De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 10 mei pagina 1

10 mei 1919 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

N*. 8185 Zaterdae 10 Mei A°. 1919 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND ONDER REDACTIE VAN Mr. J. A. VAN HAMEL, Prof. Dr. H. BRUGMANS, Mr. E. S. OROBIO DE CASTRO Jr., Dr. FREDERIK VAN EEDEN en H. SALOMONSON UITGEVERS: VAN HOLKEMA & WARENDORF Prijs per No. f 0.20. Per 3 mnd. f 2.50. Abonn. loopen per jaar Redactie en Administratie: Keizersgracht 333, Amsterdam Advertentiën omslag fO .40 Pregel, binnenpag. fO. 50 Pregel INHOUDs Blsdz. 1: Ideooratie, door v. H. Het liberalisme in Engeland, door H: T. Whyte. Bnitenl. Overzicht: Figuren en Noten, door dr. W. G. O, Byvanok. 2 Mann* qnins, teekening van Jordaan. Krekelzang, door J. H. Bpeenhoff. De School in het moderne Rusland, door Wl ?dimir, B. O. 8., door Leonid Andrejeff. 3: Feuilleton: Mjjn Jongen.door Cissy van Marxveldt. 5: Voor Vrouwen (red. Elis. M. Rogge) Van Vronwelyk Doen en Donken, door E. C. v. d. H. Penteekecing, door A. W Blaanw-Heering. Veertig jaren van T ewgding en Liefde, door Jo B. Nog eens Moejerechapezorg", door A. B. Soh. Vrouwen in de Prov. Staten, teekening van O. Woutersen-vam Doflsburgh. Kleeding ran de Maand. Uit de Natuur: Lqsterbes, door Jao. P. Thysse. 7: De Onderwijzers-Wedden, door dr. A. J. Sch'öeder. Bpreekzaal: Fred. van Eeden en de l Mei-dag, door J. L. Bilbink. 9: Johan van Oldenbarnerelt, door prof. H. Brngnans. Leekenspiegel. - Schildert nnst- Kroniek, door Plassobaeit. 10' Leonardo da Vinoi, door prof. W. Martin, Revolutionaire Knnst,, door G. Nijpels. 12 Uit het Kladsohrift van Jantje. Op den Econ. Uitkijk: De Aohturige Arbeidsdag, door jhr. mr. H. Smissaert. Btjm-Kronyck Bebietgat, door Melis Stoke. 13: Belgisch Im perialisme, teekening van Joh. Braakensiek. tichaakepe , red. dr. A. G. Olland. Bijvoegsel: Het Vredesverdrag, teekening van Johan Braakensiek. IDEOCRATIE De natie, die op de Vredesconferentie ongetwijfeld een bijzonder verstandig en bezadigd figuur heeft weten te verwerven, is de Japansche. Ingetogen en zakelijk zonder stijfhoofdigheid, kon zij menige andere opgewondene tot een spiegel dienen. Indien het al waar mocht wezen, wat wij onzerzijds na zorgvuldige en herhaalde overweging nooit juist hebben kunnen achten en wat ten onzent te vaak uit een zeker oppervlakkig sensationalisme aangenomen wordt: het Japansche gevaar is alweer grootendeels een product van de oude Duitsche propaganda met Wilhelm'steekenstiftaandespits,?indien het al waar mochtz ijn dat de Japanners de slimste der slimmen en de gevaarlijkste der gevaarlijken zijn, dan hebben zij zich in deze weken te Parijs in elk geval ge toond als de, lieden, die den tijd hebben en hun maat kennen. Japan had alle reden van de wereld gehad om vast te blijven houden aan 't beginsel dat in den Bond der Natiën naar gelijkheid der rassen zou worden gestreefd. Het had de geheele zaak daardoor in hare grond vesten kunnen doen schudden .Hier immers werden de grootste idealisten van allen, President Wilson en sommige vertegen woordigers der Britsche Dominions, door fewone binnenlandsche politiek weer ouden van in te stemmen met wat ongetwijfeld in de lijn hunner algemeene beginselen liggen moest. Japan had het zeker in de hand gehad Wilsonisme op de schrikbarendste wijze met Wilso nisme in strijd te brengen. Door toen bedaardweg en met zekere laconieke ironie zijn voorstel terug te nemen, heeft de Japansche vertegenwoordiger de inter nationale zaak zoowel als het prestige van zijn landeen grooten dienst bewezen. Deze stap heeft hem tevens het vertiiililliiliiiiiii HIIIIII iiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiin itiiiiiimnmiiiiiiii FIGUREN EN NOTEN NOG EENS DE BIJSTAANDER" Terwijl de Duitsche gezanten in Versailles wachten op het vredesverdrag laat ons nog eens de bladzijden opslaan van den zendmgsdomiréuit Zuid-Afrika die getuige heeft willen zQn van het vierde jaar van den oorlog, die zooals hij het uitdrukt in zijn zendingstaai, httft gestaan bij het kruis van Frankrijk. Zuid-Afrika is op den achtergrond van zijn gedachten gebleven. Midden tusschen den modder, den jammer en de verveling van di-n oorlog onder de koude benepen lucht, ziet hij uit op de heerlijke, htlderzonnlge dalen van het verre land, herinnert hij zich zijn meeleven in steeds bezigen werkkring met de naïeve vrome bevolking, die primitieve elementen had behouden van den menschenaard. Hier in Frankrijk is het de openbare weg die het oog trekt van den padre zoo worden de leger-kapelaans algemeen ge noemd, de weg met zrjn bonte stcffage van volken, Chineezen die voor n franc per dag als werklui overgekomen, onbezorgd voortgaan alsof zij in den vreemde thuis behoorden. Engelschen die overal hun eigen wereld meebrengen, negers met hun goedige verwondering en boven in de lucht de vliegtuigen. Het is een amalgama van rassen en beschavingen dat hij aanschouwt. De weg leert hem de toekomstige vereeniging der menschheld in samensmelting en strijd, en het is geen verheffend idee die verdwijning van al wat apart en eigenaardig is in het menschenras. In Havre woont hij in den stikdon keren trouwen bezorgd, waardoor alweer de idealistische richting voor het onover komelijke van haar eigen consequentie kon worden bewaard, terwijl volgens de toepassing van de 14 punten pp de Fiume-manier, Kiao-Tchao onvermijdelijk direct aan China had moeten zijn toe gewezen, heeft nu Japan verkregen dat dit niet is geschied, doch aan Japan de taak is overgelaten om het gebied in goede troaw en onder eene bepaalde regeling aan China over te dragen. Dit is ongetwijfeld een groot succes. Het doel, dat de Japanners zich blijk baar op deze wereldconferentie in de eerste plaats hebben gesteld, is, zich een reputatie van vertrouwbaar beleid te verwerven, waarin zij zich zelve tot dusverre zoo miskend verklaren. * * * Zij hebben zich daartoe evenwel niet gezet zonder leukweg hunne medemogendheden een fijn tikje ironie te doen gevoelen. Van een door de Japan sche regeering onder de leden der con ferentie verspreid geschrift luidt de aanhef aldus: nooit zoo sterk als ge durende dezen «orlog hebben grootsche algemeene begrippen een rol gespeeld. De mogendheden hebben schier gewed ijverd in 't doen van beroep op de < rechten der menschheid en op de breede trekken van democratie. Ieder heeft de groote idealen van eenen nieuwen tijd luide gehuldigd....' In het aangezicht van het verzet tegen de rassengelijkheid, in het aan gezicht van Wilson's conflict met Wilson wanneer hij Fiume niet Italiaansch wil laten worden, hoewel heel Fiume Italiaansch heeft gestemd, en wederom aan de Polen in zake Dantzig ont houdt wat den Yougo-Slaven in zake de Adriatische zeehaven wordt gegund; als België de volledige schadevergoeding derven moet, in punt VII beloofd, omdat de anderen in de verdeeling hun part moeten hebben, is die passage over de groote beginselen" juist tegenover de idealisten, ter snede! De zaak is dat, wanneer men op het oogenblik over de toestanden van de menschenwereld nadenkt, zij in bedenke lijke mate blijkt te zijn gebracht onder het juk der ideocratie, 't geen niet beteekent heerschappij van idioten, maar wel: heerschappij van rettoriek en groote woorden. Niet alleen in de kwestie van den oorlog en den vrede, maar in de geheele maatschappelijke beweging drijft de menschheid op t oogenblik op de golven van de klinkende leuzen her en der. Het is begonnen met de Duitschers, die de heiliging der kuituur door 't Duitsche wezen proclameerden en de leuze van Heldengeist gegen Kramergeist"aanhieven.Ook aan den geallieerden kant is wat toch niets dan zeer natuur lijke zelfbeveiliging en gevaarbestrijding was, vooral in den lateren tijd noodeloos met nevelige termen omhuld, waarvoor vrijheid, recht en democratie" de geijkte termen geworden zijn. Wij ontkennen geen oogenblik, dat deze denkbeelden aan den strijd ten grondslag hebben gelegen, maar omgekeerd moet ieder toegeven, dat er geleidelijk een over dadig gebruik van is en wordt gemaakt iiiiiiHitiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiimiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiitiiiimii nacht (vrees voor vliegtuigen) de uitlading bij, aan de kade, van reuzenschepen wier inhoud opgenomen wordt in een oi.metelijk hol, om dadelijk te worden voortgestuwd naar de plaats van bestemming. Zakken met haver worden in kolossale massa's opge stapeld, automobielen worden uit de lucht neergelaten, ja geheele spoortreii en komen aangezweefd om op de rails neer te dalen en verder te gaan. Het is de triomf van de techniek, een hersenverbijsterend mechanisme en tegelij kerlijd een wonder van zorg; want op dat raderwerk in duisternis berust de voeding en verpleging van twee en een half millioeri mannen aan het front. Aan een hoek van de hal, in een afge schoten vertrek zit een aantal mannen bijeen, uit alle oorden der wereld daar vereenigd en van alle standen. Zij conti leeren den dienst. Wat al krachten van den geest en van de machine zijn daar niet samengebracht om mtête werken tot n duel l Een nieuwe toestand wordt daarmee voorbereid. De padre ziet zijn Basuto's daar in de omgeving van fabrieksschootsteenen en laag kil land als in een vreemd kader; maar zijzelf zijn niet verwonderd. Zij nemen het ongewone aan, zooals zij het gewone aan nemen. En er is zoo heel veel aan het veranderen! Wie durft zeggen dat de oorlog zal ver dwijnen uit de menschenmaatschappij ? Maar zeker is het dat het leger en de verrichtingen van het leger, thans ru de geheele bevolking de armee uitmaakt, een totaal verschillend beeld geeft voor den geest, vergeleken bij vroeger, toen de militaire zaken op een afstand waren ge plaatst van de burgerlijke, alledaagsche samenleving, De aureool is heen. De vrouw ook is een ander wezen ge worden, nu zij mede dienst doet in een kort rokje en hooge kaplaarzen, om niet over verdere kleedingstukken te spreken. Zij is de geli ke en de kameraad van den man. De na'uur heeft nog wel veel te zeggen," merkt de padre op, maar de moderne man en het moderne meisje kunnen en dat zij te goedkoop in den mond ge nomen worden. Het is in de binnen landsche politiek overgegaan. In welk land is de staatsman te vinden, die niet geregeld in den toeter van democratie en macht der volkeren blaast? En hoe veel politieke slimheid en eigenbelang worden daaronder niet verborgen? * * * Ook de oppositioneelen hebben hunne likeurkelders geopend en schenken rijkelijk van de dictatuur van het proletariaat", of van het zelfbestemmingsrecht der massa s". Ieder, die nog wat wil tot stand brengen moet iets van deze aro matische kruiden bieden, of wijzen op de nieuwe gelukkige wereld", die wordt ingeluid. De langdradige redeneeringen op ons eigen socialistencongres zoo goed als de warmere straatbeschouwingen, die men hier op dien vervelendsten en kinderachtigsten aller dagen, den l sten Mei, hooren kon, vloeien over van de loftuitingen op den vierden, den nigen stand die werkt, waarbij de burgerklasse in het niet verzinkt, 't Is in alle landen hetzelfde. En weer hier in Parijs, in de wereld der staatkunde, hoevele staats lieden van kleinere staten heb ik niet reeds hooren verkondigen, natuurlijk weer geheel te goeder trouw en in het belang van hun land, dat juist hun land: een spil voor den vrede, een rustpunt voor de veiligheid der menschheid" is en dat de vrijheid van ... (men kan zelf naar believen invullen, nomina sant odiosa) tevens de vrijheid der wereld in zich sluit". Hervormers, socialisten, daemagogen, poëten, zij allen zwaaien den menschen voor oogen met het te groote Woord. Een opmerkelijke overheersching van het Keltische en van het sernietische element, daartoe bij uitstek geschikt, is ingetreden. Zij moet haren tijd hebben. Wat de menschen anders met nuchtere kritiek zouden hebben ont vangen, grijpen zij thans onverzadigd aan. Haar geestesgesteldheid schijnt er op 't oogenblik in te zwelgen, en niets is overdreven, paradoxaal of eenzijdig genoeg om haar uit het veld te slaan. Integendeel, de volkeren kunnen nog slechts worden geleid met breede termen en nog breedere gedachten. Wij kven in een phase der ideocratie. En kom daartegen maar eens met wat beters op. Het lukt niet. Men wil woorden. Vlieger legt het af tegenover Troelstra, Troelstra misschien tegenover Wijnkoop. Europa tegenover Amerika Lenin weer tegenover Wilson. Jan Kalebas tegenover Jan Kordaat. Het eenige artikel, dat niet duurder maar eindeloos goedkoop ge worden is, is 't gepraat in de ruimte. Wie nog iets verstandigs wil bereiken, moet het daaronder binnensmokkelen. Wie daar niet aan offert, brengt weinig of niets tot stand. Het woord is zeer waar: ideocratie. Waarschijnlijk is 'teen zenuwtoestand, dien de menschheid door moet en die haar voorloopig ste« ds verder van huis brtngr. De ontnuchtering treedt eenmaal in. Dan zullen wij weer zakelijker en kritischer zijn. Want dit moet men toch der menschen van harte toewenschen. haar flink aan. Zij staat niet langer vast in haar schoenen. Haar absolute heerschappij is voorbij. Al lang was de man meester over de natuur, maar zij voelde zich nog secuur toen de vrouw haar slavin was. Nu begint de vrouw haar de baas te wor en." Wat deugd en zedelijkheid heette in vorige dagen o hoeveel vflgeblaadjes van con ventie zijn er wegg?stt>ven door de aan raking met de werkelijkheid van den oorlogstijd t Men moet den padre hooren over de streatmeisjes van Parijs l In zijn voorstelling rijzen zij tot de elementen van vreugd in het leven, en hij wijdt een bladzijde vol aandoening aan het Ired van een hunner. De fatsoenlijke" vrouwen, daarover herinnert hij zich het woord van officier: Het onderscheid is moeilijk", en hij haait meerdere uitspraken aan die toonen dat in de vrouwenwrreld een eigen gevoel van moraliteit doorbreekt, ook in verband met de overwinning der natuur door de vrouw. Stelt de padre dan het belang van zijn eigen werkzaamheid in 't leger heel hoog ? Integendeel, als instelling bij het leger wordt de geestelijkheid geschuwd, hij ge voelt het, als particulieren kunnen de geestelQken gelden, wanneer zij takt door den omgang met militairen bezitten, en zij kunnen veel goed doen, omdat zij voor verschillende zaken zijn te gebruiken en invloed hebben op het peil van den conversatie-toon. Maar overigens de comités die voor de vermake lijkheden zorgen, hij moet het erkennen, doen meer voor het zedelijk welzijn dan zij zelven, en het ideaal van den militair is de man die zich flink en vroolijk door de moei lijkheden weet heen te slaan en steeds een grap bij de hand heeft om zon kameraden mee bezig te houden. Het g'loof en zelfs de tien geboden htbben daaibij geen plaats, behalve misschien in het kleine groepje der Afrikaansche &oim-ente dat de padre om zich heen heeft weten vereenigd te houden. De eenige geestelijke dien onze zegsman onverdeeld hoi.rde prijzen was een man die mee vloekte met de soldaten, wanneer men dat nu in boozen zin vloeken wil noemen, De moeilijkheden, die hun boven 't hoofd hangen,' zijn vele, vooral ook van s;offelijken aard. De toekomst bergt voor hen menig verborgen gevaar. Wie weet hoe diep zij zich zullen storten in 't ongewisse, holwoordige experiment. De macht der ideocratie neemt voorloopig nog toe. Men kan er zich slechts op voorbe reiden, dat later de wind toch weer l'ggen gaat. De storm die gezaaid is, laat de verwarring na, om dan door rustiger arbeid te worden opgeruimd. Voorloopig kunnen wij ons slechts blijven inprenten, dat woorden de vijanden van de werkelijkheid plegen te zijn, en ideeën de sluipmoordenaars van het ideaal. Parijs, Mei 1919 v. H. IIIII1IIIIII11IIII MUI || tlllllltllllllll Illlllllllllllllllllllllllllll DE TOEKOMST VAN HET LIBE RALISME IN ENGELAND door A. F. WHYTE De schrijver, de heer A. F. Whyte, was lid van het parle ment voorPerth van 1910 tot 1918 Voordien tijd was hij par lementair par ticulier secreta ris van Mr. Winston Churchill. Verder was h(i een der oprichters van The A ew Eu.rope, en geaurtnde dezen oorlog in dienst van de Britsche marine. Zijn politieke richting is de tiberale, maar op het oogenblik neemt hij een onafhankelijke positie in, en houdt zich speciaal bezig met buitenlandsche aangelegenheden. Vert. de Amsterdamniet" De verpletterende nederlaag van de libe rale partij in Engeland bij de algemeene verkiezingen in December 11. doet verschil lende belangrQke vragen rijzen, sommige van zuiver blnnenlandsch belang voor de Britsche eilanden, maar andere, die ook den lezers van andere landen belang zullen inboezemen. Het politieke middelpunt, dat de persoonlijke relaties van de liberale leiders de liter Lloyd Georgeinbegrepen vroeger vormden en de actie welke de afzon derlijke aftitelingen van de partij kunnen voeren om de eenheid weer te herstellen, kunnen deze laatste vraag het best doen samenvatten in dit eene groote punt: Hoe werd het liberalisme in Groot- Brittanje zoo totaal op den achtergrond gedrongen? De redactie van dit blad was zoo vriendelijk, mij uit te noodtgen in mijn kwaliteit van Engelsch liberaal te trachten dit punt uit te leggen. Laat mij, bij de aan neming van deze uitnoodlging, eerst voor mijn lezers een korte uiteenzetting geven van den loop, dien het liberalisme in Enge land gedurende de 19e eeuw heeft gev Igd en van de veranderingen, die er. tengevolge van den druk der omstandigheden en ge beurtenissen, in zijn voltrokken. Zonder te ver terug te gaan in zijn filo sofische origine, mogen wij constateeren, Uo schrijver van dit artikel. en die als het vroolijk toeging er niet tegen opzag de meisjes mee te zoenen en zonder blikken cf blozen ergerlijke taal kon aanhooren, maar wanneer de nood aan den man kwam, bad hij voor zijn broeders met een innigheid dat zij wisten God moest hem hooren. Hij was een Roomsche. Hij had een zekerheid van geloof en van houding in zich die al dat andere tot een bijzaak maakte. Hier naderen wij het centrum van Keable's boek met zijn vreemden titel: B ijs tanding. In Fra; krijk is hij op histonschen grond. Hij houdt er van het verleden te gedenken op het slagveld van Crécy of bij de bouw vallen van de oude abdij van Jumiégfs. H^ gaat daarheen als op een pelgrimstocht en onder den indruk van een toren, nog statig rflzend in zijn verval of van een abdijkerk die door haar vernielde koor het uitzicht vrijlaat over grazige weiden en uitgestrekte landouwen, stelt hij de vraag voor zijn ge weten wat toch wel de rechtvaardiging mag zijn van het feit dat iedere nieuwe tijd die nadert, zijn komst aankondigt door ver nieling van het schoonste, beste en liefste dat voorgaan de eeuwen hebben voort gebracht. Men spreekt nu van de verwoesting aan gericht in de kathedraal van Reims. De Duitschers hebben haar niet ontzien in de meening dat de Duitsche kuttuur de Fransche overtrof; maar over honderd jaren, wat onderscheid zal mea dan maken tusschen die schennis en het geweld door de Franschc revolutie begaan tegen de abdij van Jumièges voor meer dan honderd jaren, de opheffing der orde, de verdrijving der landbouwende broeders? Zij was niet minder wreed, die vernieling dan die van Reims thans is geweest, en zij ging eveneens uit van het beginsel alsof iets beters In de plaats zou worden gesteld van het mindere van voorheen. Zoo is het overal geweest: in Engeland tijdens de Hervormirg en later en overal. Het is een zware last, zegt de padre, dat wij in ieder wisselend eeuwgetij onderzooveel moeite en pijn moeten streven naar het ideaal van vrijheid en recht, en God alleen dat het liberalisme als politieke Macht zijn i inspiratie ontleende aan het bc grip persoonI lijke vrijheid en dat de eerste liberalen geI loofden, dat vrijheid van sociale actie in , ieder opzicht de eenige bron was van leven voor den Staat. In zeker opzicht is dat ge loof nog van kracht en nog waar, maar wanneer de vrijheid van uiting, van gewe ten, van vergaderen en van drukpers de normale conditie van politiek leven in fin geland is, kan gezegd worden, dat dit deel van de opdracht van het liberalisme is vol bracht en nu werkelijk het gemeere bezit is van alle partijen. Tusschen haakjes moet ik opmerken, dat ik de beperkingen van de vrijheid in deze opzichten gedurende den oorlog als zuiver tijdelijk beschouw en dat zfl zeker bij den terugkeer van den vrede zullen verdwijnen. Maar er waren andere gebieden, waar de liberalen volkomen vrijheid wenschten voor geschreven te zien als essentieele voor waarde van vooruitgang en wil: a in den handel; b in de Industrie. In den handel werd de leer beroemd als vrijhandel"; zS is lot op den huldigen dag een van de voornaamste punten van het liberale program gebleven. In de Industrie luidde het tot langdurige, liberale oppositie tegen de reglementeering van de industrie door fabritkswetgeving en scheen de liberalen in dien tijd tot een onsympathieke houding tegenover de weiknemers te brengen. Deze karakterstiek van het vroegere liberalisme is sinds lang ver dwenen en in de laatste jaren is de liberale partij een werkzame bevorderaarster geweest van maatregelen, om de arbeidende klassen te beschermen. De ontwikkeling van de industrieele po litiek der liberale partij deed haar een plaats innemen tusschen het uiterst linksche Laboursocialisme en het uiterst-rechtsche conser vatisme. En in sommige opzichten bleek het liberalisme een lypisch Britsch com promis tusschen deze twee machten Ik moet er aan herinneren, dat Engeland geen revolutie heeft doorgemaakt, die te vergelijken is met 1789, 1830 en 1848 en c!at daarom de evolutie van de Engelsche politiek een gladderen weg heeft gevolgd dan op het vasteland gewoonte is geweest. Een soort verlicht opportunisme heeft de handelingen van de beide groote, nationale partijen geleid en in deze atmosfeer van gematigde vooruitstrevendheid heeft het liberalisme gebloeid. Maar men moet toch niet vergeten, dat, terwijl bepaalde fundamenteele liberale principes onaangetast bleven, het liberalisme de harde en scherpe kanten van zijn oorspronkelijk program verloor en langzamerhand meer een atti tude." dan een filoscfie werd. Hierbij toonde het weer duidelijk de Ergelsche geringschatting voor theorie en zelfs voor logica en het bracht sommigen ertoe, een oordeel te vellen naar de resultaten in tast baren vorm. Het heeft tot hiertoe een zeld zame kracht getoond om op de hoogte te blijven van de behoeften van den lijdende tegenwoordige crisis in zijn politieke geluk is te beschouwen als een uitdaging om te bewijzen, dat zfln oude macht in dit opzicht onverzwakt blijft. Als de vraag nu gesteld wordt: Zal En geland het tooneel worden van een strijd tusschen revolutie en reactie ? dan is 't ant woord een nadrukkelijk: NEEN ! De Engel sche kiezer heeft een te lange school door gemaakt in den strijd om hervormingen langs constitutioneelen weg te verkrijgen; hij is te zeer overtuigd van de onvrucht baarheid van geweld, om een oplossing van de huidige problemen te zoeken in bommen en barricaden. Maar het wordt hem ook duidelijk, dat wret waar het einde zal zijn. Maar noem G Jd het Einddoel van ons streven dat noch lengte noch breedte noch hoogte heeft en toch vol is van leven, kracht en liefde, en kan niet in iedere eeuw de menschrnziti uit zichzelf direct opspringen tot het han van God en daar zijn ideaal vinden ? In de ge wijde stilte hier in deze kerk... De Roomsch- Katholieke Ktrk heeft en geeft die zekerheid, het evenwicht van de ziel. Is zij de eenlge ? Zoo vraagt zich de padre af. In een sloti hoofdstuk vol frischheid en geest en vol j van treffend verdriet geeft de padre zijn besluit. Hij heeft met een intieme vrierd een dis cussie gehad over de begir sels die de weield tot werkelijken vrede zullen leiden naafloop van den oorlog. Zullen het de principes zijn die Wilson hetf; geformuleerd? Neen," verklaart de vriend in een passie van opwinding, dat alies is gepraat over een regeling van het verleden, KI .i ar ik hoor niet spreken over piincipes vi>or een regeling van de tofkomst. Een principe mag Polen vrij maken, maar welk beginsel zal ons allen voldoen? Het moet een begirstl zrjn zoo krachtig dat het nationalen trots opzij schuift en het onderscheid vau kleur; zoo krachtig moet het zijn dat het de hebzucht en den lust naar macht verslaat; een be ginsel dat behoort tot het Godsrijk en niet tot de rijken van merschen.'1 Diepe en wijdst rekken de woorden, wan neer men hen uit wil denkrn. Drie maanden later ssaat de padre voor het bed van zijn bewusteloos stervenden vriend. Een wrevel komt op in het hart van den padre tegen den vijand dit hrm heeft gedood. Maar bij ziet op naar ht! kruis aan het hoofdeind- Op dat oogenb!>k begreep ik dat hij gelijk had, ik krielde bit zijn bed en gaf mijn vriend over aan zijn lot om der wille van den gekruisigde." O, het kindergelocf v«n Afrika i 5 Mei 1919 W. G. C. B Y v A N C K

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl