Historisch Archief 1877-1940
8 Febrv'l?. Ne. 2172
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
DE AMSTERDAMSCHE VUILVERBRANDING
Besparing van Brandstof
door Mr. Dr. H. J. C. VAN TIENEN, Wethouder der gemeente Amsterdam
Teekeningen voor ndt Amsterdammer" van George van Raemdonck
tijdig geketst. Een meer onhygiënische en
onaesthetische oplossing had dan ook moeilijk
kunnen worden uitgedacht. Het is dan ook
absoluut onbegrijpelijk, hoe het toenmalig
Dagelijkach Bestuur der hoofdstad een
dergelijk voorstel kon doen, waarbij het
vuil, na een lang transport, op een terrein
onmiddellijk grenzend aan een grooten ver
keersweg, in de open lucht zou worden
uitgestort, zoodat alle schadelijke
bestanddeelen zich in volle vrijheid naar alle rich
tingen zouden kunnen verspreiden.
Maar na die negatieve lij 't ook ge
lukkige beslissing van 12 December 1904,
stond men eerst recht voor de moeilijke
vraag, wat dan wél zou moeten geschieden.
Vooral stond de keus tusschen het zooge
naamde stelsel van briketteeren, waarbij het
vuil, na machinaal te zijn verbrijzeld, tot
brandstof wordt omgewerkt, en dat van
vuilverbranding, waarbij de door verbranding
geproduceerde stoom wordt omgezet in
electriciteir. "
De tegenwoordige Directeur van den
Op Donder
dag 23 Januari
werd, in tegen
woordigheid
van Burgemee
ster en Wet
houders, leden
van den Ge
meenteraad en
enkele andere
autoriteiten, de
nieuwe ge
meentelijke In
richting tot
Vuilverbran
ding met eenig
ceremonieel of
ficieel in ge
bruik gesteld.
En er was
inderdaad alle reden om deze gebeurtenis
niet onopgemerkt te laten voorbijgaan.
In iedere gemeente staat men natuurlijk
voor 't vraagstuk van een behoorlijke
vuilDe acbrqver van dit artikel
Schuiten met vuil voor de vuilverbranding
verwijdering. Maar 't spreekt van zelf, dat
dit vraagstuk een bizondere beteekenls ver
krijgt in een groote stad als Amsterdam
waar dagelijks, zonder dat het publiek er
veel van mag bemerken, een ontzaggelijke
massa vuilnis op de meest hygiënische en
daarbij tevens op de meest economische
wijze moet worden opgeruimd en onscha
delijk gemaakt.
Dat daartoe vervanging van het primitief
en eenigszins landelijk beltbedrrjf door een
ander stelsel noodzakelijk was, werd dan
ook reeds lang in de eerste plaats wel
door de onmiddellijke buren van onzen
stedelij ken mesthoop als vanzelfsprekend
aangenomen. Alleen liepen ten aanzien van
de vraag welk stelsel daarvoor in de plaats
zou moeten komen, de gevoelens bijster
uiteen.
In onze goede stad is dan ook jarenlang
tusschen de voorstanders van de meest in
aanmerking komende stelsels een warme
strijd gevoerd.
Het ongelukkig voornemen van B. en W.
om de Naardermeer aan te koopen, ten
einde dezen als natuurmonument zoo
merkwaardigen plas te gaan volgooien met
Amsterdamsch vuil werd door den Raad
Reinigingsdienst, de heer de Groot toonde
zich, reeds dadelijk na zijn benoeming, een
warm voorstander van de laatste oplossing
en had de voldoening n het College van
B. en W. n den Gemeenteraad voor zijn
plan te winnen. Want, nadat de Raad op
29 November 1911 in beginsel" tot vuil
verbranding had besloten, werd op 21 Mei
1913 met 36 tegen 5 stemmende voordracht
aangenomen om in den Buiksioterham een
inrichting te maken waar al de
Amsterdamsche vuilnis, na voorafgaande sorteering,
zou worden verbrand. Die voorafgaande
sorteering werd door enkele leden als
onhygiënisch veroordeeld, doch een amen
dement om die sorteering te doen vervallen
en al het aangevoerde vuil te verbranden,
kon geen meerderheid verwerven. Men vond
het jammer in gewone tijden stoffen welke
een vrij groote handelswaarde hebben, te
vernietigen, waar toch in dagen van epidemie
de sorteering geheel zal worden uitge
schakeld.
Aanvankelijk was het voornemen aan de
inrichting te verbir.den een electrische
subcenirale, ten einde daar ter plaatse den
npgewf kten stoom direct te kunnen omzetten
in electriciteit, doch na de stichting van de
nabijgelegen Centrale-Noord, werd dit denk
beeld uit den aard der zaak losgelaten,
zoodat nu de door de vuilverbranding opge
wekte stoom, door een boven grondsche ge
leiding wordt toegevoerd aan de
hoofdstoomleiding dier Centrale.
Waar in 1913 tot den bouw werd besloten,
moest de uitvoering van het werk bijna
geheel gedurende de oorlogsjaren geschie
den. Dat dit enorme bezwaren met zich
mede bracht n voor den dienst der Publieke
Werken, aan welken Dienst de eigenlijke
bouw werd opgedragen, n voor den aanne
mer: de Maatschappij Vesuvio te München,
die de technische installatie (ovens, ketels,
transportinrichtingenenzjzoumoetentotstand
brengen, behoeft natuurlijk geen betoog.
Maar al die bezwaren werden met succes
te niet gedaan. Daargelaten onvermijdelijke
stagnaties in den aanvoer van enkele ma
terialen als ijzer en cement, werd het bouw
werk, waarbij vooral de gecompliceerde
betonbouw geruimen tijd in beslag nam,
geregeld voortgezet, terwijl ook de Maat
schappij Vesuvio de groote bezwaren welke
aan den aanvoer en de montage van de
verschillende onderdeden, w. o. van zeven
groote stoomketels, waren verbonden, glans
rijk wist te overwinnen. En zoo kon dit
kolossale werk betrekkelijk weinig over den
gestelden tijd worden opgeleverd.
Want dat hier een kolossaal werk is tot
stand gebracht, gevoelt een ieder zoodra
hij het terrein betreedt waarop deze Inrich
ting de grootste van dien aard in de
geheele wereld is verrezen.
Maar, al imponeeren de verschillende
kloeke gebouwen door hun -- bij strengen
eenvoud monumentaal karakter, zoodat
men dadelijk een juisten indruk ontvangt
van den geweldigen omvang van het bedrijf,
is dat bedrijf toch betrekkelijk eenvoudig
en met enkele woorden in groote trekken
te omschrijven.
De in schuiten aangevoerde vuilnis wordt
langs een ringbaan (14 M.bovenden grond)
door electrische troliey's naar het ontvang
gebouw overgebracht. Daar worden de
bakken uitgestort in een inrichting welke
de aangevoerde stoffen mechanisch zeef t en
verdeelt in grof" en fijn" vuil. Het fijne vuil
valt door die zeef op een plaat ij zeren transport
band en wordt, daar in dit fijne vuil geen
stoffen van waarde aanwezig worden ge
acht, direct naar een enormen bunker gevoerd.
Ook het grove vuil komt, na op breede
banden door de sorteerinrichting te zijn
geleid, waar het op zijn doortocht door aan
weerszijden van den band geplaatste werk
lieden van alle voorwerpen, welke handels
waarde bezitten (lompen, glas, leer, metalen
enz.) wordt ontdaan, insgelijks in dienzelf
den bunker terecht. Vandaar uit wordt de
geheele massa mechanisch over 5 verbran
dingsovens verdeeld. Een zesde oven dient
voor reserve terwijl No. 7 speciaal is inge
richt voor de verbranding van voorwerpen,
welke door hun omvang als anderzins (b.v.
de gebruikte verbandsttffen uit de zieken
huizen) minder geschikt tijn voor de gewone
ovens. Het voor dezen oven bestemde vuil
wordt afzonderlijk aangevorrd en van uit
een bak met openslaande kleppen, onmid
dellijk na aankomst, in het vuur gestort.
Daar de te verbranden vuilnis in het alge
meen, weinig brandkracht bezit, moest, ter
verkrijging van de benoodigde temperatuur,
(l 100 a 1200°) aan de ovens een bizondere
constructie worden aangebracht voor de
toevoeging van sterk verhitte lucht onder
verhoogden druk. Bij de ovens zijn de
stoomketels gebouwd vanwaar uit de stoom
op de bovenvermelde w ij ze naar ne Centrale
Nooid wordt gevoerd.
Nevens de inrichtingen voor 't eigenlijke
verbrandingsproces bestemd, bevinden zich
op het ongeveer 3 H.A. groote terrein nog
enkele andere b.v. voor het wasschen van
de uit het vuil gesorteerde lompen, voor
verbrijzeling van de na de verbranding over
gebleven slakken", voor de herstelling van
gereedschappen enz. terwijl natuurlijk ook
een goed ingericht werkliedengebouw met
kleedkamer, waschgelegenheid en een ruim,
licht en luchtig schaftlokaal aanwezig is.
In n woord het geheele complex vormt
een inrichting, welke, nadat nog eenige
kleine, practische verbeteringen zullen zijn
aangebracht, in alle opzichten up to date"
mag worden genoemd; een inrichting in
welke een zeer onhygiënische materie op
zeer hygiënische wijze onschadelijk wordt
gemaakt.
Dat bij den bouw en de exploitatie van
een dergelijk omvangrijk bedrijf groote gel
delijke bedragen gemoeid zijn, spreekt na
tuurlijk vanzelf. Maar nu is juist het mooie
van het gekozen stelsel, dat het niet alteen
uit een hygiënisch oogpunt want wat
kan men beter wenschen dan een radi
cale vernietiging door het alles louterende
vuur de beste van alle bekende methoden
van vuilnisverwijdenng mag worden ge
noemd, maar, o> k met 't oog op de
firancieele resultaten, de meest aanbevelens
waardige is. En dit laatste niet alleen in
deze buitengewone dagen nu de steenkolen,
welke noodig zouden zijn om een zelfde
hoeveelheid stoom te produceeren alsihans
door de verbranding van de vuilnis wordt
opgewekt, een enorme waarde vertegen
woordigen, maar ook in meer i ormale tijden.
Aangenomen kan toch worden, dat, ook
bij een terugvallen van de kolerpujzen tot
hun vroeger nivau, het bi-drijf in staat 73!
zijn de rente en aflossing van het daarin
gestoken kapitaal te dekken, terwijl ook de
exploitatiekosten niet veel hoogfr zullen
zijn dan bij een voortgezet beltbedrijf het
geval zou zijn geweest. Wanneer men de
massa vuilnis, weike gedurende een jaar in
de o^ens zal worden verbrand, schat op
140000 ton (280 OCO Ml) en aanneemt, dat
per K.G. vuilnis gemiddeld 09 KG stoom
wordt verkregen, dan zal totaal 126.COOton
stoom worden geproduceerd hetgeen, tegen
(en vrdamping van 7 K.G. water op l
KG steenkolen, betftkent een
steenkolenbesparing van 18000 ton per jaar.
H**t is dan ook geen wonder, dat door
het Rijks Kole'distribu'ie-bureau, met'toog
op deze belangrijke besparing van steen
kolen, kracht'g werd aangedrongen op een
spoedige inbedrfifstelling van de Inrichting.
Doch in dat o zicht werd de Raad voor
een dllemrfia geplaatst.
Want, teemover dl' n aandrang van
bovenABMABMABMABMABM ABMABM.ABMABM.ABM. ABM. A BM
i A
l
are h
B
M
A
B
M
MEERE.N-ARTIKE.LEN,
UITRUSTINGEN.
fi
\
W
A
8
ABMABKABM.ABM.ABMABMA&MABMABMABM.ABrtAaM
ui niiMiiniiiimiimiiiiiimmiiimttiiiiMiiitiii
Zaal waar het vuil wordt gesorteerd
Inrichting voor het verbranden van zoogenaamde ,slakken"
M | S S B L R N C H E
ClCFVRETTES
genoemd aan het Dep. van Landbouw nauw
verbonden Lichaam, om zoo spoedig mogelijk
te gaan verbranden, kwam de Minister van
Landbouw in aansluiting aan verschil
lende adressen uit landbouw-kringen
met het niet minder dringend verzoek om,
wegens het grbrek aan meststoffen,
voorloopig den oven nog niet in gebruik te
nemen, maar al de daarvoor geschikte vuilnis
tot compost te verwerken.'
De Raad vereenigde zich toen niet het
door B. en W. ingenomen standpunt. Aan
den Minister werd bericht, dat Amsterdam,
irdien door de R-geering zou worden be
slist, dat met 't oog op de voedselvoor
ziening het landbouwbelang het zwaarst
zou mosten wegen, zijn medewerking zou
verleenen door al het voor bemesting ge
schikte vuil tot compost te verwerken, maar
dat de oven toch in ieder geval in gebruik
zou moeten worden genomen, omdat slechts
een betrekkelij k klein percentage (20 a 25 pCt.)
van de in totaal aangevoerde stoffen geschikt
is om tot het meststof te worden bereid. Oud
huisraad, gUs, metalen, potten en pannen,
steenen enz. v elke stoffen met elkaar on
geveer 75 a 80 pCt. der geheele massa
vormen, zijn nu eenmaal niet bizonder aan
gewezen voor de bemesting van gronden.
Natuurlijk verhond Amsterdam aan deze
bereidverklaring de conditie, dat het nadeelig
verschil (ongeveer / 127.000) tusschen de
mindere besparing van steenkolen en de
meerdere opbrengst van compost door het
Rijk aan de Gemeente zou worden vergoed.
Daar de Minister op dit voorstel niet in
ging, rekende de Gemeente zich natuurlijk
vrij en wordt thans, behoudens de boven
aangegeven uitzonderingen, alles verbrand.
Ik geloof, dat bij de huidige
kolenschaarschte, de genomen beslissing wel
algemeen zal worden toegejuicht en van
oppositie uit landbouwkringen niet veel
meer zal worden vernomen.
Levensverzekering Maatschappij
H A A R L E M"
Wilsonsplein 11
DE VOORDEELIGSTE TARIEVEN
RIJM-KRONYCK
Zang van Manuel van Portugal
De Dad'j Chronirlc publiceerde een inter
view met den adjudant van ex-(a.s.?)koning
Manuel van Portugal:
______ __ ?
Ad/udanl: Ja, ik ben er zeker van dat hij aan
de wenschen des volks zal gehoor geven.
Was hij ontroerd door het nieuws van
hedenavond .'
Adj: Zér' Maar hij wil nog niet te veel
hoop koesteren. Dat was de reden waarom hij
hedenavond naar het theather ging om
alleidmg te zoeken.
Ach, zoete hoop, nee lokt ge mij,
maar 'k durf uw lokstem niet vertrouwen,
Ge fluistert: Op! Naar.Lissabon,
daar wachten lOOOen getrouwen l"
Het nieuws van hedenavond bracht
me wat mi] dierbaar boven al is,
en 'k vluchtte met mijn kloppend hart
naar een theater, in de stalles;
Hoe wisselvallig is het lot
van mij en mijne hooge neven,
Mij biedt men weer den scepter aan,
terwijl zQ anderen verdreven.
Wanneer men ons heeft uitgezet,
dan blijven wij geduldig wachten,
totdat men ons weer roepen wil;
dan blijven wij geduldig smachten
naar 't dierbaar ouderlijk paleis,
want koningen zij n meer dan menschen.
Zij keeren tot hun vader's graf
wanneerde'moordenaarsdat wenschen;
Vaarwel, vermakelijke tijd,
ge waart te schoon om lang te duren,
ik koester plichtgetrouw, de hoop,
mijn boerenvolk weer te besturen,
totdat men mij, of wel mijn vrouw,
weer met re vol»ersgaat beschieten,
dan ga ik naar Parijs terug,
(als 'k dan nog leef) om te genieten.
... Ach, zoete hoop... hoe lokt ge mij!"
't is wel niet eerlijk... maar het staat er...
Misschien ben 'k overmorgen dood...
... Ik ga nog nmaal naar 't theater... t
(Voor copie conform)
MELIS STOKE!
Het leegstorten van de vuilnisbakken