Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
28 Juni '19. - No. 2192
De Nederlandsche Bank
Het op 31 Maart j.l. geëindigde boekjaar
van de Nederlandsche Bank is het laatste
geweest van het tijdperk, gedurende
welke de Bank gearbeid heeft onder de be
palingen van het voor den vierden keer
gewijzigd octrooi.
Ia 1814 opgericht, werd het octrooi der
Bank voor 25 jaar verleend, daarna in 1839
en 1864 telkens voor een gelijke periode en
vervolgens in 1889 en 1904 telkens voor 15
jaren vernieuwd. Bij de wet van 28 Septem
ber 1918 werd het octrooi opnieuw verlengd
met 15 jaren, Ingaande den len April 1919.
Gedurende de eerste drie perioden deelde
de Staat niet in de winsten van de Bank
«n eerst bij het op l April 1889 in werking
getreden nieuwe octrooi werd bepaald, dat
de Staat zoude participeeren in de winst
boven 5 pCt. over het aandeelenkapitaal, te
weten voor de helft tot zoolang niet meer
dan 7 pCt. dividend over het aandeelen
kapitaal kon worden uitgekeerd en voor 2/3
in het meerdere. Bf] de twee opvolgende
wijzigingen werd het aandeel van den Staat
in de winst verhoogd, nml., in 1904 tot "A
van hetgeen de winst meer dan 3XA pCt.
van het aandeelenkapitaal bedroeg en thans
tot H van hetgeen die winst meer dan
3l/a pCt en \ van hetgeen z( meer dan
7pCt. van het aandeelenkapitaal zal bedragen.
Door een en ander is, ondanks toene
mende winsten van de clrculatlebank, het
voor de aandeelhouders beschikbare divi
dend belangrijk verminderd. In de eerste
twee perloden (het eerste 50 jarige tijdperk),
toen de zaken der Bank nog geene groote
uitbreiding hadden ondergaan, bleven de
winsten beperkt en lieten in de eerste
periode (van 1814?1839) slechts de uit
keering van een gemiddeld dividend van
5.89 pCt. toe. In de tweede periode 1839
1869) kon gemiddeld 7.99 pCt. uitgekeerd
worden, maar die verbetering was in hoofd
zaak te danken aan de betere resultaten
van de laatste negen jaren dexer periode.
In die negen jaren bedroeg het gezamenlijk
dividend 108.4 pCt. of gemiddeld ruim 12
pCt. per jaar, terwijl het in de eerste 16
jaren slechts 91.4 pCt. of gemiddeld 5.71
pCt. per jaar was, dus zelfs nog iets minder
dan in het eerste 25 jarig tfjdvak.
Eerst in het derde tijdperk (1864-1889)
begonnen de winsten aanmerkelijk te klim
men en trokken de aandeelhouders gemid
deld 18.15 pCt. per jaar met een record-cijfer
van 286 pCt. over 1873/4, een crisis-jaar,
waarin sterke credietvraag en hooge
disconteerlngs en beleenings-rente haarlnvloedop
de winsten der Bank deden gelden. Maar
juist deze voor de aandeelhouders zoo
gunstige resultaten in de derde periode
gaven aanleiding tot den aandrang om den
Staat in de winsten der circulatiebank te
doen deelen.
In de daaropvolgende periode (1689-1904)
bedroeg het gemiddelde dividend slechts
9.02 pCt., grootendeels het gevolg van het
verleenen van een aandeel in de overwinst
aan den Staat, maar deels ook omdat in die
periode de geldmarkt over het algemeen
ruim was en bij gemiddeld lage rente de
credietvraag beperkt bleef.
De thans afgesloten vijfde periode heeft
wederom een gemiddeld hcoger dividend
voor de aandeelhouders opgeleverd, niet
tegenstaande het aandeel van den Staat in
de overwinst verhoogd werd. Het gemid
deld dividend in deze periode was 11.8pCt
hoofdzakelijk tengevolge van de hoogere
winsten in de vijf oorlogsjaren (1914/15
1918/19), die wederom voor een groot deel
voortsproten uit de belangrijke bedragen
regeeringspapler, door deBank gedisconteerd.
In die vijf jaren werd ia totaal 71.5 pCt.
aan dividend uitgekeerd of gemiddeld 14.3
pCt. per jaar, tegen 105.6 of gemiddeld 10.56
RENAISSANCE?
Het zonnige zuiden heef t een nieuw geluid
gekend, en de bloeitijd der Medtcis.
... Zou het kunnen... ?
Is het mogelijk dat in ons koele land iets
nieuws komt... iets ongekends, maar van
wondere bekoring... een nieuw geluid?
Ik heb het geluid vernomen, in dece heerlijke
voorjaarsdagen... het kwam uit de kelen
van twee medici, en het klonk schor.
En nu ligt het voor mij, vastgelegd in
druk, in twee brochures.
De brochures zijn onderling geheel ver
schillend... maar hoe nieuw allebei, hoe
frisch... een wedergeboorte.
* * *
De eerste is geschreven door den
Amsterdamschen medicus E. van Dieren, en de
titel luidt:
De Waanzinnige Waereld
Een zielkundige ontleding
van
De Huidige Socialisten
en Hunne voorgangers.
Voorts vier citaten.
Het Ie Kamer-lid Henrl Polak noemde dit
werk iet wat vaag: Geraaskal van een
ontoerekenbare, een dwaas, een stumperlgen
maniak."
Professor Bolland daarentegen getuigt:
,Van Dieren's gevoelswfjze is deugde!f/k, zffn
verstand helder, terwijl ook zijn moed en
lllllllllllllilitliini u immuun iiiiiiniii
NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP
MdtordienstvanTetenburg
DAGELIJKSCHE MOTORDIENST
UTRECHT LEIDEN DEN HAM! DELFT
fliitnnkiwi|. ltrecht8chevi»r2B. Fynjikidil. Houttimil
VICC-VEMSA
Nederl. Munt
Holland»moe»t gewilde Sigaar
IIIMIIIIIIII11I1IIIIIII
pCt. in de eerste tien jaren dezer periode.
Het gunstigst was het afgeloopen jaar,
dat met een dividend van 20.7 pCt. wel nog
achterbleef bij zes der voor de aandeelhou
ders meest voordeelige jaren van de derde
periode, maar wat de totale winst der Bank
aangaat een record-jaar geweest is. Ware
de winstverdeeling van het bovengenoemd
record dividend-jaar (1873/74) nog van toe
passing geweest, dan zoude over 1918/19
ruim 69 pCt. hebben kunnen uitgekeerd
worden of omgekeerd zoude de netto-winst
van 1873/74 (f 4.810.915) bfj eene
winstverdeeling als onder de vijfde octrooiperiode
een dividend van slechts 11.16 pCt. in plaats
van 2S.6 pCt. hebben toegelaten. Een en
ander sprtngt bovendien duidelijk in het
oog, wanneer men bedenkt, dat bfj een netto
winst cQf er van f 14.635.530.?, zooals in het
afgeloopen jaar, het aandeel van den Staat
f 8.741.364.41 bedroeg, waarbij nog gevoegd
moet worden ca. een millioen aan belastin
gen, of in het totaal bijna f 9% millioen,
ongeveer 49 pCt. van het aandeelenkapitaal
der Bank uitmakende.
Onder het thans In werking getreden
octrooi zoude een zelfde winst, als in
1918/19 behaald, voor aandeelhouders eene
uitkeering van slechts 12.43 pCt. of ca. 2V3
millioen hebben toegelaten, terwijl het aan
deel van den Staat, met inbegrip van divi
dend en tantième belasting ruim im mil
lioen zoude hebben bedragen.
Duidelijk is het dus, dat hoe langer hoe
meer het leeuwendeel van de winst der cir
culatiebank koven eene redelijke rente op het
daarin gestoken kapitaal naar den Staat gaat.
Aan den anderen kant moet echter opgemerkt
worden, dat, al moge de tijd van hooge
dividenden voor de aandeelhouders der Bank
voorbij zin, zij onder het nieuwe octrooi
vrijwel kunnen rekenen op een minimum
divld. van 7 pCt. met kans op matige verhoo
gingen in maareenlgzsins goede jaren.Immers
om 7 pCt. te kunnen ui'keeren, moet de Bank
een netto-winst van 31/* millioen maken, een
cijfer, waar beneden die winst in de laatste 25
jaar zelden of nooit gebleven is. Heeft de winst
echter dat cijfer bereikt, dan gaat van elk
millioen meerdere winst slechts f 125.000.-,
YX pCt. over het aandeelen kapitaal, naar de
aandeelhouders en f 875'OOQ.?naar den Staat.
Aan dit systeem, hoewel op deugdelijke
gronden steunende, is toch het bezwaar ver
bonden, dat er voor de aandeelhouders wei
nig prikkel is tot energieke uitbreiding van
zaken, waar zij, kunnende rekenen op een
minimum dividend van 7 pCt., slechts eene
uiterst matige belooning krijgen uit
verdere uitbreiding van zaken. Intusschen
is het goed, dat de directie en commissaris
sen, van wier beleid en energie de resulta
ten grootendeels afhangen, wel, behalve
hunne persoonlijke voldoening, ook een
materieelen prikkel behouden om de ontwikke
ling van zaken te bevorderen. Immers de
tantièmes zQn afhankelijk van de geheele
gemaakte winst en niet enkel van het den
aandeelhouders komende deel. Ten dien aan
zien mag echter ook wel opgemerkt worden,
dat die tantièmes (3 pCt. van de winst voor
het geheele Bestuur te samen), vergeleken
met die van andere instellingen, bij de zoo
genaamde geprivilegieerde instelling al zeer
matig zijn.
Wat de uitkomsten van de Bank over het
afgeloopen boekjaar aangaat, is reeds opge
merkt, dat de winst die van eenig ander
jaar belangrijk overtroffen heeft, zooals o. a.
blijkt uit de volgende vergelijkende cijfers
der laatste vijf jaren.
UIT HET KL-AJDSOIEIIR/IFT
Bruto
Winst
Netto
Winst
Onkosten en
Afschrijvingen
1918/19. f 17.786829 f 3.151.299 f14635.530
1917/18. 10.199.482 2669.505 7529977
1916/17. 9.210.277,2317.563, 6892.714
1915/16. 10.720.039 ,3.38 '.868 7.338.171
1914/15. 13.252.561 .5.477.213 7.775.348
Voor een deel is de hoogere winst te
danken aan een buitengewone bate van
f 1.237 295, doordien de Bank, in verband
met de nieuwe bepalingen van het octrooi,
hare gebouwen op nieuw heeft laten waar
deeren en de meerdere waarde in het credit
der winst- en verliesrekening kon boeken.
De volgende vergelijkende tabellen wijzen
de winsten aan, in de verschillende deelen
van het bedrijf behaald:
Disconto. Bultenl. Beleeningen.
wissels.
191819 ?5.506.482 /2.44S.692 ?4399237
1917/18 2.825.729 1.309.673 2.372.707
DE /=ÏMSTERD/=IMS<:HE
HEERENGRPCHT Ift
LEVEMS-OMGEVflLLEh-fl/mSPR/lKELUKHEIPS
ZIEKTE VERZEKERINGEN
lllllllllllllllllllllll
iiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimii
iiiiiimiiiimiiiiittiimi
waarheidsliefde allen lof verdienen. UU zijn
boeken Is altijd wat te leereri' (waaraan
Z H. G. bescheidelfjk toevoegt) ...ook
voor mij..."
De Standaard ten slotte schreef: Het is
f een droog wetenschappelijk werk, maar een
oek dat tintelt van leven en beweging."
... En dit is het nu juist wat dit boek
gemeen heeft met dat andere
populairmedische werk dat voor mij ligt, een bro
chure van den directeur van den Haagschen
Gtmeentelfjken Geneeskundigen Dienst, dr.
G. W. Boland.
Het behandelt in versvorm: De ge
zondheidstoestand in de Residentie," en de
titel bevat n motto in vraagvorm:
Wat peil voor den Haag op
gezondheidsgebled?"
Voelt u het rythme?
Lees dan de eerste bladzijde:
Met 1918 in 't verleden
is 't goed die vraag onder d'oogen te zien.
Het wereldgebeuren heeft ook op 't gebied
vanVolks-neen.betervanVolk'rengezondheid
zooveel verontrustends gebracht,
dat het wél loont naar statistisch bevinden,
graadmeter voor den gezondheldsstaat,
den droesem van ziekte te peilen.
Wóningennood, 't is de daag'lijksche klacht.
Ondervoeding het rijk'lljkst verzuchten.
'n Vreemd'llngen schare, de hérkomst in 't
duister,
overhoéstet ter dagen de zwoegende steden,
overvólkt de pensions,
overstroomt de tehuizen.
Daklooze zwervers, van toevlucht verstoken,
zwermend in vaak onnaspeurlfjken gang,
versleepen naar d'aard een heir parasieten,
wriem'lend en bijtend en gravend gespuis.
Naast dit gebeuren al maanden een zeepnood.
Ook nog een schaarschte aan medicamenten.
Dan bovenal die wónd're komeet,
pandémische griep, de staart vol venijn.
Voorwadr 't loont de moeite l
Wachter, wat is er, ja, wat van den nacht?
voor nze stede?"
U ziet het l Hier is de dichter aan het werk l
Dit is niet de dokter die onze voorouders
kenden... de deftige, ernstige hoog-gehoede
dokter l Dit is een nieuw geluid l
In plaats van het ernstig betoog van
vroeger is het vroolQk getuit gekomen, als
van den kwlnkeleerenden vogel. De hooge
hoed is weggeworpen, en, dansend en zin
gend gaat de medicus door de bloeiende
vrlden, de landmeisjes verrukkend met zijne
lyrische statistieken, ais:
Maar k voor de rood vonk, die vluchtige
spreider,
zijn, waar de tweede grafiek ons doet zien,
de verhoudingen inderdaad teek'nend te
noemen.
Cijfers van l, 72 voor den Haag,
tegenover dan 2.55 voor A'dam en
erger nog 536 voor R'dam,
de bevindingen laten geen ruimte voor
twflfel".
Is het niet medesleepend, dat oolfjke:
roodvonk, die vluchtige spreider"...? Hier
en daar komt nog het wetenschappelijke
even boven, zooals b.v. in den laatsten
regel. Maar welk een dlchterlflke kracht is
dan weer hier:
De tweed' en plots zich verheffende geesel,
de grieppandemle,
die als een zeer giftige longinfluenza,
door hél de wereld heen is gestorm
met den dav'renden neerslag
van duizenden dooden.
In de omknelling van deze twee geesels dan
vinden we goed'en betrouwbare mate
boven de peiling van
ziekte bevinden."
Wat de speelsche arts en de
gezondheidsdirecteur inmiddels wil, is ieder duide
lijk zijn grafieken toonen het beter aan dan
zijn verzen. Hij wil een gezonde residentie...
*, *
Maar wat zijn collega van Dieren wil
is heel wat meer... die stelt zich niet
tevreden met n gezonde stad, (den Haag
van dr. Boland, of zelfs de lichtstad van
dr. van Eeden)... dr. van Dieren wil een
heele gezonde wereld.
Daaruit is het begrijpelijk dat z|n mate
riaal om de ziekte en het huidige peil
aan te duiden, geweldig omvangrijk is. Dat
laat zich maar niet zoo gemakkelQk tot
grafieken verwerken als sterfte-cfjfers en
officieele verhoudingsgetallen van gemeen
telijke gezondheidsdiensten..
Hal., wanneer men de heele wereld tot
zijn terrein maakt, dan beschikt men over
andere gegevens.
Op zijn geestelijke motor-driewieler snelt
de arts van Dieren door alle geestesbanen
1916,17 f 3.299983
1915/16 3.515.941
1914 15 6.010.143
1918,19
1917,18
1916/17
1915/16
1914/15
Voorschotten
in rek. cour.
? 2.190573
2.068 296
872 817
674 702
. 944.179
714.186
634.566
432994
Provisiën.
891045
988309
1.115.616
974 369
698.993
2 629 838
, 4.224626
, 4.783 741
Winst op
munt
materiaal.
? 640 576
229668
27.688
40199
22.960
Behalve provlsiën, die een achteruitgang
van circa een ton aanwijzen, hebben dus
alle onderdeden van het bedrijf bijgedragen
tot de belangrijke winstvermeerdering van
het afgeloopen boekjaar. De rentewinst op
disconteeringen en beleeningen is nagenoeg
het dubbele van het vorige jaar, al blijft zij
nog ongeveer een millioen ten achteren bfj
die van het eerste oorlogsjaar, toen in de
eerste crisis-weken de crediet-vraag buiten
gewoon groot en ook tijdelijk de rentewet
hooger was. Ten aanzien van deze posten
wordt In het verslag van 1918/19 opgemerkt,
dat wel is waar de disconto-portefeuille
voor het grootste gedeelte uit Regeerings
papler bestond, doch de beleeningen toonden
aan, dat reeds in belangrijk ruimer mate
van den steun der circulatiebank moest
worden gebruik gemaakt.
De aandacht verdient het voorts, dat de
van de cultuur-geschiedenis.. hfl verheft
zich zelfs.. lees de Inhoudsopgave, waarin
hij spreekt van:
De bovenbouw", het luchtkasteel.
De onderbouw", de elf steunpilaren van
het luchtkasteel (ontevredenheid, begeerte,
afgunst, haat, wraakzucht, verregaande
domheid, leugenachtigheid, maximale
hoovaardigheid, fanatisme, ongeloof en
schijnwetenschap.. Op den kop af: elf steun
pilaren!), van:
Darwinisme, Atheïsme, Materialisme,
Hlstorlsch-materialisme, Marxisme (Socialisme).
Jean Jeacques Rousseau, Kautsky,
Henriëtte Roland Holst, Troelstra, Herman
G >rter, Nletzsche, dr. Pannekoek, Bebel,
Kuyper,.. zijn materiaal is onuitputtelijk...
Zoo lees ik op n bladzijde betoogs de
volgende persoonsnamen: Peter Schwarber,
Clemens VI, Karel IV, dr. Graanboom,
koning Casimir de Groote van Polen, dr, de
Smitt en Monsieur de Salvandy..., terwijl
op deze zelfde bladzijde ruimte is voor een
citaat uit Hecker's werk .,die grossen
Volkskrankheiten des Mittelalters" en voor den
oorspronkelfjken tekst van een zedekundige
feestrede, gehouden door dr. van Dieren,
op den 4en Februari 19 4, ter gelegenheid
uan een feest ten huize van dr. de Smitt te
Amsterdam, en waarin de voorspelling voor
kwam: Ze tangoën op een vülnaanl We gaan
een beroerden tijd tegemoet...
Een half jaar later brak de wereldoorlog uit...
* * *
Dr. Boland huppelde zingend door het
zonnige landschap. Zijn vers is vreugde, en
zijn boek maakte hij spelenderwijs. Dr. van
Dieren daarentegen werkt in het zweet zijns
aanschijns. Terwijl de Haagsche collega
door de korenvelden danst en bloemen plukt,
staat dr. van Dieren bfl de hooiwagen,
en tracht met volle vorken het overvloedig
hooi op te laden. Hij tiert en raast en vloekt
en roept soms zeer juiste dingen... maar
er is te veel... hj kan het niet omvatten
en omvademen, en de heele lading hooi
valt hem van de vork en over het
paarsrood- opgewonden hoofd.
Er is werkelijk geen actueele quaestie of
hij heeft er zijn oordeel over, geen uitspraak
van staatsman, dichter, econoom of filosoof,
of hij heeft er zijn commentaar op.., HQ is
van alle tijden, van alle culturen, van alle
markten thuis, en van alle rassen... maar
SS QLRNCHE
ClCRRETTES
Miiiiiinniiiiiiiiiiii*
winst op muntmateriaal in het afgeloopen
jaar f 640.576 heeft bedragen, tegen slechts
f 229.668 in 1917/18 en luttele duizende
guldens in de drie voorgaande jaren. Aan
gezien de omzet van muntmateriaal in 1918/19
nog iets minder is geweest dan in 1917/18,
toen 23 015 kilo gaud verkocht werden, tegen
17.191 in het afgeloopen jaar, kan de meerdere
winst niet aan grooteren omzet toegeschre
ven worden. Blijkbaar is zij dan ook het
gevolg geweest van de verhooging van
f 1800 tot f 2300 van den prijs, waarvoor de
Bank goud aan de industrie heeft afgeleverd,
waardoor de Bank op een deel van het door
haar verkochte goud een winst van circa
f 650.?per kilo (kostprijs ongeveer f 1650)
gemaakt heeft.
Op enkele andere cijfers en mededeelingen
van het verslag zal ik wellicht later aanlei
ding hebben terug te komen.
J. D. SANTILHANO
IIIIIIIIIIIIIIIIItllllllllllllMIIIMIIIIIIIflIHIIIII
blfjft desondanks van Dieren... schrijver van:
Beri-Beri eene Rfjstvergif liging."
Het Kamerlid jhr. de Savornin Lohman
alsVaccinehaterop weg van bekeering."
Over den Oorlog."
De Averechtsche Geestesrichting der
zoogenaamde Nieuwlichters", op al
lerlei gebied; in het bijzonder die
der Kollewijners en hun verderfelijke
invloed op Onderwijs, Taal en Volk."
De nadeellge Invloed van fel zonlicht
en sport op Lichaam en Geest."
Darwinisme en Ongeloof", enz. enz. enz.
Wie nu nog niet geloven wil dat deze
een nieuwe bloeitijd der medici is... die
wachte op den volgenden daad van medische
zijde...
Wat zal het zijn ?
Een tooneelstuk van prof. Treub, een
volkslied deor prof. Saltet, of een nieuwe
dans, uitgevonden door dr. M. de Hartogh?..,
MELIS STOKE
008IB3BE
MEUEMUERM