De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 1 februari pagina 1

1 februari 1919 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

H°. 8171 Zaterdag- l Februari A°1919 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND ONDER REDACTIE VAN Mr. J. A. VAN HAMEL, Prof. Dr. H. BRUGMANS, Mr. E. S. OROBIO DE CASTRO Jr., Dr. FREDERIK VAN EEDEN en H. SALOMONSON UITGEVERS: VAN HÖLKEMA & WARENDORF Prijs per No. f 0.20. Per 3 mnd. f2.50. Abonn. loopen per jaar Redactie en Administratie: Keizersgracht 333, Amsterdam Advertentiën omslag f 0.40 p. regel, binnenpag. f 0.50 p. regel INHOCDi Bladx. 1: De Volkerenbond op 81 n pel, door v. H. Bnitenl. Overzicht: De Betooveung van Rusland, II, door dr. W. . O. Byvanok. 2: D e Kans t ia bet Pariement.teekeninf v.Jordaau. Oorlogsproblsem.dooi mevr.O. Puthms-Smit. Kre kelzang, door i. U. Speenhoff. - Wat is Democratie?, door f. Tntein Nolthenins. 3. De Modeme Geest in ons Leger, door Fiavius. 5: Voor Vr«.nwen (red. Elia. M. Bogge). Wat een bezoekster van Liefdadigheid naar Vermogen veiteit, door E. W. Assoher. Moderne HeiBJesportretten.dour Anëtte, met teekening van Is. vao Jtfeus. Frissohe lacht door het Torentje, door Fred J. vau U.Uriks Vrouwen in de Gemeenteraden, door B. Ledeboer Hnmoreske, teekening van B. Ehrhardt Vers, door Tonj de Bidder Buish. Wetenswaai dighedea, door P. Noyon-Waesdorp. - UitdeNataar: Vogelbescherming, door Jao. P. Thjjsse. 7: Een Schenking aan het BQk, door W. Martin. Boek bespreking, door K. Vos. De Kunst wordt niet gesteund, teekening van George van Baemdonck. Palestioa-plannen door mr. J. I. de Haan. 8: De Tentoonstelling Nedarlana-Frankrgk in het Stedel. Museum, door mr. H. K. Westendorp. Muziek in de Hoofdstad, door H. J. den EUitog. 10; Op den Eoon. Uitkijk: Welke Vrtde?, door jhr, mr. H. missaert. - Uit het Eladsohrift van Jantje. Leekenspiegel. Feuilleton: Trmda, door H. Balomonaon, met teekeningeu van Is. van Mens. 11. Verre Elanken.teekeniag van Joh. Braakensiek. Rgm-K.rODye«,door Melis Htoke. Kauttetkeningen van een Kamerlid, door van Deekingham. Van Vlaanderen: Uit dagen van strijd, door ing. van Cauwtlaert. Medische Kroniek: tipaansche Griep, door dr. I. Vrieaendorp. Bjjroegsel: Zooals onze Teekenaar zioh de aanstaande Conferentie aller Bu-seu op de Prinsen eilanden voorstelt, teekening van J«h. raakenaiek. DE VOLKERENBOND OP STAPfcL Toen de geestdriftige Lysostratus met eenige vrienden het groote denkbeeld had ontworpen, om aan de steeds toe nemende lichtzinnigheid der Atheensche jongelingschap van die dagen een einde te maken, zochten zij overleg met den ouden Sopho, wien niemand der Atheners in wijsheid overtrof. Nadat zij hun schoone oogmerk hadden ontvouwd en de mid delen vroegen om het vooruit te brengen, sprak Sopho aldus: Dit hangt er van af waarmede gij tevreden zijt. Neem gindsche reukwerken, en doe hun opwekkende geur de markt vervullen. Spreek uw edelste verwach tingen uit, en hul ze in de schoonst gebouwde strophen. Laat uw gloeiende blikken de verste gezichtseinders af zoeken, zoodat allen u volgen. Zorg ook bovenal, dat uwe geleerdheid, in glas helder betoog, tot in defijnste onderdeden uitgedacht een schema ontwikkelen kan, waardoor géne mogelijkheid onvoorzien blijft. Vereenig allen in uw geestdrift om een nieuw leven te doen ingaan, met den oproep: wat let ons, het morgen aan den dag in te stellen?" O, hoe groot zal dan uw aanhang en uwe voldoening zijn. De gansche agora zal zich met uwe denkbeelden vereenigen en ieder zal zich de handen wrijven, dat er nu eindelijk iets aan wordt gedaan. In de lichtzinnigheid der jongelingschap evenwel zult ge waarschijnlijk weinig veranderen".... En nadat zij hem verbaasd hadden aangezien, ging hij voort, zeggende: Zijt ge daarmede niet tevreden, dan moet ge met minder tevreden zijn! Wilt ge, dat waarlijk een aantal jongelieden minder lichtzinnig zullen leven,.. schort dan uw kleederen op en begeef u voetje voor voetje in hunnen kring. In de eene hand draagt ge steeds de teleurstelling, in de andere hand echter ook het be scheiden resultaat. Niet in de breedte, maar in de diepte moet ge het zoeken. Want weest altijd indachtig, dat wat iiiHlllllllllllliiiiiiiiilMllllillliiiiiiiiililiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiirtiiiiiiiiiiiiii DE BETOOVERING VAN RUSLAND u Om u nu de betoovering van Rusland, rechtaf te laten waardeeren, zooals wij haar kennen uit de indrukken van Meriel Buchanan's boek, zou ik hier mijn voor stelling al decrescendo moeten stemmen, en van het eene ergelijk tooneel tot het andere overgaand, niet naar een finale be kroning, maar veeleer naar een slotonteering moeten heen sturen, om zoo pas duidelijk te doen gevoelen hoe diep de charme van het onmetelijke rrjk de ziel heeft getroffen, wanneer zrj haar eenmaal heeft geraakt. Geen enkele illusie mochten die vrouwen van de Engelsche ambassade te Petrogad in hun herinnering bewaren l Het hospitaal waaraan zfl haar beste zor gen hadden gewijd en waar zij als loon voor haar opoffering het bewonderende ge voel hadden gekregen voor Russische ge latenheid en innige dank, dat werd een plaats waar de zieken de wet gingen stellen en op eigen gezag bepalingen gingen maken omtrent de diensten der pleegzusters... De toestand dreigde onhoudbaar te worden, het ziekenhuis werd gesloten. Gesloten, zoo luidde het woord, dat overal in dezen revolutietijd scheen te moeten worden geplaatst voor de toegangen tot de Russische ziel. Ik moet bekennen nieuwsgierig te zijn ge in woorden wint, ge in werken ver liest. Alleen door beperking kunt ge bestaande beperktheid te buiten komen" * * Deze herinnering komt ons te binnen bij de woorden van Alfred Capus, die onlangs schreef, dat zij den Volkeren bond het jneeste schade doen, die hem het hardste bevorderen en als het meest voor de hand liggend voorstellen. Want wél is er een Volkerenbond pp komst. Hij houdt aller gedachten bezig. Ieder ziet gespannen uit, hoe hij er uit zal zien. Maar het werk is moeilijk. En diegenen bewijzen de menschheid den grootsten dienst, die haar doen verstaan, dat het niet om gedachte en papier, maar om daden en profijt te doen moet zijn, 't geen lang zoo gemakkelijk niet te bereiken valt en veel gevaarlijker vol te houden is. Indien de ervaring van de jongste vier jaren de menschheid toch n blijvend ding zal hebben geleerd, dan moet het, dunkt ons, de holheid, de onbeduidend heid van denkbeelden en van theoriën zijn. Wij behooren beu te zijn van woor den ! Wat hadden alle philosophie, ethiek, hervormingsidealen, wat religie, huma nisme, socialisme, internationalisme, moralisme, civilisatie en kultur" den menschen voor juiste wegwijzing ge bracht? Alles en ieder is anders gegaan, dan zij hadden verzekerd. Laat ons tenminste de les ter harte nemen, er niet andermaal ons aan woorden en begrippen verzadigen, maar streven naar iets, wat in de werkelijk heid stand houden kan. * * Men kan niet spreken van den Vol kerenbond. Er zijn er evenzoovele vor men uit te denken, als lieden er zich toe zetten. Niet : of de Volkerenbond komt, is nog de vraag. Maar: hoe hij zal zijn. En wanneer men dan de vele plannen, die in woord of geschrift verschenen zijn, overziet, zijn er twee hoofdgroepen in te onderkennen. Allen willen een band, die de natiën in rust en vrede bijeen houden kan. Trouwens, het zijn niet de plannenmakers, die dit thans begeeren: het zijn de volkeren zelve, strijdensmoe. De poilus, de tommies, de Felagrauen in de eerste plaats. De voorgangers voeren slechts uit. Doch daar komt het nu juist op aan. Aan den eenen kant staan zij, die een beroep doen op recht en ideaal, om de natiën bijeen te houden. Aan den anderen kant zij, die voorop stellen geordende macht en werkelijkheid. De eerste richting vindt op het oogen blik sterk den boventoon in de Duitsche beschouwingen. Zij ligt geheel ten grond slagaan Erzberger's propagandageschrift, in September 1918 verschenen. Ook Wilson's uitingen van den eersten tijd. en sommige van den Engelschen kant, (onlangs Asquith nog) gaan evenzeer in dien geest gelijk die van Léon Bourgeois. Ten onzent is waarschijnlijk in het nu te Parijs aangeboden commissie-projekt hetzelfde het geval. Of de regeering precies dezelfde denkbeelden overnemen zal, is nog te bezien. Zij heeft zich althans haar meening voorbehouden, en zal misschien nog meer naar den staatkundigen, dan naar den rec/ztekundigen kant neigen. iiiiiiiiiiiiii geweest naar het oordeel van de dagboek schrijfster over Kerenski. Voor ons allen, wier gedachte dit laatste paar jaren mee is gegaan met de gebeur tenissen in het Oosten, blijft de figuur die daar bij de opening van de Russische om wentelingstaat, iets mysterirus-aantrekkelijks behouden, hoe deerlijk hij ook later ons mocht tegenvallen. Wij hebben hem toch bewonderd, en wij zoeken naar een recht- ' vaardiging voor onze bewondering. Meriel Buchanan laat hem heel duidelijk voor onze verbeelding verschijnen. Zij schetst hem even en face, zooals zij hem heeft | gezien bij gelegenheid van een liefdadigheidsfeest op het toppunt van zijn roe», nog vór het midden van 1917. Toen hij binnenkwam in een van de loges, rees dadelijk het heele publiek in zijn geestdrift op de voeten. De menschen ver drongen elkaar enkel om een blik van Kerenski op te vangen. De ent r' acte begon, en een troepje soldaten bracht hem op hun schouders naar het tooneel; men verlangde dat hij zou spreken. HIJ stond er in het donkere werkmans jasje dat hij gewoonlijk droeg, zijn gezicht bleeker en doodscher dan ooit; de diepe felle oogen gingen flitsend over de menigte, saamgepakt in de ruimte en telkens uit barstend in juichkreten. Een oogenblik heerschte er stilte. Daar verhief zich zijn stem, rauw en onmuzikaal en toch zoo wonderlijk aangrijpend. Evenwel, het was niet zijn rede, die maar kort duurde, hoewel ze vol vuur en geestdrift was; reen, het was de persoon lijkheid van den man. al was zij wat thea| traal geposeerd en in den grond niet sympathisch, die de menschen dwong en pakte. Zijn smal en hard gelaat stak uit tegen alle andere gezichten, alsof het een geschilderd gelaat was met uiterst sprekende kleuren Bij andere vooraanstaande figuren in de volkerenbondsbeweging ziet men immers daarop den nadruk gelegd. Het verschil komt er eigenlijk op neer, of men de menschheid reeds rijp voor den Volkerenbond rekent, dan wel onrijp, zoodat zij er nog geheel toe zal moeten worden opgekweekt. Zij, die zeggen, dat de rechtsidee", de landen en werelddeelen voortaan vereenigen kan, stellen de scheidsgerechten als toekomstige bemiddelaars tusschen de natiën voorop. De verplichte arbitrage is in hun gedachtengang het hoofdnummer van het volkerenbondsprogram, met de daaraan vastgehechte internationale dwangmiddelen, bestemd om de overtreders der rechtsbeslissingen te treffen, internationaal leger en vloot en algemeene economische boycott. Hierop spitsen zich de juridische plannen toe. * * * Toch rekene men die richting de vruchtbaarste niet. De internationale samenleving zal zich nu eenmaal niet in de eerste plaats met rec/irs-begrippen vervullen, noch zich in rechts-conflicten en arbitragekwesties op lossen. Evenmin als rechtspraak in de ge wone maatschappij het belangrijkste ele ment is, doch het dagelijksch bestuur veel grootere beteekenis heeft, evenzoo moet men de samenleving der volkeren niet allereerst van uit het advocatengezichtspunt bezien, waarin vanzelf het proces 't gewichtigste phenomeen is. Daarmede brengt men ten slotte niet het wezenlijke verband onder de ver schillende belangen. Wie op de nuttigste wijze tot het werk van Parijs bijdragen wil, hij denkt zich de zaak meer van den pnlitieken kant. Zoo ziet men ook eenen staatsman als minister Smuts in zijne belangwekkende brochure League of Nations", van een anderen kant beginnen, evenals den den Franschen oud-mirister YvesGuyot, den Arneiikaanschen diplomaat Hill en anderen met hen Het betoog van Smuts stelt terecht voorop, dat wil men vastere harmonie onder de staten bevorderen, men niet bij de exceplioneele gevallen van rechts geschil" en conflict", maar bij nor male gevallen van gezamenlijk belangenbestuur beginnen moet. rZijn Volkeren bond omvat in de eerste plaats de instel ling van een vaste internationale vergade ring van regeerings-vertegenwoordigers en een vasten Internationalen Raad, om het bestuur van groote internationale belan gen ter hand te nemen, als daar zijn: lo.de vraagstukken van grensregeling enz., aan de Vredesconferentie voorgelegd; 2o.duurzaam beheer, bv. van internationale ge bieden, internationale havens, rivieren, waterwegen, koloniën, handelsbetrekkin gen enz. Natuurlijk speelt ook hierbij de inter nationale arbitrage wel een rol, maar slechts in de latere plaats. Alleen door op bepaalde onderwerpen internationaal bestuur en internationale controle aan te durven, zeggen de aan hangers van deze school, zal er ten slotte in de menschheid iets kunnen worden vernieuwd. * * Zij hebben daarin stellig gelijk. Het is woordenpraal, te zeggen, dat van nu af aan de rechtsidee de volkeren zal beheerschen. De volkeren blijven voor eerst nog precies, wat zij gisteren en op een donker doek gebracht, zijn kleine uit de diepte opschitterende oogen hielden de toeschouwers vast met de macht van hun vlug bewegelijken gloed, en met een scherpe afgebetenheid hamerde zijn stem er de woorden uit, als mocht er geen tijd te loor gaan en was het zaak om direct op de menschen af te gaan, brutaal, geweldig en eensklaps. Een storm van applaus brak uit na zijn woorden; het theater schudde en daverde er van. Wederom verschenen de soldaten om Kerenski naar zijn plaats terug te voeren..." De familie van Meriel heeft in de nabij heid de gebeurtenissen bijgewoond van Kerenskl's strijd met zijn tegenstanders. Het hotel der Engelsche ambassade lag. ge scheiden door de breedte der rivier tegen over het enorme witte huis van de ballet danseres dat Lenin als zijn woning In Petrograd had vermeesterd. Dat is van tijd tot tijd een punt van aanval geweest. Uit een veiligen hoek van het venster kon men de episoden volgen, wanneer men zich niet al te strikt hield aan het zorgzame gebod der oudere huisgenooten. Van daar kon men den reusachtigen kozak zien, die alleen, als vijand, naar de wacht toekwam met in de opgeheven hand een sparteienden soldaat, een soort van Homerische uitdaging, en dien anderen kozak die met een sabelzwaai de tegenpartij geheel doorkliefde: avontuur dat aan Münchhausen doet denken en waarvoor de dagboekschrijfster niet met alle zekerheid instaat. Zij mogen hier, die kozakkenvisioenen, ook alleen staan als symbool van de onrust in de stad die duurt van het midden van den 7omer tot in het begin van November 1917 als Lenin en Trotzki de overhand verkrijgen. }*, dan is de tijd gekomen dat er geen toejuichirgen meer opgaan voor Kerenski; eergisteren zijn geweest! Zij blijven voornamelijk gevoelig voor hun belang. j Belangenharmonie kan op den duur , onder hen door gewoonte, in recht en j billijkheid overgaan. Maar wie op het i oogenblik, voor de geregelde samen leving der staten, eiken dag naar recht zou willen zoeken, zoekt in de lucht. Ook zullen immers nooit alle vraag1 stukken onder een begrip van recht : kunnen worden gebracht. Of bijvoorbeeld ; Duitschland, ter afleiding van onzen i Rijnhandel, een Dortmund-Eemskanaal | aanleggen mag en daarmede de Nederlandsche havens afdoende benadeelen, is nimmer onder een begrip van recht te bezien. Ook niet, welke bankiersgroep den spoorweg in Anatolië zal financieren, of wel, hoe 't Panamakanaal beveiligd worden zal, en hoe 't havenverkeer van Servië of Macedonië dient te zijn. En toch zijn van dien aard juist de groote vragen, waarin de internatio! nale samenleving tot rustiger, harmo nische oplossing moet worden gebracht! Zoo staan de practische en de dogma; tische volkerenbondsopvatting tegenover ! elkaar. De eene bouwt als 't ware voort T op Den Haag en zijn arbitagepaleis. j De andere op Parijs en zijn conferentie, j op de door de Geallieerden reeds ge vormde internationale controle, admini1 stratie, en executieve dienst. j Het lijdt geen twijfel, dat de laatste l richting het meeste belooft. Zij sluit zich ; bij de werkelijkheid aan. j En wanneer men vraagt, hoe zij in : de werkelijkheid gaandeweg werken zal, i dan is het beste 't oog te slaan op de i twee succesvolle Volkerenbonden, die ! de practijk der wereldhistorie reeds te zien gegeven heeft: het Britsche Empire, \ met zijn Gemeenebest van wereld streken", en.... de Unie van Utrecht, in 1579 door zeven souvereine Nederlandsche gewetsen aangegaan. * * Wat de toekomst vaji den Volkeren bond, brengen zal, is niet te zeggen. Zal hij op den duur de souvereine staten tot onderlinge federatie en opslorping brengen, zooals men nu in Amerika ziet? Of zal hij ook zelf niet duurzaam blijken, en voorhands alleen de taak vervullen van toevlucht na 't vreeselijke oorlogswee, om onder volgende generatie's weer te hebben afgedaan, wanneer de krachten zullen zijn herleefd en wie weet welke nieuwe belangentegenstellingen, nieuw collectief egoïsme zich hebben opgedaan ? Zeer zeker is het wijs, zich nu niet te verbeelden, dat men voor de eeuwigheid werkt. De wereld trekt zich eenvoudig met den Volkerenbond voorloopig een dwangbuis aan, tegen haar eigen opge wondenheid. Maar ook wanneer men 't zoo beziet, bergt het naderende Volkerenbondstractaat zeer stellig ontzaglijke voordeelen. Daarbij moeten evenwel ook de ge varen onder de oogen worden gezien. Het gevaar is in de eerste plaats, dat de groeikracht, in de vrije souvereiniteit der staten gelegen, zal worden gedood! Neen, wij zijn voorloopig nog niet bevreesd voor een algeheel wegvallen der afzonderlijke natiën, onder afzonder lijke vlag. Maar niettemin is het mogelijk, dat nationale belangen in de klem worden gebracht. Internationale samenwerking en regeling, beduiden zeer zeker overimiiiiMimiii'WiiiiiiuimMMiiiiiiitiiiiMiimiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiMimii zijn macht brokkelt af onder zijn handen, hij kent geen uitweg meer. Generaal, gij hebt mij verraden," spreekt hij den kommandant der troepen toe. Weet ge wel, dat uw kozakken besloten hebben niQ te arresteeren en over te leveren aan de matrozen ? En het rustig brutale ant woord van den generaal daartegenover: Geen imensch gevoelt meer iets voor U." Het heengaan in stille vlucht dan van Kerenkil De roede garde had te zeggen in Petrograd. Ik hrrinner mij," vertelt ons Meriel Buchanan, ern avondwandeling terug van een diner. Wij gingen vlak voorbij een kazerne, soldaten leunden tegen den muur, uit het open raam gloeide een stroom van licht over de besneeuwde straat, en in de stilte van den kouden, helderen nacht kwam fret geluld van dronken mans lachen en zin gen en het snerpen van een harmonica. De straat afloopend naderde ons een oude generaal, zijn lange baard en zijn witte pelsmuts glinsterden als zilver in het maan licht, terwijl de roode opslag van zijn grijze generaals-jas het licht naar zich toetrok onder het voorbijgaan van het raam. En niet een van de soldaten die daar tegen den deurpost aanleunden ging een voetbrerd uit den weg of salueerde, een zelfs spoog met een vloek op de keien als om te toonen wat hij hield van een generaal. Zijn streng oud gezicht was een wit masker van leed. Toen de Ergelsche officier die bij ons was, hem salueerde als hij rakelings ons voorbijging, keek hij op als uit een droom | met een lachje aandoenlijk van blijde verrassing." De wijn uit het Winterpaleis werd ge plunderd. Woest werd het leven in de stad. Moord en roof en dronker schap vierden hoogt ij. Het gebrek vertoonde zich al scherper. schaduwing van plaatselijke en bijzon dere belangen. Wanneer een internationaal regime van de handelsscheepvaart in treedt, ligt de kans voor de hand, dat de eene haven boven de andere, dat Havre boven Hamburg of Antwerpen boven Rotterdam, voorgetrokken wordt. Internationaal beheer van den Rijn schept dergelijke kansen: bevaarbaarmaking voor kleine zeeschepen tot Keulen of verder, tast direct belangen ten onzent aan. Aanleg en exploitatie van inter nationale spoorwegen evenzeer. Deze enkele voorbeelden volstaan. De Volkerenbond wordt nu door allen met gejuich binnengehaald. Wie weet, hoevelen er later het paard van Troje in zien. Ook voor den Volkerenbond blijft immers het dilemma tusschen vrijheid en orde acuut! Even duidelijk spreekt dit probleem, wanneer men naar de verdeeling van' het zeggenschap onder de mogendheden vraagt. Reeds nu wordt buiten de neutralen om georganiseerd. Reeds nu klagen de kleine staten wegens gebrek aan repre sentatie. Duitschland voelt wel, dat voor loopig de Volkerenbond niet alleen voor den algemeenen vredesdienst wordt in gericht, maar tevens voor de afrekening dienen moet. Ten slotte is het verschil met de Heilige Alliantie van een eeuw geleden, niet zoo groot als 't heet. Dat de grooten de kleinen kunnen overheerschen, en de voorspoedigen de miserabelen, die mogelijkheid bestaat ook hier. * * # Aan den anderen kant. is toch zekere verdeeling der macht onvermijdelijk, wil de zaak levensvatbaar zijn. Want indien internationale regelen alleen maar zouden kunnen worden geduld, wanneer alle 97 staten, klein en groot, het er over eens geworden zijn, dan ware, dit roept de ervaring toe, de zaak reeds aan stonds doodgeboren. Er zullen dus meerderheden en min derheden komen, en dus... verongelijk ten, onder de kleinen 't meest. Wij zien dus in den thans onder banden zijnden Volkerenbond een noodzakelijk iets, door de omstandigheden vereischt en zelfs gehuldigd! Tevens evenwel een zeer moeilijk iets, omdat ontzaglijk nauwlettende zorg aan de inwendige regeling moet worden besteed, wil zij zoo gunstig mogelijk werken en zoo goed mogelijk alle gevestigde be langen tot hun recht doen komen! Eindelijk steeds ook een onvolkomen iets, omdat er wezenlijk gevaar voor anderer benadeeling, onbillijkheid en vrijheidsbeperking in ligt. Dit zijn ook punten, die men ten onzent niet verwaarloozen mag. De beste ver zorger van het Nederlandsche belang is en blijft ten slotte Nederland. Maar met dit voorbehoud zien toch ook wij allen vol spanning het nieuwe getimmerte op de helling staan, en roe pen het, loopt het eerlang van stapel, een: God geve een goede reis" toe. Bovendien: ook onze armen en handen, en hoofden zouden nu reeds gereed staan, om mede aan 't bouwwerk te gaan. Hoelang zullen de neutralen nog als toeschouwers achter de balustrade moeten blijven? Wij hebben toch voor onze neutraliteit alevel geen straf ver diend? v. H. urn iiiiiimmiiiiiii i i liiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii inimiiiiiimii Januari 1918: de tijd van het afscheid naderde. Een van de laatste dagen ging Ik afscheid nemen van de Isaac's kathedraal. Heel flauwtjrs brandde er in de duisternis met haar sombere schaduwen de gele vlam van maar enkele, weinige kaarsen. De groote kerk, altijd zoo vol, was nu bijna leeg. Voor de wonderdoende Madonna van St. George knielde een oude vrouw in het gebed en twee eenzame kleine kaarsen brandden daarbij . . . Ik ging naar bulten, een gevoel van uiterste verlatenheid en leed lag over het geheel; de hopeloosheid van een verlaten stad, nog even levend in de herinneringen aan larg verleden glorie van gouden praal en feestfcetogen . . ." En toch l met dien uitroep eindigden de opteekeningen. Het was met dat al een onbeschrijfelijk wee van scheiding scheiding van iets of van iemand die me wonderra aan 't hart waren gegroeid. Het was het heele uitge strekte land,.. en dat niet alleen, het was de ziel van het volk dat ik had geleerd, waartoe ik was opgeleid om het lief te hebben, ofschoon ik het nog niet begreep. Ik had het zien lijden en sterven en de menschen hadden mij iets geleerd wat ik niet kon vergeten. .In Rusland, heeft men gezegd, is men zoo dicht bjj God en bij den duivel." in Engeland, daar heet het: zaken en gezond verstard. En dat is misschien de betoovering waarmee Rusland de harten trouw vasthoudt van wie het land liefhebben. Het blijft altoos door, vragen stellen en licht u toe met zijn wonderraadselvollen lach omdat men er rooit het antwoord op kan vinden." De Gioconda-doloropa der volken l W. G. C. BYVANCK

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl