Historisch Archief 1877-1940
29 Maart. '19. No. 2179
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Fransche Opera
Louis-Deru is hier Bohème" komen geven,
en het was een succes. Een succes, in
weerwil van verschillende tekortkomingen,
waaronder zeer ernstige.
Het werk is zólevend en staat zóin
den glans der muziek, dat het niet zoo gauw
door opvoeringsfouten zal worden gedeerd.
Puccini is bij de schepping ervan
het veristlsch genre trouw gebleven, maar
hij heeft het opgevoerd tot een hoogen trap
van veredeling, en wel door middel van een
schat van lyriek. En deze bloeiende lyriek
behoudt haar macht over ons, ook al wordt
haar uiting minder zuiver.
Dat bij deze opvoering het lyrisch element
niet in volle schoonheid tot ons kwam,
daarvan moet ik de schuld geven aan orkest
en dirigent. Ik miste de yereischte fraaie
timbres, vooral in de groep der houtblazers.
Ook de stemming Het doorgaans te wenschen
over; vooral trokken harptonen van een
ergerlijke valschheld de aandacht. Den strij
kers ontbrak glans en souplesse, en ver
schillende soli klonken aarzelend.
Henri Zeldenrust lijkt mij niet de man
om tegen een dergelijke slordigheid en
verregaande onverschilligheid op te komen.
Een zekere onverschilligheid is hem zélf
eigen. De plzzicati waggelen, het deert
hem niet. Er vertoonen zich leegten in een
legato, het is hem geen aanleiding om
bQ een volgende gelegenheid zijn maatre
gelen te nemen. Er is een mezzo-fort e, dat
een pianissimo verbeelden moet, van
teleurstelling bij den dirigent geen spoort
Hij bedient zich van een zonderlingen,
sllngerenden maatslag, waarin alle fijnere
verzorging der rhythmiek zoek is. Wél
kent hij het werk, wél toont hij een zekere
routine te bezitten, die hem vermoedelijk
een jarenlang repeteeren met solisten en
opera-koren heeft bijgebracht. Ook weet
hij zich hier en daar tot een zeker brio op
te werken, maar het blijft alles oppervlakkig,
en het komt alles bg vlagen, met rukken;
het lijnenspel in de partitie, de ordonnantie
der tinten, de verdieping der harmonische
werking, dit alles ontgaat hem te eenen
male. Kortom, welke ook zijn verdiensten
als musicus en speciaal als opera-vakman
mogen zijn, dirigent is hij niet, en vooral
geen orkest-dirigent.
Op het tooneel ging het aanmerkelijk betf r.
Er werd daar allereerst veel goeds te zien
gegeven. Waarmee echter geen compliment
bedoeld wordt aan den decorateur: in het
derde bedrijf was het schermenwerk wel
zér primitief, en het was koddig, daar n
der besneeuwde boomstammen onder Mimi's
nerveusen greep heel gemoedelijk te zien
omkrullen; en ook de aankleeding van het
typische hoekje in het Quartier Latin (2e
acte) was niet bepaald af. Neen, mijn waar
deering gaat uit naar het spel, in de eerste
plaats dat der hoofdpersonen, ik zou zeggen
zonder eenige uitzondering. Hier was Inder
daad de grillige wisseling van dartele
lich'zlnnigheld en diepen levensernst, die het
stuk tot thema strekt. En tot ren zuivere
ontroering kwam het in het laatste bedrijf,
waar de komische zwier van de danspatlij
SCHOOLWERKTUINEN
In het tfldperk, dat vlak achter ons ligt,
heeftdeMenschheid veel kunnen leeren.De zor
gen des levens hebben in schier ieder opzicht
met volle zwaarte op ons gedrukt. Hieronder
speelde de zorg voor het levensonderhoud
wel de voornaamste rol. De stedelijke be
volking heeft hieronder het meest te lijden
gehad, omdat deze het minst in staat was
tot zelf-verzorging.
Uit het binnen- en buitenland kwamen de
levens-voorraden steeds in voldoende mate,
waar zij noodig waren. Het kwam a. h w.
bij niemand op, dat het daarmede wel eens
spaak zou kunnen loopen. Slager, bakker,
melk- en groenteboer verschenen geregeld
op het appèl met een keur van levensbe
hoeften tegen lage prijzen. Men kocht, be
taalde en verbruikte met automatische regel
maat. Dit leven zonder zorgen had tot gevolg,
dat de aandacht voor de bronnen van
voortbrenging in ons eigenlandveiflauwde.
Het speculatief element speelde zeifs een
zoo overwegende rol, dat het meer winst
gevend werd geacht, het Hollandsche kapi
taal ter beschikking te stellen voor onder
nemingen in den vreemde.
Vooral wat betreft onze eigen
bodemcultuur loffelijke uitzonderingen daar
gelaten liet de belangstelling en mede
werking tot verbetering daarvan bij de
stedelijke bevolking zeer veel te wenschen.
Scheepvaart, nijverheid en handel verheugden
zich in de grootste belangstelling.
Landbouw, veeteelt en tuinbouw e. a.
takken van bodemcultuur waren ternauwer
nood in tel. Als de bodemcultuur op een
hooge trap van ontwikkeling staat, Is dit
voornamelijk te dankemaan de toewijding,
volharding en liefde tot dit beroep b IJ de
landelijke bevolking. Daar het onloochen
baar is, dat de welvaart der steden nauw
verband houdt met die van het platteland,
moet het wel verwondering baren, dat er
zooveel ontbreekt aan de samenwerking en
verstandhouding van beide groepen.
De oorlog heeft ons den onaf wijsbaren plicht
opgelegd, alle middelen aan te wenden die
een gezonde samenwerking tusschen stad
en land bevorderen.
Immers het is gebleken, dat de rust en
veiligheid van een volk geheel en al kunnen
afhangen van het voortbrengend vermogen
zijner eigen bronnen. Het levensbelang van
ons volk vergt daarom van iedereen er toe
mede te werken, dat niets wordt nagelaten
om die voortbrenging te bevorderen.
Vór den oorlog breidde het aantal
volkstuinen zich weinig uit. Gedurende den
wereldbrand wijdde de overheid in schier
alle landen aandacht aan dit vraagstuk, ook
in ons land. En zoo kwamen tienduizenden
stukjes van de gulle Moeder Aarde in ge
bruik voor het telen van groenten, aard
appelen en boonen vooral, gewassen van
directe waarde voor de voeding. Daarop
werden met middelen, die op zichzelf
onbruikbaar zijn, producten van waarde
geteeld. ZQ zijn onder het onmiddellijk be
reik van den voortbrenger. Deze voorraden
kunnen niet door kettinghandelaars onzicht
baar worden gemaakt en in prijs verhoogd,
om zoodoende het lijden nog te vergrooten.
Dit afschuwelijk beroep kan slechts munt
slaan uit het feit, dat .iemand meer voort
brengt dan voor hem en zijn gezin noodig
is en dit verkoopt. Uitbreiding van het aantal
volkstulnen verbetert de zelf-verzorging en
verhoogt de veiligheid en de rust van het
individu en van het gezin. Het vermindert
tevens de zorg van de overheid voor de
voedselvoorziening en de kosten, welke
hiermede gepaard gaan.
Hoe meer ieder gezin in de gelegenheid
is, voor zich zelf te zorgen, hoe geringer
het gevaar voor tekorten en ongelijke ver
deeling. Iedereen, die de verbetering van
het levenslot van allen ter harte gaat, zal
daarom moeten erkennen, dat daartoe ook
uitbreiding van klein-gtondbezit een hdlzaam
niiiiiiiiiimiiifiuiiiiiiimiJiiiiiiiiiiiijimiiiiiiJiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiniiiiiii
Oostersche Tapijten
Indien U Oostersche tapijten bezit (Per
zisch, Turksch, enz.), welke niet met Uw
ander huiselijk interieur harmoniëren, of
die U om welke reden ook wenscht te
verkoopen, schrijft dan aan Y BAZIR, Impor
teur, Zoutmanstr. 61, te 's Gravenhage,
Tel. 1843, welke zich door geheel Nederland
laat ontbieden en die legen zeer hooge
prijzen alle soorten Oostersche tapijten
koopt (nieuw of gebruikt), ongeacht de
afmetingen en de prijs. Bewaar dit adres.
middel is. In verschillende der oorlogvoe
rende landen wordt bereids van staatswege
overwogen, hoe daartoe het best zou zijn
te geraken. Men erkent dat het
grond-eigendom in de eerste plaats moet worden dienst
baar gemaakt aan het algemeen volkswelzijn
en dat ieder, die aan dezen eisch niet vol
doet, handelt in strijd met dat belang en
tegen zichzelf.
Teneinde het daarheen te leiden, dat het
grondgebruik aan dien eisch voldoet, is de
kennis en vaardigheid van z|n bebouwing
noodzakelijk. De uitkomsten der volkstulnen
hadden veel beter kunnen zijn, als de ge
bruikers, althans met de grondbeginselen
der bodemcuttuur vertrouwd waren geweest.
Het verschil in uitkomst hoe opvallend
vaak is toe te schrijven aan onvoldoende
bekwaamheid.
Hoe daarin verbetering aan te brengen?
In het buitenland heeft de schoolwerktuin ia
tal van streken reeds burgerrecht verkregen.
Oostenrijk Is het klassieke land op dit gebied.
In 1901 waren hier reeds ruim 10000 tuinen,
waarin kinderen van af het 10 Je of l Ie jaar
zich zelven onder deskundige leiding bezig
houden met groente-1 fruit- bloemen- en
bijenteelt. De zorg voor vogelbesrherming
neemt er een voorname plaats in. In Engeland
waren in 1908 reeds 160 voorbeeldig inge
richte werktuinen voor kinderen in Surrey en
Staffordshire. Ze zijn hoofdzakelijk bestemd
voor onderricht in groente- en fruitteelt.
In Zwitserland is de schoolwerktuin eveneens
populair; van staatswege werd o.a. mede
gewerkt aan het uitschrijven van een
prflsvraag voor model kindertulnen. Bekroond
werd een ontwerp met het motto: de school
een tuin, de tuin een school. Het is de
Zwltsersche landbouwvereeniging, die zich
voor de uitbreiding ervan veel moeite geeft.
In Duitschland(s men evenzeer van het groote
belang der wetktuinen voor kinderen door
drongen. Hier was het de Duitsche
Vrouwenvereeniglng, die er bij de Ministers van
Onderwijs en Landbouw in de verschillende
staten op aandrong, overal waar geschikte
leerkrachten zijn, schoolwerktuinen aan te
leggen. Op de tentoonstelling voor Nijverheid
en Kunst U Dusseldorf vormde het onderwerp
een deel van het programma van
voordrachten.Vooral Dresden, München, Frankfort
en Leipzig hebben mooie schoolwerktuinen.
Ook Zweden, Frankrijk en Amerika be
wegen zich meer en meer op dit gebied.
In de meeste der genoemde landen worden
cursussen en studiereizen gehouden voor de
vorming en ontwikkeling der leiders, meer
of minder met steun van staat, provincie
en gemeente. De literatuur op dit gebied
is in Oostenrijk, Dultschland, Engeland en
Zweden vooral, reeds zeer uitgebreid. Ten
toonstellingen en wedstrijden vormen de
middelen tot verhooging der publieke be
langstelling en van de uitkomsten.
Afgezien van de indirecte beteekenis voor
de verhooging der bodem-opbrengst, wordt
het belang voor de opvoeding zeer laag
geschat. Zoo neemt de waardeering
voor veld, bosch en akker toe, zoodat de
vernielzucht wordt beteugeld. Boomen en
bloemen, korenvelden en parken staan minder
bloot aan vandalisme. De openbare orde
is er dus zeer mede gebaat. Het werken
op vrije middagen is Dij uitstek geschikt,
om de criminaliteit der jeugd tegen te gaan.
De tuinarbeid is gezond voor lichaam en
der vier getrouwen eensklaps verkilde bij
het binnenleiden der stervende Mimi.
Madame Mady Purnode spélde de Mimi
bepaald voortreffelijk; haar geluid blijkt
evenwel zeer onge ijk ontwikkeld, en de
hooger-gelegen gedeelten harer parlij klonken
nog al eens scherp. Madame Diane was als
Musette in haar zingen veel gelukkiger, en
ook Maurice Leroux (?Schaunard") en L.
Dukers (.Colline") verdienen met bijzondere
w»ardeerlng te worden vermeld.
Als zangers droegen het stuk Salvaneschl
en Roosen.
Misschien zou ik Roosen hier eigenlijk
nog wel 't eerst moeten noemen. Het is zoo
kerngezond, wat hij als zanger doet. Hij
heeft een mooien, vollen bariton, en de
«Marcel" in Puccini's meesterwerk geeft alle
gelegenheid, er mee te schitteren, in dit
opzicht trof de zanger het nu wel veel beter
dan onlangs, toen hij bij Toonkunst" in
Romeo et juliette" den Père Laurence"
had te vertolken. Met de diepere bastonen
zal hij wel steeds op gespannen voet blijven.
Zijn articuleeren is prachtig, ook het timbre
van zijn Fransen.
Om Salvaneschi eindelijk was men ge
komen, en hij heeft zijn bewonderaars zeker
ook ditmaal niet teleurgesteld. Voorwaar,
hfl kent de geheimen van den gaven,
milden, den zoeten zang. Iets pronkerigs is er
wél in zijn tenor, maar wie zal er zich aan
stooten ? Wie zoo waardig als hij de schoone
tradities van den .bel canto*' vermag hoog
te houden, dien zal men steeds gaarne en
zonder voorbehoud willen huldigen.
En men héft hem gehuldigd, en levendig
heeft men betreurd, dat dit z|n optreden
geannonceerd stond als zon afscheid.
H. J. DEN HERTOG
geest; de kinderen toonen daarna in de klas
een frisscher geest en grooter bevattings
vermogen. De omgang met, en het werken
in de levende natuur verhoogt de belang
stelling voor de wonderen van het Heelal.
Zij leidt tot ootmoed, liefde en bewondering
voor de schepping, en onvermijdelijk voor
al wat leeft. Het is een uitstekend middel
tot verhooging van het aesthetischen artistiek
gevoel en tot het brengen van evenwicht in het
gemoeds-, lichamelijk en verstandelijk leven.
Voor de uitbreiding van beroepskeuze
wordt aandcntulnarbeid door kinderenhooge
waarde toegekend. Het talent voor dezen
arbeid komt door de gelegenheid daartoe
aan het licht, en heeft tot gevolg dat tal van
kinderen later een beroep kiezen overeen
komstig hun natuurlijken aanleg. Ook in de
groote en kleine steden zullen tal van kin
deren via den schoolwerktuln een beroep
kiezen dat hun dierbaar is en dus tuin- of
landman, boom of- bloemkweeker,
tuinarchitect of planter worden. Niet alleen zij zei ven
zijn daarmede gebaat, alsmede hun naaste
omgeving, doch de geheele samenleving,
die voor hare volmaking In de eerste plaats
is aangewezen op menschen, die lust en
liefde voor een eerlflk beroep gevoelen.
En eerlijk is het in hooge mate. Van
elementen zonder waarde voor mensch en
dier, produceert het verbindingen van hooge
waarde, waarvoor de belooning lang na den
verrichten arbeid wordt genoten. Voor
menschen, die uitsluitend streven naar stof
felijke welvaart, en uiterlijken schijn boven
Innerlijke bevrediging stellen, heeft het be
roep geen aantrekkelijks. Het genot, dat ge
legen is in persoonlijke voortbrenging is
wel zeer hoog te schatten.
Erkend wordt, dat tuin- en landarbeid
bijdragen tot een gezellig! en tevreden leven,
en daardoor terug houdt van gewoonten,
die het zedelijk geluk ondermijnen. Delkin
deren hunkeren op ouderen leef Jj J naar een
plekje gronds, waarop ledige uren worden
besteed aan verzorging van planten en
dieren. En zoo ontwaakt van lieverlede het
bewustzijn, hoe onbeperkt het arbeidsveld
op dit gebied nog is, waardoor het morrele en
sterfelijke peil van het volk met eenvoudige en
weinig kostbare middelen kan worden ver
hoogd. Hoe ontelbaar aantal boomen, planten,
bloemen en struiken zouden in particuliere
tuinen meer tot hun recht komen, als meer
kennis, en daardoor meer liefde, voor natuur
en cultuur ware verkregen. Bij de stedelijke
jeugd zal de tuinarbeid vooral ook bijdragen
tot een verpachting van de tegenstelling
tusschen stad en land, die tot grootere
wederzijdsche waardeeriag en achting zal
leiden. De vakschool naast de leerschool;
sloyd, fröbelen, toynbee en gymnastiek
afgewisseld met theorie op de schoolbanken,
zóverlangen het de peadagogen van alle
landen; zoo brachten het Pestallozzi, Fröbel,
Ligthart e.a., zoo brengen het Tagore en
Montessori heden in toepassing.
Waarom ook niet de verfrisschende, op
wekkende en veredelende tuinarbeid?
Dit is zeker de reden, waarom ook in ons
land een streven is ontstaan tot het bevor
deren van het gebruik van schoolwerktuinen.
Te Dordrecht en Hengelo Ov. ontstonden
omstreeks 1915 gelijktijdig flinke School
werktuinen, de eerste gesteund door de
Gemeente Dordrecht, de tweede door de
firma Stork aldaar, Te Hengelo werken
pl.m. 60 jongens van 11 13 jaar ieder op
pl.m. 45 M- grond. Zij veibouwen groenten
fruit en bloemen; en gezamelijk kool en
rv
Meisjes aan den tuinbouw
HET WERK VAN DE VREDESCONFERENTIE
Teekening voor de Amsterdammer" van Oeorge van Raemdonck
Dagelyksch Communiqué: Wij naderen met rasse schreden het doel"
n u HUI HUI n m iini iiiiuilii m ui " l Himiiiiiiiu HIIII iiilllllliiiiiiiiiiiniiiii
boonen. Te Dordrecht werken pi m. 240
jongens en meisjes, ieder op 3 M2 grond.
De jongens kweeken groenten, de meisjes
bloemen. Bij verschillende particuliere
scholen, als Bloemendaal, OisterwIJk Hil
versum en Laren bestonden reeds goed
ingerichte tuinen zonder dat hun invloei
merkbaar was op de uitbreiding. De Direc
tie der Leerdamsche Glasfabrieken richtte
in 1916 een tuin in, voor de jongens er
meisjes ecner openbare school, ten getale
van 70 a 80 Ieder kweekt groenten er
bloemen op pl.m. 10 M2 De opbrengst is voor
de kinderen die een kleine vergoeding moeten
geven voor zaad, mest en gereedschappen.
Overtuigd van het groote maatschappelijke
belang vanden tuinarbeid voor kinderen,werd
door de Nederlandsche Heidemaatschappij
in 1916 het besluit genomen den aanleg
van schoolwerktuinen in Nederland te be
vorderen door propaganda en advies. Het
bleek spoedig, dat de idee belangstelling
ondervond, zoodat op verschillende plaatsen
tuinen ontstonden.
In 1917 werd in samenwerking met de
Ned. Maats, happfl voor Tuinbouw en Plant
kunde het plan opgevat e«n centrale ver
eeniglng voor school- en wrrktuinen te
stichten, die 21 Februari 1918 tot stand
kwam. Deze stelt zich ten doel te bevorderen
de liefde voor de natuur en de bodem
cultuur door den aanleg van schoolwerk
tuinen en het houden van boomplantdagen
met kinderen, waaraan een feestelijk karakter
wordt gegeven.
Als resultaat van haar werk ontstonden
op de volgende plaatsen vereenigingen voor
kinder- of schoolwerktuinen;
Amersfoort, pl.m. 200 jongens en meisjes,
ieder 10 M2, voor groente-en bloementeelt;
4 leiders-onderwijzers; de grond is gratis
afgestaan en plantklaar opgeleverd door de
gemeente, die voorts ? 500.- subsidie gaf
voor salarieering der leiders. Er wordt ge
werkt in groepen op vrje middagen. De
uitkomsten zfjn uitstekend. De tuin wordt
uitgebreid.
Hilversum, pl.m. 200 jongens en meisjes,
ieder 10 M1., voor groente-, bloemen- en
fruitteelt; 2 leiders-onderwijzers; de grond
is gratis afgestaan en plantklaar opgeleverd
door de gemeente, die tevens een flmke
bergschuur bouwde en f 500 subsidie voor
salarieering geeft. Ook hier zijn de uitkomsten
uitstekend en sporen tot uitbreiding van
den tuin aan.
Bussum pl.m. 100 jongens, elk pl.m. 35
M2, voor groente- en bloementeelt. De
tuin wordt voorjaar 1919 in gebruik genomen,
Arnhem pl.m. 150 jongens en meisjes, elk
pl.m. 10 M2 voor groente-en bloementeelt.
De tuin wordt voorjaar 1919 in gebruik ge
nomen. Hier, evenals te Bussum, hoopt men
subsidie te verkrijgen voor de leiders, en
voor een bergschuur.
Te Arnhem stond de gemeente den grond
gratis af aan de Centrale vereeniging, die
hem op hare beurt aan de Arnhemsche
vereenigirg afstond.
Zeist. Hier werd een vereeniging op
gericht, met het doel in 1919 een school
werktuin te openen. Evenzoo te Utrecht en
Amsterdam, met hetzelfde doel. Te Am
sterdam verkreeg men de beschikking over
IV»H. A. onder Watergraafsmeer, waarop
150 a 200 kinderen zullen worden werkzaam
gesteld. Ook hier toonen de gemeente
besturen belangstelling voor het dorl.
Te Almelo hoopt men in dit jaar een tuin
voor pl.m. 100 jongens en meisjes in gebruik
te nemen, waarvoor de gemeente reeds in
1918 f 200 subsidie verleende.
Te Leiden, Warnsveld en Helmond is de op
richting van vereeniglngen in voorbereiding.
Te Groningen werd in Januari j.l. een
Vereeniging voor Tuinsport opgericht, waar
voor ruim 100 jongens en meisjes van Midd.
Scholen zich hebben aangemeld, Zij krij
gen elk pl.m. 15 M2 grond, en kunnen ten
allen tijde zich aan den tuinbouw wijden,
terwijl steeds iemand aanwezig is om even
tueel met raad terzijde te staan. Die gern
lust in tennissen of voetballen hebben, kun
nen hier gaan tuinieren.
iiiimiiiiiiiimiNiiiiiniiiiMiiiiMiiiiimMmiiiimiitiiNiiiiiNiiiiimMtiim
Bovendien bestaat te Groningen ren
vereeniging van kindertulnen, op initiatief van
wijlen den heer J. E. Scholten opgericht.
Hier werken 40 jongrns en meisjes, ieder
op 10 M2 grond. De onderneming werd ge
heel door den heer Scholten bekostigd.
Er bestaat uitzicht, dat deschoolwerktuinen
in d°ze stad van gemeentewege in 1920 zullen
worden ingericht en grs'eund.
Te 's-Gravenhage bestond rerds in 1916een
werktuin voorpuptilen vande vererniging Pro
Juventute aldaar. Er werkten 40 jongens, en
de uitkomsten waren uitstekend. Thans is de
tuin vergroot en werken er pi.m. 200 kinde
ren van Haagsche scholen, waartoe de ge
meente in 1918 een subsidie van ? 1600
bijdroeg voor salarieering der leiders, aan
koop gereedschap etc.
Van lieverlede breidt dus ook ten onzent de
schoolwerktuin zich over ons land uit. Nog
heeft dit instituut niet overal ingang gevonden,
en evenmin weet men precies in welk verband
het dient te staan met het onderwijs en het
onderwJJsplan.Dochongetwijfeldisdebelangstelling toenemende en is men het in on
derwijskringen vrij algemeen er over eens, dat
de schoolwerktuin voor opvoeding en onder
wijs een nuttige instelling is. Naarmate de
uitkomsten onder voortreff Uke leiding
worden verbeterd, zal uitbreiding van dit
zoo nuttige onderricht wel vanzelf volgen.
Om dit zooveel mogelijk te bevorderen,
hoopt de Centrale vereeniglng een cursus
te doen houden voor onderwijskrachten, die
zich in de praktische leiding van
schoolwerktuinen willen
bekwamenDaartoe moet op het terrein der gemeente
Arnhem, op het landgoïd Sonsbeek, een
modeltuin worden aangelegd, waarin kin
deren van Arnhemsche scholen zullen werk
zaam zjr>. Door de Centrale vereeniging
werd in 1918 een prijsvraag uitgeschreven
voor een ontwerp-model schoolwerktuin op
Sonsbeek voornoemd, waarvoor f 180 aan
prijaen werden uitgekeerd. Er werden 8
ontwerpen ingediend, waarvan die van de
h.h tuinarchitecten Bleeker te Bloemtndaal,
de Koning te de Bilt en Cox te 's Hage wer
den bekroond. Tot haar leedwezen zijn
de inkomsten der vereeniglng tot heden ge
heel onvoldoende, om den modeltuin te
kunnen aanleggen. Zq hoopt op
toenemenden steun door toetreding van leden en
donateurs.
Wat het houden van boomplantdagen
betreft, zal voor het eerst te Zeist zulk een
dag worden geregeld, terwijl de twee vol
gende zullf n wordrn gehouden te
Frederiksoord, en Hilvarenbeek, alle in het a.s. voor
jaar.
Mogen al deze pogingen bijdragen tot de
liefde voor de Natuur en de verhooging van
het opbrengend vermogen van onzen bodem.
K. D i L L i N G,
Secret ir is der Centr. Vereeniging.
Innkamirs VIR den KimstpotfiiMkir
C. J. LANOOY
Papastraat 24 - 's-GRAVENHAGE
Permanente Tentoonstelling