Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
19 Aprl. 19. No. 2182
ALLE EENDJES
Teekening voor ,de Amsterdammer" van Jordaan
De Oude Kip: Daar gaat nummer drie"
iiiiiiiiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiii iiiiiiniiiiitii
HET BOSCH
door P. H. BURGERS
Directeur van het Landgoed Johanna
Hoeve" te Oosterbeek
Binnenkort acht men de grootste nood
voorbij en daarmede wordt ook het
Noodboschwetje" overbodig. Het bosch zelf is
echter nog geenszins uit de nood! En zeer
terecht heeft de Bond Heemschut een adres
aan den minister gericht om de noodzake
lijkheid te bepleiten van een spoedige tot
standkoming van een algemene Boschwet.
Wij zijn in dit opzicht achteriqk. Het vrije
particuliere initiatief viert hier hoogtij, ook
als duidelijk daarmede kwaad aan de ge
meenschap geschiedt, en het wetteiqk
ingrijpen In particuliere zaken geschiedt pas
als het te laat is, althans zér laat, getuige
de Noodboschwet die heden nog van kracht
is, maar die minstens een jaar te laat kwam.
Het Staatsboschbeheer oefent nu toezicht
iiiiiiiHiiiiitiimtnMitimNinMinimin iiimiiimmiiiHHiiiiiiiiNNiiiimi
^«M^§N^^ ?
i??^oaogg^-g/R^»^-,
ROODE ROOZEN
DOOR
GERALD HAMILTON
Donna Maria moest bekennen, dat zq
verslagen was...
Zij, nog voor kort de meest bewonderde,
de meest ben?de vrouw in geheel Rome,
was nu het slachtoffer van medeiqden. Haar
kloosteropvoeding was pas juist teneinde
toen zij, de dochter van een Napolitaanschen
prins, huwde met een aristocraat uit Rome.
Zij was des'ijds misschien zoo weinig tof
al zoo veel) op de hoogte geweest van liefde,
dat zfl zeer willig, bqna zelfs in verrukking
in de keuze harer ouders had toegestemd.
Spoedig echter kwam z8 tot de fatale ont
dekking, dat haar temperamentvol en arti
stiek karakter weinig overeenkomst had
met de bekrompen onverdraagzame natuur
van haren echtgenoot; verder, dat zij zelve
eene buitengewoon knappe, ja zelfs mooie
jonge vrouw was en dat intrigeeren op
politiek, en ook op ander gebied, eene bezig
heid was waar zij bijzonder veel aanleg
voor had.
Eene wettelyke echtscheiding bestaat niet
in Italië. Maar zelfs al ware dit mogelyk
geweest, dan staat het toch nog te bezien
of Donna Maria en haar man op zulk eene
alledaagsche wijze het probleem van hun
huwelijk zouden opgelost hebben. Daar
bovendien een cavaliere Servante in het
gezelschapsleven van Rome oogluikend
geduld wordt verliep er nog geruime tqd
eer zy er toe besloten over te gaan tot
eene '?scheiding van tafel en bed." Toen
dit echter geschied was en Donna Maria
bevrqd was van den man, die door iedereen
maar poco sympatico gevonden werd, draalde
zij niet langer om in alle opzichten van het
leven te genieten, daartoe in staat gesteld
zoowel door haar rijkdom als door hare
vele hoedanigheden.
Donna Maria zij verkoos niet bij den
naam van haren man genoemd te worden
was eene elegante verschijning, zq was eene
vrouw van even boven de dertig, die nooit
haar figuur bedorven had met de zorgen
van het moederschap. Zq was lang en slank
en verstandig genoeg iets mér uit te geven
uit en kan een kapverbod uit doen vaardigen
als gevreesd wordt dat bepaalde
boschcomplexen geveldfzullen worden. E*n
dergeiqke preventieve maatregel zal ook voor
de toekomst groote waarde hebben, maar
ons volkskarakter verzet er zich tegen
gemassregelt" te worden en het is te vreezen
dat de boscheigenaar binnenkort weer frank
en vrij hakken kan zooveel hfl wenscht.
Het is overbodig om hier nogmaals uit
voerig te gaan pleiten voor een spoedige
en rijke bebossching In Nederland. De tot
standkoming van de Nood-boschwet bewees
dat men de noodzaak inziet van flinke
boschreserve en ook de aankoopen van het
Staatsboschbeheer wqzen in die richting,
terwijl de wet op Staatshulp van
Gemeentebebosschingen daarvan ook reeds getuigt.
Het is echter noodig dat Nederland door
een goede wet in staat gesteld wordt groote
bosschen te reserveeren, pok al zqn die in
handen van particuliere eigenaars.
Na de veel bosch verwoestende revolutie
in Frankrqk heeft men daar den 29en April
iiiiiiimimimiiiiiiifiiiiiiiitiiiMiiiiiiii
N.V. PAERELS
Meubileering MIJ.
COMPLETE MEUBILEERING
-: BETIMMERINGEN
:
Rokin 128 Telef. 4541 N
iiiniiiiiiiMtHiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiifiiiiiMimiiiiittiiiiii
1803 een verbod van velling uitgevaardigd
voor den duur van 25 jaar, terwqi IQ 1827
de ,Code forestier' kwam waarbij deze ma
terie zoo grondig mogelijk verzorgd werd.
Inderdaad hebben zulke streng beperkende
maatregelen niet den grootsten gunstlgen
invloed op een boschuitbreiding.
Hier te lande zal men allicht naar andere
maatregelen uitzien en dan komt het mij
voor dat de Colbertsche wetgeving van 1669
voor ons land zér goede deelen bevat.
Colbert heeft voor Frankrijk een wet tot
stand gebracht die op alle gebied van de
boschpolitiek doeltreffend kon heeten. Naast
de strafbepalingen op diefstallen enz., de
omschrijvingen van de rechten op het bosch
(varkensweide enz.) gaf die wet ook tech
nische voorschriften voor het particuliere
bedrijf en werd dit onder zeer scherpe eti
deskundige controle geplaatst.
Ik zal mij niet aanmatigen hier een ont
werp samen te stellen dat ik van onze
Nederlandsche toestanden gunstig zou ach
ten maar ik wil hier toch enkele zaken raar
voren brengen die m.i. van grooten invloed
kunnen worden.
Het eeróte en beste middel om groote
boschreserven te scheppen en goed te
exploiteeren is naïuurlijk een snelle en krachtige
uitbreiding van het Staatsbosch en de orga
nisatie van een goed beheer daarvan. Zoo
iets bestaat er reeds, maar men schaamt
zich over de uiterst langzame uitbreiding
van deze tak van dienst. Men heeft goed
deskundig personeel, men heeft enkele
bosschen, heiden en zandverstuivingen maar
het geheel is nog veel te kbin en regeering
i en volksvertegenwoordiging zullen er toe
om motten gaan op vél ruimere wijze
dit groota volksbelang te gaan steunen.
Vervolgens moet ten eenenmale gebroken
worden met de absolute vrijheid van het
particulier initiatief ten dezen. Het
boschbedrijf in Nederland is in normalen tijd
vrijwel een luxebedrijf van den particulier
en in zoover is aanmoediging noodig, maar
tegelijk moet voorkomen worden oat de
eigenaars onder toevallige omstandigheden
er toe over gaan het bosch te gelde te
maken op een manier dat dit verloren gaat.
De wet kan aldus b.v. voorschrijven dat in
dennenbosschen jaarlijks geen grootere op
pervlakte gekapt mag worden als door het
Staatsboschbeheer ter plaatse vast te stellen
en tevens kan de plicht van onmiddellijke
hcrbebossching opgelegd worden.
Het staatsboschöeheer is deze
herbebossching toe te vertrouwen uit de inkomsten
der veiling, zoo de particulier geen garantie
van goed werk kan geven. Het is daarvoor
noodig dat de staat alle boschbedrrjven
die grooter zijn dan b.v. 10 H.A. contro
leert. De Houtvester van de staat kan voor
elke streek den omloop" bepalen, d. w. z.
den leeftijd waarop geveld mag worden,
en hij kan de grootte der velling daaruit
bepalen. Hij kan adviseeren en hulp
verleenen bij de boschverpleging en de
herbebossching of ontginning en in speciale ge
vallen uitzonderingen toestaan.
De boschwet moet voorts omvatten bepa
lingen die de gelegenheid open stellen tot
j een krachtige bebossching van woesten
grond. Reeds wordt een renteloos voorschot
dan zij feitelijk bekostigen kon aan enkele
toiletten van den Rue de la Paix dan aan
een groot aantal japonnen uit Rome of Napels,
zooals de meeste Italiaansche dames doen.
Zij droeg bijna steeds zwart en haar over
vloedig dik zwart haar werd zelfs door
hare vriendinnen bewonderd. Donna Maria
was artistiek, muzikaal en kon in hooge
mate geestig zijn. Geen wonder dus,
dat haar kleine salon zich steeds vulde met
het beste gezelschap, dat Rome bieden kan,
aangenaam afgewisseld met het welkome
cosmopolltische element uit het Corps
diplomatique.
Ugo Colognetti, een heerlijk levenslustige
knaap, donker en, zooals hare vrienden
zeiden, bijna onfatsoenlijk knap, was eer
tijds, in de dagen van haar huwelijksleven
in de Casa Doglio, Donna Maria's cavaliere
servante geweest. Hoewel 'Donna Maria zelf
toegaf zes jaar ouder te zijn, bleef ugo, ook
na de scheiding, meer dan ooit persona
grata in het smaakvolle aparte ment waar
zij woonde, op den hoek van de Via Sistina
en de Piazza del' Trinita met het mooie
uitzicht op de Scala dl Spagne. En niemand
kon eene aanmerking maken op deze inti
miteit; integendeel, haar liaison, welke
reeds eenige jaren bestaan had, werd zelfs
zeer gepast bevonden. Trouwens men ont
moette onder de elite van Rome tal van
dames, wier amours niet alleen veel minder
bescheiden, maar ook veel ingewikkelder"
waren.
Zij bleef haar Ugo dan ook trouw en toen
op zekeren dag die verwende jongeling haar
bezocht in de schitterende uniform van
luitenant der Lancieri di Firenzi, kwam zij
tot de zekere overtuiging, da zij eene ge
lukkige en te/reden vrouw was. Ten volle
bewust dat het leven zonder Ugo voor haar
eene onmogelijkheid zou zijn, was zij ver
standig genoeg enkele fhrtations waar de
jongen, door zijn jeugdige natnur aan toe
mocht geven, door de vingers te zi;n. Als
men haar vertelde dat Ugo in de kleed
kamer eener beroemde zangeres was gesig
naleerd of dat men hem gezien had in ge
zelschap van een of andere bekende
demimondaine, dan haalde zij haar schouders
op en glimlachte welwillend, begrijpend;
het giftig venijn had z'n uitwerking niet.
Zij was bewust van haar macht en verstandig
genoeg die grenzen niet te overschrijden.
En nu was alles veranderd. Een dwaas
jong Amerikaansch poppetje, niet eens mooi,
en pas voor korten tijd met eenen
Italiaanschen graaf getrouwd, had haar haren Ugo
ontnomen.
Het was onbegrijpelijk, eenvoudig niet te
gelooven...
Donna Maria had desnoods Ugo's dood
berustend kunnen verdragen; haar inwendige
aangeboren trotsch zou de welgemeende
deelneming van hare vrienden wel kunnen
weerstaan, maar ooit Ugo's liefde te moeten
missen, dat was iets waaraan zij nooit ge
dacht had. Zij was eenvoudig belachelijk
in de oogen van ledereen; die hatelijke op
merkingen, die spottende blikken, dat domme
gefluister, maar bovenal die ergelijke
voorkomendheid harer kennissen, was
meer dan een mensch kon weerstaan.
Er was slechts n wijze om daar aan te
ontkomen, een lafheid misschien ... waar
geheel Rome over zou spreken, een schandaal
veroorzakend, maar het zou haar bevrijden
van de opinie van de wereld!
Daar in de villa van zijne Atnerikaansche
gravin, te midden van de Alban heuvelen,
voelde Ugo zich iniuischen ver van gelukkig
en lang niet op zijn gemak. Hij had reeds
berouw te overhaast den Rubicon van zijn
verlangen te zijn overschreden. Hij had
dom en ondoordacht gehandeld: er waren
geen woorden geweest en er was niet de
minste reden voor eene verkoeling in hunne
verhouding. Ja, de eenigszins piquante
Amerikaansche had hem geboeid en hij
had, geheel zonder bij-gedachten, eene
uitnoodiglng om een paar dagen bij haar
te logeeren aangenomen, trouwens in de
meening dat haar man tegenwoordig
zou zijn... en die paar dagen waren
allengs tot weken gsgroeid, in welke hfl
ah 't ware bevangen scheen te zijn geweest
door haar charme. Ugo had niet aan Donna
Maria geschreven omdat hij niet goed ge
durfd had en ongemerkt was de tfjd voorbij
gegaan voor dat het tot hem doorgedrongen
was, dat hfj niet meer terug kon.
Door de praatjes van een koetsier wist
men al spoedig in Rome waar l'go verblijf
hield en venijnige tongen brachten met
graagte het nieuws aan Donna Maria, die
moedeloos wachtte in haar bescheiden woning
uitziende op de Scala di Spagne.
En tout Rome zat in spanning. Wat zou
Donna Maria doen? Iets bijzonders natuurlijk,
maar wat ? Ea wat zou het lot zijn van de
kleine zegevierende contessina?
Hetwas einde Juni en dien middag was zij
thuisgebleven. Zij was zooals gewoonlijk in
het zwa rtgekleed en droeg als eenig sieraad
een paar roode rozen, haar lievelingsbloemen.
In gedachten verzonken liep zfj rusteloos
op en neer door de kamers, doortrokken met
den geur van rooien, die men overal zag
staan in kristallen kommen, in porcelelnen
bakken, in groots en kleine vazen. Een gril
had haar op het idee gebracht haar slaap
kamer geheel zwart te houden met een
en staatshulp bij de technische uitvoering
verleend aan gemeenten die hun woesten
gronden willen bebosschen maar het komt
mij voor dat in die richting nog meer te
doen is. Complexen grond van een bepaalde
minimumoppervlakte b.v. 500 H.A. zijn nog
bij elkaar te brengen in particuliere landen
en belooven op den duur een uiterst gun
stige grondspeculatie in verband met de
trek naar het land, uitbreiding van park
steden enz. Het groot-kapitaal ziet er echter
tegen op, zoo'n onderneming aan te pakken
omdat voor een lange reeks van jaren rente
onbereikbaar is en er zelfs veel geld noodig
is voor boschverbetering, aanleg en beheer.
Het IQ kt mij boven alle twijfel verheven
dat binnen enkele tientallen van jaren zér
groote uitgestrektheden van onze mooiste
gronden, heide en bosch geleidelijk ver
kaveld zullen worden en door beperkte
bouw-ondernemingen geëxploiteerd zullen
worden. Wat op die wijze aan natuurschoon
vernield zal worden, kunnen wij reeds onge
veer nagaan in de buurt van provinciesteden l
Hier zijn verschillende groote belangen
samen te brengen. Het is nog mogelijk heden
een werkelijk belangrijk boschcomplex van
een acht of tienduizend hectaren (en meer!)
bijeen te brengen. Indien daar voorloopig
een zeer intensief boschbedrijf wordt uitge
oefend, is het mogelijk mettertijd daarin op
werkelijk aesthetische wijze de uitbreiding
van villastad of parkdorp te bewerkstelligen
volgens algemeene en groote lijnen.
Boschreserven van honderden hectaren, werkelijk
grootsche landschapskunst kan dan samen
gaan met bouwkunst en stedenbouw.
'Het kapitaal voor een dergelijke onder
neming (misschien 10 millioen of iets der
gelijks) brengt echter zoo lang geen rente
op dat het schroomt zich met zoo'n onder
neming in te laten. Hier kan de Staat een
enorme steun verleenen door b.v. voor 50
iaar een lage rente te garandeeren en uit te
betalen onder bepaalde bindende voorschriften
van kapverbod (beneden een bepaalden
leeftijd) bebossching, Staatscontrole en
terugbetaling uit mogelijke latere winsten
bij bouwexploitatie enz.
De onderneming zou zoodoende het karak
ter krijgen van een vrijwillige leening tegen
lage rente, met onderpand en kans op winst
na een reeks van jaren, terwijl de geldschie
ters reeds aanstonds een buitengewoon goed
werk voor de gemeenschap verrichten door
de zekerheid te geven van een mooi
boschwerk op werkelijk belangrijke oppervlakten
gronds. Juist waar het particuliere initiatief,
vrijgelaten In kleine ondernemingen en
grondspeculatie moordend zijn voor aestheti
sche stedenbouw en parkaanleg, moet be
proefd worden zulks onder Staatstoezicht
in groote lijnen uit te gaan voeren. Bij een
jaarlrjksche uitkeering van een half millioen
door het Rijk, Provincies en Gemeenten,
zou reeds een kapitaal van wellicht 15 mil
lioen bij elkaar te krijgen zijn, waarmede
een grootsch nationaal Boschpark is te
stichten. Indien zulks ondernomen werd
in een streek met zich uitbreidende steden
en dorpen is de risico zeer gering en zullen
ondernemers over eenige jaren winst kun
nen maken door geleidelijke afstand van
bouwterrein onder goede aesthetische con
trole.
Het is noodig dat het Bosch" onderden
publieken aandacht blQft en dat het niet
vergeten wordt bij de talrfjke economische
kwesties die zich voordoen ! Een goede
Boschwet is spoedig noodzakelijk!
overdaad van wijnroode kussens en
wfjnroode gordijnen, die prachtig afstaken tegen
het mollig zwarte tapijt, de effen zwarte
muren en het zwart gelakte ameublement.
Zelfs het hooge plafond was zwart geschilderd.
Donna Maria liep langzaam heen en weer
in dit vreemde slaapvertrek. Zij was geheel
alleen, daar de kamenier en het overige
personeel dien middag uit waren, naar de
kermis. Bij haar schrqftafel bleef zq een
oogenblik staan, aandachtig Ugo's portret,
in zwart ebbenhouten lijst, aanziende. Het
scheen alsof er eene uitdrukking van spot
lag in die krachtige knappe gelaatstrekken,
in den grooten sensueelen mond en in d
schitterende oogen.
Zij zuchtte. Ja, het was moeiiqk om
plotseling moedwillig een einde te maken
aan dit mooie leven. Haar natuur was te
aestetisch en tevens te dramatisch om zelfs
een oogenblik aan het innemen van vergif
te denken en zij had een afkeer van vuur
wapenen. Neen, er was een beter, een mooier
middel...
Langzaam naderde zij een zwart gelakt
kastje en het zorgvuldig ontsluitende nam
zij er een kleine glazen flesch uit, waarin
zich eene doorzichtige vloeistof bevond.
Toch vond zij het alles ontzettend minder
waardig : zelfmoord wegens den ontrouw
van eenen minnaar! Hoe gewoon, hoe intens
banaal! Maar zij wist er helaas niets anders
op; het was de eenige wijze om te ont
komen aan het sarcasme van de menigte en
het vuur, dat haar hart verteerde. Zij voelde
zich verlaten door iedereen. En haar man,
wat zou die er wel van zeggen ?
Onbewust als 't ware, zette zij zich aan
haar toilettafel. Zq wilde mooi" zqnomte
sterven evenals destqds de Fransche noblesse
die om zich naar de guillotine te begeven
hunne beste kleeren aantrokken. Zij bevoch
tigde een vlok watten met een wit mengsel
uit een der flacons en wreef hiermede koorts
achtig gejaagd hare gelaatstrekken, gelijnd
door den onrust der laatste dagen. Even
liet zq dit indroogen en nam toen rouge"
uit de lade om hare wangen een weinig
kleur te geven; daarop het poederdons,
karmijn voor de lippen, stift voor de wenk
brauwen ... en voor de oogen ? Daar was
immers niets voor noodig, die zouden spoedig
voor altqd gesloten zijn. Na zorgvuldig hare
mooie nagels geëmailleerd te hebben,
sprenkelde zij een paar druppels van een
welriekend parfum op hare handen.
Zij was gereed.
Plotseling viel haar blik op een klein
kruisbeeld, dat vergeten en stoffig in een
hoek van de kamer hing. Zq kon niet weer
staan er heen te gaan. Lieve God" sprak
AANNEMEN!
Kellner zijn is even nuttig
Als bij voorbeeld: kamerlid.
Maar de eerste zwijgt en wandelt
En de tweede praat en zit.
Kamerlid kan elkeen worden
Met een beetje lef" en gein"
Kellners moeten menschenkenners
Engelen en heeren zijn.
Kellners worden door hun baantje
Heel wat ondervinding rijk;
Heel het rommelige leven
Zien ze spelen in hun wijk:
Dames die wel propjes lusten
Doen alsof ze sober zijn,
Maar hun glaasje limonade
Is een grokglas brandewijn.
Heeren met een zware pelsjas
En een hooge zijden op
Leenen voor 'n halve houtsnip
Van den kellner stil een pop".
Als hij na 'n jaar durft vragen
Om hetgeen hij heeft gepoft
Is meneer die pop vergeten
En de kellner i's een schoft.
Op 'n fuif van hooge oomes,
Waar schandalig wordt gebrast,
Kan men vór de soep niet zeggen
Wie er kellner is of gast.
Na de koffie en likeuren
Dan vergist men zich niet meer,
Want dan wordt de gast 'n patser"
En de kellner blijft meneer.
Als 'n taai habitueetje"
Over de bediening klaagt;
Als hij om een lucifertje
Al 'n paar maal heeft gevraagd;
Als hij urenlang blijft kleven
Bij zijn leege koffiekop
Eet hij, als de kellner weg is,
Al de zoute bollen op.
Kellners raken door hun arbeid
Aan vernedering gewoon.
Dankbaar moeten ze nog lachen
Voor hun stuiver fooien-loon.
Opgedragen aan Johan van American
door J. H. SPEENHOFF
nut iiiiiiiiiniiiii IIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIII Miiii.iiiHiHiinmiii
DEVO
Geurige Sigaar
FABRIKANTE
N.V. DIEVENBACH'8
Holl. Sigarenfabriik UTRECHT
,l?Illlllllll Illllt HUI Illlllll IIIIIIMIUIIIIIIIIIIIIIIM
ze tot het bronzen beeldje, wij beiden
hebben elkaar niet veel te reggen, vreesik.
Gedurende mf]n leven heb ik veel Uwer
wetten verbroken... en mijne wijze van
sterven is wel de grootste al mijner zonden.
Om vergiffenis vraag ik niet, ik verwacht
het niet. Maar dit wil ik u zeggen:
hetgeen ik in mijn jeugd leerde heb ik
niet vergeten. Ik eer u heden even als
toen en betreur het slechts, dat mijn geloof
niet in staat is mij steun te geven in deze
crisis. Schijnheilig kan ik echter niet zijn.
Finlta la comoedla!"
Even knielde ze toen en zoende snel de
voeten van den martelaar aan het kruis ...
even als eertijds de Heilige Maagd Zqne
Voeten Kuste. En aldus werd het vreemdste
gebed besloten, dat ooit tot eenen God
gesproken werd.
De schrille noten van een straat-muzikant
in de Via Sistina drongen tot haar door.
De wanklanken van dien Napolitaanschen
zanger hinderden haar op dat oogenblik
meer dan ooit. Wat een harden stem had
die man! Hoe grof bespeelde hij zijn guitaar!
Zou dat banale minnelied haar Requiem
moeten zijn?
Geen brief, niets Het zij achter; haar
dood was de verklaring. Waarom zou
zij er noodelooze complicaties aan geven?
De mogelijkheid bestond bovendien, dat men
haar sterven niet voor zelfmoord aan zou
zien en dat zou een slot zegepraal zijn, be
haald op Ugo.
Uit een van de kristallen kommen nam zrj
een arm vol roode roozen en terwijl zij zich
op haar bed liet vallen, strooide zij de
bloemen rondom zich heen. Enkele hield
zij nog vast terwijl ze het kleine fleschje
opende, dat op de tafel bij haar bed stond...
De geur van de roozen was sterk, maar
sterker nog was de doordringende reuk
ven ether, gruwelijk bijtend als een wolk
van duivels wierook.
Zoo lag zij met de armen wijd uitgestrekt
op haar bed en in het schemer duister van
de kamer gelijk een parodie op het kruis
dat boven haar hing. De roode roozen bq
haar hoofd en aan haar voeten, aan haar
middel en in de uitgestrekte handen waren
gelijk de open wonden van een fantastisch
Christusbeeld...
En zoo vond Ugo haar, toen hij eenige
uren later schuldbewust de kamer binnen
kwam, gebruik makende van den sleutel,
dien zij hem gegeven had... lang, lang
geleden.
En zoo liet hq haar... toen hij wegsloop,
terug naar de vroolijke villa te midden van
de Alban heuvelen.