Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
10 Mfei '19..- No. 2185
LEONARDO DA VINCI
Wanneer in deze dagen de geheele wereld
den dood, vierhonderd jaar geleden (2 Mei
1519), herdenkt van Leonardo, dan is dit
niet uit jubileumzucht, gelijk maar al te
vaak. Veeleer ligt aan deze viering, naast
hst besef van zijne wonderbaarlijke genia
liteit, tevens ten grondslag een onuitgespro
ken gevoel van gemis: aan dergelijke
figuren, dat het menschdom van heden zoo
sterk beseft Een verschijnsel als dat van
Leonardo's geest, een mlracle entre tous
parfait et race", een van die goddelijke
weldaden, die, merkwaardiger wijze, de
opening was van een reeks waartoe ook
Rafaël en Michel Angelo behooren hoe
snakken wij eigenlijk niet naar het opnieuw
komen van zulk een opeenvolging van
genieën, al behoeven wij er wellicht van
anderen aard om ons te leiden en te ver
kwikken.
Het geniale samenvatten van velerlei be
wust en onbewust streven van zijn tijd;
het krachtig en juist formuleeren van
gedachten en gevoelens voor volgende
geslachten; het stuwen van invloed
rijke milieu's in voor de naaste toekomst
beslissende richtingen: dit alles vindt men
in Leonardo's werkzaamheid vereenigd.
HQ is in menig opzicht de verpersoon
lijking van de
zestiend'eeuwschen mensch
en hij wijst de
zen als het ware
zijn geestesle
ven aan in de
richting der bij
den
tegenwoordigen mensch
vaak zoo moei
lijk
harmoni'eerende
vereeniging van we
ten schap pe lij
ken speurzin
een artistieken
uitingsdrang.
HQ is het type
geworden der
16e - eeuwsche
veelzijdigheid
en van hare
eischen van in
dividualisme.
Zijn verschij
ning de
tQdgenooten zeg
gen het een
parig - beant
woordde aan
het toenmalig
ideaal van man
nelijke
schoonhe/d naar
11Leonardo da Vinci
Teekenlng naar zyn zelfportret door P. P. Koster
rijkheid doen hem tal van machinerlën be
denken of de mogelijkheid ervan overwegen
(b.v. de vliegmachine), terwfll hij als inge
nieur rivierbeddingen reguleert en verster
kingen aanlegt.
Zijn fijngevoeligheid uit zich op menig
punt in die richtingen van menschelrjkheid,
die eerst in onze samenleving wederom
hun rechtzijn komen opelschen. Kocht hQ
niet op de markt gekooide vogels, om hun
de vrijheid tekunnen hergeven?
Maar het zuiverst en indrukwekkendst
uiten Leonardo's gevoelens zich in zijn kunst.
Zij zijn daar verwerkt met zeer veel resul
taten van logisch denken, wiskundig
construeeren en technisch experimenteeren. Dat
men die .bedenksels" desondanks niet voelt
en ze slechts op den duur opmei kt, bewijst,
hoe sterk bij hem de kunstenaar overheerscht.
De zuivere, gevoelige menschelljkh'ld, die
in Leonardo woont, zijn diepgeworteld ge
loof aan de door hem zoo innig besefte
goddelijkheid van den menschelijken geest,
spreken nergens zóonmiddellijk als in zijn
kunst. Deze man, door zijn natuuronderzoek
voortdurend onder den Indruk van de on
doorgrondelijkheid van het leven, was zich,
terwijl hij schilderde, diep bewust van de
hooge roeping der kunstenaarsfunctie. Hij
beefde, terwijl hij werkte aan den kop van
Christus in zijn Heilig Avondmaal en hij
heeft dien on
voltooid gela
ten. Is het won
der, dat zoo
iemand zooveel
van hetgeen hij
wilde schilde
ren niet tot
het eind heeft
kunnen vol
brengen? Hoe
verre van hem
lag hetgeen
men thans zoo
vaak als stel
regel hoort uit
roepen : men
moet den moed
hebben fouten
te maken!
Wq willen in
dit kort bestek
niet uitweiden
over bepaalde
kunstwerken
van Leonardo
en slechts vol
staan met de
aanduidingvan
zQninl498voltcoid Avond
maal in het
Refectorium
van S. Maria
delle Qraciete
chaam en geest. (Het origineel verbluft in het Uffese-Museum te Florence) Milaan, welk
Hij was groot,
lenig, ijzersterk, fiziek zeer bedreven,
hartstochtelQk, hoffelijk en werkzaam, een uit
stekend musicus en een uitnemend impro
visator.
Een groot deel van zijn leven werkte hij
als organisator van alle mogelijke zaken
aan het hof der Sforza's te Milaan, maar
tegelijkertijd bouwde hij er vestingwerken
en evengoed schilderde hij er het Avond
maal en ontwierp hrj er een ruiterstandbeeld.
In zijn niet zoozeer gecompliceerden als
wel veelzijdigen aard zijn de twee voor
naamste eigenschappen de speurzin en de
fijngevoeligheid. Beide uiten zich op laat ik
zeggen hartstochtelijke, impetueuse wijze.
Zijn speurzin gaat vooral naar de richting
van de oorzaken der beweging, naar het
mechanisme in het leven en hierdoor komt
hij o.m. tot zijn bekende anatomische studiën.
mechanische kennis en zijn vinding
wonderwerk
helaas in zeer ontredderden staat is geraakt,
en verder nog als een zijner beroemdste wer
ken noemen de Gloconda in het Louvre. ZQn
arbeid als kunstenaar leidde hem tot tal van
technische experimenten en deed hem ook
esthetische en technische theorieën opstellen,
die in zijn bekende Trattato della Pittura"
zijn neergelegd. De invloed van zijn kunst
is ontzagelij k geweest en nog heden is die
allerminst geëindigd.
*
Behalve als schilder was Leonardo op
kunstgebied als architect en beeldhouwer
werkzaam, terwijl hij op wetenschappelijk
gebied o.a. als physicus, anatoom en geoloog,
op technisch terrein als ingenieur en
artillerlst optrad. ZQn met de linkerhand geschre
ven aanteekeningen grootendeels notities
voor voordrachten en ont werpen voor verhan
delingen bevatten tallooze gedachten en
IIIIIIIIIIIIIIIINIIMIIMIIIIUIIIMIIIIIIII
OELOF n'TROEN
Kalverstraat 1 l Paarlen, Brillanten
- Opgericht 1850 - KJ Goud, Zilver en Horloges
TELEFOON 658 N
Uitsluitend eerste kwaliteit
IIIIMIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIII lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllltllllMlIIMIIMlinMIIIIHIIMIIIIMIIIMIIIMIIIIIIMIIIIIIIinilllllllllllllllllllliEIIIIIIII
MIJN JONGEN, d or Clssy v. Marxveldt
(Vervolg van pag. 3)
Het huis raast het onze, dat lang heeft
leeggestaan, is weer bewoond. Uit mijn slaap
kamerraam heb ik In hun tuin gespied. Want
op een witte tuinbank onder een kastanje,
die reeds fier naar den hemel zijn kaarsen
kroon steekt, zit een meisje. Een fijn pop
petje in n blauw jurkje. Ze heeft lage
schoen'jes aan en haar beenen slingert ze
regelmatig heen en weer. Ik denk, dat ze
niet ouder zal zijn, dan een jaar of tien. Als
ze leest, valt heur haar langs de smalle
wangen tot op het boek. Ze zit eiken middag
op de tulnbink onder de kastarje en eiken
middag kijk ik na ir haar als Ik nst op den
divan voor mijn slaapkamerraam. En ik denk,
dat ik graag die slanke beentjes eens met
mijn handen zou willen omvatten, of streelen
het zachte haar, dat langs haar wangen valt.
Wat is zoo'n meisje lief en gracielijk in
haar onbestudeerde houdingen. Soms legt
ze zich voorover neer op de bank, steunt
haar kin in haar beide handpalmen, en wipt
langzaam het eene been na het andere om
hoog. En het korte rokje deint mee met die
beweging, 's Morgens zie ik haar niet, dan
zal ze naar school zijn, of misschien lessen
krijgen aan huis, maar 's middags, altijd, als
de zon geklommen is b o/en den ouden
kastanjeboom wat is dit voorjaar wonder
lijk big en stralend zit ze op de witte
tuinbank en leest. Soms ook legt ze haar
gevouwen handen om haar opgetrokken knie
en staart den tuin in. Waaraan zou ze denken,
dat kleine meisje met haar oogen groot en
donker in het peinzend gezichtje ?
* . *
Guus heeft het meisje gezien, 't Was
Woensdagmiddag en hij zat beneden te
werken. Ik lag op mijn divan. Toen kwam
hij naar boven en vroeg me een zin te ver
talen uit zijn Fransche leesboek.
Ik was bang, dat u sliep", zei hij. Maar
ik kon niet opschieten, en daarom..." Dan
de richting van mijn oogen volgend, die
onwillekeurig weer afdwaalden naar het
meisje, zei hij, na even zijn adem te hebben
ingehouden: Moeder, wie is dat?"
Ons nieuwe buurmeisje", zei Ik.
HIJ keek en keek, en ik wist, dat zyn
oogen streelend langs haar zachte haren
gingen en langs haar bloote halsje. Maar hij
zei niets meer.
Doch nu komt hij uit school direct naar
boven stormen, en zelfs, als ik in den tuin
zit, hoor ik eerst zijn voeten de trap
ophollen en het gepiep van mijn deur, die
zacht wordt opengedaan. Dan kijkt hij naar
het meisje.
Gister, toen ik op zijn kamer nog heel
laat het licht zag branden, ben ik bij hem
binnengegaan. Hij stond voor zijn spiegel,
en trachtte zijn haar te scheiden. Ik zag, hoe
hij hardnekkig de stugge haren van de
schelding trachtte weg te borstelen. En zijn
mond had hij vastgesloten. Maar toen hij
mQ zag, gooide hij den schuier weg. Er
trok een kleur over zijn heele gezicht.
Het gaat niet", ze) hij.
Mag ik eens probeeren?" vroeg ik. Ik
geloof niet, dat we ons ooit zoo innig ver
want hebben gevoeld, als toen mijn handen
bezig waren In zijn wit-blonde haar.
Dachten we niet belden aan het meisje
op de witte tuinbank? De scheiding maakt
zijn gezicht voer mQ nog onwezenlijker,
maar ik geloof, dat hrj er trotsch op is. HQ
heeft vandaag een paar maal over zijn haar
gestreken, dat nu aan weerszijden van de
rechte scheiding wat geplakt is. n hij draagt
zijn hoofd hooger en er is iets veerkrachtigs
in zijn stap gekomen.
* *
Ik heb het meisje bij mQ gehad. Het is
heel eenvoudig gegaan. Ik zat tegenover
hanr in de tram, ze hadeenzwart-fluweelen
baret op, en ze leek weggestapt van een
Fransch modeplaatje. Ze keek recht voor
zich en haar hand frommelde gedachteloos
aan den riem van haar taschje. We stapten
gelijk uit, ze liet mQ voor gaan en ik dankte
haar met den glimlach, dien ik voor haar
bewaard had. Toen zagen we hoe een paard
moeizaam een zware n wagen bQ een brug
optrok en ik hoorde haar stem in een zuchtje:
ah" zeggen. Ik draaide me naar haar toe,
en ik zei: Zie je wel, dat er al mannen
bQ komen, om het paard te helpen ?"
Ja", zei ze. O ja." Ik bleef naast haar
voortloopen. Ze liep rechtop en waardig als
Beschlagnahme
der bfirderlichen
Revolutionaire Kunst
Inbeslagneming van Burgerlijke Woningen
vondsten, die nog heden ten dage hun
beteekenis niet hebben verloren.
Leonardo's levensgeschiedenis willen wQ
hier niet verhalen. Een leder kan die overal
vinden. Alleen zQ kortheidshalve zQn ge
boortejaar : 1452, vermejd, en aangestipt,
dat hij zijn laatste levensjaren (sinds 1516)
sleet aan het hof van Frans I van Frankrijk.
W. MARTIN
DE REVOLUTIONAIRE KUNST IN
BEIEREN
Flnita la Comedia.
De Münchener sovjetrepubliek is na enkele
weken vantragi-comisch bestaan, al niet meer.
Gefusilleerd, doodgeslagen, in de Isar ge
worpen of gevlucht zijn al de communisti
sche grootheden van dertig dagen. München
is weer München: heeilijk mooie stad,
waarin alles even rustig en vreedzaam was
als de bosschen en bergen er omheen, doch
door welks bezadigde, conservatieve bur
gerdom, als die bruischende, wild jagende
Isar, die midden door de stad snelt, altijd
een stroom van wild en hooggaand artistiek
leven gegaan was.
Sedert jaren hadden die artiesten van
München, aan hun stamtafels in de rijke
dagen, in hun atellert jes tijdens de ges jochie,
geboomd over die toekomstmaatschappij,
waarin een vrije kunst aan het vrije mensch
dom gebracht zou kunnen worden.
Maar zooals de soms zoo ontzettend wilde
golven van den Isar, in een hardsteenen
bedding, getemd door die rustige stad raasde
zoo kwam hun ideeënstroom tusschen al de
burgerlQke lectuur, die in den stad gedrukt
werd, niet verder dan in enkele tijdschrift jes
en beroerde de burgers haast nooit.
Daar kwam de revolutie, en direct deden
ze vol enthoislasme mee, de revolutionaire
artiesten van München: en welk goed artiest
is er, in zijn jeugd vooral, niet revolutionair?
Den eersten dag reeds hadden ze fantastische
verheerlijkingen geschilderd op groote
cartons en daar reden ze nu mee in auto's
door de straten.
Maar ze deden ook meer.
Thans was de burgerpers immers ook aan
hun. En hun leider Titus Tautz schreef
daarin manifesten aan het proletariaat, waar
uit Ik citeer: Kunst is noch luxe noch
amusement. Kunst is brood; en de onder
drukte, lijdende, eindelijk zich bevrijdende
mensch is hongerig naar waarheid en schoon
heid. Slechts wat dezen honger stilt is kunst.
De kunst moet allen menschen toegankelijk
gemaakt worden. Zij is rein te houden van
de ledige, overvloedige, veel te vele slechte
en btdervende producten der oude
maatschappQ."
W. Ludwig Coellen waarschuwde het pro
letariaat namens zijn collega's, dat het die
nieuwe, vrije kunst niet zoo direct begrijpen
zou: Hebt een weinig geduld en gij zult
deze vormen, die u bevreemden, lief krijgen;
gij zult u onder deze thuis gevoelen, zoodra
zQ de vormen van uw leven geworden zijn."
Bauern, gedenkt
unjcrer Frauen unid Kinder!
Vcrbot der Kinderarbeit
Revolutionaire Kunst
Verbod van Kinderarbeid
Revolutionaire Kunst
Boeren, gedenk onze vrouwen en kinderen!
Maar de jonge kunst wilde het werk
zame volk wQzen, dat ze voor dat volk
werkte en met haar n van zinnen was".
En zoo begon Aloys Wach een serie
houtsneden in de ..Münchener Neueste",
waarmede dat volk geholpen zou worden.
Want eerst moesten de boeren, die
natuurIQk niets voor die nieuwe
idealen voelden, bewogen
worden, voedsel te blQ ven
sturen aan de stad. En
hij sneed derhalve de
voorstelling, die gij hier,
verkleind, ziet. En dat
was knap houtsneewerk,
maar de boer werd er
zeer waarschijnlijk slechts
door in zijn overtuiging
gestaald, dat die kerels
in de stad heel erg
mesjogge waren, en hij
stuurde even
waarschijnIQk net zoo min een korrel
graan, als zin
Nederlandsche collega dat ge
daan heeft nadat hij de
WillySluiter-seriediezQn
onartistieke ontwikkeling
anders veel nader stond
bekeken had.
En zoo bracht ik nog
mee, uit de eerste dagen
van Landauer's
dictatorschapoverde?Miinchener
Neueste Nachrichten",
bijgaande houtsneden van
een prinsesje, en haar gezichtje was ernstig,
alsof ze veel droefs h-eft gezien. Ze heet
Marle-J-anne. Haar moeder, een Fratciise,
Is gestorven, en ze woont samen met haar
vader, die veel op reis is, en dan is ze al leen
in het groote huis naast het onze,
afhankelQk van de wellicht ruwe zorg van een
paar dienstboden. Ik heb haar gevraagd om
bij me te komen en ze vond het grappig,
dat we buren waren. Nu is ze dan bQ me
geweest, en ik heb er Guus nog niet van
verteld. Ik moet eerst eens weten, wat er
schuilt achler die peinzende oogen, eer ik
haar en Guus .... waarvoor ben Ik toch
bang? Ik schrik op, als Guus tegenover me
zit, en de bel klirgeU door het huis. Dan
denk ik, dat het Marie-Jeanne is, die ....
Ze is twaa'f jaar, met den ernst van een
oud vrouwtje en de liefheid van
eenzorgelooze bébé.
* * *
Zoo hebben ze elkaar dan foch ontmoet,
onvoorbereid. Dat vond ik het beste. Ze
zat bij me in de serre op een rieten voete
bankje en speelde met de franje van het
afhangende tafelkleed. Toen kwam de bons
van de buitendeur en ik hoorde de voet
stappen van Guus naar boven gaan en de
deur van mijn kamer ging open en dicht.
Maar dra kwamen ze naar beneden, een
weinig dralend Guus slenterde binnen.
In de kamer zei zQn stem: Zit u in de
serre moeder?,'
Marie-Jeanne stond op van het voetebankje
en schudde heur haar naar;achteren. Nu trok
de kleur weg uit Guus z'n gezicht en zijn
oogen knipten een paar maal verlegen.
Guus", zei ik, dat is Marie-Jeanne, ons
buurmeisje." Ze staak haar hand naar hem
uit met iets hoofsch in de beweging. Maar
haar kinderlQke woorden waren: Dag Guus,
ik wist al lang, dat je zoo heet."
Guus heeft'haar zitten aanstaren, alsof
ze een wondere bloem is of een mooi
schllderQ. HQ heeft niet veel gezegd en
MarieJeanne heeft geduldig de gevlochten franje
van het tafelkleed weer uitgehaald. Ik alleen
heb gesproken met een levendigheid, die
echt en niet opgeschroefd was. Guus heeft
haar weggebracht tot de huisdeur. HQ is
hollend weer binnen gekomen.
Moeder wat was dat leuk. Hoe vindt u
haar?"
Een lief, eenvoudig meisje", zei ik.
Hij was e-n tQd stil. .Toen zfl hQ : Hebt
u wel gezien, hoe lang haar oogharen
zij u?'1 En hQ heeft herhaalde malen over
zijn scheiding gestreken, en ik ben w»er
bang, dat er verdriet zal komen voor
Guus, door Marie Jea ne. En ik weet niet,
of ik toch wel goed heb gedaan.
* *
Het is zomer geworden. De kastanjeboom
staat forsch en zwaar en dicht boven de
witte tuinbank. maar Marie-Jeanne zit relden
meer alleen in den tuin. Ze zit op het rieten
voetebankje in mijn serre, of ze staat bij
mQn divan en wrijft mijn slapen als ik
hoofdpijn heb. Haar zachte stem zuigt zoete
woorden aan mijn oor, en haar kleine, spitse
vingers zQn in voortdurend spel Soms denk
ik, dat ze mQn dochtertje is, een jonger zusje
van Guus, en de angst valt weg van me.
Maar dan kQk ik van haar prinsessegezicht je
naar zijn vreemd-onregelmatig gezicht met
de uitspringende onderlip, en de angst is
weer in me. Ik heb een paar maal opgemerkt,
dat Marie Jeanne naar Guus zat te staren
met een rimpel tusschen haar wenkbrauwen
en een fQngesloten mondje. Alsof ze heel
ernstig zijn trekken in zich opneemt. En ik
verwacht eiken dag haar vraag: Op wie
lijkt Guus toch. HQ is zoo heel anders dan
u." Maar die vraag "komt niet. En ik blijf
wachten. Guus verzorgt zijn handen en hQ
heeft een nieuw haarwater, dat scherp in
mijn neus bijt. Vreemd, ik denk bQ die geur
direct aan Marie-J tanna. Ook heeft Guus
zQn nieuwe zomerpak door den dag aange
trokken en een lichte das gekocht. Ik vind
zQn pogen ontroerend en ik wend mijn
gezicht af, om niet het zijne te zien.
* *'
De zomer is nu vol en warm om ons, met
zelfs al een lichten weemoed van den
komenden herfst in zijn kostende dagen.
Gisteravond is Guus op mijn kamer gekomen.
HQ heeft nog vacantie en hQ gaat op lange
zweiftochten met Marie-Jeanne. Soms ga ik
mee, maar er zfn ook dage», dat ik thuis
blijf en wacht. Zoo'n dag was het gister.
Revolutionaire Kunst
Broederschap
Wach. Opdat ook tot ons doorgedrongen
zQ iets van wat die stroom, die eventjes
buiten de hardsteenen beddingen, door de
burgerwereld gestroomd heeft, als vrucht
baar, maar in een zindelijke burgerstad
ongewenscht, slib achterliet, alvorens
thans weer kleiner en beknelder waarschijn
lijk, in de kunstig gebouwde bedding terug
gedrongen te zijn. Misschien wel met het
inzicht, dat de wereld daarbuiten nog lang
niet rQp was voor de bevruchting, die in
hun oogen, enkele weken hun deftige bur
gerpers bevuild" heeft.
G. N IJ P E L S
Overzicht van Ontvangen Boekeu
OORLOGSLITTERATUUR: Wil men zelf
beschikkingsrecht" ter goeder trouw gaan
toepassen in Oost en Z. O. Europa dan komt
men te staan voor ware puzzles; ook bij
kwadertrouw wordt 't niet eenvoudiger. In de
loop van eeuwen, toen verschil in taal nog
geen aanleiding was om elkaar af te ran
selen, hebben stammen en rassen zich ge
mengd zonder echter samen te smelten. Een
gewone echoolatlas geeft reeds een aardig
mozaïek van dooreen gespikkelde volken.
Maar nadere gegevens verstrekken ons de
geschriften en kaarten, welke ons van
OostenrQksche zijde bereikten. Allereersteen Carte
de VAutriche Allemande et des Nations
envlronnantes met een bevolkingsstatistiek,
uitgewerkt door 't Geografiisch Instituut te
Weenen. Reeds in 1918 verscheen Oermans
and Slovenes in Carietslna door dr. Martin
Wutte, uitgave het Histoiisch Genootschap
voor Karlnthie, die in korte trekken de ge
schiedenis v. K. behandelt vanaf de val van
't West-Rom. RQk. La Fronttere Meridionale
de la Styrie allemande, memoire present
par Ie Senat académique de l'universitéde
Graz 1919 avec deux cartes, waar men.de
toestand ziet van de Duitsch-Sloveensche
grens rondom Marburg aan de Drau;
Duitsche nederzettingen als een ethnogranhlsch
polyneslë in Sloveen»ch gebied. Een minder
gedetailleerde kaart geeft de geheele Llgne
de démarcation des longues au Sud de la
Carinthie et Styrie, gedrukt bQ Freytag en
Berndt Wien. Niet minder ingewikkeld is
de verhouding ten opz4chte der Tsjeycho
Slovaken. Nog meer dan aan de Drau zQn
hier de volken gemengd door een eeuwen
lange ku'tuur gemeenschap. E*n Memorial
of the Germans of Middle Moravia sub
mitted to the Peace Conference at Paris,
bepleit 't goed recht van het Duitsche be
standdeel en klaagt over de minder vrien
delijke behandeling door de Tsjechp Slovaken.
IIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlllllllltlllllllllllllllllllltllllllMIIIIIIDIIItllUUIlll
Invalid-Portwijn
DE BESTE MIDDAGDRANK f 2.50 p. flesch
Wijnhandel da Barbanson, 51 Amstel, Amsterdam
Toen is Guus bij me gekomen en terwQl
hij mQn armbanden ronddraaide, ze! hQ:
Moeder, nu heb ik ook een meisje." Ik
heb me langzaam naar hem toegedraaid en
gepoogd de overweldigende verrassing weg
te dringen uit mQn oogen.
Ja?" heb ik gevraagd.
U weet wel wie het is hè?" zei hQ.
Het is Marie Jeanne." Ik heb zijn hoofd
naar me toe getrokken en hem gekust op
zijn stugge haar. Maar iets va i den angst
is in me gebleven, ofschoon ik het blQde
gezicht van mijn jongen nog voor me zie,
en de ferme beweging waarmee hQ zQn
schouders naar achteren heeft geduwd.
***
Het fluitje van George klinkt weer in onze
straat, en zijn voeten slieren over den grond
om zQn fiets te remmen. Met iets als van
een knipoog heeft Guus gezegd, dat het af
is met George en Adri. Ik heb gezien hoe
George naar Marie-Jeanne gekeken heeft met
zijn glanzende oogen. En daar is weer een
vreemde angst in me geweest. Ik heb niet
kunnen slapen en geluisterd naar het ritselen
van de vallende eikenbladeren in den tuin.
Maar nu vandaag is Marie-Jeanne bij me
geweest. Ze doet als een dochtertje, nu ze
het meisje is van Guus. Ze streelt langs
mQn wangen n strijkt me het haar van het
voorhoofd. Ze schenkt thee voor me en vult
het bonbonsschaaltje. En nu vandaag zei ze:
Houdt u van George Raven?"
Hoe zoo?" vroeg ik kort.
Ik niet", zei ze. Hij lijkt zoo brutaal,
vindt u niet? En ruw. Hij is zoo heel anders
dan Guus".
Ja, hij is heel anders dan Guus", zei ik.
Weet u wat onze Dora gister zei ? Ik
kan 't u wel zeggen, 't Is zoo dwaas. Ze
zei, dat ze Guus zoo leelijk vond. Hoe komt
ze erbij hè? 'Ik vind, dat Guus zoo'n lief
gezicht heeft. Zoo eerlQk, vindt u ook niet?
Dat heb ik ook tegrn haar gezegd, en omdat
ze lachte, heb ik Guus later een zoen ge
geven, waar zij bij stond."
Toen ging de deur open en Guus kwam
binnen; Ik zag het blijde lachje, dat over
Marie-Jeanne's gezichtje gleed, en ik boog
mijn hoofd diep over mijn boek. En ik
schaamde mQ...