De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 1 maart pagina 12

1 maart 1919 – pagina 12

Dit is een ingescande tekst.

12 D£A-MSTERDAMMER; WEEKBLAD VOOR NEDERLAND l Maart. '19. - No. 2175. Uit Ké1^ Wadschrift van Jantje ' tfcz2&J**'J&n- e**®? v%?>eM~Miss B L RN c h'E ClCRRETTES iiiiiiiiimiimi donker uitziend razend echtgenoot, op het gelaat der jonge vrouw een uitdrukking van ontzetting; maar de physieke charme dezer schoone slaapster is er toch in de eerste plaats. Liebespaare" ontdekt men trouwens overal, weggestopt in een land schap en toch de pointe, de poëzie ervan. In een ets is dat op zijn plaats, een ge wilde toevalligheid; een doordachte speelschheid. Goed zijn ook de circusvoorstellingen; geweldige paarden; kleine, soepele canailleuse berijdsters. Lang niet alles slaagt; maar zoo'n figuurtje kan echt, levend, vol gratie zijn en de atmospheer is er. Zie de voltigeuse en circus V. De etsen zijn vol reminiscensen. Men denkt aan den Franschen teekenaar Constantin Guys; zelfs aan Velasquez. Maar de her innering is verwerkt, het plagiaat onwille keurig. Meid schijnt al veel geëtst te hebben. Twee groote suites Othello en Don Juan worden vermeld. Wie zijn werk ziet ver wondert zich niet over die keuze. Zijn etswerk is niet bezonken, niet ver diept door levens-ervaring, zonder een spoor van de bespiegelende wijsheid die na het leven genoten te hebben zich van de ijdelheid ervan overtuigd toont; het is eerder het werk van een jongen Lebemann, die midden in de levensbranding staat en wiens overheerschende sensualiteit in zijn etsen rap en rusteloos een uitweg zoekt. Als een veiligheidsklep is deze kunst uiting; bevend van spanning, fel, onbekookt, maar echt, eerlijk, onbeschroomd; in zijn soort typisch voor dezen tijd. Een kleine maar bezienswaardige tentoon stelling. H. iijiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiim ETSEN VAN HANS MEID Scheliema en Holkema's platenhandel, Rokin 73-76 Het aardige van deze etsen is dat ze er zoo echt etserig uitzien. Ze hebben de meest eigen charme van alle etswerk: het spontane. Ze zijn als notities uit het geheugen op geschreven. Ze zijn daarbij in een goeden zin modern. De techniek trilt van nervosi teit; voorstellingen van vlotte mondaine bewegelijkheid zijn gezien als in een visioen, neergezet als in een koorts, met ragfijne halen en onverwachte aandikkingen en overal een apart flakkerend gebiuik van aquatint. Dikwijls is de voorstelling van een brutale zinnelijkheid. Maar juist daarin is de kunstenaar op zijn best. Ik denk aan het blad de echtbreekster", een der meest ge slaagde; verschrikkelijk en toch vol "zinnelijke bekoring. Er is een opgeheven dolk, een BILJARTSPORT BILJARTSPORT IN NEDERLAND De resultaten welke bereikt zijn in de, sinds 1913geregeldjaarlijkschplaats vindende eerste- en tweede klasse kampioenschaps wedstrijden voor amateurs, geven een uit nemend inzicht in de speelsterkte van de llllllllllllllllllllllllltlIltlllllllllllltllllllMHlUIIMIUIItllllllllllIMIMlIlUIII Toonkamers van den Kunstpottenbakkei C. J. LANOOY Papestraat24 - 's-GRAVENHAGE Permanente Tentoonstelling WANDELINGEN MET JANTJE II ONDER DE HANDELAARS Eerste bezoek aan de Jaarbeurs (met krabbels uitjantje's kladschrift) Er was deze week geen huis met den knaap te houden. De Jaarbeurs zat hem in het hoofd. En al zeide en herhaalde ik hem ook dat menschen als hij en ik niets op de Jaarbeurs te maken hebben, dat men ons daar, indien we koopen willen, te slim-af is, en dat men ons missen kan, zoo wij geen koopers zijn... ik had goed praten. Hij wilde en zou ter Jaarbeurze. Tot overmaat van ramp ontdekte hij op mijn schrijftafel de uitnoodiging, die het Jaarbeurs-bestuur gericht had tot de ver tegenwoordigers der Pers en de kleine publicist wenschte daarvan gebruik te maken. Op een regenachtigen Zaterdagmorgen, twee dagen vór de officieele opening van het bedrijf, stonden Jantje en ik temidden van een hevig gedrang op het perron, en wachtten den trein voor Utrecht. Een mijner kennissen, die in deblik-branche werkzaam is, ontdekte ons daar: Wat gaan jullie om 's hemelsnaam op die Jaarbeurs doen?" informeerde hij. Kijken" zei Jan. De fabrikant haalde de schouders op. Industrieelen en medici kunnen nooit goed verdragen dat men zich zonder geldige reden met hun vak bemoeit. In den trein was een wonderlijk publiek. Allemaal overspannen winkelbedienden" smaalde Jan, en wat maken die juffrouwen een heisa !die moetenzekerallesneljeszetten!" Te Utrecht u kent Utrecht toch? elleboogden wij ons door de hoofdstraten, en vluchtten telkens een winkel binnen wanneer een tram en een handkar elkaar besten der Nederlandsche biljarters. Deze wedstrSden worden gespeeld op groot biljart partijen van. 300 cadre in de eerste-, 200 in de tweede klasse en men kan veilig aannemen dat de namen op de bijgevoegde tabellen de sterkste spelers van ons land aanwijzen. Deze tabellen bevatten een volledig overzicht over alle gespeelde wed strijden, het aantal en de namen der deel nemers, de gemaakte punten en gemiddelden, kortom: het algemeen resultaat van eiken deelnemer aan elk concours. Tot de eerste klasse werden gerekend te behooren die spelers, welke een algemeen gemiddelde van 8 konden maken. In de laatste jaren echter waren een drietal spelers uit deze klasse zoo geweldig naar boven geschoten, dat de anderen niet de geringste kans zelfs hadden om het ooit tot kampioen te brengen, zoodat de wedstrijden telkens noodeloos werden gerekt door de deelname dezer kansloozen. Daar komt bij dat in Frankrijk, België, Zwitserland en Duitschland voor de eerste klasse een minimum van 10 gemiddelde geldt, en dat de Nederlandsche Biijartbond (aangesloten bij deze internationale organi satie) reeds lang met verlangen uitzag een klasse te kunne^.formeeren welke niet voor het buitenland behoefde onder te doen. En zoo geschiedde het dat de algemeene jaarvergadering van den Bond op 13 April 1918 het voorstel van de Amsterdamsche biljartvereeniging K. R. A. S.": om de eerste klasse te splitsen in een hoofd- en gewone klasse en voor de hoofdklasse 10, voor de gewone klasse van 7 tot 10 gemiddelde vast te stellen" aannam. De Friesche Biijart bond (welke de noordelijke vereenigingen vertegenwoordigt) stemde tegen. Van zeer grooten invloed op het aannemen van het voorstel was het resultaat dat de pasgehouden wedstrijd om het eerste klasse kampioenschap weer had opgeleverd. Zooals men op bijgaande tabel ziet bereikten Wiemers, Robgns en Bos respectievelflk 13.07, 12.50 en 11.36 gemiddelde terwijl de overigen daaronder varieeren van 839 tot 6.79. In April 1918 werd door een aantal leden van K. R. A. S." een gouden wisselSchletschultenvoor AMSTERDAM, SINGEL 273 TEL. l UT ERG. 5181 H. Daffolfjkscho Motordionst tusschen Amsterdam - Utrecht - Zeist - De Bilt - Huis ter Heide Bosoh en Duin - Rïjsenourg - Driebergen - Doorn enz. IIIIIlIIllllllllllllttllllllllllIIlllllMIIMI beker beschikbaar gesteld on te doen ver spelen onder de sterkste biljarters van ons land: J. Wiemers, A. Bos en H. Robijns. Ter elfder ure was Wiemers evenwel ver hinderd, waardoor de heet J. Dommerlng (Arnhem) in diens plaats werd uUgenoodled. Er werden, roostergewflze. partijen van 1000 punten gespeeld, en het resultaat was: punten beurten gem. Bos ... 2000 155 12.90 Dommering 1784 170 10.49 Robijns . . 1501 150 10.06 Ook Dommering bleek alzoo eenig recht te hebben op een plaats in de hoofdklasse, en het bestuur van den N. B. B. was even eens van deze opinie. De Friesche Biljartbond echter vindt dat men onrecht doet door Dommering wel en Boelstra niet in deze klasse te plaatsen. En zoo ontstemd is men zelfs in de noordelijke biljartkringen, dat voor de aanstaande wedstrijden om het Ie klasse kampioenschap geen enkele hunner inschreef, en, naar verluid, ook Wiemers aan de hoofdklasse wedstrijd geen deel zal nemen. Het wil mij voorkomen dat voor deze entstemming geen redelijke grond is. Dom mering is positief sterker dan Boelstra. Op 26 Juli 1918 speelde hij een partij in 11 beurten, met een gemiddelde van 25.54 en een serie van 160; en uit de laatste Krasbeker-wedstrijd kwam hij als nummer l te voorschijn met de volgende totaalcijfers: 2000 punten in 150 beurten, gemiddelde 13.33, hoogste serie 150. Deze laatste prestatie maakt elk verder commentaar volmaakt overbodig. B. Eerste klasse kampioenschap DEELNEMERS Robijns .... Wiemers . . . Welsenbach . Muller De Rood . . . Dommering . Botlstra. . . . Thiele v. d. Woude. De Cock .. . Cohen Bos Landweer . . Totaal gemaakte punten <O 00 2400|2043|l200 1800'l988!l7639 2276'1980' 167720362066 2393i 2250i 2129:1722 1469 ; 930 6.30 - ;6.80t 203718051071 17061771: 197711931:1058142918541645 1797|1907, i201l!l764 19601807 1281; l 902 1521 1647 l 13921968:1784 - | - 1435,14931576 Gemiddelde over alle partijen to 01 .128.011181 12.419.94 12.50 .768.28 ',9.75,11.50 13.07 23 i 045.188.01 ,886.358.118.657.56 .466.797.667.448.508.39 18:7.06 J14546.085.82 4.13 - 6.17 8.377.47 6.79 j5.807.52 8.859.93 11,36 6.616.277.84 Geplaatst l£> IO to 01, Ol; -J 111 53 2?3 lil 7 i 73 1 42263': 5 4 U'; 5 5!-;-i3|4 6 ;?:-j_i 8 g \ ? 4 8:6 i-|5 2J2 !?6 7^7 Tweede klasse kampioenschap DEELNEMERS Eweg Bos ... Landweer. . Pool Willig. . . Kroes Van Kammen . . v. d. Erve .... Hulst Grupping. . . . Schuurman. . . . Kisch EQssen .... PQper Koopman . Brandis. . . . Louwaard .... Michaëlis. . . . Beuming Nyland De Schepper. . . Frank Verdoner . . Katoen . . . Gorter . . . Groen To i <£> *>. 1393 1308 1300 1136 1123 1033 1295 1212 taal S m 1280 1253 128e 1130 1312 1161 969 1362 gemaakte CO <O Ol 1040 1321 1373 1034 1267 1009 1240 1102 M 1400 1198 1307 1221 '390 1204 1235 1220 punten oo 1085 1338 1385 1064 1203 1128 914 1291 5 tO ' 1138 1169 1200 1096 920 939 639 Gemiddelde over alle partijen 5 S 4v Ol to to E CT -J 00 4.774.624.50 6.797.59 5.406.93 4.064.373.56 4.345.124.67 4.83 3.80 4.?5.233.95 3.80 3.82| 1 fi4 4.86 4.88 3.58 5.16 4.85 5.33 5.60 6.95 4.41 4.88 4.89 3.80 5.52 7.82 4.07 5.46 4.20 3.80 5.58 tC tO 5.93 5.84 5.66 5. 4.29 4.13 3.08 Geplaatst tO *. 1 4 3 6 8 7 2 5 S Ol 6 1 2 4 5 8 3 i co en 5 1 2 7 4 6 3 8 _ .' _. tOj (O tO -a 1 5 4 3 2 8 6 7 00 tO 6 1 2 ; 7 4 5 8 3 3 2 _ 4 - 5 1 mmmiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiimuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii passeerden, en daardoor het verkeer vol komen stremden. Da's de kermis, oom!" riep Jan opeens. We waren bij het Vredenburg, en tegen over den ingang van de Jaarbeurs; een norsche portier liet ons met blijkbaren tegen zin voorbij. Is dat die meneer die ons geïnvlteerd heeft?" vroeg Jan. Maar reeds voerde ik hem langs een dubbele rij van kouten kamertjes, zijn schoentjes zogen telkens vast in de modder, en bij elk huisje keek hij nieuwsgierig naar binnen. Ik zie niks as schaafbanken, oom" klaagde hij. Stil jan, vermaande ik, Keulen en Aken zijn niet op n dag gebouwd", en hiermede nam het schaap genoegen. Hierop volgde een charmante ontvangst dooreenige bestuursleden, bij welke gelegen heid Jantje, als Ntêrland's jongste publicist, een kleine hulde in ontvangst had te nemen. Daar heb ik allemaal niets aan l" fluisterde hij me toe, als we nu maar gauw gingen wandelen l" Wij wandelden. Wij zagen lange rijen witte kraampjes. ?,»>, blauwe . bruine kortom velerlei en alle even lange rijen kraampjes doch bQna alle ledig, en gelegen langs een slik-elad wandelpad. Het kind werd knorrig, een meneer in z'n hemdsmouwen, die boven op een laddertje bezig was brandblusch-apparaten op te hangen, trok ieders aandacht, waarop de meneer luid en sarrend uitriep: verslaggaif eis!" Overigens waren slechts opschriften te noteeren. Eindelijk stroomde onze stoet een hoog steenen gebouw binnen; dit wekte bij Jantje een vreugdige associatie: Ha, riep hij, een aquarium . Helaas moest ik ook ditmaal den knaap teleurstellen ... daar waar hij bassins vol VRAOBNRUBR1ËK voor Algemeene Wetenswaardigheden Men gelieve de vragen voor deze rubriek In te zenden aan het Redactïebureau, met op den omslag het motto .Leekensplegel", en onder opgave van naam en adres (die als vertrouwelijk zullen wordep beschouwd.) J. D. te Z. Kunt u mij ook zeggen of de uitdrukking /s men over den hond, dan komt men ook over den stuart", verband houdt met de Hont of Wester-Schelde? In Harrebommée's Spreekwoordenboekvrordt bij de verklaring van dit spreekwoord inder daad gezegd: Wie de breede en hooggaande Hont of Westerscheide met zijn vaartuig over is, komt ook wel zonder gevaar over de smalle en stille Schelde zelve." Daarentegen zegt dr. Sfoett ia zijn Nederlandsche spreekwoorden en gezegden: De oorsprong dezer uitdrukking is tot nu toe onzeker. In het hoogduitsch luidt zij: kommt man ber den Hund (oder Fuchs) so kommt man auch ber den Schwanz." Juist door dit voorkomen in vele Duitsche dialecten is het onmogelijk bij hond te denken aan den Scheldearm van dien naam. Zeker moet men voor de verklaring niet te veel letten op den naam van het dier, daar men in het Grleksch zegt: iemand at een os op, maar bij den staart gaf hij 't op. De ezel komt hier, evenals de os, voor om het zware werk nog moeilijker voor te stellen. Aan eene dergelijke neiging OM te vergrooten heeft men vermoedelijk in ons spreekwoord 't woord hond te danken, waarmede in overeenstemming is de Rus sische zegswijze: den hond at hij op, maar in den staart stikte hij." J. S. te L. Waar bevindt zich de van Eedenkolonie? Hoe wordt zij bestuurd? De van Eeden-kolonie is gelegen op pl.m. 20 K.M. ten noorden van Wilmington, een zeestad gelegen aan een baai van den At lantische Oceaan, in de Vereenigde Staten van Amerika. Inlichtingen omtrent deze kolonie vindt ju in het boekje Van Eeden-kolonie in N. C*rolina U.S.A. Inlichtingen voor aspirant en kolonist, met een schrijven van dr. Fred. van Eeden. Amsterdam 1912. MET HET 000 OP DE GROOTE BELANG STELLING WORDT DE TENTOONSTELLING GERM DE JONG EN VAN UYTVANCK IN ONZE KUNSTZAAL VERLENGD TOT EN MET ZATERDAG :: 8 MAART :: DE BIJENKORF AMSTERDAM kleurige visschen verwachtte, waren slechts holle, ledige vitrines. Ik zie wér niks l" riep het kind veront waardigd, ik wil d'r uit l" zijn optreden verwekte eenig schandaal, zoodat ik mij haastte het gebouw en het gezelschap met hem te verlaten. Doch daarbuiten geschiedde iets zeer onaangenaams. Een energieke portier vroeg ons om onze entree-kaarten We hebben d'r geen, riep Jan, we zijn op visite, en we hebben niets anders gezien als modder en hout". Toen werden wij er, onder luid protest onzerzijds, uitgegooid. Jantje schreeuwde erbarmelijk, en botste juist tegen een meneer aan, die bulten een sigaar stond te rooken. Was u ook geïnvlteerd ?" vroeg het kind snikkend. De ander keek hem aan, en ant woordde grimmig: Ja... maar ik ben d'r uit mezelf uitgegaan... ik mocht daarbinnen niet rooken." En inderdaad, er was ook niets anders dan houten huisjes en brandblusch-toestellen. Als de Jaarbeurs echt open is wil ik er nog eens heen oom! verklaarde Jan, maar dit vond ik geen prettige visite!" Hij stampte de modder van z'n laarsjes, en bevoelde zijn arm, waarin die leelflke portier hem zoo geknepen had. MELIS STOKE

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl