De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 19 april pagina 1

19 april 1919 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

Ke. 2182 Zaterdag 19 April A°, 191ST DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND ONDER REDACTIE VAN Mr. J. A. VAN HAMEL, Prof. Dr. H. BRUGMAND Mr. E. S. OROBIO DE CASTRO Jr., Dr. FREDERIK VAN EEDEN en H. SALOMONSON UITGEVERS: VAN HOLKEMA & WARENDORF Prijs per No. f 0.20. Per 3 mnd. f2.50. Abonn. loopen per jaar j | Redactie en Administratie: Keizersgracht 333, Amsterdam | [ Advertentiën omslag f 0.40 p. regel, binnenpag. f 0.50 p. regel INHOUDs Bladz. 1: De Bun, door v. H. Bffitenl. Overzicht: Figuren en Noten, door dr. W. O. O. Byvanok. 2: Alle Eendjes, teekening van Jordaan. Het Bosch, door P: H. Burgers. Krekelzang, door I. H. Speenhoff. Feuilleton: Boode Bozen, door G. Hamilton. 3. Hoe een staat geboren wordt, door Lonise Weiss, 5:, Voor Trouwen (red. Elia. M. Rogge) Vrouwen in «Ie Prov. Staten, door Bertha Ledeboer, met tee kening van mevr. Woutersen-v. Doesburg. Uit den Sohoonmaaktyd, door Geertruida Car eisen. Paaaohdiaeh, teekeniog en recept van mevr. Hjjmans-v. Beek. Enny Vrede t, persoonlijke herinnering van Greetje Lobo-Braakensiek. Uit de Sti.tnar. Paaschbloemen, door Jao. P. Thjjsss. 7: België's Bemoeiingen. Boekbespreking, door prof. H. Brngmans. Dram. Kroniek, door Top Naeff. 8: Frunsche Kunst, door Joh. Tielrooy. Vrienden van het Volk, door mr. G. Napels. Bpreekzaal: Het herstel van Internationale Handen, door O. de Vries. 9. De Kotterdamsche Bankvereeniging, door J. D. Santilhano. K): Slechte Broedsters, teekening van George v. Baemdonck. Uit het Kladschrift van Jantje. Wandelingen met Jantje, door Melis Stoke. De Schoonste Vrouw in Amsterdam, door Melis Stoke, met teekeningen van Is. van Hens. 11: Verschil van meening in den Baad van Vier, teekenirjg van Joh, Braakensieif. DamrnbriEk.red. K. O. da Jonge. Leekenspiegel. Bijvoegsel: Paaschklanken, teekening van Joh. Braakensiek. DE RIJN Er is wat de West-Europeesche poli tieke zaken aangaat geen belangrijker factor in het huidige vredesspel, dan de Rijn. De Rijn is in al zijn beteekenis voor de samenleving der volkeren her rezen, en de gemoederen houden er zich mede bezig, wie zijn meester wezen zal. Door alle eeuwen heen zijn in de Rijnvlakte de latijnsche en germaansche volkeren tegen elkander gestooter. en heeft de rivier het lot der staten beïnvloed. Wanneer wij eenen zoo genialen en breedzienden denker als Proudhon hooren, dan heeft de Rijn niet alleen den groei van het Romeinsche Rijk tegengehouden en later zelfs het Rijk van het Westen tot val gebracht. Dan heeft de Rijn ook den Franken de macht aan Gallië gegeven en Karel den Groote tot hoogheid gebracht; eeuwen later den strijd tusschen de Fransche koningen en da Duitsche keizers in evenwicht gehouden, de tractaten van Westfalen voortgebracht, waarop nog steeds 't Europeesche stra mien is voortgeborduurd, en de landen om zich heen doen rijzen en dalen. Dan is 't de Rijn, die het leenstelsel, het pausdom, de kruistochten, de gothische kunst, het boekdrukken en het moderne goederen verkeer gehandhaafd heeft. Die misschien nu de scheiding tusschen revolutie en democratie worden zal. Zeer stellig is ook het voortdurende behoud van de onafhankelijkheid der Nederlanden, mondingsgebied van den Rijn, te danken aan de macht van die rivier. Is het wonder dat steeds om den Rijn is gestreden, naar den Rijn is gestreefd? De Romeinen hebben er Keulen aange legd en de Duitschers den Dom vol trokken. Lodewijk XIV heeft de rivier tot zijn voetloop gemaakt. Napoleon noemde zich den Rijnprotector. De macht van 't Duitschland van de 19e eeuw FIGUREN EN NOTEN L E N I N Wat is zijn vaderland Rusland vroeger voor hem geweest? Het heeft offers van hem gevraagd, en hij heeft er zich in verzet tegen gevoeld, het heeft hem teruggestooten en hij heeft alle mogelijkheid van samenwerking opgegeven. Met een paar algemeene trekken moet men tevreden zijn. Wat men ons van zijn voorgaand leven meedeelt, geeft voor ons die riet thuis zijn in de geschiedenis der Russische sociaal democratie, nauwelijks eenig beeld. Men leert hem kennen als een eigenwllllge, man van studie en van strijd, man van gezag ook, en van dictatoriaal gezag, onder de zijnen; maar wij beginnen hem pas voor ons te zien, wanneer hf) in April van 1917 te Petrograd aanlandt, overgestuurd uit Duitsch land In .den geplombeerden wagon". De wereld blijft dan niet lang onkundig wat zijn plan is in Rusland te verrichten. Dadelflk voert hij het woord tot de massa van het volk dat in zijn hart moe is van den oorlog. Er mag niet langer oorlog zijn. Debuitenlandsche vrjand is er niet; n vijand is er slechts dien h<t volk met alle volken gemeen heeft, dat tijn de overheerschec.de klassen, wier imperialistisch streven den oorlog heeft ontketend. En voor zijn toehoorders, naar leering begeerig in de overtuiging van hun onwedateert van 't oogenblik, waarop Pruisen de Rijnprovincie in handen gekregen heeft. Nu, in dezen oorlog, is de Rijn voor 't eerst met rust gelaten. De barrière was westwaarts verschoven. De Duitsche macht zat er vast en ongedeerd, en de neutraliteit van Noord-Nederland ver vulde voor 't achterland een zelfde rol, als op Dantzig zal worden gelegd, wan neer het als een vrije havenstaat Polen dienstig moet zijn zonder er aan onder worpen te worden. De delta's van wereld rivieren zijn plaatsen van wereldgewicht. Na den oorlog, is evenwel ook aanstonds de reactie gekomen. Terug over den Rijn, had 't zoolang geklonken. Terug over den Rijn werd het wachtwoord nu. De wapenstilstand heeft aanstonds de geallieerden tot aan den Rijn gebracht, met de bekende bruggehoofden aan den overkant: zinnebeeld van hun overmacht. * * * In Frankrijk heeft het oude idee voort geleefd van een herstelde Rijngrens voor 't Gallische rijk. Met alle Glorie, die daaraan verbonden zou zijn. Met alle voordeelen, die hetinheeft. Waarlijk be langwekkend is het, hoe hier in Frankrijk nu de oude herinneringen worden opge haald van 't succes, dat de Franschen in i vroegeren tijd in de Rijnlanden hebben gehad. Minstens vier of vijf boeken zijn tegelijkertijd verschenen over het tijdvak van 1789 tot 1815, toen de Franschen er langzamerhand de kleine Duitsche vors tendommen hebben vervangen en hun eigen bestuur ingesteld. De documenten, couranten, vlugschriften, vergaderings verslagen, memoranda uit dien tijd worden opgehaald. En men krijgt waarlijk wel den indruk, alsof de plaatsing onder het Pruisische bestuur de bevolking toen allerminst aangenaam is geweest. Zij was ook van een geheel andere kuituur en had met Pruisen niets uit te staan. Het is wel treffend, dat het Weener Congres eigenlijk zonder den dieperen zin te ge voelen, Pruisen met deze provincie's be giftigd heeft, waaraan het niet eens heel veel hechtte en waarmee't tot 1866 zelfs niet behoorlijk verbonden geweest is. Het Rijngebied was aan den Koning van Saksen toegedacht, en menschen als Yves Guyot noemen het nog heden ten dage met zooveel woorden een gaffe", een bok" van Talleyrand, toen niet te hebben voorkomen dat Pruisen zich daar, zelf schier niets vermoedend, heeft vast gezet. Hoe anders ware de wereldgeschiedenis geloopen, indien zij toen niet deze onbewusten stap had gezet! Er ware van den Pruisischen drang naar 't Westen wellicht nimmer sprake geweest. Men weet, dat de Fransche Rijnambitie's de geheele afgeloopen honderd jaren hebben voortgeleefd. Frankrijk achtte de mogelijkheid van een wederkeer niet uitgesloten. Intusschen: het komt daartoe in zijn volheid niet. De loop der dingen gaat een andere richting uit, al weten zij ook nu weer zelf nog niet precies hoe. Er is veel waars in wat Proudhon verder zeide: de Rijn behoort aan niemand. Hij heeft zijn vlakte, hij heeft zichzelf steeds als blijvend bezit aan wien ook geweigerd. Hij wil aan geen enkele natie behooren. Hij gaat zijnen eigen gang. Hij wil de landen doorin uu minimum mmmimimiii minimum iiimi tendheid, stelt hij zijn Ideaal: de commu nistische gemeenschap, het einddoel van het socialisme. Met forsche kleuren en harde woorden schildert hij den overgangstijd waarvoor men zich bereid moet houden: de dictatuur van het proletariaat. Het volk vangt zijn resolute machtspreuken als manna op. Het ziet naar hem uit als naar een profeet. Waarlijk, die ronde kalmukkenkop met zfln ringbaard op de plompe gedrongen ge stalte geeft niet dadelijk den Indruk van een heilige persoonlijkheid, maar let op het ge weld van het machtige voorhoofd en den gloed van de stekende oogen en den trots die uitblinkt uit den smalenden mond, daar is een betoovering in, daar gaat een invloed van uit... Fijnheid en geest en de behoefte om te schitteren, zoek die bij den slanken, netten Trotzkimetz(n pittigjodengezicht, bij L*nin is de kracht die zich niet wil verspillen. Zij sluit zich op in haar vesting en dreunt met massieve woorden. Een redenaar als Lenin pakt het volk in de intimiteit van zijn cor.fuse gedachten en weet daarheen al zijn overreding te- richten. Wat denkt zich dan toch het volk", wan neer men het spreekt van de vrijheid die het door den val der tyrannie heeft veroverd? Vraagt het of daarmee het middel word ver worven om zich de gelegenheid te ver zekeren tot stGffelrJken en zedelijken voor uitgang? Of zfln het niet veel eerder kennelijker teekenen van bezit die het verlangt te zien en te grijpen: bevrijding van dienst, terugkeer naar huis, zijn aandeel in het land? De woorden van Lenin beloofden dat positieve. Men denke daarbij aan den vlot tenden Russiscnen geest met zijn vage wenschen van niets doen en onnoodige bezig heid, met zijn geloof aan onbegrensde moge lijkheden en onmogelijkheden. Ja, de stem van Lenin kwam tot den man van het volk met een belofte en tegelijk klonk zij als een spoelen, maar hij wil niet door eenige staat worden overheerscht. Dit wijst zijn levensgeschiedenis uit, die, 't mag nog eens herhaald, daarmede ook voor Nederland een geboortekracht is geweest. * * Het is daarom waarschijnlijk ook ge lukkig, dat de territoriale aanhechting van de Rijnvlakte bij Frankrijk van de baan is. Het was Frankrijk voor een zeer groot deel toch ook te doen om de rijkdommen, om de economische moge lijkheden, die in het Rijngebied besloten liggen. En daaraan kjijgt het ontegenzeggelijk deel. Het krijgt de kolenexplpitatie van het Saargebied, gewichtig mid del tot verplaatsing van het economische overwicht. Het wordt ook met ElzasLotharingen Rijnoeverstaat, zal dus in onze nieuwe Rijnvaartakte weer compareeren. Straatsburg wordt Rijnhaven en ook de electrische stroomkracht, die uit den Bovenrijn kan worden gehaald, ontgaat Frankrijk langer niet. Zelfs zijn de Zwitsers reeds weer verontrust, dat wat Duitschland hun deswege steeds onthouden had: Bazel als Rijnhaven, nu door dergelijke Fransche invloeden toch nog zal worden tegengegaan. Wanneer de Zwitsers spreken van internationa seering van den Rijn, bedoelen zij daar mede t erlangen, dat gén staat ook aan den Boven Rijn om der wille van kracht werken de bevaarbaarheid mag tegen gaan. Daarom wenschen ook zij in de Rijnvaartakte partij te zijn. Een oogenblik heeft ons zelfs boven 't hoofd gehangen, dat in de nieuwe Rijnvaartregeling de oppermacht over de rivier vrijwel geheel in de handen der Fransche gedelegeerden zou worden ge legd. Dit is door oppositie van verschil lende zijden, waarbij ook ons standpunt zich aansloot, voor een goed deel althans gekeerd. Territoriale aanhechting aan Frankrijk zoude den Rijn eenvoudig voor de zooveelste maal kribbig en baloorig hebben gemaakt. Hij zou weer getracht hebben, zich los te rukken. Een nieuwe bron van twist. Sommigen hebben in de Rijnvlakte voortaan een waar Niemandsland willen zien. Daartegen konrLriu de Fransche politiek op. Zij heeft daarvan blijkbaar ook de Geallieerden overtuigd. De Rijn is naar den stand van de moderne oorlogstechniek geen barrière Een leege Rijnvlakte is 't tegenover een aanvalsgolf evenmin. Zij moet een eigen weerstandskracht hebben. Deze weer standskracht kan gezocht of in de ont wikkeling van een of meer eigen Rijn staten, f in internationale militaire bezetting van het Duitsch blijvend Rijn gebied. Men heeft van Fransche zijde een tijdlang het eerste gezocht; maar 't onuitvoerbaar bevonden, ook wegens de opvatting der mede-geallieerden, dat de Duitsche staatseenheid hunnerzijds niet mag worden aangetast. Nu zal waar schijnlijk de Linkeroever door geallieerde troepen bezet blijven en overigens geen eigen gebied vormen. # # * Maar het proces is nog allerminst geheel voltrokken, en men weet nog geenszins welke ontwikkeling nog voor den boeg staat. Onzerzijds had het bevorderen van een zelfstandige Rijnstaatspolitiek veel beter zware bedreiging tegen allen die de verwer kelijking van het ideaal in den weg stonden. Zoo moet men Lenin voor zich hebben in de eerste helft van het jaar 1917, den ziener en leider, roekeloos omverwerpen van het oude, roekeloos brenger van het nieuwe. Een stem en een bedreiging. Zijn eerste poging om het gezag te ver meesteren in Juli 1917 is mislukt, omdat hij wel invloed had, maar geen aaneenge sloten partij. De tweede, op den overgang van October naar November, is met succes bekroond; maar toen was Trotzkl voorge gaan en had de krachten der partij georga niseerd. Hij was het die haar ten nauwste heeft verbonden met de arbeiders- en soldatenraden, nadat Kerenski daaraan wapens had uitgedeeld. Zij zijn toen getransjormeerd tot een armee tegen Kerenski, en Lenin Is de vertegenwoordiger geworden der sovjet partij. Voortaan was hij een macht. Nog echter geene van groote beteekenis. De strijd tusschen Lenin en Kerenski, wanneer men hem op den keper beschouwt, heeft niet veel te beduiden. Er wordt wel gesproken van groote gevechten; zij slinken weg als men de détails nagaat. Aan beide kanten is niet veel moed getoond, en er is zeker verraad gepleegd. Het zou mij niet verwonderen of dezelfde mogenheid die een wagon ter beschikking van Lenin heeft gesteld, heeft hem ook verplicht met haar goud en haar verderen steun. Maar de Rus heeft meesterlijk gebruik gemaakt van de geschonken gelegenheid. Slag op slag heeft hij In de allereerste dagen dat de macht hem begon toe te vallen aan alle kanten zijn positie bevestigd. Hij had, inderdaad, bijna allen tegen zich: de geregelde partijen, de boeren, de legers, de spoorarbeiders, de pers, de volksvertegenwooidiging, en hij heeft ieder van hun organisaties die zich iegen hem kantte, wePRIJSVRAAG VOOR EEN Oorspronkelijke Nederlandsche Operette In aansluiting aan de mededeeling in De Amsterdammer" van 5 April j.l., betreffende den tekst voor een oorspronkelijke Nederlandsche operette, waarvoor in samenwerking met eenige kunstvrienden de prijs van DUIZEND GULDEN is beschikbaar gesteld, doen wij hieronder de regels voor mededinging volgen: 1. De bedoeling is allereerst een libretto te verkrijgen, dat voldoet aan litteraire en dramatische eischen, om door een componist als leiddraad gebruikt te worden tot het vervaardigen van een operette. Gevraagd wordt zulk een libretto. 2. De inzendingen zullen beoordeeld worden naar hun kunstwaarde en geschikt heid voor het Nederlandsche publiek. 3. Een jury, waarin zitting hebben: EVERT CORNELIS, Dr. FREDERIK VAN EEDEN, HERMAN ROELVINK, Dr. D. F. SCHEURLEER en BERNARD ZWEERS, zal de ingekomen libretti beoordeelen en zoo spoedig mogelijk, na sluiting der inzending, gesteld op l October 1919, haar verslag uitbrengen. 4. Voor het best gekeurde werk, dat voor eene bekroning in aanmerking komt, zal worden toegekend een prijs van f 400.?. Alsdan zal de gelegenheid worden opengesteld voor componisten, om de muziek tot dit libretto te vervaardigen, waarvoor een prijs van f 600.?beschikbaar is. Hieromtrent zal nader mededeeling gedaan worden. 5. De antwoorden op de prijsvraag moeten aangeteekend worden toegezonden vór of uiterlijk op l October 1919 aan het bureau van De Amsterdammer", Keizersgracht 333, Amsterdam. De inzending moet zijn voorzien van een motto (korte spreuk of versregel). Een afzonderlijk, goed gesloten, couvert, van buiten voorzien van hetzelfde motto als dat van de copy, moet een briefje inhouden, bevattende den volledigen naam van den maker en diens adres. Alleen het aldus gesloten couvert, behoorende bij het bekroonde werk, zal door de redactie van De Amsterdammer" worden geopend en den naam van den desbetreffénden auteur zal alsdan worden bekend gemaakt. De niet bekroonde handschriften liggen gedurende n maand na de uitspraak der jury ter beschikking en kunnen tegen overlegging van het aanteeken-rec_u van verzending worden afgehaald. Geen verantwoordelijkheid wordt door De Amsterdammer", redactie, uitgevers of juryleden op zich genomen, voor het op eenigerlei wijze geheel of gedeeltelijk te loor gaan van toegezonden handschriften. Is aanvulling van de jury noodig, dan wordt daarin voorzien door de redactie van De Amsterdammer", na overleg met de jury. Twijfelpunten of geschillen, gerezen bij de uitlegging van deze voorwaarden, of bij de werkzaamheid der jury of anderszins, worden beslist door de redactie van De Amsterdammer". Voor De Amsterdammer" Weekblad voor Neaerland, VAN HOLKEMA & WARENDORF. iiimiltmimiimmii iiiimiu iiimmiiMUItMiiumimmmiiiimliiimllinimii miimiillmiii en afdoender geschenen. Sterker voor den duurzamen vrede, vruchtbaarder ook voor de algemeene ontwikkeling. Ook dit is een stap, waarover men zich wel eens mag verbazen dat de wereldge schiedenis nimmer heeft gezet: waarom hebben de Nederlanders nimmer vast contact gezocht met 't Hinterland aan den Rijn, waar zij toch oorspronkelijk tot Bonn toe en verder, de hand hebben gehad? Hoe anders waren de dingen dan geloopen, indien zich een machtig, vrijheidlievend staatsgebied in Noord-WestEuropa had gevormd; in plaats van de drukkende macht van het Midden, die wij nu hebben beleefd. Doch dit is esprit d'escalier. Wat sommigen wel hebben beproefd, wat koning Willem I nog heeft gewild, komt niet meer weerom! Doch wel krijgt het Rijngebied ook voor ons een nieuwe beteekenis, en krijgt wanneer de Rijn zich waarlijk onafhankelijker weet te maken, n voor den handel n voor de beschaving, de band met Nederland veel meer beteekenis. Wat er dus te Parijs van dat Rijn gebied zal worden gemaakt is evenals voor België, voor Holland's toekomst waarlijk van groot gewicht. Het ware wel te betreuren,indien daarbij onzerzijds iiilltiiiiiiiiuiiiliiii ten te verslaan, en daartegenover gesteld die van zijn partij, en dat alles met een Hst, een lenigheid en een overmoed, en vooral met een onverzettelijkheid van wil om door alle middelen de macht in handen te behouden, zooals ze heel zelden zich in een reeks decreten hebben geopenbaard. Den echten Russischen aard herkent men in de wijze waarop zijn handelingen elkander hebben opgevolgd. Zoodra een macht hem stuitte, was hij vleiend vriendelijk, dan plot seling toeslaand en overweldigend bij ver rassing. Hij wist bij Intuïtie hoe het Russische volk was te behandelen. Den avond van 7 November, wanneer hun aanslag op de regeering is gelukt en het congres der sovjets Lenin en Trotzki heeft benoemd in den Raad der volkscom missarissen, zegt de eerste kortweg in de rede waarbij hfj het gezag aanvaa'dt: Wat is de beteekenis van de revolutie?" Dat is in de eerste plaats dat de soviets het gou vernement zulk n zijn, zonder het minste aandeel te laten aan de bourgeoisie." Daar hebt ge het vonnis. De boeren wint hij door hun de decreten toe te staan, welke de verdeeling van het land aan hen overlaten. Is het socialisme daaibij gehuldigd ? Integendeel het wordt in 't gezicht geslagen. Wat doet httertoe? Hij heeft er mee gewonnen, dat zij hem ongehinderd zijn gang zullen laten gaan. Hoe behandelt hij de pers ? .De bourgeoisbladen te dulden," d-creteert ruwweg Lenin,?is ophouden socialist te zijn. Men mort vooruitgaan of achteruit. Die van persvrijheid spreekt kijkt achter waarts.1' Het leger als leger ontbindt hij door het besluit: Laten onmiddtllijk de regimenten aan het front gema'htlgden kirzen oni met den vijand te prderhardelen over een wa penstilstand.'' En hij laat daarop van regeeringsvvege een wapenstilstand sluiten met den Duitichen generaal. geen enkele invloed kon worden uit geoefend. Er wordt mede over onze levensfiguur beslist. In ons belang is 't, dat de Rijnstreek zooveel mogelijfc voor een eigen, krachtig bestaan wordt ingericht, zonder vreemde overheersching ook zonder vreemden militairen druk. Het blijft onze meening, dat de Neder landsche regeering moet zorgen, een invloed in 't kapittel, dat dezer dagen hier ter stede aan 't werk is, in te nemen, eer het te laat is. Het ijzer moet nu eenmaal heet worden gesmeed, 't Maakt geen verschil, dat de toegang tot de besprekingen voor ons alleen langs indirecten weg te verkrijgen zou zijn. De kwestie der tractaten van 1839 geeft daarvoor thans de naaste gelegenheid, die met voortvarendheid behoorde te worden aangegrepen. Wat er van Rijnland worden zal, gaat Holland ten nauwste aan. Parijs, April 1918. v. H. Hij verkondigt den vrede aan de wereld. Dan, om kort te gaan, tegenover de constitueerende vergadering van geheel Rusland, die in Januari bijeenkomt en die den ver klaarden wil der meerderheid vrrtegenwoordigt, onderstreept hij eenvoudig de ongeregelde macht der Sovjets met den steun van een paar bajonetten en de Con stituante verdwijnt in den afgrond. Evenals hij na de vernedering van Brest-Litowsk, eigenlijk alleenstaand.zelf s tegenover Trotzki, den blooten vrede met den vijand handhaaft. Hij heeft hem aan Rusland beloofd. Het is in dit korte bestek, ondoenlijk om in bijzonderheden te treden. Mocht men details schilderen en de dingen naar hun waa'de voor den dag laten komen, dan zou het bezitgrijpen van de macht door Lenin tegenover de machtelooze onbesllstheid der tegenstanders wellicht den indruk maken der werklrig van een in geweld aangroeiend natuurverschijnsel in het landschap dat bukt voor de elementaire kracht. Het element vraagt niet naar redelijkheid of logica, het spaart niet, het bekommert zich niet. maar het improviseert zijn weg. Geesel Qods" noemden de M ddeleeuwen de mannen die van zulke kracht een afachai duwing waren, in de overtuiging dat zij toch i een zending hadden. En zou Lrnin, evenals hij zijn kracht oorspronkelijk putte uit de verbirdirg met de instinctieve behoefte van het Russische volk, ook niet een tijdelijke rol hebben te vervuilen? Welke? Niet zuiver uitgesproken, leeft toch hier en daar het denkbeeld dat hij Rusland voor nog groot'r verwarring heeft behced. Br gaat met den schrik en haat voor Lenin die tot afschuw kan stijgen, toch 'tJ)d eea \ zekere eerbied cfpaard. Iets wo-de'sisaan i den man. De Rus herkent zich in hem, en 1 erke; t een kracht die hij zou willen bezitten... ; Maar men spare ons de imitaties m andere i landen. | W. G. C. BYVANCK

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl