De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 15 maart pagina 3

15 maart 1919 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

15 Maart. '19. No. 2177 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VUUR NEDERLAND Restaurantje en DEN HAAG TOURNOOIVELD PLATS DU JOUR van 12.30 tot 2 uur en van 7 uur tot'8.30] Aanvoer van COGNAC MARTELL wordt spoedig verwacht door de Agenten Koopmans & Bruinier Wijnhandelaren te Amsterdam AAG ROTTERDAM AMSTERDAM __ --illllllMIIIIIIINIIIIIIMnilllllllllllllllllMIIMIMHIIMIMIIllllllllllinilllllllMIIIIHIIMMIHIIMIIIIIIIMIIIIIIIIIMIHIIIIIMIIIIIIIII- == ! STARK'S OXYDOL" H = (CHLORAS KALICUS TANDPASTA) E|j i Naam). Venn. STARK & Co. Chemische Fabriek ,,'s-HAGE", 's-Gravenhage = g =*4ii»nMMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiniiMiiiiiiiiiiiiiiMi!iiiMiiiiniiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiMiiiiiiiiiniiniiiiiinHiii= = HAVAMA GAAR Amsterdam. N. V. ALG. NED. ELECTR. MIJ. V/H GROENEVELD, RUEMPOL & Co. P. H. KADE 68 - Tel. N. 4826, 4827, 7004. Electromotoren. Generatoren. Scha keilessenaars. Hoogspanningsinrichtipgen. Schakelkasten. Electr. Sirenes. ELECTRICITEIT OP ELK GEBIED. HEERENKLEEDING H. J. LOOK, Utrecht MEEREN MODE-ARTIKELEN - HEERENSTKAAT 12, GRONINGEN TELEFOON 1083 JOS. JACQUES WIJNHANDEL - BREDA Speciaal adres voor GOEDKOOPE CHAMPAGNE Ingericht voor Wederverkoopers PEÏUJNÖH r Tj-i_i-i_r-i_n_n-n-r-u-i_r-i_n Het Feuilleton staat op pag. 8 DEMOCRATIE EN HARE TOE PASSING OP DE INLANDSCHE MAATSCHAPPIJ IN NEDERL.INDI door C. LEKKERKERKER Oud-Inspecteur van het Inlandsch Onderwijs II GRONDFOUT DER JAVAANSCHEMAATSCHAPPIJ In ons vorige artikel zagen wij hoe In het Hindoesche tijdvak de grondslag werd ge legd der huidige in wezen nog feudale Javaansche maatschappij. De invoering van den Islam in de 15e en 16e eeuw bracht daarin geen verandering. De Mohammedaansche vorsten zetten het oude stelsel voort en trachtten de legitieme lijn der Hindoesche vorstenmacht voort te zetten. Het kastewezen zette zich voort in den vorm van den Javaanschen adel tegenover den kleinen man". Een zeer diepe kloof, een enorme maatschappelijke afstand bleef be staan tusschen adel en volk. De goedmoedig heid en gedweeheid van het Javaansche volkskarakter nam het karakter van slaafschheid aan, zich uitend in een ingewikkeld stelsel van overdreven eerbiedsbetuigingen, in het ontstaan van een eerbiedige taal, parallel loopend metlde gewone volkstaal, met alle schakeeringen daarvan, in het ge bruik van andere woorden voor alles wat de eigendommen, lichaamsdeelen en gevoe lens van aanzienlijken betrof, in een ge duldig en protestloos dragen van onder drukking door aanzienlijken enz. Al deze dingen bestaan tot heden toe. De Compagnie bracht in deze maatschap pelijke inrichting geene verandering en kende die ternauwernood. Zij was tevreden met de ontvangst der leveringen van vorsten en regenten en vroeg niet hoe die verkregen werden. Alleen in de omstreken van Batavia was door oorlogen de vorstelijke macht voor de hare geweken. Op kleiner schaal was dit ook rondom hare andere vestigingen het geval. Op die door oorlog en langs andere wegen verworven gronden gedroegen de Compagnie en later ook de Staat en het Engelschetusschenbestuurzichalssouvereingrondbezitter. Zeer groote stukken gronds met de daaraan verbonden rechten op de bevolking werden weggeschonken of ver kocht aan particulieren van allerlei landaard. Vooral de patriot en democraat (d. w. z. democraat in het Moederland) Daendels en tijdens het Engelsche tusschenbestuur de groote Raffles beoefenden dezen landverkoop op groote schaal. Het is wederom aan de democratische inzichten van ons tegen woordige koloniale Bestuur te danken, dat aan den Middeleeuwschen rechtstoestand, waarin deze particuliere landerijen" verToonkamers van den Kunstpoltenbakkif C. J. LANOOY Papestraat24 - 's-GRAVENHAGE Permanente Tentoonstelling keeren, geleidelijk een einde wordt gemaakt door deze landerijen terug te koopen en weder tot Staatsdomein te maken. Het is te hopen, dat Indië moge blijven bloeien, opdat de Staat des te sneller in deze richting kunne voortgaan. Geld is daarvoor noodig, veel geld, en het allereerst voor democratische hervormingen in dezen trant, die het welzijn beoogen van de overgroote meerderheid en van de armsten onder de armen. De pseudo-Hindoesche theorie, dat de vorst eigenaar is van alle gronden, ook de bebouwde, werd het eerst geponeerd door den Engelschen landvoogd Raffl's. Bij de invoering van zijn landrent" in 1812 rede neerde hij aldus: De vorsten waren eigenaars van alle gronden. Het Gouvernement is in de rechten getreden van de vorsten en heeft dus ook recht op de traditioneele heffing van '/s der opbrengst van de gronden. Voor de heffing in natura stelt het een bedrag in geld, de landhuur, in de plaats. De dorpshoofden zullen als vertegenwoordigers van het Gouvernement een collecte-loon ontvangen (8 pCt. van het bedrag) voor het innen der landrente. Deze landrente bestaat nog en is de voornaamste der directe be lastingen. Zij heeft niet meer het karakter van een huursom van domeinland, maar van eene grondbelasting. Zonder twijfel heeft deze belasting, die, zooals wij dadelijk zullen zien, op de zwakste schouders rust, in positieven zin eene vermindering onder gaan, vergeleken bij den tijd der vorsten, maar zij is ook in betrek kei ij ken zin een veel kleiner deel gaan vormen van de inkomsten van den Staat. De landrente op Java wordt voor 1919 op /20Vs millioen geschat, dat is '/" van alle belastingen, tezame»en ','>- van alle zuivere landsinkomsten. De aanslag geschiedt als regel nog désa's-gewrjs; in de desa moet dan worden uitgemaakt hoeveel elke dorpe ling heeft bfl te dragen naar verhouding van zijn sawahgebruik. Aan uitbreiding van het stelsel van hoofdelijken aanslag, waar aan echter zeer omvangrijke opnemingen, metingen en oogsttaxatie's moeten vooraf gaan, wordt steeds gewerkt. Bovengenoemde theorie van den Staat grondeigenaar strekte ook ten grondslag aan het dwang-Cultuurstelsel, in 1830 door den Gouv. Generaal Van den Bosch ingevoerd, hoofdzakelijk met het oog op Nederlandsche belangen. Daar dit stelsel evenwel, na zich zelven overleefd te hebben en grootendeels zijn natuurlijken dood te zijn gestorven, thans geheel is verdwenen, behoeft er hier niet meer van te worden gezegd dan dat het voor het heden althans dit voordeel heeft, dat een aantal dorpen nu in het bezit zijn gekomen van koffietuinen, die zij zonder dit stelsel waarschijnlijk niet zouden hebben gehad. Wij moeten nu terugkeeren tot den kleinen landbouwer (tani), den deelhebber in de dorpsbouwgronden (gogol), als zoodanig landrente- en heererdienstplichtige (koeli kentjeng), en aantoonen, dat in de eerste plaats de geringheid van zijn bedrijf, de te ver gaande versnippering van het grondbezit helgrootste struikelblok is voor eene gezonde vooruitgang der Javaansche maatschappij. Java is landbouwend bij uitnemendheid; de Javaan is de echte plattelander. Het kleine getal stads-Javanen, dat de meeste Europe anen voor den Javaan", den Inlander'1 aanzien, zijn heel andere wezens dan de tanl. In de agglomeratie's van Inl. gemeenten zonder bouwgronden, die wij steden" zouden kunnen noemen, zal pi.m. 2K pCt. der bevolking van Java te vinden zijn. Van Java's bevolking bestaat 80 pCt. uitsluitend van den landbouw; van de overigen oefent een deel den landbouw als nevenbedrQf uit. De plattelandsvolkshuishouding is zeer een vormig naar het schablone van ds oude instellingen ingericht, zeer weinig geleed en gevarieerd. Java is 13 millioen H.A. groot; daarvan ligt ruim 6 millioen H. A. woest. Van de bijna 7 millioen H.A. bebouwde gronden bestaat 2Vs millioen H.A. uit bevloeibare sawah's; het overige zijn weinig produceerende droge bouwgronden, gemeene weiden, erven, koffie- en klappertuinen enz. Het aantal landbouwbedrijf j es bedraagt zeker 6 millioen ; iemand, die door zijn vroegeren werkkring hiervan het best op de hoogte kan zijn, meende dit getal zelfs op 7Vg millioen te mogen stellen. Daaruit volgt, dat de .boerderijen" op gem. 0,3 a 0,4 H.A. sawah zijn te stellen. Daar komt dikwijls nog een lapje droge bouwgrond bij, en altijd een erf, dat iets opbrengt; verder het recht om het trekdier, rund of karbouw (zoo de tani die bezit) op de gemeene weide te doen grazen. De standaard van n manskracht sawah per gezin wordt al sinds lang niet meer bereikt, is gereduceerd tot % a % bahoe. Huis, inboedel en gereedschappen van den gemiddelden tani vertegenwoordigen eene geldswaarde van ? 30 tot ? 100. Een land bouwer die, zijn vee meegerekend, voor eene waarde van ? 300 het zijne kan noemen is rijk", eene uitzondering in de economisch sterk eenvormige gemiddelde desa* In de zwaar bevolkte deelen van midden-Java haalt als regel elk boerderijtje lang niet meer 1A bahoe, men vindt er daar vele van V", van Y*. bahoe. Wat brengt zoo'n boerderijtje per jaar aan geldswaarde op ? De opbrengst aan padl (ongedorschte rijst) varieert per bahoe sawah van 15 tot 100 pikoel (= nmansvracht, vastgesteld op 61 % K.G.) en bedraagt gem. 25 pikoel. Dat levert na stampen en wannen 12/ïpikoel beras (rijst klaar om te worden gaareiestoomd). Per gemiddeld bedrijf dus 6 a 9 pikoel beras of 360 a 550 K.G. Paarden en wagens om zijn oogst in de schuren te brengen heeft de boer niet noodig; aan een stok over den schouder pikoelt" hij alles binnen. Bij den rijstoogst komt nog wat opbrengst van de snel groeiende, weinig water behoevende .tweede gewassen" in 't droge seizoen, soms van een kleineren tweeden rijstoogst in hetzelfde landbouwjaar (n.l. daar waar over zeer veel irrigatie water te beschikken valt), van wat vruchten van 't erf of een gefokt huisdier. Indertijd schatte Mr. Van Deventer het gemiddelde jaarinkomen van den lavaanschen landman op J 80. Laat het nu iets hooger zijn, omdat de rijst duurder is dan vroeger en de teelt van meer opbrengende handelsgewassen door Inlanders wat zal zijn toegenomen, dan zullen wij nog wel niet op ? 100 komen. Bij de toepassing van eenige nieuwe be ginselen van belastingheffing voor dit jaar wordt het minlmum-inkomen, waarbij de heffing van directe belasting voor den In lander begint, op ? 90 's jaars gesteld. Dit getal zal wel gekozen zijn met het oog op het gemiddelde landbouwersinkomen, want de landrente blijft bestaan en men kan voor den niet-landbouwer geen hooger of lager begin van belastingplichtigheid aannemen dan voor den tani. Produceert de Javaansche landbouwer evenals de Europeesche levensmiddelen voorde gemeenschap? Neen. Ternauwernood voor zijn eigen gezin. Men rekent op Java 100 KG. rrjstgebruik per hoofd en per jaar. Dat is al hél sobertjes, waar rijst zoozeer het hoofdvoedsel is! In het rijke cultuur gebied van Deli eet elke werkman per jaar 200 K.G. rijst. Stel het Javaansche gezin gemiddeld op 6 eters (dat Is laag gerekend voor Java) dan verbruikt het 600 K.G. beras of 10 pikoel per jaar. Boven zagen we, dat het gemiddelde van den hoofdoogst 360 a 550K.G. bedraagt. M. a. w.: Bepaalde voedselaood moge tegenwoordig op Java al zelden heersenen, de landbouwer leeft, zelfs door zijn geheele eigen productie zelf te ver bruiken, voortdurendopdenrand van voedselgebrek. Als gevolg van den oorlog en van plaatselijke misoogsten door droogte dreigt op dit oogenblik zelfs voedselnood. En voor deze magere productie van ternauwernood genoeg voor het eigen ge zin" zijn man, vrouw en kinderen voort durend in de weer! De rijstzaailingen worden op kweekbedden uitgelegd en dan halm voor halm gepoot. Later halm voor halm gesneden. De bewaking tegen vogels van het kleine veldje kost evenveel tijd als van een groot veld. Bij meer economische manier van be werking kon n gezin veel meer grond bewerken en voedsel produceeren. Maar waartoe andere methoden toegepast, waar de landman aan zijn kleine stukje bouw grond zoo vast zit als aan een muur ? Tijd is voor hem geen geld. Hoeveel zou zoo'n werker, per uur uitgerekend, verdienen ? Waarom betere werktuigen, meer ploegvee te koopen? Hij heeft er geen geld en geen emplooi voor. Het Gouvernement heeft op Java eenige landbouw- en ambachtsscholen opgericht met het doel den landbouw en het ambachtswezen in de desa vooruit te brengen. Mislukt zijn deze scholen niet integendeel. Maar voor den eigenlijken kleinen landbouwer de millioenen! en voor het ambacht in de desa hebben zij niets uitgewerkt. Op de bovengeschetste miniatuur-bedrijfjes de resultaten van be mestingsleer, zaadselectie, landbouwweten schap toepassen ? Och kom. Een bekwaam ambachtsman zou zich in de desa vestigen? Hij zou er met zijn ambacht allén geen bordje rijst per dag verdienen. Er is in de desa geen geld; er is nooit geld. Ik maak mij sterk, dat men niet op elk gegeven oogenblik een som van/100 in contanten in de heele desa bij elkaar zou kunnen zamelen. De leerlingen dier landbouw- en ambachtsscholen vinden grif plaatsing en een goed loon, maar bij den grooten landbouw, bij spoor en tram, op fabrieken e.d. g. Zulke scholen zijn heel nuttig; niet voor de desa direct, maar omdat deze haar kinderen moet spuien op groote schaal naar andere en betere gelegenheden om den kost te verdienen l Wij hebben alzoo op Java den fatalen toestand: dat een door en door agrarisch land maar V^ der landskinderen kan voeden uit eigen voedingsmiddelen; dat er voor een flinken ambachtsstand geen plaats is; dat er geen kapitaalvoirmig bij den Inlander kan plaats hebben; dat door een en ander economisch inzicht en overleg zich niet bij het Vv^lk kunnen ontwikkelen; dat zeeën van arbeidskracht en -tijd worden verspild of ongebruikt blijven; dat de maatschappij zeer kwetsbaar is: de bezitlooze bevolking is gedwongen vrij passief te blijven tegenover oorzaken van rampen en ziekten; dat de eigenschappen van vlijt en intel ligentie, die het Javaansche volk onge twijfeld H. STINIS Haarlem - Kruisweg 23 TELEFOON 15O6 EXPORT IN TABAKSARTIKELEN NAAR DE GEALLIEERDE STATEN oniVAncen «n zenwnc WITTC Zl B IJ VA5CHBAAR Vrry B R C C D n. PER MTR STAAL FRAnCO AMSTCRDAM s Piano's, Vleugels en Kunstspelpiano'süoortiuür in eigendom verkrijgbaar, mits in drie jaar afbetaald. Brieven No. 1431, Bureau van dit Blad, bezit, geen voldoend arbeidsveld vinden; dat die bezitlooze maatschappij niet be hoorlijk kan worden geoutilleerd met hoofd"werkers als onderwijzers, geneeskundigen, bezoldigde bestuurders enz.; dat de intellectueele ontplooiing van het volk wordt belemmerd. Men beweert dat de Javaan lui is. Dat is een leugen. Dat h i] niet kan sparen en dat nog geen Javaan getoond heeft aan't hoofd van een groot bedrijf te kunnen staan. Dat hij daarvoor het karakter, de blijvende toewijding, de zakenflair mist. Dat is waarheid. Maar hoe zou hij ia eene maat schappij als boven in de hoofdlijnen geschetst, die eigenschappen hebben kunnen aanleeren? Het onderwijs, gepaard aan de aangeboren beschaving en intelligentie van het volk, kan in dezen iets doen, misschien veel doen. Maaralleen een in zijn grondslagen gewijzigde maatschappij kan hem opvoeden tot bedrijfs leider. Alzoo brengt eene gezonde democratie mee het vraagstuk van de herschepping der Javaansche maatschappij goed onder de oogen te zien. Ook in economisch en socio logisch opzicht moet voogd-Moederland pupil-Indië zoo ver zien te brengen, dat hij hem eenmaal op eigen beenen kan laten gaan. Eri alweer kan worden gezegd, dat de Indische Regeering dit begint in te zien. Zij heeft onderzoek laten doen hoe in Japan wel de omvorming van een feudale tot eene moderne maatschappij bezig is zich te vol trekken. Dit rijk toont op verschillende punten analogieën met Indië. Er is ingesteld een Commissie tot ontwikkeling der fabrieks nijverheid", naast eene Commissie tot her ziening van de grondslagen der Staats inrichting van Ned.-Indië", uit vertegen woordigers der verschillende partijen bestaande. Uitgebreide onderzoekingen van den bouw der Javaansche maatschappij hebben van Regeeringswege plaats gehad, zij het met een resultaat, dat niet evenredig is aan den breeden opzet. En laten wrj hier vooral niet vergeten wat particulieren zonder ophef op dit punt deden. In Indië werkt de Vereeniging voor studie van koloniaal-maatschappelijke vraagstuk ken", die in haar belangrijk orgaan Koloniale Studiën" de resultaten van veel belangrijk denkwerk geeft. In de helaas! hier te lande zoo weinig geraadpleegde Indische tijd schriften komen telkens belangrijke econo mische onderwerpen in bespreking. Op de Utrechtsche Jaarbeurs is zoowel van de zijde der aan dergelijke onderwerpen gewijde 4de afdeeling van het Departement van Koloniën als van het Koloniaal Instituut gelegenheid gegeven om voorlichting te erlangen op het gebied van Kolonialen landbouwen nijverheid. Hetzelfde Koloniaal Instituut heeft bij zyn voorlichtingsdienst voor Ned.-Indië iemand aangesteld voor het bestudeeren van vragen op het gebied van bevordering van de fabrieksnijverheid aldaar. Een groep vermogende Nederlanders uit kolonialekringen" schonk 2 millloen voor de oprichting eener Hoogere Technische School in Indië, waar van Prof. Klopper uit Delft eerlang als directeur zal optreden. Zie, hoeveel politiseerende Nederlanders weten al deze dingen? Het is een aantrekkelijk onderwerp om er meer over te schrijven, doch de bedoeling van deze artikelen is slechts om aan te dulden, dat en hoe er aan de politieke en economische manbaarmaking van Indië wordt gewerkt. Er zijn lichte randen aan de donkere schildering van Java's maatschappelijken bouw, die ik voor den lezer moest ophangen. Java is vruchtbaar. Klimaat, bodem en be volking laten toe, dat er veel kostbaarder producten dan rijst kunnen worden geteeld, (Vervolg op pag. 6)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl