Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
19 April. '19. - No. 2182
nissen der dochterin stellingen ten volle ge
dekt zijn en dat de hoofdinstelling voldoende
zorg zal dragen, dat zij zulks blöven...
maar het blijft toch altijd een additioneel
risico van meer dan honderd millioen, waar
mede bfl de beoordeeling van de cijfers
der eigene Instelling rekening dient gehou
den te worden.
Ten slotje meen ik er op te moeten wij
zen, dat bij de wlnstverdeeling een systeem
wordt gevolgd, waardoor de tantl
me-trekkers bevoordeeld worden ten koste van de
aandeelhouders. Zooals reeds opgemerkt, be
draagt het winstsaldo over 1918 f 9.012 165.96.
In dat cijfer is een bedrag van f223.677.43
als saldo van het voorgaande jaar begrepen,
zoodat de in 1918 gemaakte winst
f 8.788.488.63 is. Volgens de statuten gaan
daarvan in de eerste plaats af de stortingen
In de reservefondsen en 5 pCt. over het
uitstaande aandeelen-kapitaal, zijnde
5 pCt. van f 50,000,000 = i 2,500,000.
Storting, in reservefondsen = . l 900,000
f 4 400,000.
Van het resteerende ad. f 4.388 488 53 moet
30 pCt. aan tantième-trekkers en 70 pCt. aan
aandeelhouders paan, dus resp. f 1.316.546.56
en f 3.071.941,97. Eerstgenoemd bedrag wordt
ten volle aan tantième-trekkers uitgekeerd,
maar aandeelhouders ontvangen slechts
f 2.500.000. -. Van het verschil ad. f 571.941.97
wordt f 407.500.^ verklaard, doordat 8 15 pCt.
van het uit te keeren dividend ad. f 5.000.000.
moet dienen voor betaling van dividend
belasting met opcenten. Deze aftrek is vol
komen gewettigd en overeenkomstig de
voorschriften van de wet. Trouwens de
tantième-trekkers ontloopen den cijns aan
den fiscus ook niet, ofschoon het niet uit
de winst- en verliesrekening blijkt, daar de
Bank verplicht is de over de tantlèmes ver
schuldigde belasting van de tantlèmes af te
trekken.
De resteerende aftrek van f 164,441,97 op
het aan aandeelhouders toekomend bedrag
is m. i. echter niet gewettigd. Het blijkt
nml. dat van het aan aandeelhouders toe
komend bedrag de beide volgende posten
zijn afgetrokken:
Voor abonnement au timbre"
te Parijs f 95.000.
Saldo op nieuwe rekening, na
aftrek van het saldo Ao. Po. 69,441.97
f 164,441.97
Deze beiden posten behoorden m. I. niet
alleen op de aandeelhouders te drukken,
maar gelijkelijk op alle deelhebbers |n de
winst. Het abonnement au timbre hoort op
de onkostenrekening thuis en moet het
winstsaldo daarmede verminderd worden.
Wat nu het saldo op nieuwe rekening
betreft, daaromtrent bestaan tweeërlei ziens
wijzen. Er zijn, die meenen dat daarmede
voor de vaststelling van de tantièmes geen
rekening behoeft gehouden te worden, maar
dan dient dat saldo ook het volgend jaar
geheel ten bate van aandeelhouders als
onverdeeld dividend" te komen. Dit nu
geschiedt bfl de R. B. niet. Integendeel van
dat saldo wordt de bijdrage aan het Pensi
oenfonds (thans voorgesteld op f 100.000)
betaald, zoodat feitelijk aan het pensioen
fonds alleen door aandeelhouders en niet
door tantièmetrekkers wordt bijgedragen.
Bene correcte opvatting zoude gevorderd
hebben, dat de winstverdeeling aldus ware
samengesteld.
Saldo-winst, na
aftrek van f 223.677.43
Saldo Ao. Po f 8.788.488.53
5 pCt. div. . f 2 500.000.
Reserve . . 1.900.000.
Storting
pensioenf. 100000.
Abonnem.
au timbre
95.000.4.595 000.
Hiervan 30 pCt. aan tantièmes
en het resteerende ad
vermeerd. met het onverdeeld
dividend Ao. Po. ad
aan aandeelhouders. . . .
Bij eene uitkeering van 10
f 4.193.48853
^J.258.045.56
f 2.935.441.97
223.677.43
f 3.159.11940
pCt. dividend
UIT HET KLADSCHRIFT VAN JANTJE
moet in mindering
daarvan f 407 500.-aan
dividend belasting ge
bracht worden, zoodat
f 2.751.619.49.- over
blijft, latende na aftrek
van f 2.500.000.?divi
dend, boven het
praenumerando bedrag van
5 pCt., een saldo van
f 259.119.40, in plaats
van f 193.119.40, zoo
als het, na aftrek van
de bijdrage aan het
pensioenfonds op nieu
we rekening over te
brengen bedrag zal
luiden.
Er wordt dus aan
tantième-trekkers ca.
f 60000.?meer uitge
keerd dan hen toekomt
ten koste van aandee
lhouders. Nu zal men
misschien zeggen, aan
een boom zoo vol ge
laden mist men vijf zes
pruimpjes niet", en dat
aandeelhouders bij een
dividend van vijf mil
lioen, niet zoo nauw
behoeven te letten op
een zestig mille, maar
het geldt hier eene
principieele kwestie en bo
vendien is er iets
stultends in, dat tanti
metrekkers, waartegen het
personeel als hunne
eigenlijke meesters op
zien, ten aanzien van het
pensioenfonds schotvrij
blijven en dit alleen
door de aandeelhou
ders betaald wordt.
J. D. S A N T I L H A N O
SLUIT UW LEVENSVERZEKERING B U
VERZEKERD BEDRAG 5 MILLIOEN
WANDELINGEN MET JANTJE
V
Jantje in den Gemeenteraad
Jan," zoo zei ik, ditmaal gaan we naar
de vroede-vaderen!"
Zijn dat de mannen van de vroedvrouwen?"
vroeg hij.
Ik onderrichtte hem het tegendeel terwijl
een circusknecht ons in de publieke tribune
duwde.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiit
iiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiDiiiinii
Wat een bende l" zei het kind bij het
Leger des Heils kost het een dubbeltje, hier
slapen ze voor niks l"
Denkende dat hij de raadsleden bedoelde,
vertelde ik hem dat ze nog geld toe kregen.
Maar hij bedoelde de publieke tribune.
Toen kwam weer een circus-moment: de
heeren achter de groene tafel gingen overeind.
Net als de paarden," zei Jan. Wat doen
ze nou ?"
Ze smeeken om kracht en wijsheid l"
En krijgen ze dat?"
Ze vragen het elke week, maar ze geven
het niet op l"
Koppig volhouden!"
Toen begonnen de dekratten; het ging
over 7000 gloeilampen; maar er was geen
lichtstraaltje te bespeuren.
Het kind sliep in, net als de andeie toe
schouwers.
Maar met een schok schrok hij wakker.
7^f' " /^^^""^"^ 'T^.^7 ^ ^./ - fl
NDEMEI3JES
DE SCHOONSTE VROUW VAN AMSTERDAM
(De schoonheidswedstrljd in het Centraal-Theater).
Lofwaardig is de landman die het graan
teelt . . . doch nader en dierbaarder is ons
Kaatje, de meid, die ons de kadetjes voorzet.
Zoo zijn ook lofwaardig de voortbrengers
van prima kroost, de vaders van schoone
dpchterkens . . . maar al weer nader en
dierbaarder is ons degene, die ze ons ver
toont . . .
Helaas ... er is een belofte die mg ver
biedt U zijn naam te noemen.
Vijf-en-twintig schoone vrouwen toonde
hij ons, en het is ons slechts gegeven U
zijn achterhoofd te toonen. en kalen kruin.
Maar het is nu eenmaal niet ieders lust
om, en public, in n adem genoemd te
worden met vijf-en-twintig schoone vrouwen;
zoodat ik, 'smans anonymitrit in dezen be
warende, volsta met de mededeelingdat hij
ze ons vertoond heeft in het Centraal Theater.
Het was een schoonheidswedstrfjd.
Vijf-en-twintig erkende beauties hadden
zich door den heer Frenkel laten filmen en
het publiek zou beslissen welke de schoonste
was.
Likkebaardende togen teekenaar en
chroniqueur derwaarts, en zij hadden den dag
gekozen des oordeels.
Het was hunne bedoeling de schoonste
vrouw van Amsterdam te zien en te spreken,
en vooraf hadden zij, beraadslagende, een
lijst van vragen opgesteld die zij tot haar
richten zouden.
Deze luidde:
1. Wanneer en waar zijl gij geboren .'
2. Is de schoonheid erfelijk in uw geslacht.'
3. Zoo ja, wie was schooner, uw vader of uwe
moeder .'
4. Hebt gij nog ongehuwde znsttïrs thuis?
?r'. Op welken leeftijd helit gij van t;indeagewisseld.'
'i. Hebt gij gepliuu beerde kiezen.'
- 7. Gebruikt <hj kunstmiddelen um uwe schoonheid
te verhoogen .' Zoo j:i, welke .'
8. Wonlt gij op aura t vaak aangesproken .'
'.'. np welken leeftijd heeft uw ongemeen uiterlijk
voor het eerst de aaLdticht getrokken .'
1) bis. Eu van wie (n) '
10. Waaruit bestaat uw dagelijksch voedsel .' Kunt
gij lezen en schrijven .'
11. /ijtfnj geëngageerd, vrouw, moeder of weduwe' en
12. Welke kunsten of wetenschappen beoefent gij .'
Het oordeel van teekenaar en onder-tee
kenaar dezes was, dat het teveel van eene
zoo schoone vrouw geëischt zou zijn op
meer dan deze vragen aanstonds te ant
woorden. Zij waren vast besloten tot haar
door te dringen.
Er is maar ne scboone vrouw in Am
sterdam en het oordeel van deze enkelinge
is belangrijker dan dat van de massa. Want
zij is schoonerdan n van ons 600.000?1 en.
* * *
Toen de avond des oordeels was aange
broken, namen wij, sidderend van ontroering,
onze plaatsen in.
Glimlachend knikte depene, wiens achter
hoofd ge boven deze regelen kunt zien ons
(met de andere zijde) toe.
En alras werd het duister.
Toen begon de schepping.
Het projectie-doek vertoonde plotseling
een groote l, en daarnaast eene
reuzenmooie vrouw, die tegelijk minachtend en
lachend was; ook de volgende vrouw
lachte, schoon minder minachtend, en deze
was voorzien van een grooten II.
Nog 23 vrouwen velgden, en ademloos
SLECHTE BROEDSTERS
Teekenlng voor de Amsterdammer" van Oeorge van Raemdonck
iliiiiHiiiiiMiiiiimiiiimiiiiiiiiiHMiiiniH
De Gemeenteraad
Mevrouw Pothuis!" riep hij.
Het was echter een andere
vrouw, wier naam ik niet kende,
en die meer speciaal een bood
schap voor de perstribune kwam
verrichten.
Daarna weer hamerslagen,
gemurmereer in soli en in koren,
zangen en tegenzangen.
Het was een recht vervelende
namiddag voor Jantje, en ik be
loofde hem niemand te vertellen
dat hij geslapen had.
Waarvan hierbij acte.
MELIS STOKE
iimniiiririHii
zagen wij toe; nu en dan hoorde men in
het publiek innig en hartstochtelijk zuchten...
och ja... het publiek... ik vergat er u van
te spreken. Want het was anders dan in
't algemeen bij intieme kunst-vertooningen.
Ditmaal zag men grijsaards met een vreemd
licht in hunne oogen, vergezeld van stuursche
dan wel kalmeerende gaden, ongehuwde
mannen met notitieboekjes, ongehuwde
dames met intimideerende face-a-main's en
hier en daar groepen familie-leden der
schoonheden, dan wel deze schoonheden
zelf, nerveus als auteurs bij hun première.
En zij allen keken naar de mededingsters
die, duidelijk genummerd als motorrijwielen
bij eene betrouwbaarheids-wedstrrjd, aan
ons begeerig oog voorbij trokken.
Ach, daar waren zoo subtiele en teedere
regie-vondsten, als het op-en-af-zetten van
een hoofddeksel, het schaamtevol bedekken
der gelaatstrekken met hand of mof, en eene
mimiek die verre boven de tooneelmatige
was, namelijk: vrouwelijk.
Hoevele tastende, schalksche, prentsche
en hautaine glimlachen werden niet in de
zaal geworpen, hoevele schouders niet on
bedekt gelaten, en hoevele gebitten l En welk
eene verscheidenheid van schoonheden: daar
was het kind met de vragende, daar was
de vrouw met de eischende, en daar waren
de vrouwen met de opdringende oogopslag.
En het publiek dat zich, (gezien en be
taald de entreegelden) geen eischen laat
stellen, laat staan een oordeel opdringen, het
publiek juichte de vragen
de kinderoogen toe
en schonk zijn gunst.
Het beeld verdween ...
en het oogenblik naderde
waarop, naar den levenden
lijve, zichtbaar wordenzou:
De schoonste vrouw van
Amsterdam.
Denk u onze
ontroeringZe kwam, stralend van
schoonheid stond ze te
midden eener hartstochte
lijke menigte... zij strekte
x F ^=?hare blanke vingeren uit
<&,")'/-. om de gouden medaille te
ontvangen, en onder on
beschrijfelijke opwinding
snelden grijsaards en jon
gelieden naar het tooneel.
Ook de teekenaar en ik
stortten ons in het gedrang,
om haar te genaken, wij
hijgden en worstelden
mijn buuiman iukt zich
vlammende waren zijne oogen los uit
den greep zflner wettelflke echtgenoote.
Toen kreeg ik een slag op het achter
hoofd en alles werd nevel. Den teekenaar
had ik in het algemeen gedrang verloren.
Maar eenige oogenblikken later vond ik
hem terug, en door een dier ondoorgron
delijke spelingen van het toeval, die het
leven van den journalist beheerschen, be
vonden wij ons van aangezicht tot aange
zicht met de bekroonde schoonheid. En
welk een aangezicht... slechts stamelend
wisten wij ons interview aan te vangen..'.
en, door de ontroering, met een verkeerden
vraag, namelijk met nummer 6, luidende:
Hebt gij geplombeerde kiezen ?"
Aanstonds was de heer Max van Gelder
ter plaatse. En even later lagen wij stuip
trekkend in de modderige Amstelstraat...
Maar ach ... hoe schoon was zij...
MELIS STOKE
'*?*.