De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 4 januari pagina 13

4 januari 1919 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

Jan. '19. No. 2167 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 BIJ DE GENERALE REPETITIE VAN DEN GIJSBRECHT VAN AMSTEL Teekening voor de Amsterdammer" van Joh. Braakensiek De Vrije Zee (Daily Paper) Nu" de wapenstilstand is gesloten, is men bQ Schotland met het duiken naar het goud en de juweelen van de Armada weder terstond begonnen Misplaatste Zuinigheid (Sketch) Meester: Waarom heb je de 500 regels niet geschreven die ik je als strafwerk opgaf. Leerling: tk mag toch geen papier verknoeien in dezen tijd. Omgekeerde Rollen (Daily Paper) Pessimisten en Optimisten over Amsterdams Toekomst Fabius-Gijsbrecht: Het loopt met Amsterdam gelyck gij hoort, ten ende, En wij verwachten deel aen d'aigemeene elende. Tellegen-Rafaël: In 't midden van den twist, en 't woeden nimmer moe, Verheft uw sladt haer kroon tot aen den hemel toe. Hg diende bij het Highland-regiment en kreeg den rok aan. Zij werkte in de munitiefabrieken en kreeg de broek aan. 4IIIIIIIIIIIIIII K B S vrouw. 9, 8 H aas, 10, 8 3 K aas, heer, boer, 8, 7 K 8 Royal Aaction Bridge De vorige maal gaf ik een spel ter over weging en ik wil dit nu eens spelen en zien wat er van verschillende annonces terecht komt. C S aas, 6, 5 H boer, 9, 6, 4 R vrouw, 6, 5, 2 10, 4 D S. 7, 3, 2 H R 10, 9, 3 K heer. vrouw, boer, 9, 7, 5, 3 Gever S heer, boer, 10, 4 H heer, viouw, 7, 5, 2 R 4 K aas, 6, 4 Het opbieden is geëindigd met het doubleeren door G van de drie sansatout door B aangekondigd. Ik heb daarna ondersteld dat B, C en D hebben gepast, want noch het spel van B noch dat van D bieden de kans om door een annonce in ruiten of in klaveren waarvan 5 trekken moeten wor den geannonceerd om te gaan boven het bod van 3 sansatout aan de doublure te ontkomen. Wanneer een van hen toch 5 trekken in een van die kleuren zou aan kondigen zou zeer waarschijnlijk ook een doublure in die kleur volgen want een doublure van die annonces is ook een vrije doublure. Met 5 trekken in die kleur wordt toch de manche van schoon gewonnen. C moet nu uitkomen. De aangewezen kaart is harten. Een goed beginsel is om daarin zijn hoogste kaart te toonen, maar hij moet nu eens overwegen of dit nu in dit geval ook goed is. Niettegenstaande de harten annonce van den gever als beginannonce heeft B een sansatout geannon ceerd, en hetft zelfs opgeboden tot 3 sans atout, hij is dus in die kleur goed gedekt en daarom is het voor C, die vier harten heeft, beter om met een kleine harten uit te komen en met zijn b'oer te blijven zitten achter den speler van de sansatout. Hij speelt dus de vier. Voor het openleggen van de kaarten van den blinde D blijkt zl dadelijk dat deze renonce en harten heef'. G speelt de vrouw en B, die niet dadelijk al zijn kracht in harten wil verspelen, werpt de drie bij. G, wien bij het opbieden gebleken is, dat C hem kon steunen in harter, speelt daarna de twee van harten. B, die dat ook ove'wogen heeft, speelt de acht in de hoop, dat die een honneur zal kosten en hij dan me> aastien achter zal zitten. C neemt die slag met de negen en speelt nu de boer na; G speelt weer een kleine harten bij en B, hopende dat C nu geen harten meer zal hebben, neemt deze slag met de aas. Het is zijn eenige kans, om nog iets van zijn spel terecht te brengen, als G geen rentrant meer heeft en de nog in diens spel zijnde harten met meer nut kan spelen. Nu speelt B klaveren acht en neemt die in den blinde met den boer. G mag