De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 11 januari pagina 8

11 januari 1919 – pagina 8

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD'VOOR NEDERLAND 11 Jan. '19. No. 2168 Merkwaardige Voorspellingen en Vergissingen Onder deze rubriek zal De Amsterdammer" geregeld opnemen merkwaardige uitlatingen omtrent te verwachten gebeurtenissen, merkwaardig omdat f zij zffn uitgekomen, f omdat zij een deerlijke misrekening opleveren. Van onze lezers, die willen helpen deze rubriek belangwekkend te maken, wachten wij gaarne inzendingen in. Bij plaatsing zullen deze worden gehonoreerd. Men zal begrijpen, dat slechts uitlatingen die eene bijzondere beteekenis bezitten, hetzij dan wegens het onderwerp waarop zij betrekking hebben, hetzij wegens dengene van wlen ztf afkomstig zijn, voor publicatie In aanmerking komen. De inzendingen worden ingewacht aan het bureau van dit blad, met op het couvert Afdeellng Voorspellingen". Nederl. Munt JVoiXamfo moe«* gomlldm IIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIIIIIIIMIIUHIIIII 1IIIIIIIIII1IIIIIIIIII I JUISTE VOORSPELLINGEN 1. OVER HET EINDE VAN DEN WERELDOORLOG IN DU1TSCHLAND: De verwoestingen van den 30-jarigen oorlog in drie of vier jaar tezamen gedrongen en over het geheele vasteland verspreid; hongersnood; besmettetyke ziekten; algemeene, door nijpenden nood in 't leven ge roepen verwildering der legers en der volks massa's; hopelvoze verwarring van ons systeem van handel, industrie en crediet, uitloopend in een algemeen bankroet. Ineen storting der oude staten en van hun over geleverde staatswijsheld, in die mate dat kronen bfl dozijnen over de straat rollen en er niemand is, die ze opraapt. Volkomen onmogelijkheid om vooruit te zien hoe alles zal eindigen en wie als overwinnaar uit den strijd zal treden. Slechts n resultaat geheel zeker: algemeene uitputting, en het ontstaan der vereischten voer de uiterlijke over winning der arbeidersklasse". Geschreven in 1887 door Frledrich Engels In zijne Einleittne zu Borkheim's Die deutschen Mordpatriotten". 2. OVER DEN HEER TROELSTRA: Wie Mr. Troelslra's openbaar leven kent, weet dat hij een onstandvastig, wispelturig man is, die gén vast doel voor oogen heeft en niet langs een eenmaal aangegeven lijn streeft naar de berekening van dat ideaal. Troelstra's grootste fout is geweest, dat hij geen zelfkennis of zelf berekening genoeg bezat, om weerstand te kunnen bieden aan de aanlokkelrjkheid die voor hem schuilt in het leiderschap van het volk. Als de bourgeoisie van den Gezagsstoel" moest worden weggepraa.t, dan was Troelstra de man geweest. Want babbelen kan hij. Had Troelstra van moeder natuur eenzelfde wilskracht ontvangen als Treub, dan was hem ren mooie toekomst weggelegd. Dan zou Troelstra nooit, zooals nu zijn voorland is, als een algemeen geminacht man het politiek tooneel moeten verlaten". Geschreven in 1903 door A. M. Reens in ,Een Volksverrader". II MISREüENIlVGES 1. OVER DEN VOLKERENKRIJG Ilt meen, dat men tegen den zomer aan vrede zal gaan denken, zelfs al zijn de Duitschers niet uit Frankrijk en België verdreven. Ik weet wel, dat Engeland niet opziet tegen een langeren duur van den krijg, dat het bereid is en ook in staat om nog jaren door te gaan met zijn economischen oorlog; maar zullen de anderen het op dien weg willen volgen? Niet alleen twijfel daaromtrent is geoorloofd, maar ik geloof zelfs op die vraag een ontkennend antwoord te mogen geven". Januari 1915. Van ultroeiïng van het z.g. Duitsche militairisme zullen wfj nu maar zwijgen. Geen ernstig man maakt zichzelf wijs, dat men bQ een vredestractaat den geest van een volk wijzigt...". De Engelsche blokkade ter zee heeft Duitschiand geen doodelijke schade kunnen toebrengen, waarschijnlijk zelfs veel minder, dan men vrij algemeen aanneemt.... Gelet op de volkspsychologie, die ik waarnam, vermeen ik dat de vrede naderende is ...". Mei 1915. Een beslissende militaire overwinning acht ik, van welke zijde ook, uitgesloten... De geallieerden krijgen de Duitsche liniën uit Frankrijk niet weg. Frankrijk heeft het toppunt van zijn kracht, voor zooveel zijn menschen materiaal betreft, reeds achter zich; het beweegt zich in dalende richting". Maart 1916. Geschreven in de Stemmen des Tyds van 1915 en 1916 door H. Golijn. *). 2. OVER LEIDEN EN GEHOORZAMEN Wanneer men de regeeringsverhoudingen in andere landen met die van de Vereenigde Staten vergelijkt, zal men zien, dat daarin een hemelsbreed verschil naar voren komt: in andere landen geeft het Hoofd van het Uitvoerend gezag de leiding; het Hoofd van het Uitvoerend gezag in de Vereenigde Staten gehoorzaamt.'' (!) Geschreven door prof. Woodrow Wilson in zijn Leerboek over DEN STAAT", 1899. *) Overigens moet d^z.en st;iutsm'!n loyail worden toejtpgnven, dat hij tegelijkertijd CHU6) zich ronduit bij Hindenbnrg's uitspraak heeft aangestoten dat men in dezen oorlog bet profeteeren verleerde; en wie er tegen opziet, vergispirgen te erkennen, beter doen zou althans in het openbaar zich niet uit t« spreken over aauvarg, verloop ea einde van dezen wereldstrijd". liriimiimilllltlMllllllllllHMIIIIIIIIflMIHIHHHMflIMIIIHHIMIIIIimmillllllim ABMABMABMABM.ABMABM.ABKABHABMABMABM.ABM 3HMH _^HB W ??? B S MEEREN-ARTIKELEN, « g UITRUSTINGEN. B ABM ABnABM.ABM.ABMABMAbMABrnABrtABM ABM A8 M iiiimiiijiiiimiji u i IIIIIIIIIMIIIII i i i te< Nieuwe ^Engelsche Boeken VAN TRANS-NOORDZEE EN VERDER JAMES STEPHENS, Relncarnalions. Macmilian, 1918. 3/6. J. C. SQUIRE, Poems. First Series. Martin Secker, 1918. 6/J. C. SQUIRE, The Survival of the Fittest, and other Poems. Allen <£Unwln Ltd., 1916. l/LEONARD VAN NOPPEN, The Challenge. Elkin Mathews, 1918. 2/ Dit is 'n bonte verzameling, en de vraag: hoe vinden ze mekaar? geldt zelfs voor nummers twee en drie, werk, maar volstrekt ongelijksoortig werk, van dezelfde dichter. Maar het toeval heeft in deze z'n rol ge speeld, en wie maakt aanmerkingen op het onberekenbare en ontoerekenbare toeval? James Stephens (men spreke deze naam niet verkeerd uit: de e is lang en deph = v, echt waar I) is voor wie van de moderne Anglo-Ierse litteratuur ook maar iets weet, geen onbekende. Sedert 1909, 't jaar waarin z'n Insurrectlons 1) verscheen, stond het vast dat we hier hadden 'n nieuwe en 'n belangrijke figuur, die los stond zowel van de symboliek van Yeats als van het mysticisme van George Russell (A. E.). Iemand die 'n eigen kijk toonde te hebben, zowel op de hem om ringende stads-alledaagsheid als op deaspekten der vrije natuur. Iemand die blijk gaf de artistieke mogelikheden te beseffen zo wel van de ziel-in-opstand als van de ziel in harmonie met het volksgeloof. De enige Invloed die bij hem onmiskenbaar viel aan te wijzen, kwam van Robert Browning; maar dit gold meer z'n houding tegenover de werkelikheid en z'n bewust zich ver diepen in de gemoedsgesteldheid van anderen dan z'n uitdrukkingswijze. Was het ook dat ie 'n enkel rijmschema aan Brow ning had ontleend, z'n vorm was veel meer verzorgd, en hij bracht ook op dat gebied enige nieuwe vondsten, nieuwe effekten, waarvan ie naderhand ook wel 'as misbruik heeft gemaakt door 'n te veelvuldig aan wenden. (Hier en daar in The HUI of Vision en in Songs from the Ctay). In Reincarnations" zien we 'n eigen aardig proces aan 't werk. Stephens heeft Ierse voorgangers bestudeerd, Gaelic-schrfjvende dichters van de zeventiende en acht tiende eeuw. Van 't gelezene zijn gedeelten blijven hangen, soms 'n enkele regel maar, of zelfs minder, and around these scraps liiiiiitiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiliiiiiiimiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiMMiiiiiMiiniiin l have blown a bubble of verse and made my poem. In other cases, where the matter of the poem is almost entirely taken from the Irlsh, I have yet followed my own in stinct in the arrangement of it, aftd the result might be called new poems." Eerst lag het in 's dichters bedoelen, 'n metries vertaalde .bloemlezing" te geven, maar, zegt ie, .t could not control the material whlch came to me and which took no heed of my plan and was just as interesting." Lezers voor wie de namen O'Rahilly, Raftery, Keatlng en O'Brualdar enkel namen zijn, zullen evenwel de dichter Stephens dankbaar wezen voor wat ie in deze bundel geeft. Het spreekt m. i. vanzelf, dat, ge geven het procédé, de gedichten al be vatten zémisschien twintig of dertig percent buit (?Loot or Plunder or Pieces of Eight or Treasure-Trove") toch geheel en al James Stephens" zijn en 't is gemakkelik genoeg de schrijver van O, it is sore And sad and sorry to be living; let me die And rest while all eternity lolls by, Where the fierce winds of God are closely furled Ten million miles away from thls damned world. (Insurr. 40) te herkennen in O' B r u a i d a r. I will slng no more songs: the pride of my country I sang Through forty long years of good rhyme, without any avail; And no one cared even as much as the half of a hang For the song or the singer, so here is an end to the tale. If a person should think I complaln and have not got the cause, Let him brirg his eyes here and take a good look at my hand, Let him say if a goosequill has calloused this poor pair of paws Or the spade that I grip on and dig with out there in the land? When the great ones were safe and rénowned and were root-d and tough, Though my mind we t to them and took joy in the fortune of those, And pride in their pride and their fame, they gave little enough, Not as much as two boots for my feet, or an old stlt of cloihes. I ask of the Craftsman that fashionedthe fly and thébird, DEN HAAG VANUIT EEN EENDEKKER Eenige jaren geleden woonde hier in den Haag een Franschman, die zich en zijn vrouw een bestaan verschafte met het geven van fransche conversatie- en litteratuurlessen. De man was door al zijn leer lingen bemind om zijn bonhommie, zijn fijnen Franschen geest, om zijn onverwoest baar goed humeur, dat hem nooit scheen te verlaten. Zelfs in tijden, die voor dit echtpaar lang niet zonder zorgen waren, wist hfl altijd een bon mot te vinden als de stemming dreigde verstoord te worden. En dat dreigde dikwijls, want zijn vrouw was het tegenbeeld van haar echtgenoot, humeurig en lichtgeraakt, ontevreden met haar sober bestaan, altijd klagende over 't Hollandsche klimaat, over de Hollandsche menschen, over Hollandsche toestanden. Zij Ieefd,e pas weer op, wanneer de vacantie de naderde, die ze zomers in Parijs doorbrachten. Dan werd ze een ander mensch, dan kwam haar oude parisienne-natuur weer boven; maar ze had niet de kracht, die natuur ook hier te behouden; en als ze weer een week of zes in Holland terug was, verslapte haar levenslust, zonk hare blljmoedigheid weg, werd ze weer humeurig en vergde veel van 't eindeloos geduld van haar man. Maar hq' goedmoedig troostte zich, en op haar buien reageerde hij alleen met zeer hoffelijk te zeggen: .Voila chèreamie, que tu a repris ta mine Hollandaise". En dat kunnen we nu ook van 't Haaeje zeggen, 't Heef t zijn oud Hollandsen aan zien weer herkregen, Sa mine Hollandaise". De Engelschen zijn sinds weken weg, met nieuwjiar gingen ook de geinterneerde laatste Belgen heen, en met hen de meeste der vroolijke, mooie, in weelde gekleede poppen vrouw tjes Het is me een raadsel, hoe al die bars moften blijven bestaan, want de Hollander heeft noch de echte flair van, noch de rechte zin voor het barjeven. Ik heb zelfs al vernomen dat de muziekhandelaars een groote strop hebben aan de stapels Engelsche ragtlmesen step-muziek die ze hebben ingeslagen. De meisjes koopen ze niet meer, de herin nering is te weemoedig. En de Belgische winkels met de kostbare dessous l Onze Hollandsche vrouwen, een tijdlarg meege sleept in den roes van te willen concurreeren met de elegante Belgischen, kochten haar heele kleedt;eld-budget op aan chemises en pantalons faites a la main". Maar wat doet de degelijke Hollandsche ? Nu de jaloezie der concurrentie niet meer noodig is, gooien ze de hooggehakte laarsjes uit en met een zucht van verlichting schuiven ze haar groote Hollandsche voeten in platter gehakte schoenen. Een Hollandsche man weet wat een Hollandsche vrruw waard is. Om haar doet hij geen dolle dingen, koopt hi} geen kost baarheden bij Begeer, betaalt hij geen dure vertering in Atlantic of inde House of Lords (Die i. amen doen nu zoo bespottelijk aan in onze stad van louter nuchtere Hollanders), hij laat zich niet verleiden tot het betalen van een mantel bij Kühne of Willeay. 't Was een opleving, een heerlijke, brui sende opleving, een golf van cosmopolitisme, die over onze residentie sloeg, met onze internationale gasten. En nu . . nous avons repris notre mine Hollandaise". VLIEGENIER IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIiiiii H. BEftSSENBRUGGE, PORTRETFOTOGRAAF ZEESTRAAT 65, naast Panorama Mesdag DEN HAAG. Tel. 1538. Illllllllllllllllllllllllllll Mfllllllllllllltllllllllllllllllllllllllllllnlllllllll Of the Champion whose passion will lift me from death in a time, Of the Spirit 2) that melts icy hearts with the wind of a word, That my people be worthy, and get better singing than mine. I had hoped to live decent, when Ireland was quit of her care, As a bailiff or steward perhaps in a house of degree, But my end of the tale is, old brogues and old britches to wear, So ['Hl sing no more songs for the men that care nothing for me. Toont Stephens zich in Reincarnations en daar niet alleen de dichter van het zelfgevoel, J. C. Squire openbaart zich in z'n eerste verzamelde bundel vooniamelik als vertolker van 'n paar steeds terugke rende, typerende stemmingen, te weten het besef v«n 't vergankelike van al wat ons omgeeft, dan 't gevoel dat achter dat voor bijgaande iets nvergankellks moet schuilen, en verder: verwondering, niet van de eerste, maar van de tweede graad; d.w.z. de dich ter legt verwondering aan den dag over z'n eigen vermogen tot zien, overdenken, doorvoelen en vreemdvinden ... Vergelijk 't allereerste gedicht: In a Chair. The room is full of the peace of night, The small flames murmur and flicker and sway, Within me is neither shadow nor light, Nor night, nor twilight, nor dawn, nor day. For the brain strives not tothe goal of thoughf, Andtheümbsliewearied, andail.desire Sleeps fjr a whlle, and / am navgnt But a pair ofeyes t fiat gaze at afire. 3) Of 't volgende fragment uit Antinomies on a Railway Station": What sudden door has opened so, What hand has passed, that I should know This moving vision not a trance That melts the globe of circumstance, This sight that marks not least or most And makes a stone a passing ghost ? Now do l burn for nothing more Than thus to gaze, thus 10 adore This exquisiteness of nature ever In silence .... But with instant light Rends the film; with joy I quiver To see with new celestial si«ht Flower and lea/ and grass and tree, Doomed barks on an eternal sea, Flit phantom-like as transient smoke. 3) Teekening voor ,4e Amsterdammer", van Is. van Mens f Ductor Honoris Causa J. F. M. SftKK. Het bericht, dat het doctoraat in de Nederlandsche letteren door den Senaat der Universiteit van Amsterdam honoris causa is toegekend aan Jan Sterck, heeft in ruimen kring Rrooten bijval en instem ming gevonden. En dit niet alleen omdat Sterck een breeden vrienderkring om zich heeft gevormd, maar bovenal omdat men deze onderscheiding zoo ten volle verdiend weet. Want deze man van zaken is altijd ook een man van studie geweest. Man der praktijk was hij altijd: als koopman, als lid van den gemeenteraad van Amsterdam, als arrondissements-schoolopziener in de hoof astad, thans als districts-schoolopziener te Haarlem. Maar ook altijd man van kunst en wetenschap, van smaak en kennis en van onderzoek. Zeer ruim is het terrein van zijn belangstelling: beeldende kunsten, lettefkunde, beschavingsgeschiedenis in het algemeen trokken steeds op velerlei wijze zijn aandacht. Maar in die veelheid van zijn wetenschappelijke belangstelling zon deren zich drie terreinen af, waarop hij zich bij voorkeur heeft bewogen. Wanneer wij ze naar tijdsorde rangschikken, doorzien wij, dat Sterck vooreerst een reeks grondige onderzoekingen heeft ingesteld naar de geschiedenis der Amsterdamsche humanisten, Alardus, Crocus en zoovele anderen, waardoor niet alleen de geschiedenis van Amsterdam in de zestiende eeuw, maar ook die van het humanisme in het algemeen in ruime mate nieuw werden belicht. Het andere veld van onderzoek is meer alge meen bekend: het leven van Vondel en zijn kring heeft Sterck in alle richtingen door kruist: onlangs gaf hij een lijvig boekdeel uit, waarin hij zijn resultaten heeft samen gevat en waarvan wij hier ter plaatse de waarde hebben gecontroleerd. Bracht Vondel hem zoo in de zeventiende eeuw, met Bilderdijk heeft Sterck het onderzoek in gezet van de tweede helft der achttiende en het begin der negentiende eeuw; ook hier groeide de studie van den mensch en den dichter uit tot een onderzoek van een geheele cultuurperiode. Wat nu Sterck onderscheidt van zoovele anderen, die over letterkunde schrijven, is zijn zeer omvang rijke kennis en zijn deugdelijke methode. Daarom ook zijn zijn resultaten betrouw baar; daarom ook zal zijn werk beteekenis houden: daarom is zijn eeredoctoraat een welverdiende hulde, die de universiteit van zijn vaderstad dezen verdienstelijken Am sterdammer heeft gebracht. H BR. De gedichten in de bundel samengebracht lopen overigens sterk uiteen, in vorm, toon, lengte en inhoud. Sommige zijn nog meer 't werk van 'n zoeker, dan van iemand die met z'n vondsten kan toveren, zooals Siephens. Aan de andere kant ofschoon de dichter mij zeif verklaarde: I don't think that I believe anyihing about art that Keatsdidn't believe bef ore mei" heeft ie nieuwe stof aangeduifd, things unattempted yet in prose or rhyme," en met succes, b.v. Ode in a Restaurant". En 't glanspunt van 't boek is 'n gedicht: The Lily of Malud, prachtig van klank en ritme, van kleur, schildering en suggestie, dat op zichzelf al genoeg is om de naam van J. C. Squire beroemd te maken, en waaraan ik een reputatie voorspel die slechts door Poe's Raven kan worden geëvenaard. Citeren zou hier schoonheldaschennis zijn en doe ik dus niet. The Survival of the Fittest" is 'n bundeltje verzen waaraan de gebeurtenissen van den dag deel hadden. In tegenstelling met de vorige verzameling hebben we hier geregeld te doen met iemand, die tot op 'n haarije weet waartoe die in staat is, iemana die wil wat ie kan, en kan wat ie wil, maar die niet zoo hoog mikt...4) Lord Molasses5). Is it not strange that Lord Molasses Should dare to preach to soldiers' wives, And seek to rob the working-classes Of both their monty and their lives? Oh no! A peer of new creaüon Broad-based on wholesale groceries, Will stiil preserve an inclination For paring other people's cheese. Dit is 'n fair sample: wat ik niet aan haal, is even goed, en naargelang iemands temperament zal de een meer schik hebben in Homoeopathy" (op 't plunderen van Duitse" winkels in Londen), de ander in Bruging the Gulf", waarin ons verhaald wordt hoe Sir Roger Trepan, a resolute man, 'n liefdadighcidsfu f geeft. Leonard van Noppen is 'n Amerikaan, en z'n bundel oorlogsgcdichten in sonnetvorm zijn grotendeels door hem geschreven, toen z'n land nog neutraal was. Z'n geestes houding evenwel was van begin af alles behalve neutraal". Geen Engelsman van enige raam, geen Masefidd, geen Binyon, zelfs geen van de aan 't front staande Engelsen hebben zó/eel saeva indignatio tegen het Duits<rdom gelucht. Sassoon, Giaves, Nichols, Frankau, Hutffer ze zijn, met van Noppen vergeleken, t s meek and mild as Moses. De enige met wie deze dichter van onmiskenbaar groot talent gevoeglik vergeleken kan worden is 'n andere neutraal", de tekenaar Raemaekers. For many years was Prussia on probation. We trusted her, yet now it h well known She had a tap-room right beneath the throne, Where Wilhelm setved the war-grog to the nation. And as each year they doubled their potation, They did not think, with learning over-blown, How they who tipple overmuch alone Soon topple from the tip of reputation. And when they were well seasoned, ripe and mellow, Each mothet's son of them began to bellow For instant war. To right and lef t they hacked, B:ustering loud!y that they were attacked And so thty were by rabies. To mad dogs We saw transformed a race of pedagogues! Dit sonnet heet The War-grog. In 't volger.de is sarkasme afwezig en de houding en conceptie grootser: Marlyrdom. The earth cries loud for blood; for never grew One saving truth, amid the Jiuman stress, That withered not in barren lonellness Till waiered by the sacrificial dew. Red are the prophets; see how Athens slew. Her mortal sage for hls immortal guess: A thousand Golgothas to God confess The cross, the ciy, and oh, ttie crimson hue! Through cloud atid whirlwind, agony and flame, Man goes to God, a glory round his head: Some one must bleed or else the world will die! O ye, who dare the shadow andtheshame, Red is the road to freedom. With ourdead We build the steps of lifi into the sky! Een van de mooiste is stellig wel The Sacrifice, dat ik hier niet aanhaal. Verheven heid, zonder retoriek: mér valt er van geen dichter te vereen. WILLE M VAN DOORN. 1) Bq Maunsel, Dublin, 't Boekje is uit verkocht. 2) Craftsman, Champion, Spirit is Vader, Zoon en Heilige Geest. 3) Kurs. van mij. 4) Squire heef i ook knappe parodieën geschreven ; S'eps to Parnassus. 5) Lord Devonport, die de kostwinner vergoeding" voorstelde te verminderen.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl