
ieade^ gezelschappen aUereeest aaa het
wouid.
Het zfln de Heeren C. K. Elout, f. /. de
Roode ea F. M. Sterck.
. De heer Elout formuleerde kort en stellig
zijn standpunt aldus:
waar men immer» allerlei stroomiugen van het
actueele leven kan ontmoeten, die tot conflicten van
ooroeel kunnen leiden, welke bniten het artistieke leven
omgasn. En het U «eer moeilyk voor een college ala
een Gemeenteraad, waarin een leer groote verschei
denheid van meeningen heerpeht, om eenige verant
woordelijkheid te dragen voor de artistieke leiding van
den Schouwburg in een bepaalden lin
Een commercleele exploitatie van den Stadsschouw
burg, lonai» b.v. «ia van het Gebouw voor K en W.
In den Haag. met wering van eenige voorkeur voer
een bepaald genre, Iqkt m\j in d«e omttandigheden
de meeat gewenschte.
De Heer Sterck ontwikkelt deze meening:
In onie dagen mag de winst niet de hoofdzaak lijn
- - U» dei
__ _ jn,
althans niet voor het gemeentebestuur. Hen «teil* den
schouwburg op n l(jn met andere stedelijk» instel
lingen, die het doel hebben de kunst te bevorderen,
het stedeltjk Moeêum. bijvoorbeeld, dat ook gfwi voor
deel afwerpt, en toch voor tentoonstellingen van aller
lei aard beschikbaar is Het hoofddeel bij de
e»ploitatie moet dus zijn, de burgerij zooveel en zoo
afwisTerwijl
toegt:
Een schouwburg, beweren de theaterdirecteuren
met «eldiame eenstemmigheid^ l» geen doorgangshuis, .
ken gezelschap zonder eigen gebonw is als een gezin
dat logeert by Jonker. Als dat «oo Is, en evenals alle
techniek, ontwikkelt lich ook voortdurend de theater
techniek; wij moeten dan aannemen dat het m«er en
meer waar wordt dan is er maar zeer weinig noodig
om van e«n stadsschouwburg te .komen tot een
stadstoon»«!geielgehap. Dat dit ion lijn ia het belang van
de kdntt, of ter bevordering van de ontwikkeling der
burgery nou strekken, moet ik op de meest besliste
manier ontkennen. Het Tooneel, dat is de kunst die
tpreekt v n de verhoudingen tusschen menschen; zij
ra- kt onze levensbeschouwing; daarom mag zij niet
officieel, d-i, de dienares eener bovendrijvende,
heerschende richting lyn.
Wil het gemeentebestuur de scbouwborgkwestie
oplossen in een richting, bevorderlijk aan den 'bloai
der kunst, dan tal het tot uitgangspunt moeten nemen
de behandeling van alle bona flde gegadigden op
volkomen gelijken voet Wil het de burgerij ontwik
kelen, dan ui het geld moeten beschik baar stellen voor
goedkoope voorstellingen. Zat ik op uw plaats, Edel
Achtbare, ik «ou pogen, door een ingenieuse
kombinatie van deie twee principes 100 velen mogelijk tevreden
te stellen. G8 kont de waarde Van het gebruik va»
den stadsschouwburg in «en geldsom uitdrukken, eo
het gebouw tegen dien prijs verhuren, desnoods mj
loting, nat is het beginsel der armoede, van de gees
telijke, bedoel ik. Gij kunt ook meteen iets voor het
volk willen. Dan moet gij in bet cahier de charges de
verplichting opnemen «m volks voorstellingen te geven.
Daarvoor zult gij moeten betalen, d.i. subsidieeren.
Maar als gij «P deze wijze net eene .gezelschap subsi
dieert, zult gij aan zijn mededingers aanbiedingen doen
van dezelfde beteekenis,
Gtj zult misschien beweren, dat de uitwerking van
dit systeem u «iet voor n, maar voor een dozijn
puzzles stelt Ik ontken het niet; maar hebben wij voor
de oplossing niet vijf en veertig vroede vaderen, plus
den burgervader 2
Ziedaar het trio van voorstanders van
het vrije bedrijf'. Zij zingen dezelfde wfls,
zij het met verschillenden tekst.
De volgende week volgt de stormloop
van de machtige schare der ntroepers.
Tot zoolang moge de lezer overwegen, wat
er pleit voor de bovenstaande meeningen,
welke zonder twijfel óók- haar recht van
bestaan hebben. '
Eene samenvattende beschouwing onzer
zijds mogen ,wij voor het laatst bewaren.
Wllsonsplein 11
DE VOORDEELIQSTE TARIEVEN
imiimiiiiiiiiHiiiimiiiuiimiiiiiiiiiiiiiiiiii
< ?
IN MEMORIAM E. N. CRONE.
Met Eduard Crone dragen wij een en
thousiast voor onze zeilsport ten grave,
die den jongeren ten voorbeeld mag zijn.
Hfl behoorde tot de veteranen maar was
tot het laatste toe een der meest belang
stellenden, die geen gelegenheid voorbij
liet gaan om er van te doen blijken en
al zeilde hij zelf in latere jaren weinig meer,
toch alle evenementen volgde en op verga
deringen zich moeite gaf het verlossend
woord in vaak netelige kwesties te vinden,
waarvoor hij, als nestor, bftzondere ge
schiktheid had.
Eigenaaidig van dezen man is, dat de
sport hem oorspronkelijk niet in het bloed
zat en hij pas door toevallige omstandig
heden zeiler is geworden. Toen voor een
vijftiental jaren de voorzitter van het V
overleed, vheeft die vereeniging de goede
eedachte gehad Crone op de vacante zetel
te noodigen. Hfi heeft zich die eer laten
welgevallen en de plicht van dit voorzit
terschap zeer sterk gevoeld. Van dat
oogenblik af is hij voor de zeilsport gewonnen
geweest en heeft geregeld met zijn jachten
aan wedstrijden en excursies deelgenomen.
Ouderen onder ons zullen zich de «jozef
Israels" nog herinneren, een naam van een
jacht die eigenaardig aandoet maar Crones
tweede liefhebberij wel sterk accentueert.
Voor het internationaal reglement voor
zeilwedstrijden liet hQ direct een 8 meter
jacht bouwen, de Ernestine en daarna is
hij tot zijn dood eigenaar geweest van de.
Mercuur, waarmee hij vele prijzen heeft
behaald.
Zooals bij Crone deze zeilliefhebberij op
hoogeren leeftijd en onverwacht is gekomen,
had zijn heele persoonlijkheid iets onver
wachts. Op vergaderingen heb ik reeds
waargenomen, dat hij stil voor zich zat te
kOken, schijnbaar met zijn gedachten elders,
totdat hij op eens met een idee kwam,
die nieuw was en waarin meer perspectief
zat dan in al wat de geheeie avond was
gepraat. Hij was een man van groote opzet
en heeft dat ook in de zeilsport getoond.
Het Y verliest in hem een uitstekend
president die voor de Vereeniging veel
heeft gedaan en vooral de representatie
naar buiten ter harte nam, op een wijze
boven allen lof verheven.
FRISO
H. BERSSENBRUGGE.
PORTRETFOTOGRAAF
ZEESTRAAT 65, mast Panorama
DEN HAAG. - Tel. 1538.
-ffll
VROUWENKIESRECHT
II
Lachen is de straf der mannen
Schertsen is de kracht der vrouw,
Lachen is de dood der waarheid
Van beschaving en van trouw.
Daardoor staat de vrouw in alles
Boven den verdoolden man,
Want haar ware kracht is deze:
Dat een vrouw niet lachen kan.
Vrouwen zijn niet onderworpen
Zijn niet ploertig en pedant,
Vrouwen denken stoffetffker
Zonder dichterlijk verstand.
Vrouwen leven om te leven,,
Vrouwen maken zelf haar lot,
Vrouwen dulden geen principes,
Vrouwen kennen slechts genot.
In een zelfbestuur van vrouwen
Licht het welzijn van den mensen,
Vrouwen eischen en bevelen
Mannen stamelen een wenscft.
Vrouwen geven, mannen vragen,
Mannen wachten peinzend af,
Mannen bidden om vergeving.
Vrouwen bidden om een straf f'
Mannen strijden om de bloemen,
Vrouwen wülen slechts de vrucht,
Vrouwen kijken naar & aarde
Mannen turen in de lucht.
Mannen droomen over schoonheid
Vromen leven voor crittek,
Vrouwen houden van de kleuren,
Mannen willen de muziek.
Als de vrouwen zelf regeeren
Zonder invloed van den man,
Komt de stijl van de regeering
Op een zelfbewuster plan.
Want wanneer de vrouwen heerschen
Met den dwang van haar geslacht,
Wordt de zin van onze wetten
Vrouwelijk en dus doordacht.
Vrouwen hooren te regeeren\
©ver mannen, zonder man,
Dankbaar willen ze bereiken
Wat een man ontberen kan.
Laat de vrouw den man besturen
Net zoo als het is geweest;
Laat de vrouw de stof beheerschen
En de man de' lieve' geest.
Wie is onvermoeid in zorgen *
En in lijden even sterk?
Wie kan eerlyker verdeden ?
Wie is juister in zijn werk?
Wie is braver dan de moeder,
Die haar zoon het leven gaf?
Laat de vrouwwen ons dus leiden
Langs ons p&ddjèhaar Ketgfaf.
J". H. S P E E N H O F F
«t
1
'l
ittiHiiniiiiiniii
IIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIII
iiiiiiimiiiiuimiiiiiimiiii
teven in een tijd van volkomen gernl» aan
culttrareeDheld en dientengevolf e ook van kunsteenheid.
Ia xulk e*n t|d kan een overheidsorgaan geemerlei
Itidlng geven op kunstgebied. Bet heeft er alleen voor
te lorgen 4at het, ?waar het met kunst in aanraking
komt, all* eeriyke uitingen, gelijkelijk vr(j baan geve.
Bit laatst* i» In 't bQsonder noodig op tooneelgebied
Hoe Limburg Noord-Nederlandsch is geworden
De drie kaartjes doen zien, hoe trapsgewijze het Limburgsche gebied met Noord-Nederland is aaneengegroeid.
I. 1648, toont den toen door den Westfaalschen Vrede bestendigden toestand.
Aan ons land verbleef het gebied om Maastricht en oud-Valkenswaard.
De wit gelaten stukken behoorden bij kleinere vprstendommen.
Het om Venlo en Roermond lichtgrauw getinte gebied van onze tegenwoordige provincie bleef, Opper-Gelder" geheeten,
onder 't Spaansche bestuur der Zuidelijke Nederlanden.
II. 1713, de regeling, die uit den Vrede van Utrecht is voortgevloeid, en die tot 1795 geduurd heeft, Niet alleen de
enclave om Maastricht en Valkenswaard, maar ook Venlo met omgeving, en het tusschenliggende gebied van Stevensweerd en Montfoort
zijn nu Noord-Nederlandsch grondgebied geworden.
Opper-Gelder is evenals Gulik in Pruisische handen.
Het gebied der Zuidelijke Nederlanden, nu onder Oostenrijksch bestuur gebracht, blijft nog slechts tusschengebied.
III. Nadat in 1795 de Fransche inlijving plaats had, komt in 1815 de definitieve regeling: n gewest Limburg, waarbij
het vroegere Pruisische bezit ook aan Nederland overgaat.
In 1830 is toen de verdeeling van dit gewest tusschen Holland en Belgiëgemaakt. De oude Noord-Nederlandsche gebieden zijn
daarbij n aangesloten geheel geworden, de enclaves dus tot een doorloopend verbonden territoir aaneengegroeid. Daartoe moesten
de tusschenliggende strooken, die vóór 1795 nog tot de Zuidelijke Nederlanden hadden behoord, nu bij het Noorden verblijven.
Belgiëkreeg daartegenover de helft van
Luxemburg,
Deze toestand is verder zoo gebleven.
In 1867 is ons Limburg, dat sinds 1839 in
zekere betrekking tot den Duitschen Bond
was gesteld, van die bijzondere verbinding
bevrijd.
?
EMMERIK
1648
1713
1815-1839