die slag ondsr geen voorwaarde met de aas nemen, want bet zou al heel vreemd moeten loopen, als hij met meer aan trek kwam, hetzg met klaverenaas, hetzij met schoppen heer. De overwegene is wel bij hem op gekomen, dat, indien hij die slag nam, hij harten zou kunnen spelen, maar het is vol strekt niet zeker dat C ook nog een harten heeft en dan heeft hij wel vier trekken, maar hij moet er vijf maken om aan B het spel te doen verliezen. En indien B. aan trek komt en hij heeft nog de klaveren, die nog in het spel is, dan komt de blinde aan trek en maakt zes trekken in klaveren en dan is het zeer waarschijnlijk, dat B. zijn spel wint. Hg speelt dus de klaveren vier bij. De kleinste is nu aan trek. De eenige kans om zijn verlies te beperken is voor B. het spelen van ruiten 10; aan de klaveren heeft hij niets en zit de vrouw van ruiten goed, d.w.z. heeft G. die, dan maakt hij ten minste 5 trekken in ruiten. Hij speelt dus ruiten tien, B. moet snijden in zijn eigen hand en werpt de zeven bij, ook dit zit hem ongunstig en C. maakt de trek met ruiten vrouw. Ik zei zooeven, dat B. moest snijden en voor dit geval acht ik het ook noodig. Hij mag het er niet op wagen de aas te spelen daarna den heer want valt de vrouw niet dan maakt hij niets meer van zijn ruiten, dus hij moet het wagen. Het kan echter voorkomen, dat, snijden niet goed is voor namelijk niet, wanneer een andere kleur troef zou zijn. B en D hebben toch samen 8 ruitenkaarten. Er bestaat dus nog maar vijf ruiten te samen in de spellen van de tegenpartij. Er bestaat dus evenveel kans dat de vrouw tweede als derde zit en dan is snijden gevaarlijk, want lukt het niet en maakt de tegenpartij de vrouw van vrouw tweede, dan wordt later bij het spelen van de aas en de heer, de laatste afgetroefd, en dan is men een slag kwijt, die anders wel gemaakt zou zijn. Men moet dus als men snijden kan, goed overwegen wat het beste is. Het k..n natuurlijk noodig zijn toch te snijden, omdat men anders het aangekondigde aantal trekken niet kan ha len en dan dient er wat gewaagd te worden. C speelt nu weer een kleine harten en G maakt de heer van harten en daarna nog een kleine harten. Het is nu aangewezen dat G schoppen speelt, O een lage schoppen, maar schop pen boer; daardoor forceert hij in allen ge valle B tot het opwerpen van een hoogere schorpen kaait. Een oogenblik heeft G er over gedacht om klaveren aas uit te spelen. Hij hetft reeds vijf trekken en hei spelen van die aas zou hem nog 100 punten boven de lijn bezorgen, maar de mogelijkheid is volstrekt niet uitgesloten, dat de ruiten negen een rentrant vormt voor B in den blinde en het komt er nu op aan B zooveel mogelijk strafpunten te bezorgen. De kans om die klaveren aas te maken blijft groot, ook al zou B schop pen aasen schoppen vrouw in handen hebben, want G het f t toch altijd ock nog schoppen hter, tien ais restant over. Speelt hij de aas van klaveren dan is het niet waarschijlijk dat hij ook nog een schoppen zal maken en nu heeft hij de groote kans beide te maken. G speelt dus schoppen boer, B de vrouw C de aas. Nu kan C twee dingen doen. Hoe de schoppen zitten \s hem niet bekend, maar hij weet wel, dat G nog klaveien aas heeft. De schoppen kaart en den blinde geeft hem geen aanleiding om schoppen te spelen. Hij moet dus klaveren spelen, G maakt dan nog klaveren aas en daarna nog 3 schoppen. Het wordt dus voor B een déblace. Hfj maakt in totaal 3 slagen; hij heeft er dus zes te weinig en G en C boeken 600 strafpunten boven de lijn. En wat is nu de reden van die debacle? Dat B het aantal slagen, dat in zijn spel was verkeerd heeft getaxeerd en het bod van zijn partner de drie klaveren onjuist heeft beoordeeld. Hij heeft gespeculeerd op dat bod en hoopte in die kleur ook de aas te vinden. Om tot drie sansatout te gaan had hij zelf minstens vijf vaste trekken in handen moeten hebben en dan verwacht hij nog fn het spel van zijn partner vier trekken, dus nog een trek Imeer dan een normaal spel. Zelfs indien B in de schoppen kleur aas vrouw derde had gehad, waardoor eene annonce van drie sans atout eeri veel vasteren grond zou hebben, was het spel ver loren geweest en hadden G en C twee straftrekken boven de lijn geboekt. Zooais de zaken nu stonden had B na het bod van 3 harten door G moeten passen en indien hij in de schoppen k'eur aas vrouw derde zon hebben, had hij eok moeten overwegen op te treden in klaveren tot vier slagen. De 3 tr?k annonce van D in klaveren wijst toch op groote kracht in die kleur. D heeft hern niet gesteund in sans alaut dus heeft weinig goede bijkaar ten en zeker niet in harten; daarin zal hij wel renonce hebben of een singletons en dan zou het sans atout spel van B een prachtigen steun geweest zijn bij ee krachtige troefkleur van D. (Wordt vervolgd) Vrijwillige Burgerwacht te Amsterdam Het BLIJFT zeer noodig, dat zfl, die op de handhaving van orde en rust in de hoofdstad prijsstellen, zich opgeven bfl de Burgerwacht. Evenzeer is het noodig dat de ongeoefenden die zich aanmeldden, zich thans niet terugtrekken, omdat zij zich de moeite van een korte oefening niet willen getroosten. Wie zich als ongeoefende opgeeft, wanneer de nood aan den man is, steunt de goede zaak NIET, daar hij dan TE LAAT komt, Geoefenden en ongeoefenden geeft U dus thans op, DOET HET NU! Singel 548 DE COMMANDANT, K. VAN LENNEP Fe VAN WIJK VANÖ& WIJNGAARD JANSVELD 19 : UTRECHT. : LEVEREn LINMEn STEMPELBAHDEN AAM M.M. UITGEVERS HAL-F LEDEREN BANDEN ENZ. enz. PARTICULIER BINDWERK IM ELK GENRE. n tutf unvootm VEILINGGEBOUW FREDERIK MULLER & Co. ? min 5 s g e 0 %? Kunstveilingen, 1919. l Ï&3 [-: >^ 'T t-?;-'?":. ; f.-^ [ GEVEL AMSTELZIJDE. DIRECTIE ANT.W.M. MENSING (Freder. Muller & Co.] DOELENSTRAAT 16-18 AMSTERDAM. '.. De fraaie Meubelen en een ken K c der Zilverwerkeii van «Ie v «T/.. I'. ILaugerhnizeu L'f.. 2. De groote en vermaarde verzameling Oude Teekeningen, nagel, door denzelfden liefhebber. 3. De groote en vermaarde verzameling lïlanw Chineesche Porseleinen, nagel, door denzelfden lief hebber. Alsook het prachtige en uiigebreide AmstelServies. 4. De prachtige Zilver- en Kronswerken der verza meling Prinses l> 5. Diverse andere zaken derzelfde vorstelijke collectie. 6. Belangrijke Ond-Ntderlandsche Schilderijen uit buiten- en binnenlandsche collectiër, waaibij o.a. die van wijlen den heer J. l>. Kruseman te 's-Gravenhage. 7. Een kleine collectie moderne meesters: Van <*ogh, Kenoir en Cüaugaiii. Collectie Mme Thea Sternheiui, La Mitlpe. 8. Vele onde Porseleinen en Zilvt rwerken alsook enkele bijzonder fraaie Paarlsnoeren uit parti culier bfzit. 9. Een fraaie verzameling Hoeken, waarbij prachtwerken op iiatuurhistori-eh gebied. 10. Eenige portefeuilles met kostbare Engelsche en Fransche Prenten uit verschillend privaat bezit. 11. Een prachtige buitenlandsche collectie geklenrd Chiiieeseh porselein uit de XV7! Ie en XVIIJe eeuw. De Catalogussen veelal met zeer kostbare reproductiën zijn in bewerking. ?*" Voor bijvoeging uit particuliere collectiën en nalaten schappen wende men zich direct aan FREDERIK MULLER & Co.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl