De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 31 mei pagina 7

31 mei 1919 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

31 Mfi '19, No, 2IM DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND DE HEEMSCHUTTENTOONSTELLING door A. W. WEISSMAN, Architect, Secretaris van Heemschut Toen, nu acht jaar geleden, de Bond Heemschut werd opgericht, die zich het be houden van de schoonheid in Nederland ten doel stelde, waren er velen, die, ofschoon dat doel welgezind, toch twflfelden, of het nieuwe lichaam veel invloed zou kunnen uitoefenen. ? De Heemschut-tentoonstelling, die door de goede zorgen van den heer J. W. Qerhard in het Stedelijk Museum te Amsterdam werd ingericht, en die van den 25sten Mei toten met den 151en Juni voor ieder kosteloos toegankelijk is, bewijst, dat die twijfel geen reden heeft gehad. Voor deze tentoonstelling, die beoogt een denkbeeld te geven van wat er in Nederland en in het buitenland op het gebied van heemschut, waaronder het be houden van de schoonheid in den ruimsten zin wordt verstaan, reeds verricht werd, is het Bestuur van den Bond den heer Qerhard ten zeerste erkentelijk. De rijke stof, die bijeen werd gebracht, is met smaak uitge stald, terwijl zij tevens zógerangschikt is, dat de bezoeker bij het genot, dat hQ heeft, tevens heel wat kan leeren. De Bond Heemschut zond, behalve zijn jaarverslagen, de verslagen der Heemschut conferenties van 1911' en 1913, benevens verscheidene vlugschriften. De conferenties, die in 1915 en 1917 hadden moeten gehouden worden, konden door door de tijdsomstan digheden niet plaats hebben. Doch in December van 1919 hoopt men hen, die in het behouden der schoonheid van Neder land belang stellen, weder tot een confe rentie uit te noodigen. Uit de jaarverslagen blijkt, dat bij den Bond Heemschut thans 48 vereeniglngen zijn grooter. Natuurlijk kan van de gemeente besturen niet worden geëlscht, dat zij zich met het beoordeelen der ingekomen ont werpen belasten. In eenige meer aanzienlijke gemeenten zijn daarom commissies van deskundigen werkzaam, die de spraakma kende gemeente schoonheidscommissies" noemt. Daar echter voor kleine gemeenten het instellen van dergelijke commissies te belast is, heeft op de tentoonstelling een zeer belangrijke inzending. Men ziet daar, hoe dikwijls een kap verbod fraaie bosschen en lanen gered heeft, niet slechts door statis tische ciffers, maar ook door voortreffelijke fotografiën. Een blijvende boschwet, die de tijdelijke vervangt, is thans in voorbereiding. Zij zal een zegen voor Nederland zijn. Voor het behoud van de schoonheid te De heer Gerhard is van meening en ik ben het met hem, die een te dezer zake bij uitstek deskundig man is, volkomen eens dat de beste propaganda voor heemschut in en door de (school kan ge maakt worden. Helaas moet de heer Qerhard getuigen, dat er hier te lande in dit opzicht nog heel veel ontbreekt. Mogen tal van onderwijzers de tentoonstelling bezoeken, bezwaarlijk is, behooren provinciale com missies aan die gemeenten de noodige voorlichting te geven. Noord-Holland bezit reeds een dergelijke commissie, dank zij het initiatief van den Commissaris der Koningin, jhr. mr. dr. A. Roell. BQ die commissie, welke te Amsterdam, Sarphatistraat 92, gevestigd is, kunnen alle gemeentebesturen van Noord-Holland kosteloos adviezen over ingekomen ontwerpen en over uitbreidingsaangesloten en dat er 200 buitengewone ! leden zijn. Als wi] zien, hoe, volgens de fegevens, die de heer Qerhard vermeldt, de witsersche heemschut-vereenlging bijna 25000 leden telt, dan is het cijfer der bui tengewone leden van Heemschut al zeer gering. Moge de tentoonstelling er toe mede werken, dit getal te doen toenemen l De jaarverslagen maken melding van heel wat schoonheid, die door Heemschut's optreden behouden werd. Zij spreken ook van den strijd tegen de ontsierende reclame, die niet zonder gevolg bleef, daar thans in de provinciën Noord-Holland, Zuld-Holland, Zeeland en Limburg de reclame door een verordening van het provinciaal bestuur is verboden. Deze verordeningen zQn echter niet toepasselijk op de bebouwde kommen der gemeenten. Wel hebben eenige gemeente besturen reclame-verordeningen uitgevaar digd, maar juist in de groote gemeenten, waar de reclame op de ergerl|kste wijze de schoonheid schendt, ontbreken zij nog. Het is te hopen, dat vooral Amsterdam, 's-Qravenhage en Rotterdam spoedig een reclame-verordening mogen vaststellen, op dat dit voorbeeld ook de kleinere gemeenten opwekke, er een te maken. Heemschut wil niet slechts bestaande schoonheid bewaren, maar ook het tot stand komen van nieuwe schoonheid bevorderen. Daarom ijvert het ervoor, dat de gemeenten in hare bouwverordeningen de zoogenaamde welstandsbepaling" opnemen, waardoor het mogelijk is, het verwezenlijken van ontwer pen voor gebouwen, die niet aan de eischen der schoonheid voldoen, te beletten en dus ontsiering te voorkomen. Het getal der gemeenten, die de .wel standsbepaling" aanvaarden, wordt steeds llllllillllllllllliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiimiiiiiiiiim Wlth the Zlonists in OallipoU, door Luitenant-Kolonel J. H. PATTERSON. I De Man. Cairo. Het Continental Hotel. En ik wacht. Ik wacht al meer dan tien dagen. En niemand weet waarom ik wacht. En ik kort mij de lange dagen lezend, schavend, pratend. Een middag samen met den jongen Joodsch-Egyptlschen dichter Georges Cattani in de leeszaal. Ik word voorgesteld. Den naam hoor ik niet goed. ' Maar ik hoor zooveel namen van menschen, die ik toch nooit weer zal zien. Maar den Man zie ik heel goed. Een slanke, sterke gestalte. Zijn gezicht open en eerlijk. Zijn oogen sterk en fel. Hoe oud ? Dat weet ik niet. Maar de vrienden zeggen, dat hij elke tien jaar tien jaar jonger wordt. Als hQ afscheid neemt, vraag ik zfln naam. Wel," zegt Georges Cattani: 't was kolonel Patterson, van 't Zionistische corps op Gallipoli." Ik had het moeten weten! Maar 't hindert niet. Kolonel Patterson logeert in hetzelfde hotel. Wij zien elkaar weer. Rn het is mij een groote ontroering den aan voerder te zien van de eerste Joodsche legerscharen, die sinds den Romeinschen tijd, als gesloten eenheid optraden. Zelf geen Jood, heeft kolonel Patterson een groote genegenheid voor het Joodsche Volk en voor zijn Joodsche Soldaten. Wanneer wij scheiden, geeft hl) mij als aandenken zijn boek over het Joodsche Bataillon op Gallipoli. Voor een deel had ik het boek al in het Hebreeuwsch gelezen. Het Hebreeuwsche plannen krijgen. Weldra zal, op aanstichting van jhr. G. de Qraaff, Inspecteur der Volks gezondheid, ook in de provincie Zeeland een dergelijke commissie worden ingesteld. Voor de provinciën, waar een dergelijke commissie nog niet bestaat, zal binnenkort de Bond Heemschut met steun van het Rijk een advies-bureau oprichten, waar de ge meentebesturen kosteloos adviezen, omtrent al wat de schoonheid betreft, kunnen inwinnen. Het beschermen van de schoonheid in de natuur is een der voornaamste punten op het werkprogramma van den Bond. HQ heeft hierbij een krachtigen strun in de Vereenlging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland, wier prachtig werk de algemeene waardeering ondervindt. Deze