Historisch Archief 1877-1940
1°. 8187
Zaterdasr 24 Mei
A°. 1919
DE AMSTERDAMMER
WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
ONDER REDACTIE VAN Mr. J. A. VAN HAMEL, Prof. Dr. H. BRÜGMANS, Mr. E. S. OROBIO DE CASTRO Jr., Dr. FREDERIK VAN EEDEN en H. SALOMONSON
UITGEVERS: VAN HOLKEMA & WARENDORF
Prijs per No. f 0.20. Per 3 mntf. f 2.50. Abonn. loopen per jaar
Redactie en Administratie: Keizersgr. ch( 333, Amsterdam
ft
/?*
dvertentiën
omsla
i'O
.40
Pregel,
binnenpag.
fO.
50
n.
re<rcl
INHOUD t Bladz. 1: Twee Nieuwe Vreemde
lingen, door v. H.?Buitenl. Overzicht, door dr.
G. W. C. Byrsriok. De Paraatheid van onze
Weermacht gedarende de Oorlogsjaren, door Gen.
O. J. Bnjjders. 2: Liohtstad. door dr. f reit. van
Eeden, met teekening v»n J. London.
Krekelzacg, door J. H. Speenhoö. 3: Feuilleton: De Krans,
door Ferd. Kleyn. 5: Voor Vrouwen (red. Elis. M.
Bogge). Geitrud Baümer, door E. C. van Dorp.
Nieuws in de Voedingsleer, van J. H. Ons
Kookboek. Vrouwen dn de Prov. Statsn, t:ekeniog
van B. Wonteraen-van Doesburgh. Zooals wie
eens, door TOPT de Bidder. Uit da Natnur:
De Wildernis by Haren, door Jac. P. Thysse.
7: Het Saaibekken, teekening van George van
Bsemdonok. Een inbeslaggenomen boek, door
H. Balomonson. Spreekzaal. De
Schonwburgkweatie, teekening van Jordaan. De Pimsisohe
Kwestie, door Prof. H. Biugmans. 8: Tentoon
stellingen, door Plasechaeit.?Een Schenking van
het Bjjk. Edelsmeedkunst door Corn. v. d. Sluis.
Op den Ec. Uitkijk: Het Kijk f n de Jaarbeurs, door
Jhr. Mr. H. Smissaert. 10: Overheidscontrole op
levensmiddelen, door v. O. De Vermiste
N. C. 5. Uit het Kladschrift van Jantje. 't
Schietgat. Rumkronyck, door Melis Stoke.
11: De Sultan blijft te Konstantinopel. teekening
van Joh. Braakensiek. Veilingen, door H.
Damtnbriek, red. K C da Jonge.
Bijvoegsel: Da Dnitsohe tegenvoorstellen, tee
kening van Joh. Braakensiek.
IIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIMIItllllll Illtlll Illl HUI
i
lllilllllllllllllllllllllllllllill
TWEE NIEUWE
VREEMDELINGEN
VOLKERENBOND EN SOVJET
Twee dingen spelen op het oogenblik
in de wereld een rol, welke misschien
een groote toekomst omvat. Wanneer wij
ze in nen adem noemen zullen, staat
menigeen verbaasd.
De Sovjet, en de Volkerenbond/
Toch staan beide op den tweesprong
die het volledige wansucces van het
meest waardevolle burgerrecht scheidt.
Het hangt er maar van af, waarmede zij
worden vastgekoppeld, en waarvan zij
kunnen worden losgemaakt.
De Sovjet wordt gecompromitteerd
door het bolsjewisme. De Volkerenbond
kan gecompromitteerd worden door de
philantropie.
. Maar maak ze beide los daarvan,
beschouw ze in hun mogelijke kracht
voor de werkelijkheid, en ge ziet mis
schien op het oogenblik de geboorte
van twee instellingen waarop over een
halve eeuw het geheele openbare leven
te rusten komt.
* * *
Wie in den Volkerenbond wil gelooven
moet hem los maken van de bitteren
kritiek. Maar ook van de idealistische
philanthropie! Op 't oogenblik zingt een
heel stuk van de wereld het Duitsche
thema na, dat Wilson met het harde
vredestraktaat zijn beginselen heeft ver
zaakt. Tegelijkertijd is het misschien de
treffendste grootheid van den
Amerikaanschen staatsman, dat hij de werkelijkheid
niet aan een onbuigzame theorie geofferd
heeft. Principes berijden is gemakkelijk
genoeg. Maar zij die hadden gewild dat
de Vredesconferentie zoo maar alle
WILSON & Co
I
Verlangt men eigenlijk niet van hem
dat hij daar op de vredesconferentie enkel
door zijn woord of het zwaaien van zijn
staf, zijn wil zal oplegeen aan de overige
wereldgedelegeerden? Wil men in hem een
toovenaar zien?
Het vreemde is: hij is werkelijk soms een
toovenaar geweest.
Toen hij in 't begin van het jaar Fran
krijk verliet om vooreen poos naar Amerika
terug te keeren, toen was de invloed van
zijn naam, in de Vereenigde Staten sterk
gedaald. Het was de vraag of hij de pu
blieke opinie nog achter zich had. Men
begon in Europa de schouders op te halen,
de vrees uit te spreken...
was Wilson nog de man die hij eenmaal
was geweest ?
En zie, de enkele rede in Boston uitge
sproken veranderde de stemming van Ame
rika, en daarop die andere rede in htt
groote Operagebouw van New-York, den
avond voor zijn vertrek wederom naar
Europa.
Er komt het mooie woord in voor over
het gevoel van thuis te zijn. Hij is het
gewaar geworden wat dat beteekent, de
President, zoo erkent hij, toen hij van ParQs
weg zich terug vond op vaderlandschen
bodem en in de eigen omgeving dadelijk de
zekerheid van ooideelen en optreden her
kreeg: niemand was er meer nco^ig om
hem de meening van de menschen te ver
tolken, hij gevoelde zich direct in aanraking
met hun geest.
Hoe wist hij dien plotseling te bezielen!
toegeeflijkheid en juridische inschikkelijk
heid tegenover de Duitschers zoude
hebben betracht, zouden in waarheid
alles in de war nebben gestuurd.
Een deur moet nu eenmaal open of
dicht zijn. De vrede moest, of fnuikend
voor de meeste geallieerde landen zijn
geweest en slechts een onverwachte
bof voor 't bestaande Duitschland, of
een zware harde beproeving voor dit
laatstgenoemde land. Nauwkeurig even
wicht is er niet. In het eerste geval had
men den oorlog niet behoeven te voeren.
Wij zouden gestaan hebben voor een
verward Europa, een lamgeslagen
Frankrijk, een vermorseld België een
ontzield wereldverkeer, en een
Centraal-Europa dat vergelijkenderwijze
de gunstigste gelegenheid zou hebben
gehad om zijn voorsprong te nemen.
Dan waren in de wereld denkelijk niets
veranderd geweest en hadden wij de
zelfde ellende van voren af aan kunnen
beleven.
Het is nog niet gezegd dat de
Duitschers een ander element zouden zijn
geworden, enkel omdat zij sinds den
wapenstilstand een paar keer kopje ge
duikeld zijn.
Dit ware dus de werkelijkheid, die
achter den philanthropischen vrede, van
Duitsche zijde, ook rechtsvrede" ge
noemd, zou hebben gestaan.
Zoo verstaat ook het meest idealistische
deel van de Vredesconferentie den
toestand. Volmondig hebben zij aan
't tegenwoordige resultaat medegewerkt,
juist omdat zij tegelijkertijd practici zijn.
Dit brengt vanzelf mede, dat
voorloopig de anderen, de overwinnaars, den
voorsprong krijgen, en dat men staat
kundig niet alleen, maar ook economisch
de Duitschers achteruit heeft gezet.
Over de onderdeden van het tractaat
spreken wij ditmaal niet. Als grond
gedachte echter ware iets anders niet
mogelijk geweest.
Doch is die grondgedachte nu hope
loos?
Ziedaar, dat de Volkerenbond op den
voorgrond treedt. Niet aanstonds als
ideaal instituut van broederschap onder
de natiën. Van: vergeven en vergeten
en voortaan engelen zijn.
Wie er dit van wil, komt bedrogen
uit. Maar erger nog: Hij hult den Bond
in het misleidend kleed der teleurstelling.
In werkelijkheid kan immers de inter
nationale broederschap, de vredesgeest,
niet door een tooverslag, niet door een
besluit worden afgekondigd. Dit te be
weren, bedekt slechts f onverstand f
listig zelfbelang.
De internationale geest moet gekweekt
worden.
Moet gezocht en nagejaagd worden.
Vooreerst met moeite nog.
Daarvoor nu biedt de Volkerenbond
het terrein. Daar ontmoeten de staats
lieden der volkeren elkaar. Daar dient
naar samenwerking en naar 't algemeene
belang gezocht. Dan kan men tot elkan
der groeien.
En dit is dan ook juist het mooie,
dat de idealistische realisten, waarvan
't hier te Parijs vol is, in het
vredestractaat zien: dat het gén eind maakt,
maareen blijvenden, zwevenden toestand.
Hij sprak tot het beste, hoogste,
onzelfzuchtigste dat de Amerikanen in zich hadden.
In een oogwenk had hij het pleit gewonnen.
Wie durfde er nog aan denken om de
opneming van het volkerenverbond in het
vredesverdrag met succes te bestrijden, nu
de President aan de Vereenigde Staten hun
roeping had getoond voor de wereldorde te
waken l Hij had gewonnen als door een
tooverslag, hij kon teruggaan naar Parijs
met zijn mandaat als woordvoerder van de
Nieuwe Wereld voor de wereld.
Sinds dien tijd zijn er thans eenige weken
verloopen en weder is er een Wilson-eclips.
Duitschland grijnt sentimsnteel: Wij die
onze hoop hadden gesteld op den President,
zijn een illusie armer geworden, of het huilt
woedend: nu hij zijn masker van engel des
lichts heift afgelegd, blijkt hij
de;fjchuweIfjkste duivei ie wezen die ons ten afgrond
heeft gevoerd.
(Ja, wanneer zedelijke verontwaardiging
overigens niet meer in de wereld was aan
te treffjn, kan men zeker zijn dat zij nog
in Duitschiand zou schuilen.)
De tooverstaf om den aanstaanden wereld
vrede tot een echten Wilsonvrede te maken.
heeft den President ongetwijfeld nog geman
keerd ; waar wie zegt ons dat de omstandig
heden ook maar eenigszins gu \stig Ingen
om zoo'n vrede voor den dag te tooveren l
Of wie is er niet van overtuigd, dat hij nog
heel andere trekken zou hebben vertoond,
wanneer de President niet aanwezig was
geweest! En wie verzekert ors dat dit het
laatste woord is van Wilson ? Kan hij voor
ons nog niet een verrassing bewaren ?
Hoe meer men den President leert kennen,
hoe meer vertrouwen men in hem krijgt.
Natuurlijk, zooals ieder mensen, zal hij
zijn fouten hebben begaan, en ten allen
tijde heeft hij dingen eedaan, waarover
alleman het hoofd heeft geschud. Ik noem
b.v, in het brgin van 7i;n Presidentschap
zijn politisk tegenover Mtxico.
Heeft hij datrom in al die ziken ongelijk
gehad? Ver daarvandaan. Hij hetft er voor
Zeker, daaruit kan veel staatkundig
gevaar komen.
. Alles wat zweeft kan tot schokken
leiden. Wat stilstaat staat vast. Men be
hoeft maar weinig sceptisch te zijn om
over de verwarringen die uit dit tractaat
geboren kunnen worden, de handen
ineen te slaan.
Maar dit is nu juist de vraag: welken
kant de menschheid zal opgaan. Zij
kan uit al dit zwevende, al die gedwon
gen samenwerking ook een betere munt
slaan! Namelijk die van den
gemeenschappelijken arbeid, van de onderge
schiktheid van het eigen belang. Zij staat
er op 't oogenblik bij als een voorwaar
delijk veroordeelde: de gelegenheid wordt
haar nu gegund, om een geheel nieuw
pad te gaan.
Die gelegenh eid bestaat wel het zwaarst
en hardst ook voor Duitschland. Het zal
zich eveneens moeten herzien. Het kan
niet zómaar in den Volkerenbond
binnengaan. Het deelt niet zómaar in
den vrede. Doch dit toe te laten, ware
slechts lichtzinnigheid geweest. Er moet
daar nog iets meer gebeuren.
Dan is 't ook zeker, dat de intreding
in den Volkerenbond tevens de afslijping
der hardheden van het oogenblik met
zich zal brengen. Daarop hebben, welke
practici zij ook zijn, de scheppers van
dien Bond dan ook juist gerekend, al
staat het er niet bij.
De Volkerenbond heeft dus recht op
belangstelling en hoopvolle verwachtin
gen. M its de o verdrijvers en de praatjes
makers hem niet bederven, is hij het
instituut van de toekomst.
De knoeiers houdt hij zich dan zelf
wel van het lijf.
* *
*
Ook de Sovjet zit aan 't wanbegrip
vast. Maak hem daarvan los, en wie
weet wat hij biedt!
De Sovjet riekt thans naar bloed en
terreur. Hij is 't vcrzamelwoord van
schrik voor den rustigen burger. Hij is
de belichaming van de dictatuur van het
proletariaat.
Doch als men hem van zijn geheelen
bolsjewistischen en Russischen achter
grond ontdoet, blijft er dan nog niet
iets over ?
Ja, dan blijft er een gewoon nieuw
instituut van volksvf rtegenwoordiging
over. Als zoodanig ':« de Sovjet
alierinteressanlst. Als zoodanig verdient hij
de aandacht van den praktischen staats
man. Want als zoodanig kan de Sovjet
een geheel nieuw en levenskrachtig
middel van volksbestuur, van democra
tie zijn.
Het is ook zeer opmerkelijk, hoe velen,
die zich van het wezen der Russische
revolutie nader rekenschap geven, van
deze beteekenis van den Sovjet door
drongen worden.
De Sovjet wordt het middel van volks
vertegenwoordiging, opgeworpen tegen
over het parlemenlarisme.
* *
*
't Behoeft waarlijk niet onder stoelen
of banken gestoken, dat over de geheele
wereld het parlementarisme steeds meer
en meer een teleurstelling wordt. Hoe
grooter macht men aan de parlementen
toekent, hoe breeder men het kiesrecht
uitrekt hoe scherper het partijwezen
IIIIMIIIIIIIIIIIlnillllllllJIIIIMIIIIIMIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIlnillllllllllllMIMIII
bedankt zich te rechtvaardigen, hij heeft
dat niet noodig geoordeeld zijn opinie d e
derriére la tète te openbaren, hij heeft,
wat bij hem in zijn au fond stug timide
natuur geen kunst was, ztjn mond gehouden,
om het met een enkel woord te zeggen.
Waarom dat alles?
Omdat hij gedeeld heeft. Hij weet dat er
veel dingen in de wereld mettertijd van
zelf terechtkomen. Het baat niet, of men ze
ontijdig wil gaan verhelpen. Dat sticht
eerder verwarring.
Hij heeft immers nog tijd tot 1920; dan
raken de gulden jaren van zijn President
schap op.
Zijn vriend en zijn alter ego, Colon«l
House, heeft eens verklaard: zes of acht
jaren achtereen kan iemand z;ch met een
zelfde taak beztg houden. Dan heeft hij *ijn
krachten voor d-.t ch p ter van zijn 1-ven
uitgeput en mott ie s nieuws op touw eiten
cf gaan uitrusten.
Nu, dat brengt ons ook ongeveer tot 1920.
Een jaar geleden, zoo ik mij niet vergis,
is er in Amerika over Wilson's intiemen
metgezel, die dikwijls als zijn plaatsvervan
ger d'enst doet, een boek versciirüen onder
den titel The real cnlonel House.
Het is, met uitzondering v; n enkele
onbeteekenende uittreksels, weinig bekend gewor
den in Europa. Jammer genoeg, want ik
! geloof niet dat eenip atider boek ons zoo'n
sprtkend beeld geeft van den President.
Wij komen er niet verder door dan tot de
allerlaatste maanden van 19<7, maar dat is
geen bezwaar. Neen is het niet een voor
deel ? Want daarbij verkrijgen wij een ze
kere distantie van waaruit de dingen rustig
zijn te bezien.
Kalmte is de eerste plicht wanneer men
een stardpunt wil innemen.
Slei-hts een pa^r woorden tot inleiding
omtrent Ertwarri Heuse l
M,*n heef; hun w «l een mysteneusen man
j genoemd mi bij, ?n'öfi oo>t eenige
s'aaisi functie te hfhb- n brklred, de man van
verj trouwen van oen Prtsh'e.it is geworden en
i raast hem de eerste plaats in de politieke
wordt doorgevoerd. Des te meer maken
de parlementen bankroet.
De Amerikaan verklaart zich reeds
gelukkig, dat hij geen eigenlijken parle
mentairen regeeringsvorm heeft. Zijn
magistraten hebben daardoor veel zelf
standigen, persoonlijken macht, met den
president vooraan. Overal elders klaagt
het volk, dat het wel de parlementen
kiest, maar dat het er ten slotte niet
door vertegenwoordigd wordt. Dat zij
met al hun macht machteloos zijn tegen
over een stuk papier of tegenover een
kommies. En dat de ware volksbelangen
er niet door tot hun recht komen. Het
wonderlijke volk realiseert niet eens dat
het zélf, door altijd maar meer
kiezersmacht te eischen, dien toestand ge
schapen heeft.
In elk geval zijn de groote verwach
tingen van het parlementarisme overal
voorbij.
Frankrijk heeft zijn syndicalisme, dat
een groote macht wordt. Engeland ziet
thans een National Council of Labour
werken, dat geheel privéreeds meer com
petentie verworven heeft dan 't Lager
huis. En de Duitsche Nationale verga
dering buigt in voor het radenstelsel.
* *
Inderdaad zit in dit radenstelsel een
nieuw constitutioneel begrip. Het volk,
naar plaats of naar beroep, door ver
schillende raden vertegenwoordigd. Die
zelfde raden weer gezamenlijk tot grootere
geheelen vereenigd, met een centraal
lichaam aan de kroon.
Het zou kunnen zijn dat wij door dezen
nieuwen vorm tot een gezonder en
verantwoordelijker democratie kwamen, dan
die 't parlementarisme heeft gebracht.
Hoofdzaak van elk vertegenwoordigend
stelsel is toch dat het volk er vertrou
wen in stelt en er rust in vindt. Uit die
behoefte zijn ook, eeuwen terug, de par
lementen geboren. Eerst in bescheiden,
soms in vreemden, eindelijk in defini
tieven vorm.
Het is raadzaam, ook het radenstelsel
als een begin van nieuwe constitutioneele
ontwikkeling te bestudeeren.
Dit kan, wanneer men het maar los
van 't bolsjewisme maakt.
Vele vragen zullen zich ook dan voor
doen. Bijvoorbeeld deze: of het 't Par
lementarisme. moet vervangen of alleen
daaraan terzijde worden gesteld. De
Duitsche plannen Kaan voor 't oogenblik
in de laatste richting. Daar denkt men
zich de twévormen van vertegenwoor
diging naast elkaar. Doch revolutionaire
staatsinstellingen leveren meestal geen
criterium op.
Wij denken, dat de raden en de par
lementen eerder in elkander tot een
nieuw stelsel zullen versmelten.
In elk geval zal, onder de voorwaarde
alweer van een geestelijk
gezondmenschelijk geslacht, het radenstelsel ook een
nieuwe vorm voor de samenleving zijn.
De menschheid heeft het in haar hand
van Volkerenbond en Sovjet te maken
wat zij kan.
v. H.
iiiiiiiiiiiiiilimniiimmiiiillllliiiiiiiiiiHiimtllliiiiiiiiiiiiiiilMMiiitiiiiii
wereld van Amerika inneemt.
Maar er is waarlijk niets geheimzinnigs
in de belrekking. Hij heeft zij»positie aan
zijn persoonlijkheid te danken, en die per
soonlijkheid ligt open voor de wereld.
Fdward House, die thans reeds de zestig
heeft overschreden, is van Texas. Hij heeft
den tijd rog meegemaakt, in zijn jeugd, dat
die grensstaat in voortdurenden oorlogstoe
stand verkeerde met het naburige M^x^co.
Dat staalde h?m. Zijn afkomst is, van waar
de beste mrnschen komen, Rij, mijn lezer
en ik d-; schrijver, van e^n Hollandsctie
familie. Maar zij was a! heel lang in Ame
rika gevestigd.
Het type van zijn gezicht vindt ge wel
bij onze landgenooten terug, bij officieren
en zeelui die onder de keerkringcn hebben
geeifd, de leuke mond die klare oogen,
de neus met ietwat opgetrokken neusvleu
gels eeiu'ger; van een kordate vriendelijk
heid, die mfn toch niet al te na moet komen,
f n de geheele houding slank en veerkrachtig,
geift den geaecidterdfn eervoud te kennen
va:; een ma'?, ie zijn evenwicht heeft
gevo' den en niet licht zich daaruit zal laten
brengen.
Een matig fortuin maakte House zelfstan
dig m, lerwijl het zijn wenschen beperkte,
gaf het hem den kdng aan waarin hij zich
moest bewegen. Politiek en geschiedenis
waren zijn liefhebberijen. Hij hield van hen
om hun zelfs wil, niet om met gfleeidheid
te prijken of om vooruit te komen in de
wereld. Hij wilde niet gebonden zijn dan
door werk waaraan h$ zijn luit en zijn ziel
gaf.
Een ander gunde hij het credif t ei het
voordeel van wat hij had lot stand gebracht
als hij maar het plan had mogen organiseeren
en de beweging* had geleid.
Toen h.'.m om t-.fn cf andnren dienst in
het pol'titkïleven v;s den S'aat de titel
van kolor.d v/as te d<urt gevallen «"n ziïn
uniform hem werd huiss^racrit, keek hij
c!e vesheven kle;dij >rt ha,r g-l.»! haar
epaulttten en haar d<: f blinkende knooprn
een moment aan, riep toen zijn neger-koetsier
BERICHT
Naar aanleiding der verschillende
reclames over het te laat of niet ont
vangen van nummers van ons blad,
deelen wij mede dat de expeditie door
ons steeds nauwkeurig en op tijd ge
schiedt. Reclames over te late bezor
ging gelieve men dus aan het post
kantoor ter plaatse te richten, terwijl
wij voor eventueel zoek geraakte
nummers gaarne een ander nummer
toezenden.
De uitgevers
VAN HOLKEMA& WARENDORF
IIIIJHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlllIllllllllimillllllllllllllliim
DE PARAATHEID VAN ONZE
WEERMACHT GEDURENDE DE
OORLOGSJAREN
door Generaal b. d. C. J. SNIJDERS,
Oud- Opper bevelhebber vanLand- en Zeemacht
Voorzitter der Ned. Vereeniging Ons Leger".
De Besturen der Nederlandsche Vereeni
ging Ons Leger" en der Koninklijke
Nederlandsche Vereeniging Onze Vloot",
hebben een oproep tot het Nederlandsche
Volk gericht tot het stichten van een
gedenkteeken, ter herinnering aan de, door
Leger en Vloot, gedurende het tijdperk van
Augustus 1914 tot December 1918 bewezen
diensten.
Is het feit, dat Nederland buiten den
oorlog is gebleven, inderdaad voor een
belangrijk deel het gevolg van het optreden
onzer krijgsmacht?
Kunnen Leger en Vloot daarvoor aan
spraak maken op de dankbaarheid der natie ?
Is een duurzaam gedenkteeken de meest
geschikte vorm om aan die dankbaarheid
uiting te geven?
Ziedaar enkele vragen, die ik mij voorstel,
hieronder naar mijn beste inzicht te beant
woorden.
In de avondvergadering der Tweede
Kamer op 13 Februari 1919, zeide het lid
Duymaer van Twist:
Naast God dankt ons volk het aan
Regeering, leger en vloot, dat ons land
voor den oorlog gespaard bleef."
Maar de heer K. ter Laan sprak op 18
Februari d.o.v. als volgt:
Ik ben het absoluut oneens met den
Minister, waar hij zegt: dat onder de
motieven, die te Londen en te Berlijn
hebben gegolden om onze onzijdigheid
te eerbiedigen, een voorname plaats
werd ingenomen door de wetenschap,
die men daar had, dat wfj bereid en
in staat waren de plichten na te komen,
die wij als neutrale staat hebben en die
wij ook met pijnlijke zorg hebben ver
vuld."
De oprechtheid van de overtuiging
van den Minister trek ik niet in twijfel,
maar van die overtuiging zelf is m. i.
geen woord juist. In Berlijn en Londen
hebben heel andere motieven gegolden
en zei hem: Neem die ... dingen mee.
Sindsdien op de avondvergaderingen van
zijn negerclub verscheen er een prachtig
uitgedoste, eerbied en nijd afdwingende
zoon van Cham.
Voor de verkiezing van een nieuwen
President der Vereer.igde Staten in 1912
werd Edward House in den arm genomen.
Wllson, wiens loopbaan als historicus, presi
dent van Princeton Universiiy en gouverneur
van den staat New Jersey hij had nagegaan,
bezat zijn volle sympathie. Persoonlijk kende
hij hem in 't geheel niet. Het was rerst in
1911 dat zij de gelegenheid vonden elkander
te ontmoeten in New-York.
Zij waren vreeselijk beleefd tegenover
elkander," vertelde House later. Elk van
ons gaf den ander gelegenheid te zeggen
wat hij op zijn hart had. Hij begon en
wachtte dan mijn gedachte af. Wjj stemden
in alles overeen. Er was maar n uur tot
onze beschikking en de tijd vloog om. Toen
hij voorbfl was, kwamen wij beiJen tegelijk
rmt het voorstel voor den dag om nog een
samenkomst te houden. Wij moesten lachen
om ons wederzijdsch enthousiasme.
Nog veel aangenamer was onze tweede
ontmoeting. Uren en uren hebben wij toen
samen gepraat. Nooit heb ik een man ge
vonden wiens ideeën in zoo'n gelijke lijn
liepen met de mijnen.
Governor", zeide ik, toen wij elkander
eenige dagen later weder zagen, is htt
niet vreemd dat twee menschen die elkander
van te voren in 't geheel niet kenden, zoo
eenstemming denken ?" Maar hij antwoordde:
Btste kerel, wij hebben elkander onsheelc
leven door gekerd.""
Ik kan u riet zeggen, hoe hij mij beviel.
Hij scheen mij te goed om er werkelijk te
zijn. Ik kon niet gelooven dat het mogelijk
zou zijn hem te laten verkiezen. G: weet
in de politiek kun men nooit den besten
man verkozen krijgen. Nu, Roosevelt, zijn
tegenstander, heefi er ons bij geholpen."
Laat ons ook het vervolg hooren.
W. G. C. BYVANCK