Historisch Archief 1877-1940
8 Maart. '19. No. 2176
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Atbeid van de Gehuwde Vronw
Het vraagstuk van den arbeid der gehuwde
vrouw is in den laatsten tfld weer in zeer
urgentea vorm op den voorgrond getreden,
tengevolge van de plannen van den
tegenwoordigen Minister van Arbeid, den heer
Aalberse. Zooals te vreezen was bij het
optreden van een rechtsch Kabinet, komt
die arbeid wederom in het gedrang, en on
danks de groote veranderingen die het
economisch leren heeft ondergaan sedert
het ministerie-Heemskerk met zijn bedrei
ging van de vrijheid der gehuwde vrouw
om arbeid buitenshuis te verrichten, aan het
bewind was, bespeurt men bij de tegen
woordige regeering nog geen kentering in
de overheerschende meening ter rechterzijde
over dit belangrijke vraagstuk.
Men kent de kwestie: Minister Aalberse
heeft zQn voornemen te kennen gegeven om
aan de gehuwde vrouw het arbeiden in
fabrieken en werkplaatsen te verbieden.
Zeer zeker met goede bedoelingen, Z.Exc.
en velen met hem, hopen daardoor de moe
der te behouden in het gezin, voornamelijk
ter verzorging van de kinderen.
Wie zou er tegen zijn, indien een
arbeidsverbod zou maken dat iedere moeder met
jonge kinderen thuis zou kunnen blijven om
zich geheel en al aan de opvoeding van
baar kroost te wijden. Jammer genoeg staat
echter de zaak eenigszins anders; het ver
bod aan de gehuwde vrouw om in fabrieken
of werkplaatsen te arbeiden brengt haar
allerminst in het gezin terug maar zal veel
eer oorzaak zijn dat de toestand van dat
gezin slechter wordt.
Om tot deze erkenning te geraken heeft
men slechts de vraag te stellen: waarom
zoekt de gehuwde vrouw arbeid buitens
huis? Zeker niet omdat zij het zoo prettig
vindt, doch wel degelijk uit nooddruft. Wie
kent ze niet, de gevallen in eigen omgeving,
waar de gezinsmoeder slechts in uiteiste
noodzakelijkheid loonarbeid buitenshuis gaat
verrichten en thuis blijft zoodra de verdien
sten maar even voldoende zijn om hest
zonder haar loon te kunnen stellen.
Neen, de gehuwde Arbeidster gaat naar
de fabriek omdat haar loon niet kan gemist
worden in het gezin. In de meeste gevallen
kan dat loon niet gemist worden omdat
anders het spook der armoede zou binnen
treden, maar ook menigmaal werkt de vrouw
omdat zij kans ziet door haar verdiensten
wat meer welvaart in het gezin te brengen,
zoodat dientengevolge meer ten koste kan
worden gelegd aan de opvoedingder kinderen.
Wat zal er nu gebeuren als een wettelijk
verbod van arbeiden komt voor de gehuwde
vrouw? Zal zij dan rustig thuis blijven en
zich in de armoede schikkend NatuurlQk
niet; zij zal ander werk zoeken en wel op
een wijze die haar niet verboden is. Als de
goed ingerichte fabriek of werkplaats, waar
controle wordt gehouden door de arbeids
inspectie, voor haar gesloten is, gaat zfj op
andere---wijze trachten geld te verdienen.
En dan moet zij noodwendig komen tot
arbeid die niet onder de gunstige bepalingen
valt der arbeidswetgeving. ZQ zal tevreden
moeten zQn met langer werktijden en minder
loon, en in zeer vele gevallen zal het juist
de ontslagen fabrieksarbeidster zijn die door
den nood gedrongen, vervalt tot de zoo
verderfelijke huisindustrie.
Wie herinnert zich niet op de Tentoon
stelling De Vrouw 1813-1913" de hokjes
waar de garnalenpelsters de tabakstripsters,
de erwtenleesters, de mattenvlechtsters, de
naaisters voor het confectiebedrijf zwoeg
den? Voor een bagatel werken ze, dergelijke
sloofsters dag in dag uit, uren aan uren,
jakkerend om de enkele stuivers te halen die
toch oog slechts tot een schamel weekloon
voeren. Geen sprake hier van een Surigen
arbeidsdag, zelfs niet van een werkt g d van
12 uur l Vrouw en kinderen, alles moet
helpen om maar zoo veel mogelijk gereed
te krijgen van den afschuwelijken arbeid.
Evenmin is er kwestie van een behoorlijke
atmosfeer; slechts het ontbreken van alles
wat aan hygiënische toestanden doet denken
valt bQ de huisindustrie te constateeren.
Toch zullen bij het verbod van arbeid
aan de gehuwde vrouw honderden vrouwen
tot dergelijk ellendig werk gedreven wor
den, immers het gezin moet leven, de kin
deren moeten eten!
Of meent men dat de kinderen in een
gezin waar niet genoeg verdiend wordt door
den vader alleen, beter gevoed zullen wor
den, al is de moeder den geheelen dag
thuis, of beter verzorgd, al moet zij, thuis
LJJSTtRZANG
Sedert den winter van 1917 is het aantal
der zanglijsters, die hier overwinteren, be
langrijk verminderd. Voor dien tqd was
het volstrekt niet ongewoon, om in de
weilanden langs den duinkant, in januari
of in December zanglijsters bij het dozijn
bezig te zien tusschen het gras of in de
hagen. In de beide laatste winters echter
waren ze schaars en ik was al blij wanneer
ik er op een zoek van verscheidene uren er
eens n of twee te zien kreeg. Des te meer
moest het de aandacht trekken, dat de vorst
nauwelijks was geweken of overal schalde
het zanglijsterlied, eerst alleen 's morgens
en 's avonds, maar weldra ook den geheelen
dag. Over het algemeen hadden we weer
een zwakken dooi. De thermometer was
niet opeens op 10°C. gesprongen, zooals
dat anders wel gebeurt, maar toch hebben
we n dag gehad met echt Zuid-Atlantisch
weertje, zware wolken, die snel uit het
Zuidwesten kwamen opcetten gedreven door
een vroolijken wind met levendige cres
cendo's, heel anders dan het nijdig, stadig
geblaas van den Noordooster. Diezelfde
zuidelijke wind heeft délijsters hier gebracht
en dadelijk hebben die bezit genomen van
hun oude terrein, van hun zangboom van
blijvende, den ganschen dag jagen en
aioven om er nog wat bij te verdienen?
Zeker, het is geen ideaal dat de moeder
buitenshuis werkt voor een groot deel van
den dag; maar het is struisvogelpolitiek te
meenen dat men beter toestanden zou ver
krijgen door baar goed betaalden arbeid te
verbieden, waarbij men de zekerheid heeft
dat zij er in alle opzichten slechter werk
voor in de plaats zal moeten zoeken.
Ook het argument dat men den man zoo
veel loon moet geven dat de .vrouw er niet
bij behoeft te verdienen, gaat niet op. Want
.hoe moet hét dan als de man ziek is, of
als hij niet bekwaam genoeg of niet sterk
genoeg is om voldoende in de behoeften
van het gezin te voorzien ? Of ook en
dit is vooral geen zeldzaamheid wanneer
de man wel genoeg verdient, doch niet vol
doende huishoudgeld aan zijn vrouw ver
schaft ?
Hoe men de zaak ook beschouwt, nooit
zal men, door aan de gehuwde vrouw het
verrichten van arbeid buitenshuis te ver
bieden, kunnen bewerken dat zij al haar tijd
en krachten aan de verzorging van het gezin
kan besteden.
De voornaamste vraag zal altijd blijven
of de inkomsten van het gezin ook zonder
het loon van de vrouw voldoende zijn. Is
dit niet het geval, zoodat de moeder wel
moet meeverdienen, dan zal men door
allerlei sociale maatregelen dienen te zorgen
dat de kinderen zoo min mogelijk onder den
toestand lijden. Ia dit opzicht ligt nog een
groot arbeidsveld onontgonnen en het zal
in-de eerste plaats de taak der vrouwen
zijn om hier de handen aan het werk te
slaan en goede wetten in het leven te
roepen tot bescherming van het kind. Ons
vrouwelijk Kamerlid. Suze Groeneweg, heeft
zich bij de behandeling van de begrooting
voor Arbeid flink geweerd; miar zij kan
allén niet veel bereiken.
Zeer terecht heeft zij dan ook aan den
Minister verzocht met zijn regeling in zake
den vrouwenarbeid te wachten tot de vrou
wen het kiesrecht zullen hebben verkregen,
zoodat zij invlord zullen kunnen oefenen
op de samenstelling onzer vertegenwoordi
gende lichamen. Dit is juist gezien; want
het is toch niet meer van dezen tijd, waarin
men schermt met democratie en zelf
beschikklngsrecht, om beslissingen te nemen die
zósteik ingrijpen in de bestaans voor waai
den van duizenden vrouwen en in die der
betrokken gezinnen, buiten medewerking
der belanghebbenden?
Toen Minister Aalberse, sprekende over
het OTJemen van de dienstboden onder de
bepalingen van de Arbeidswet o.a. zelde
dat deze materie bulten de arbeidswet moet
blijven omdat het huiselijk leven hem te
heilig is, het f t hij zeker niet bedacht hoe
veel ruwer hij zou ingrijpen in het huise
lijk leven en in de vrijheid der individuen,
door eenvoudig te bepalen dat de vrouw
omdat zij getrouwd is niet meer den goed
b.-taalden, behoorlijk gecontroleerden en
wettelijk geregelden arbeid in fabrieken
en werkplaatsen mag verrichten, terwijl de
nood .haar zal dwingen dan naar werk te
grijpen dat fa alle opzichten slechter is
voor haar zelf en de haren.
Doch boven alles staat dit wel vast, dat
vooral thans, nu de invoering van het
vrouwenkiesrecht zónabij is, de regeering
verstandig zal doen een regeling van het
zoo gewichtige vraagstuk van den vrouwen
arbeid uit te stellen, totdat de vrouwen
daarbij zelf op meer doeltreffende wijze
zullen kunnen meespreken dan nu nog het
geval is.
F. S. VAN BALEN-KLAAR
De Vrouw op de Nederlandsche
Jaarbeurs
H
Als deze causerie verschijnt, behoort ze
alweer tot het verleden, de derde Neder
landsche Jaarbeurs. Maar terwijl ik dit schrijf,
is ze nog in vollen gang. De trams rijden
opgeladen door de stad, allerhande reclame's
worden de straten door rondgedragen, op
het Stationsplein brandt lederen avond de
reusachtige Philip's lamp van 50,000 kaarsen,
die behalve het plein alle omliggende straten
in een hel wit licht zet; de sterkste lamp
van de Wereld! Ook is het Philip's die
's avonds de Dom van uit een reflector
beurtelings rood en wit doet beschijnen en
werpt een van haar lampen vanuit het twee
verdiepingen hooge fornuis, de r.eclame van
de firma van Dillen, een zoeklicht over het
Vredenburg. In de straten wapperen de vlag
gen, de Jaarbeurs ter eer l
En toch is het in de stad, zoowel als op
de beursterreinen belangrijk minder druk
dan het vorige jaar. Waar het publiek zich
toen, vooral des middags in de paden tus
schen de monsterkamers verdrong, is het
aaniiiiiMinmiiiii
't vorig jaar. En nu zingen ze overal, zelfs
in het Vondelpark, in Artis en enkele
plantsoenen.
Iets eerder waren de merels begonnen,
of liever die zongen al vór het ging
vriezen vrij algemeen.
Wij kunnen tegenwoordig in ons land
vrij duidelijk twee of zelfs drie groepen van
merels onderscheiden: l o, de merels, die
zomer en winter hetzelfde gebied bewonen
en die dus echte standvogels zijn; 2o. de
merels, die hier komen overwinteren en
3o. de merels, die hier zomers broeden en
in den winter weg trekken. De stand merels
vindt men 't meest in de steden, de andere
buiten en nu zQn het vooral de stedelingen,
die wel den heele winter willen zingen.
Intusschen zijn nu de merels van de derde
r»briek ook teruggekomen en ze zin gen met
de zanglijsters om het hardst. Als derde
doet dan mee de groote lijster, ook onder
de naam van mistellijster bekend. Deze her
innert in algemeen uiterlijk wel aan den
zanglijster, vooral door de gevlekte onder
zijde, maar hQ is anderhalf maal zoo groot
en zijn volumuneus geluid schalt driemaal
zoo ver.
Bijzonder indrukwekkend is het hoe die
vogels 's morgens vroeg tegelijk beginnen
te zingen en ook hoe ze in den avond even
prompt plotseling eindigen. Het orkest staat
onder goede leiding, die nimmer faalt en
wel hoogstwaarschijnlijk het licht. De mor
genzang begint op een zeker stadium van
de morgenschemering, ongeveer een uur
voor zonsopgang, het avondlied eindigt
zoowat een uur na zonsondergang, vandaag
28 Februari gebeurde het "om kwart over
tal bezoekers thans belangrijk minder. Ook in
de verschillende restaurants is het wel, of
de geanimeerde stemming, van de tweede
jaarbeurs ontbreekt.
Dit kan, lijkt me, niet enkel het gevolg
zijn van de terreinsvergrooting met het
Lucasbolwerk en de Neude, want het publiek
van die terreinen verdeeld gedacht, over de
vier oude jaarbeursemplacementen, dan nog
zou die stroom van bezoekers van het vorige
jaar, er niet zijn.
Bij de deelnemers hooit men ook vele
klachten want niet alleen dat er minder
kijkers zijn, waarvan de oorzaak in de ver
hoogde prijzen van de dagkaarten kon liggen,
maar ook veel minder zakenmenschen be
zoeken de beurs, terwijl het aantal orders
belangrijk kleiner is dan het vorige jaar.
Er is geen kooplust", hoort men de
fabrikanten klagen, want algemeen wordt
er een sterke prijsdaling verwacht". Enkele
fabrikanten geven ronduit toe, dat deze ook
weldra zal komen, maar anderen houden
stQf en strak vol, dat, integendeel, de prijs
nog steeds steigende is. TM beweren, dat
in het buitenland schrikbarend JiQOge sommen
worden bedongen en dat me», w geen orders
voo<- den toekomst aanneemt.
Wie gelijk zal hebben ?
De toekomst zal het moeten leeren.
Trouwens, in ieder bedrijf is de stemming
verschillend. Zoo zfjn bijvoorbeeld, terwijl
ik bij de textielfabrikanten n groote jammer
klacht hoorde, de producenten van levens
middelen, behalve die welke surrogaten
vervaardigen, juist zeer tevreden, zijn ook
de speelgoedfabrikanten bijzonder content.
Zelfs de vertegenwoordigers van de
parfumeriefabrieken meenden, dat gezien de om
standigheden, de zaken voor hen naar wensch
gaan.
Ik ben er nu ingekomen. Ik heb hier
gekeken en daar en heb de voornaamste
dingen, die voor de Vrouw op deze Jaar
beurs interessant zijn bezichtigd.
Zoo komt de firma Jean Heybroek van
de Bilt uit met een vinding van den heer
Ofman. directeur van de Ambachtsschool
te Rotterdam. Een fornuis dat het voordeel
heeft maar Vs van de gewone brandstoffen
hoeveelheid te verstoken. Door alle wanden
van deze kachel zorgvuldig van de buiten
lucht te isoleeren en een inwendig
pijpensysteem aan te brengen, komt alle warmte
aan het inwendige van het fornuis ten goede
en wordt zij hierover gelijkmatig verdeeld.
De stookketel, waar alles, behalve hout in
gebruikt kan worden, bevindt zich onder
den oven en staat hiermee, als bij een ge
wone kachel, door een gat in verbinding.
Vanzelfsprekend geschiedt de geheele
spijsbereiding in de oven, omdat ook de
bovenplaat van de kachel geïsoleerd dus koud
is. Een klep onder de pQjïzorgt voor het
opstijgen der dampen, omdat het fornuis
geen uitwendige warmte geeft is het vooral
aan te bevelen in hulzen en inrichtingen
die centrale verwarming hebben, in kachels
van n twee en drie ovens heeft de firma
naar ik hoorde de fornuizen al uitgevoerd.
In iedete groote zijn ze, eptjt« te maken.
De kosten van een fornuis met n oven
bedragen naar ik hoor ?160. Om aan te
schaffen is deze kachel dus aanmerkelijk
duurder dan gewone fornuizen. Maar indien
hier werkelijk zooals de firma opgeeft maar
V, van de normale hoeveelheid brandstof!sn
verstookt wordt, dan is dit meerdere be
drag er gauw uitgehaald en zal het fornuis
een ideaal zijn, bij de tegenwoordige kolen*
schaarschte.
Bij de firma W. J. Stokvis uit Arnhem
zag ik iets anders dat ook voor de huls
vrouw van groot belang is: Wisa" waterkraan,
die door een verbeterde constructie 's winters
niet kan bevriezen en die niet lekt. Deze
kraan is daarbij door het minder kostbare
materiaal waarin zij is uitgevoerd
goedkooper dan de koperen waterkranen. In
arbeiderswoning complexen werd zij reeds
veelvuldig toegepast. Met een op twee wijzen
draaibare pianolamp meent deze firma het
bezwaar, dat een opzijstaande vleugellamp
altijd of op het blad, of op de muziek licht
gaf, te hebben ondervangen.
feBoldoot besproeit zijn bezoekers met zijn
nieuwste parfum Aroem Dalol",
Westerkamp toont de bontkraag die er van 't
voorjaar in zal komen het lampenkap"
model. Het chenille- en schad
wborduren, onzer grootmoeders vindt weer
algemeen ingang. De eenige kunstzijde
fabriek die wij hebben, die van de firma
Hirdes, uit 's Hertogenbosch, kan in prijs
en tint naar ik van haar afnemers hoorde,
al aardig met het buitenland
concurreeren. Vooral haar koordzij moet al
heel goed zijn,
EindelQk wil ik ik heb hier helaas
maar enkele inzendingen kunnen
memoreeren nog Bogtman, Brouwer, Van Rij en
ter Gast noemen, die naast elkaar op het
Janskerkhof exposeeren.Bogtmanuit Haarlem
zessen. Dan hoor je nog even wat roepen
en twisten op de rustplaats en daarna vol
maakte stilte. Alleen de roodborstjes
houden het soms wat langer vol en die
beginnen 's morgens ook eerder. Later in
het jaar komen er meer avondzangers
en nachtzangers bij, maar ook dan blijven
de lijsters van verschillende soort zich trouw
houden aan hun zangtijd: van n uur voor
zonsopgang tot n uur na zonsondergang.
Ze hebben ieder hun zangboom en houden
er niet van dat een andrr er bij komt zitten.
Merels zoowel als zanglijsters zijn eigenlijk
onverdraagzame, tyrannieke, zelfzuchtige
wezens. Ze liggen om een haverklap met
elkaar overhoop en zelfs ais ze gezamenlijk
De Zanglijster op zijn nest
Foto A. Burdet
is van 't jaar met zijn prachtig geschilderd
glaswerk in lood voor het eerst op de jaar
beurs vertegenwoordigd. Vooral expo
seert hij modern werk: een fragment
uit de Dierenriem in het
Scheepvaarthuis, een heerlijke spierige veerkrach
tige haan (die wellust van dat dier
om te kraaien!) en de teere plaatjes
van Jo Daemen. Van Rij en ter Gast brengt
een aantal prachtige schablonen op katoen,
die hij zich denkt, als vervangingsmiddel,
zoolang de buitenlandsche weefsels niet
aankomen.
Ten slotte Brouwer die zich in den laatsten
tijd bijzonderlijk op het tuinornament heeft
toegelegd en hiertoe exposeert met den
jongen tuinarchitect J. R. Koning uit de
Bilt. Met eenige maquetten van door hem
ontworpen tuinen leidt Koning hier bij
het publiek het streven van de moderne
tuinarchitecten in: de tuin gedacht als over
gang tusschen de natuur en de architectuur.
Heel veel, lijkt me toe, is er van een
dergelijke samenwerking tusschen de
jonge tuinarchitecten en de
plateelkunstenaren te verwachten.
Goed is het dat er op deze wijze eens
wat mér aandacht op de tuinaanleg wordt
gevestigd, die bQ den woningbouw er nog
maar al te vaak bij inschiet. Het hare draagt
hiertoe ook bfl de Vereenlglng van schooi
en werktuinen", die de liefde van het kind
voor de planten In de z.g. school- en
werktuintjes tracht aan te kweeken.
Brouwer maakt reeds prachtige sluitstuk
ken voor hekken en gazons. Mogen andere
kunstenaars zijn voorbeeld volgen.
Tuinaanleg met Brouwer's Tulnvaas
Hiermee moet ik dit korte overzicht van
d: derde Nederlandsche Jaarbeurs besluiten.
Dat ook de vierde in onze stad Utrecht
plaats mag hebben. En zoo mogelijk in het
eerste vaste beursgebouw.
JOH. IDENBURG
INGEZONDEN
In aansluiting op het berichtje, dat de
vorige week i tl dit b'ad verscheen, kan ik
vertellen, dat een vijftig tal vrouwen zich
vereenigd hebben onder den naam van
Algemeene Nederlandsche Vrouwenorganisatie",
welke ten doel heeft de belangen voor te
staan van alle nederlandsche vrouwen, on
verschillig van welke godsdienst of gezind
heid zQ zijn. Deze organisatie wil niet staan
tegenover andere vereenigingen van vrouwen,
doch hoopt daarmee samen te gaan, in dien
zin: zij verwacht en vertrouwt, dat ook de
vrouwen, die lid zijn van de vereeniging
van Vrouwenkiesrecht, de Bond van vrou
wenkiesrecht, de Neutrale, ook zf, die zich
hebben aan gesloten bQ eenige politieke partij,
niet zullen talmen om ook lid te worden
van de A. N. V. O.
Deze organisatie klein begonnen, hoopt
te groeien, en wel zoodanig, dat zij ten
slotte alle Nederlandsche vrouwen zal om
vatten. ZQ stelt zich voor, een candidaat te
stellen voor de tweede kamer, welke vór
alle part ij belangen, de belangen der vrouw
zal behartigen in den meesten, algemeenen
zin van het woord.
Het program van actie der A. N. V. O.
heeft zich op de laatste vergadering te
Amsterdam eenigszins gewijzigd. Het is zoo
beknopt en zoo univerzeel mogelijk
opgesteld.Het bestuur stelt zich voor, een brochure
te doen verschijnen, waarin dit program in
bizonderheden is toegelicht.
De punten zijn nu definitief vastgesteld
en luiden als volgt:
I. Vrouwenkiesrecht in de grondwet.
II. Herziening van het burgerlijk wetboek,
voornamelijk met het oog op de huwelijks
wetgeving.
III. Gelijke arbeid-vooiwaarden voor man
en vrouw.
IV. Moederschapszorg.
V. Verbetering van opvoeding en onderwijs.
VI. Verbetering van de volkshuisvesting.
Alle verdere punten zijn vervallen, omdat
zij niet direkt aan het vrouwenbelang raak
ten. Het punt: verbetering van de zorg voor
iliHiimmiiiimiiiutmiiiiiiiiHiiMiMmiiiiiiiu
in veld en bosch aan 't werk zijn is elk
omgeven door een kring van ongenaakbaar
heid. Er komt in den winter bij ons n
lijstersoort voor, die zich geheel anders ge
draagt. Dat Is de koper wiek, een vogel kleiner
dan den zanglijster, ook van onderen gevlekt,
maar op zij heeft hij een groote koperroode
vlek en boven het oog een duidelijke lichte
wenkbrauwstreep. Die vogels broeden hier
zelden of nooit, maar ze overwinteren hier
in groot aantal. Ze loopen in de weiden
rond in groote troepen, gezellig, net als
spreeuwen en nu het lente wordt gaan ze
graag in de boomen zitten, honderden bij
elkaar, en zingen dan halfluid een liefelijk
lied, dat door de talrijkheid der zangers
soms zeer ver hoorbaar is en dan een
allerbekoorlQksten indruk maakt, een van de meest
bewonderenswaardige lentegelulden. Onge
veer midden April verdwijnen ze, tegelijk met
de bonte kraaien.
Het lied van den zanglijster vertoont een
zeer groote verscheidenheid.
Dikwijls is het geluid vol en goed
gearticuleerd zoodat men woorden kan
meenen te hooren zooals: Pietje, Pietje;
Frederick, Frederick; klss me qulck, kiss me
quick; That's neat, that's eat. Wie pas op
die dingen begint te letten, zal hieraan zijn
zanglijster het makkelijkst herkennen. Maar
sta nu eens een poosje stil bij zoo'n vogel,
dan zult ge u verbazen over de veelheid
van geluld en de verscheidenheid van kracht
en timbre soms klinkt het als een klok, een
andermaal maakt hij vlugge en dunne ge
luidjes, hoog, tot aan de grenzen van het
hoorbare, priemfijn. En dan gaat hij aan het
nabootsen: meezengeroep, gefluit van den
De Dorpsrnuzikante
Teekening voor de Amsterdammer"
van Bidati Ehrhardt
Hier trek ik met mijn speellu'g voort,
Gij kent mq wel, Is 't niet?
Gij allen hebt mijn stem gehoord,
En gaande zing ik 't lied:
Ik heb u Hef
het jonge kind, is bij moederschapszorg
ondergebracht.
Als voorloopig bestuur zijn gekozen:
Mej. Mlnnema (die de vergadering leidde,
en die door de aanwezigen bij acclamatie
tot presidente werd benoemd), Mej. Thleme,
Mevr. Smorenberg, Mevr. Goudsmit, freule
Boddaert, Dr. van Tusschenbroek, Mej.
Gunning, Mej. Broekman, Mevr. Willinck,
Mej. v. Kooten, Mevr. v. d. Mandele. Het
bestuur zal de functiën onderling verdeelen,
concept-statuten zullen worden ontworpen,
welke door de leden moeten worden goed
gekeurd, waarna een definitief bestuur
wordt gekozen.
Alle aanwezigen slolen zich dadelijk als
lid bij de organisatie aan, en allen offerden,
gaven voor de kas ter bestrijding der eerste
onkosten.
De vergadering begon 21/* uur en ein
digde ruim half vijf, en zelden heb ik een
samenkomst van vrouwen bijgewoond, waar
de geest zoo altruïstisch was, waar wel
willendheid ieders gedachte leidde, waar
niemands haan koning kraaide, waar
eeren heerschzucht vreemd waren, waar nie
mand stokpaardjes bereed, en ied'r zijn
meening gaarne prijsgaf voor een betere.
Weldra zullen de bladen omtrent deze
organisatie meerdere bizonderheden open
baar maken. Ik gaf alleen een klein over
zicht, maar zeker hoop ik, dat alle vrouwen,
die dit lezen, zich terstond bQ de A. N.
V. O. zullen aansluiten, opdat zij worde
een groote kracht ten behoeve van de be
langen der vrouw in het parlement. Juist
omdat deze organisatie zich geen partij
stelt voor of tegen een zekere richting, heeft
ze kans vrouwen in haar midden te krijgen
die niet verpolitiekt zijn, die een ruime en
frissche kijk op de dingen hebben, die niet
in de eerste plaats in het parlement zijn
om de partij, maar in de allereerste plaats
om de Nederlandsche vrouw te dienen en
alles te doen wat redelijkerwijs in haar
vermogen is, om de Nederlandsche vrouw
de plaats te doen innemen, die haar toekomt.
Men geve zich op bQ de presidente Mej.
Minnema te Bergen (M.-H.) of bQ
ondeigeteekende.
Voorburg EG B. C. v. D. MANDELE
PARFUM IA ROSB
DE CMRMBM
iiiiiinimiiii IIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIII iiiiiiin IIHIIIIIIIIIIIIII
boomklever en het velerlei gejodel van den
steltloopers. De een doet het beter dan de
andere; Woensdagmiddag hoorde ik er een
in het Vondelpark, achterin bQ het
Moordenaarslaantje aan den opgang naar het
Bergje, dat was voor een parklijster al een
heel knappe zanger. Het is te hopen, dat hQ
er blijft, 't was een waar genot naar hem
te luisteren.
Intusschen worden in het Vondelpark de
zanglijsters niet sterk aangemoedigd. ZQ
maken hun nest in Maart heel graag in
coniferen omdat ze daar beschutting vinden.
Later in het jaar nemen zQ ook wel loofhout.
Nu is het in het Vondelpark met de coni
feren echter al heel treurig gesteld. Sparren
en dennen zQn er natuurlijk, niet te ver
wachten, maar van taxus en thuja, cypres
en cryptomerla zou nog heel wat moois te
maken zijn en als die vooral op de eilandjes
werden geplant buiten bereik van die arme
drommels van Amsterdamsche kinderen, die
zoo weinig vertier hebben, dan kon het park
nog wel een vogelbevolking krijgen, om
liefhebberij in te hebben. BQ ons buiten
gaat dat allemaal veel beter, daar nestelen
die lijsters zelfs in kleine tuintjes. Het bou
wen begint meestal half Maart, op het eind
van de maand liggen in het kunstige nest
reeds de prachtige blauwe eieren met weinig
donkere vlekjes versierd. Half April kunnen
er al jongen zijn en dan verflauwt de lijster-*
zang merkbaar, om in Mei weer opnieuw
te beginnen. Maar dan zijn er zooveel andere
zangers, die den aandacht vergen, dat ze
toch niet meer naar waarde gsschat worden.
Maait is hun beste tqd.
J A C. P. T H IJ S S E