vereeniging toont op de Heemschut-tentoon stelling afbeeldingen van sommige gedeelten van het beschermde gebied, dat reeds meer dan 1000 hectaren groot is. Groote sommen heeft deze vereeniglng bijeen weten te brengen om fraaie ge deelten van Nederland, die anders aan de baatzucht ten offer zouden zijn gevallen, te koopen en dus voor tijdgenoot en nageslacht te bewaren. Doch het was haar natuurlijk onmogelijk, alle bosschen en lanen in eigen dom te verkrijgen, die, toen de oorlog de prijzen van het hout bovenmatig had doen stijgen, door den bijl werden bedreigd. Toen heeft Heemschut op wettelijke maatregelen aangedrongen; als gevolg van dien aandrang kwam de nood-boschwet" tot stand, die den Minister van Landbouw de bevoegdheid gaf, door kapverbod het schend f n der schoonheid te beletten. Het Staatsboschbeheer te Utrecht, hetwelk met de toepassing van de nood-boschwet" llltlllilllllllllllllliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiilliilliiiiili weekblad Nieuws uit het Land" brengt het als feuilleton. II Het Boek is natuurlijk als de Man. Stout en sterk. Open, eerlijk, fel en spottend. Voor mij zijn de aardigste hoofdstukken: Formation of the Zion Mule Corps"; The Zion Mule Corps lands in Gallipoli"; How Zion Mules upset Turkish Plans" en Recruting in Egypt". Hij heeft heel wat landen en legers gezien: Indlë, Zuid-Afrika, Ame rika, Duiischland, België, Spanje, deze Man, die in den Boerenoorlog binnen acht maan den van luitenant klom tot luitenant-kolonel! Waarom heeft hij in dezen oorlog minder voordeelig gediend? Was hij te critisch? Spottend te fel? Het boek dateert van 1916. Geen voor- i deelige dagen voor de geallieerden. Toch blflft hij onwankelbaar overtuigd, dat Enge land winnen zal (blz. 13), zelfs goed winnen zal (304?305) door zijn heerschappij ter zee. Fel is hij tegen de Duitschers. Maar de Turken zijn eerlijke, open soldaten, zonder Duitschen invloed tot geene wreedheden In staat (blz. 49, 188, 200, 293). Er is veel critiek in het boek. En veel spot. Het pleit voor de Engelsche vrijheid, dat het eenen Engelschen dienenden officier mogelijk is geweest zoo een boek uit te geven. In Duitschland toen volstrekt onmo gelijk. Critiek tegen de zorgeloosheid ten aanzien van de Duitsche onderzeeërs (161 165), gebrek aan munitie (180?181), onprak tische wijze van aanvallen (194), tegen den staf (249), verkeerd gebruik van de menschen (265), legerbureaucratisme (283). Van aardige, spottende verhalen is het botk vol. De Man en zijn Boek. Buitengewoon veel lof heeft kolonel Pat terson over voor de dapperheid van zijn Joodsche soldaten. Velen hunner zijn eervol vermeld. Verscheldenen hunner waren Rus sische onderdanen. Kolonel Patterson heeft Overzicht van de tentoonstelling Amsterdam waken het Genootschap Amstelodatnum en de Commissie voor het Stadsschoon, die beiden door jaarverslagen en afbeeldingen op de tentoonstelling ver tegenwoordigd zijn. Van de oude huizen, op deze afbeeldingen voorgesteld, zijn er reeds verscheidene aan gekocht door de Vereeniging Hendrick de Keyser, die voor de monumenten onzer bouwkunst wil doen, wat de Vereeniging tot behoud van Natuurmonumenten op haar eigenaardig terrein verricht. Dit is de eenige afdoende monumentenzorg". Belangrijke inzendingen zijn die van de Nederlandsche Reisvereeniging, van den A. N. W. B., Toeristenbond voor Nederland en van de Algemeere Nederlandsche Ver eeniging voor Vreemdelingenverkeer. De eerste geeft een overzicht van wat voor het bevorderen van de reislust" in Nederland gedaan wordt, de tweede zond fotografiën van hare onvolprezen wandelwegen en de vier prachtige deelen van Ons eigenland", trrwijl de derde door fraai uitgevoerde afbeeldingen onzer ou e gebouwen zien laat, hoeveel karakteristieke schoonheid er nog in Nederland aanwezig is. Behaive van ons vaderland bracht de heer G;rhard ook veel belangrijks van Duitsch land, Zwitserland en de Vereenigde Staten bijeen. Hieruit blijkt, dat in deze landen de belangstelling voor de heemschut-beweging veel grooter is, dan bij ons. Dat er een nauw verband behoort te be staan tusschen heemschut en volkshuisves ting, zal men den heer Gerhard moeten toe geven. Hoe zal er liefde" zoo zegt hij voor het heem, den geboortegrond, het vaderland, gewekt kunnen worden bij men schen, die in bedompte, onreine woningen hun leven moeten doorbrengen?" Inderdaad, dat is onmogelijk. Doch de gezonde en frlssche woningen, die men thans noodzakelQk acht, behoorin ook een goed uiterlijk te hebben. Zij moeten niet door goedkoop ornament worden opgesmukt (?), doch door hun eenvoudige vormen en schoone verhou dingen een lust voor het oog zijn. En dat dit mogelijk is toonen de afbeeldingen der tuindorpen, op de tentoonstelling aanwezig. Fin GE. mm Filiaal AMSTERDAM Jacob Obrechtstraat 26. - Telefoon Z. 2507 Vraagt onze Voorraad i ijst denRusslschen consul te Alexandrië uitvoerig geschreven over de heldendaden der RussischJoodsche soldaten van zijn corps. Men vindt dien brief, samen met andere merkwaardige brieven, in het Aanhangsel". Slechts ne opmerking: de beteekenis der Macaabeeën is den schrijve r niet geheel duidelijk. Zij streden niet tegen de Romeinen. Het laatste Joolsche leger vinden -ve in den tijd van Bar-Kochba, omstreeks 135 n. Chr. III De Man. Jerusalem. Het Russische domein. Thans bj de Engelschen in gebruik. Op het zonnige plein sta ik te praten met eenen Eigelschen officier. Er gaan een aantal soldaten voorbij, die ik voor BritschIndiërs aanzie.; Ik zeg: Wat) een| kerels, hè, die Indiërs?" Maar een van de kerels heeft het gehoord. Hij h*eft zich al omge keerd. Hij lacht: Maar ik ben geen Indiër, ik ben een Jood, van Malta." Hij is een reus van een jongen. Waar hij dan gediend heef t? In het Zionistische Corps op Qallipoli. Maar dan kent hij zeker kolonel Patterson wel ? Zijn kranige snuit wordt n vreugd. Zou hQ kolonel Patterson niet kennen ? Zijn eigen beste, trouwe cht.f? Door vuren zijn de mannetjes voor hem gegaan. HIJ is heel verheugd te hooren, dat ik den kolonel ook ken. Hij schrijft zijn naam en een paar woorden op een naamkaartje, dat ik den kolonel sturen zal. De Man en het Boek: open, eerlijk, spottend, fel. Maar de held van zijn soldaten. In het Boek van mijn Kwatrijnen heeft kolonel Patterson dit: Voerder van de eerste Joodsche legerscharen, Die de Geschiedenis sinds eeuwen zag, Dank voor 't verhaal hoe dapper mijn genooten waren, In de loopgraven en in den openen slag. J A C O 13 I S R A h L DE HAAN om, als zij gezien hebben, wat hun Dultsche en Zwltsersche vakgenooten in die richting doen, ook te trachten, iets ten bate van het behoud der schoonheid in Nederland te verrichten! Zij zullen dan opvoeders der jeugd in den besten zin zijn. De plakprenten, die de jeugd zooveel aangename ontspanning geven, worden in Duitschland aan het bevorderen van heem schut dienstbaar gemaakt. Misschien zijn de voorbeelden, die de tentoonstelling laat zien, als de albums, die door de samenwerking van Jac. P. Thijsse met de Firma Verkade & Co. te Zaandam'ontstonden, of als Boon's Albums met tekst van P. Teunissen, Honigs MaizenaAlbum .Mooi Nederland", de afbeeldingen van vogels en visschen der Firma van Houten & Co. en de Albums uit het Stedelijk Museum te Amsterdam der Firma Van Witzenburg. Ook de kalenders, die men op de tentoon stelling ziet, verdienen de aandacht. Er zijn er vooral uit Duitschland en Zwitserland. Wel voldoen zij niet alle aan de eischen, die men in Nederland zou stellen, doch het denkbeeld is goed en ook hier valt voor onze uitgevers ten bate van heemschut wel wat te doen. Eindelijk moeten nog vermeld worden de talrijke plaatwerken, tijdschriften en boeken, die de tentoonstelling te bezichtigen geeft. Ieder vindt daarbij zeker iets van zijn gading, Oude, maar vooral hedendaagsche kunst zijn daar vertegenwoordigd door werken uit Nederland, Engeland, Amerika, Frankrijk, Bohème, Duitschland en Zwitserland. Onder de Nederlandsche werken noem ik die van H. van der Kloot Meyourgr, van J. H. W. Leliman, van B. von Brucken Fock, van D. J. van der Ven, van dr. H. P. Berlage en van Brledéals bijzonder belangrijk. Uit Engeland ziet men veel over het thans zoo actueele onderwerp der tulnsteden. Ook de Amerikaansche landhuizen verdienen de aandacht. Hoe Frankrijk zijn verwoeste streken wil herbouwen ziet men in La Maison des Pays de France" van Léandre Vaillat; hoe Duitschland het doen wil leeren Grundlagen für das Bauen in Stadt und Land" door den Bund Heimatschutz." In dit kort bestek kon slechts een zeer onvolledig overzicht gegeven worden van wat de tentoonstelling te aanschouwen geeft. Mogen velen zich opgewekt gevoelen, om naar het Stedelijk Museum te gaan, en daar kennis te maken met de schoonheid, die niet geheel naar den hedendaagschen Nederlandschen smaak. Maar voor een jong kun stenaar en een ondernemend uitgever zou ook bij ons in dit opzicht zich een veld ter bearbeiding kunnen open. De afdeeling Heemschut en Wandeltoerlsme", die de heer Gerhard op de Ten toonstelling inrichtte, is zeer bezienswaardig. Want er is geen beter middel om zijn land te lerren kennen en liefhebben, dan het wandelen. In Zwitserland en In Duitschland wandelt men veel. Daar wordt het wandelen van de jeugd niet slechts bevorderd door de school, maar ook door vereenigingen. Met groote waardeering maakt de heer Gerhard melding van wat de A. N. W. B., Toeristenbond voor Nederland, ten bate der heemschut-beweging deed door het openen harer bekende wandelwegen. Dat ook heemschut en weldadigheid ver bonden kunnen worden bewijst Zwitserland. Daar wordt, zoo door Pro Juventute-postzegels" als door prentbriefkaarten, waarop schoone gezichten uit Zwitserland zijn voor gesteld, te verkoopen, een belangrijk bedrag verkregen, dat ten bate der jeugd strekt. De som, die op deze wijze bijeenkwam, beloopt reeds meer dan een millioen francs. Heemschut strijdt tegen de ontsierende reclame, doch is daarom nog niet tegen alle reclame gekant. Er bestaat zelfs een reclame, die het gaarne ziet, namelijk de plaatjes, die door sommige firma's verspreid worden, om de schoonheid van een land in ruimen kring bekend te maken. De heer Gerhard heeft veel op dit gebied bijeen weten te brengen, zoo uit Nederland als uit het buitenland. En uit wat hij toont, blijkt dat ons vaderland hier aan de spits staat. Want nergens vindt men iets zoo fraais IIII911IIIIII1IIMMII1IIIIIII1I iitiiimiimimimt De Tarweprinses, door JEAN WEBSTER; geïllustr. door FELIX HESS; vertaald dOOr A. QUARLES DE QlJARLES. Amsterdam, van Holkema en Warendorf. Efn vriend zei mij: .,The Wheatprmcess is het beste boek van Jean Webster". Ik vroeg of het dan beter was dan Dgddy Long Legs en The John Grier Home. Het Is heel anders", was het antwoord. Inderdaad is het het heel anders en toch herkent men in de Tarweprinses de beste eigenschappen der schrijfster: haar levendige verhaaltrant, haar fijne psychologie, ook haar stille humor. Misschien staat de Tarwe prinses boven de twee genoemde door de knapper geronden verwikkeling en door de contrasten tusschen het leven en de denk wijzen van eenerzijds de r||ke Amerikanen, die het oude Italiaansche kasteel betrekken en aan den anderen kart die der omwonende boeren en van het Italiaansche volk. Het was zeker een aardige en gelukkige vondst van Jean Webster de dochter van den Amerikaanschen tarwekoning", die de wereldmarkt van het graan beheerscht en door terughouding in tijden van schaarschte groote winsten maakt, het kasteel te laten betrekken van den slechten Prins", die daar twee eeuwen geleden werd ver moord omdat hQ in Italië destijds dezelfde praktijken had toegepast. De geschiedenis herhaalt zich, ook in dezen zin dat ook nu weer de Amerikaansche Miss Copley gevaar loopt, wanneer het volk hoort welken rol haar vader speelt. Zij zelve weet daarvan nog niet; als zij 't verneemt ontwaken in haar diepere gevoelens, dan zij tot nog toe kende. Zoo leert zij ook den aanvanke lijk raadselachtigen gezantschapssecretaris Sijbert in eer. ander licht zien en wrndt zich meer en meer af van den jongen schilder, tot wien zij eerst zich sterk aan getrokken voelde omdat hij alleen voor de schoonheid" leeft Maar dit alles benog overal aanwezig is, doch die zou ver loren gaan, wanneer niet in tijds gestreefd werd, om haar te behouden. Die taak heeft de Bond Hremschut voor Nederland op zich genomen. Wie den Bond daarbij steunen wil, kan zich als Buitengewoon Lid tegen f 2.50 per jaar opgeven aan het Secretariaat, Heerengracht 247 te Amsterdam. Ik hoop, dat velen zich daartoe geroepen zullen gevoelen. 005TER5EEK hoort tot het romannetje, dat door het heele verhaal heenspeelt en dat heel knap samengeweven is met de geschiedenis van Italië in Umberto's eerste regeerir gsjaren. Ik zal het genoegen van den lezer niet be derven door dat romannetje hier na te ver tellen. Jean Webster moet Italië het land van toen goed htbben gekend en in de eigenaardige volksmentaliteit diep zijn door gedrongen om dit boek te kunnen schrij ven. En zij hetft veel verven op haar rijk palet: zij geeft ons het landschap in verschillende kleuren. Het onweder in de bergen; de Campagna met haar afwisselenden aspecten; de dagen van regen en van brandende zonnewarmte... het is de heele schaal, de gansche gamma. Zoo is dan De Tarweprinses een zeldzaam aantrekkelijk boek, dieper en f ij r er dan dat andere Italiaansche werk van Jean Webster. Jerry, dat ik destijds ook hier besprak en dat meer zuiver als amusant is bedoeld, als een blijde lach, terwijl in De rarweprinses de bange nood van het hongerende volk gromt. Op dien donkeren achtergrond teekende de schrijfster de eerst lichtende silhouette van het zorgelooze, schatrijke Ameri kaansche jonge meisje, maar zij leidt haar door den drang der gebeurtenissen tot dieper inzicht. Toch beseft de Amerikaansche dat noch zij met haar geld, noch Sybert met zijn goede bedoelingen en zijn warme liefde voor het land, dat hij als zijn tweede vaderland beschouwt, Italië kan helpen. Itali* fara da se! Er is een onoverbrugbare kloof tusschen de nationaliteiten.. Gedachten als deze dringt de schrflfster ons nirt op; zij ontwikkelen zich uit haar boek, dat een echte roman is, maar toch ook zooveel meer: een boek vol ideeën; vol strijd ook. Daarbij: elegant en vlug geschreven. Knap en aan trekkelijk. S M ! S S A E R T

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl