De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 17 mei pagina 5

17 mei 1919 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

17 Mei '19. No. 2186 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Vrouwen in de Provinciale Staten Teekenlng voor ,de Amsterdammer" van E. Woutersen-van Doesburgh VI Groningen: Mevrouw W. MANSHOLD -ANDREAE fS.D.A.P.) tllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllltllllll De groote Gebeurtenis. De groote hervorming is er door; met 64 tegen 10 stemmen werd op 9 Mei het wetsvoorstel-Marchant tot invoering van het actieve vrouwenkiesrecht door de Tweede Kamer aangenomen. Na deze beslissing kunnen we gerust zeggen dat het vrouwen kiesrecht er is in Nederland. Want wel moet de Eerste Kamer het wetsontwerp nog in behandeling nemen, en moet daarna, omdat het hier een initiatiefvoorstel geldt, de Koningin er nog hare goedkeuring aan hechten; maar gezien de tijdsomstandig heden, de wijze waarop de kwestie in de Tweede Kamer werd besproken, en het gering aantal tegenstemmers, is het niet denkbaar dat de zaak thans nog schipbreuk zou lijden. Binnen korten tijd zal dus ook Nederland zijn getreden in de rij der staten die aan de vrouwen volledige politieke rechten hebben verleend, en zullen wij ook hier te lande kunnen spreken van een vol komen democratischen grondslag waarop onze regeering berust. Een woord van har telijke gelukwensch moge ook van deze plaats tot de Nederlandsche vrouwen worden gericht. De op 9 Mei gevallen beslissing is de kroon op een volhardenden strijd van 25 jaren. Een strijd die, hoe moeilijk vaak, den vrouwen tot voordeel is geweest niet enkel om het thans behaalde succes. Die lange jaren zrjn geweest een tQd van leering en onderlinge opvoeding; zij hebben dui zenden vrouwen bekwaamd voor de taak die haar thans op de schouders wordt gelegd. Want men moet niet vergeten dat het eigen lijke werk pas nu gaat beginnen; wij hebben slechts het middel veroverd waarmede wij ons doel hopen te bereiken. Dit doel is als llllllllllllllllimlIllmlIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIUIIIIIUllMMMII iimiiiiiiiiimiimi iiiiiimiiiitiiiimiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiili vrouwen mede te werken aan het geluk en den voorspoed van ons volk; invloed uit te oefenen op de wetgeving va i ons land, zoodat deze in werkelijkheid een uitvloeisel zal kunnen zijn van de rechtsbegrippen die in de geheele natie leven, te zorgen dat de Nederlandsche Staat niet langer zal zijn te vergelijken met het huis van een weduw naar, waar de kinderen lijden onder een eenzijdige verzorging volgens uitsluitend mannelijk inzicht. Om deze voorname taak naar behooren te kunnen vervullen, hebben die jaren van strijd hun waarde gehad; zij waren voor ons als een oefenschool voor de intrede in het openbare leven. Vandaar dat thans onder de anderhalf millioen vrouwen waarmede het kiezerskorps in ons land wordt vergroot, een aanmerkelijk getal geschoolde krachten is, waarvan men mag verwachten dat leiding zal uitgaan bij het verrichten van den nieuwen arbeid. Reeds staat de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht gereed om bij haar algemeene vergadering op 15 Juni a.s. de voorgenomen reorganisatie, die bedoelt de vereenlging van eene propagandistische te veranderen in eens van opvoeding en voor lichting, te volvoeren. En als bovendien de vrouwen, vooral ook die van vrijzinnigen huize, zich zullen haasten om aansluiting te zoeken bij de staatkundige partijen harer keuze, mag met reden verwacht worden dat de staatsburgeressen bij hare intrede in het politieke leven geen al te slecht figuur zullen maken. De openbare behandeling in de '2' Kamer van het wetsvoorstel-Marchant heeft langer geduurd dan menigeen had verwacht. Of schoon nooit iets met zekerheid kan worden voorspeld, was toch in dit geval de ver onderstelling dat het wetsontwerp met groote meerderheid van stemmen zou worden aangenomen, niet gewaagd. De stemmen waren als het ware geteld, en de uitkomst heeft slechts enkele verrassingen gebracht. Bovendien was het onderwerp eigenlijk volslagen uitgeput; tijdens de behandeling van de voorstellen tot wijziging van IIIIIIIEMMIIIIII IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMMIIIIIIIIII de sneeuwwitte bloemschermpjes. Bronzig bleekgroen blad komt er tusschen door glinsteren: van de roodbruine twijgen is haast niets te zien, alleen de dikkere, wit gespikkelde partijen, De heele boom s'aat te zingen. Dat is nog eens heel wat anders dan onze lijsterbes van de vorige week, die KERSEN BLOEI Er gaat een verhaal dat Europa de kers te danken heeft aan generaal Lucullus, die haar meebracht uit Klein Azië en wel uit de buurt van de stad Kerasos, die ge thans nog onder den naam Kerasunt aan de Zwarte Zee kunt vinden. Beter peter kon een lekkere vrucht niet vinden, maar onverbiddelijke onderzoekers hebben aangetoond, dat de Ro meinen al lang voor Lucullus de kers ge kweekt hebben, al weet men dan niet zeker of het de zure of de zoete was. Ook groeien bij Kerasunt In het wild meer krieken dan gewone kersen. Lucullus' verdienste zou dan alleen zijn, dat hij een smakelijker varëteit heeft opgediept en dat is op zich zelf ook al een heele verdienste. En in ieder geval weten we zeker, dat onze kersen, zoowel zure als zoete, afkomstig zijn uit de buurt van het Paradijs. We behoeven niet heelemaal naar de Betuwe of naar Zuid-Beveland te gaan, om de kersen te zien bloeien. In het Utrechtsche zrjn ze ook al mooi genoeg en thans nu het heele gezelschap van vruchtboomen tegelijk bloeit, Is de Vechtstreek n bloemenzee. En waarlijk verheugen ook zich sommige stadsparken zich in de weelde van bloeiende kersenboomen waaronder die van Amsterdam dan weer u't blinken door een zeer bijzondere armoede. Veelal zijn dat dan kersen met gevulde bloemen en dat geeft wel een groote kleurenmassa, maar is in andere oplichten toch zeer doodsch en vervelend. Ge moet eens stilstaan bij een bloeiende kerseboom, een flink hooge, met uitgespreide rechte takken, die rondom bekleed zijn met Kersenbloei de Grondwet in 1916 was het vór en tegen vrouwenkiesrecht reeds tot het uiterste besproken en uitgesponnen. Toch zijn er nog nagenoeg drie ztttirgen van de Kamer aan gewijd, waarbij echter betrek kelijk weinig over de voor- of nadeelen werd gesproken. Zelfs Suze Groeneweg, die uit den aard der zaak een der eersten was onder degenen die het woord voerden, bepaalde zich in hoofdzaak tot het weer leggen van de bezwaren die, hoe oud en afgesleten ook, toch nog weer eens in het Voorloopig Verslag waren te berde ge bracht. En zij deed er goed aan, aldus te handelen en geen tijd te vermorsen die eigenlijk beter besteed kon worden. Hoewel mevr. Groeneweg haar sociaal-democratisch partijstandpunt geenszins verloochende, deed het goed te hooren hoe zij zich toch ook in zooverre daatbiven wist te plaatsen, ddt zij in de eerste plaats de algemeene belangen van de vrouwen en van de geheele maatschappij wist naar voren te bren gen. Hare houding was heel wat symphathleker dan die vat haar partijgenoot Troelstra, die weer eens voor de zooveelste maal bewees maar zeer zwak te staan in zijn liefde voor het vrouwenkiesrecht om de zaak zelve. Verkiezingsleuze en partij voordeel, bleken bij hem het zwaarst te wegen, zwaarder dan het belang van de gemeenschap, en al stemden ook de overige sociaal-democraten vór (de heer Troelstra was niet bij de stemming aanwezig), van een con amore bleek niet veel bfj den leider der S. D. A. P. Merkwaardig was de tegenstrijdigheid die klonk uit de motiveering van hun stem vór het wetsontwerp van een paar Kamer leden; de R. K. heer van Wijnbergen ver wacht van de medewerking der vrouwen een steun voor het wettig gezag en een versterking van de christelijke beginselen, terwDl de heer Kruijt als Christen-socialist een bevordering van de revolutie hoopte tengevolge van het deelnemen der vrouw aan het politieke leven. Ook hier dus in de eerste plaats een meegaan uit politiek eigenbelang. Als onvervalschte tegenstanders deden zich hooren de heeren Beumer, Schokking, en A. P. Staalman en bij stemming bleek dat nog 7 andere volksvertegenwoordigers hun meening deelden. De nestor der Kamer, de heer De Savornin Lohman greep de gelegenheid om het woord te voeren nog aan om te verklaren dat hij van zijn aanvankelijke meening dat het kiesrecht niet behoorde te worden gegeven aan de gehuwde vrouw, was teruggekomen. Een verheugend feit, wanneer men op zoo hoogen leeftijd nog royaal durft uitkomen voor een veranderd inzicht. Eveneens was het bijzonder aangenaam de frlssche rede te hooren van den heer Rink, met de aardige bijzonderheden omtrent de grondwetswijziging 1887 waarbij door den toenmaligen minister J.HeemskerkAz. door de toevoeging van het woord .mannelijk" voor de vrouwelijke Nederlanders de grendel voor de deur werd geschoven. Ook de heer Rink bleek zeker te zijn van de aanneming van het wetsvoorstel, want hij begon zfjn rede met een gelukwensch aan de vrouwen, die thans het kiesrecht zouden verkrijgen. Verscheidene vrouwen konden die geluk wensch reeds onmiddellijk in ontvangst nemen; want gedurende de drie zittingen was de gereserveerde tribune in het Kamer gebouw stampvol met belangstellende dames. Zij brachten er, in die benauwde ruimte warme uurtjes door en waren niet weinig dankbaar dat op den laatsten dag opeens schot in de discussies kwam, zoodat nog dienzelfden middag de stemming kon plaats hebben. Met opgeruimd gemoed verlieten zij, nadat door het hoofdbestuur van de Ver. v. Vrouwenkiesrecht aan den heer Marchant een bloemenhulde was aangeboden, het Kamergebouw, dankbaar erkennende, dat 9 Mei voor de Nederlandsche vrouwen was geweest een dag van groote historische beteekenis. F. S. VAN BALEN-KLAAR ook wel veel drukte van insecten op zijn bloemen had, maar die hadden weinig te verMlen, dat ging allemaal stommetje, stommetje, behoudens wat dof gegons van de zwrefvllegen en de kleine bij'jes. Maar hier bij de kers komt de groote wereld te gast, de groote bontgekleurde hommels met gewichtig zwaar gebrom, de honigbij met het scherp gegons, dat altijd een teeken is van groote bedrijvigheid en dan nog allerlei wilde bijen, die geen hollandschen naam hebben en waaronder er zijn, wier hooge hobo-geluidjes dui lelijk uitklinken uit al het geroesemoes. En dat alles likt onvermoeid den honig op, die in de tamelijk ondiepe kelkbekenjes no^al gemakkelijk te bereiken is. De kers kan die hulp niet missen. De lijsterbes speelt het zonder hulp van insecten wel klaar, dat hij stu.f neel op zijn stempels krijgt; de bloempjes liggen zoo dicht op elkander, dat gemakkelijk helmknoppen van de eene bloem in aanraking komen met de stempels van een andere. M ar de kers is een van de planten, die aansturen op kruis bestuiving. Nog voor de blorm goed open gaat is het stempeltje al ontfankelijk, maar de helmknoppen zijn nog dicht en die bewegen zich bij het openen der bloem bmtenwaarts van dien stempel af, alsof ze hem schuwen en brengen dan pas hun stuifmeel te voors-hiji. Ea als er nu in den blo?itijd van de kers we'nig insecten vliegen, den ziet het er met de vruchtzetting be denkelijk uit. Nu zijn er werkelijk in April bij ons dikwijls nog geen insecten genoeg om al de kersenbloesems te b-stuiven. De vlijtige hommels komen dan pas te voor schijn en zijn nog maar aan het al ereerste begin van hun statenvorming. Ook moet de groote massa der graafbijijes nog komen en indien al niet van ouds de honigbij tegelijk met de vruchtboomen was ingevoerd, zou de fruitteelt nouit tot ontwikkeling gekomen zijn. De honigbij is hier de reddende engel, 't Is jammer genoeg, dat Katten-tentoonstelHng Eindelijk is dan de eerste mooie, warme zomersene dag iqsgebarsten; verbroken zijn de kluisters van feilen oostenwind, de regen is verdreven door de warme Meizon; eindelijk jubelende vogels; bloemen, die haar ontlui kende knoppen te pronk stellen; eindelijk menschen in vroolijk voorjaarspak... Ik was in blijde lenteslemming, toen ik Frascati" binnenging, om poezen te zien. Katten en katers, salondiertjes en groote, sterke tijgerkatten, die in kleine traliehokjes werden bewaard. Twee dagen lang. Een kat is een populair dier. Als gQ 't niet wist, dan hadt gij op dienZondagkunnen weten zooals ik het heb ervaren, toen ik, vroeg morgen nog, met honderden wachtte voor het tourniquet en langzaam voortschoof, eerst door de gang, daarna langs de hokken. Ik heb schoonheden gezien uit de kattenwereld, en curlositel en; grappige, speelsche poezediertjes om even te knuffelen en dan in je manteizak of lé'icule mee naar huls te dragen; en moeders met zuigelingen, klein als muizen, onbeholpen in hun tastbewegingjes. Ach, en ik heb ze beklaagd. Allemaal l Wat is dat nu, heb ik gedacht, toen ik, voetje voor voetje, mQ bewoog langs de kortharige, zwarlbruine Siameesjes met hun snoetjes, die even doen denken aan Gulneesche biggetjes en langs de angora's, die met lange, slordige haren (hadden zij, uit protest tegen dit gedwongen logies, vergeten toilet te poetsen?) op 't kussen lagen en volkomen negeerden elke poging, van de ko kende vrouwen vooral, om het poezenbeestkopje tekrauwen en kinnel j; te streelen? Wat zaten ze er zielig in hunne met houtmolm bestrooide gevangenisjes, waarin niet zelden het etensbakje tot den rand gevuld was gebleven en ook de zoete melk onaan geroerd was; zeHs de anders zoo fel be geerde bokklngdeelf n lagen nog op de prach tige zijden, nu totaal besmeurde, kussens. Een zoet, snorrend kattendutje... maar daarvoor was 't immers niet rustig genoeg en die rumoeiige zaal met al die aanhalige menschen, die in luidruchtige adoratie vin gers en paraplupunten door de spijltjes duwden om goed te doen, net precies, als het poezedler zijn pootjes over elkaar heeft gelegd, zijn kop ingetrokken, zoodat een dikke onderkin als ringbaard zich om zijn kop vormt, en zijn oogjes welbehagelijk dichtgeknepen. Wat een ellende, zoo'n ten toonstelling in zijn poezebestaan, die door geen eersten of tweeden of specialen prijs, door geen diploma of vleiend getuigschrift kan worden opgeheven. Dan lees ik de namen van bestuurderen, commissieleden, keurmeesters, en ik vind daar onder den naam van een onzer meest bekende veeartsen. Dat troost mQ. Ik begrijp, dat het lot van die geëxposeerde levende have niet zoo be klagenswaardig kan zijn, als ik mij dat heb voorgesteld. Mimi en Miekie, Mary en Teddy, Trilby, Mizzy, Deary en Dolly en al die andere ver wende troetelkinderen, tot ondeugende Grisette en Geisha aan toe en Maurik, die heelemaal van het eiland Man is overge bracht en Klrppi, die uit Siam komt, ik feliciteer jullie diverse eigenaressen met het behaalde succes. Dat belooft, na dit gedwon gen loghs, extra verwennen. Jo B. Over Boeken en Tijdschriften Wat Vrouwen weten moeten. Uitgave H. D. Tjeenk WMink, Haarlem. Een welkome gids zal dit boekje zfjn voor vele vrouwen, die, nu het kiesrecht z dicht voor de deur staat, zich gaan afdragen: BIJ welke politieke partij moet ik mQ voe gen? Wat willen toch eigenlijk al die partijen?" Het geeft een schets van de voornaamste staatkundige partijen door vrouwen voor vrouwen". Een achttal onzer groote partijen, elk bekeken van het standpunt van een vrouw, die tevens een warme, soms zelf? zér vurige aanhangster der partij is. En alle acht schetsen vlot, prettig, populair geschreven. Ik zou dit boekje zelfs wel durven aanbevelen aan al die vrouwen, die nog maar altijd beweren: O, politiek...! zoo vu'èselijk taai l Daar kan ikhèschmet mijn hersens niet bijl" Wedden dat zelfs zij zich de lectuur niet beklagen! Levcnsmlddelenvervalschlng, door IR. GATH H. PONTIER. Le vensmiddelenvervalschlng welke er In ons land betrekkelijk zoo weinig aan btjenteelt gedaan wordt en bezitters van boomgaarden moesten als ze zelf geen bijen houden, toch moeite doen om de bijenteelt te bevorderen. Zoo iets gebeurt trouwers wel. N-J is de kers wel eenigszins aangepast aan schaarschte van insecten. Hij heeft na melijk de goede gewoonte der voorjaarsplanten om zijn bloemen lang te laten duren. Een kersrbloem duurt ongeveer een week. Dat is nu wel niet zoo lang als de boschanemoon die wel vier weken zijn enkel bloempje frisch kan houden, maar toch lang genoeg, om kans te hebben op n of twee mooie digen en als er dan maar honigbijen in de buurt zijn, dan is de positie gered. De nieuw benoemde Vrouwelijke Professor Prof. mej. dr. J. J. TAMMES Dr. Tlne Tammes werd onlangs aan de Universiteit te Groningen benoemd als buiten gewone hoogleerares in de faculteit der wis- en natuurkunde. Zij werkte reeds tal van jaren aan het botanisch laboratorium, in welke werkkring zQ, op grond van veel belangrijk wetenschappelijk onderzoek, door den Senaat der Groningsche Universiteit tot doctor honoris causa werd gepromoveerd. De benoeming van mej dr. Tammes brengt de tweede vrouwelijke professor in ons Hooger onderwijs. huisvrouw zucht niet dagelijks over al dat bocht, dat je tegenwoordig maar koopen moet, en nog schandelijk duur betalen ook!" En nog weet zij bQ lange na niet, wat haar zoo al in de hand en het heele gezin in de maag gestopt wordt, want meestal kan alleen de chemicus de vervalsching constateeren. Wil de huisvrouw weten, op hoe menig vuldige en vernuftige wijze zij bij den neus genomen wordt thee met boschbessenblaad jes is nog maar een onschuldig" geval zoo leze zij bovengenoemde kleine brochure. Beide uitgaven werden bezorgd door het Vrouwen-Comitévoor Maatschappelijke opvoeding en voorlichting uit den Nederlandschen Bond voor Vrouwenkiesrecht. BERTHA LEDEBOER De Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht heeft ter gelegenheid van haar 25jarig bestaan een Gedenkboek uitgegeven, 't Is een lijvig deel, geïllustreerd: met tal van por tretten, met foto's van belangrijke acties door de Vereeniging op touw gezet, met emblemata, met prenten en teekeningen, propaganda-materiaal, ja met wat niet al. Vijf en twintig jaar zijn in de tekst be sloten, jaren van zorg, van moeite, van strijd door de pioniersters vooral in den aanvang doorgemaakt, toen de woorden Kiesrecht voor de Vrouw" nog een vreemden klank hadden en een beteekenis, verre van den veredelmden invloed dien men met het doel wenschte te bereiken. Het gedenkboek is een boek van historische waarde, dat lang nadat de strijd volstreden is en de vrouw haar plaats naast den man in de maatschappij volledig op wettelijk en maatschappelijk gebied heeft ingenomen nog zal spreken van het werk van velen, voor het nageslacht. E. M. R. IIIIIIIIIIIIIIIIIIUII Illlllllllllllllllllll Mededeeling In de maand November zal te Amsterdam in het S'edelijk Museum plaats vinden een Historische tentoonstelling van de ontwik keling der Kleeding over de twee laatste eeuwen". Deze tentoonstelling kan. zeer belangrijk zijn, indien in ruimen zin daarvoor stukken zullen worden toegezonden. Het Comitétot Voorbereiding verzoekt, in een dezer dagen verspreide circulaire, aan allen die in het bezit zijn van kleedingstukken, naald- of kantwerk en lijfsieraden, tevens van schilderij'n, prenten, teekenlngen en gravures daarmede verband houdend deze voor ge noemde tentoonstelling te willen afstaan. Ook kunstig kralen-, haak- en breiwerk zal ter opluistering worden tentoongesteld. Het doel van deze expositie is de kas te steunen van de Vereeniging tot Verbetering van het lot der blinden (afd Amsterdam). Inlichtingen en inschrijvingsbilletten wor den gaarne verstrekt door den l sten secre taris C W. H. Baard, Stedelijk Museum, Amsterdam. De bloemen met de wijd uitstaande meeldraden Gelukkig maar, dat ze dit jaar laat zijn be gonnen te bloeien, want een periode zooals de tweede helft van April 1919 zou ver derfelijk geweest zijn. Een ander kwaad ding is vorst, daar hebben de stampers en stem pels dadelijk van te lijden en akeliger ge zicht is er niet, dan een mooie frlsch uit ziende kersebloem met in het hart een zwart verschrompeld stampertje. Wie kersen zegt, zegt spreeuwen. Er zijn maar weinig gelukkige bezitters van boom gaarden of boomen, die filosofisch genoeg zijn aangelegd, om het gedoe van die vogels en hun consorten gade te slaan met gela tenheid en vertrouwen. Toch leeren de handelsberichten ons, dat er voor de men tenen nog ook een paar kersen overbijven. Het goede werk, dat die spreeu wen elders verrichten laat de kersen kweekers meestal koud. Ook weet ik niet of zij er troost in vinden, dat volgens nog altijd gangbare aanschouwingen van de evolutieleer de steenvruchten en besvruchten ontstaan zijn onder invloed van de vogels. En absoluut zeker is het, dat in den tijd toen er nog geen menschen waren, derge lijke planten alleen'nieuwe gebieden konden veroveren met medewerking van de vogels, de groote zaaiers, wlen wij dus in ieder geval darkbaaiheid zijn verschuldigd. Nu rijst de vraag, waarom wij dan niet overal in ons land wilde kersen zien op schieten, even goed als lijs erbessen. Wel, in sommige deelen van ons land zijn ze nog al eens te vinden, met name in ZuidLimburg en dat er niet meer zijn, komt wel hiervandaan dat het kiemplantje niet is aangepast aan de eigenaardigheden van onzen bodem en van ons klimaat, vooral niet tegen onze voorzomers. Van het Paradijs naar Nederland is een heele sprong, maar Zuid Limburg lijkt er dan toch nog het meeste op. JAC. P. T H ij s s E

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl