De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 12 juli pagina 3

12 juli 1919 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

12 Juli '19, No. 2194 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND DestaurafltJeOudeDoeb" TOURNOOIVELD v»1UO tit 3 uur M VM 7 uur t»t UB Restaurant-CaféLa Réserve" Rembratidtplein 44 bij de l/trechtschestraat AMSTERDAM Weelderig ingericht Restaurant Afternoon tea- en Apéritif-Concert ft. SINEMUS B LBDSCHESTRAAT 22 AV8TEROAH TELEFOON H. BIM HEMDEN HAAR BAAT Piano'*, Vleugels en Kunstspelplano'sdoorttuui In eigendom verkrijgbaar, mits drie Jaar afbetaald. Brieven No. 1431, Bureau van dit Blad, Dames- en Heerenkleeding h Hoogewall ?14,'s-travenliagD Spoors WA.spoprjr. cuiembprgDE AMSTERDAMMER Weekblad voor Nederland kost slechts f2.50 per kwartaal Le COGNAC MARTELL est garanti comme tant Ie produit naturel des vins récoltés et distillés dans larégiondeCognac. Koopmans & Bruinier Wljnhandelaren te Amsterdam BH EENIGE SPECIALITEIT KRlMPVRIjE |1 GEZONDHEIDS- a ONDERGQEDEREN Nederlandsen Fabrikaat $B HET Bel TRICOTHUIS AMSTERDAM HAARLEM Reg. Breestraat 35 Gr. Houtstraat 143 TF.L. NOORD 5066. TELEFOON 1465. Hötel-Restaurant DES GALERIES 8CHEVEMTINGE1V Modern ingericht Restaurant van den eersten rang. Amarican-Bar. Tzigane-Orkest. LUNCH en DINER a prix fixe en a la carte. Telef. Schev. 440. De Directeur HENRI ZELLE. 9 JAC. URLUS HAVANA SIGAAR ; J. S. MEUWSEH HOFLEVERANCIER Amsterdam - Rotterdam Leldichestr. 4, Da m ra k 73 - Mosseltrap 3 0. Doalenstr. 20, Damstr. 2 - Boymanstraat 3 DE AMSTERDAM MER Weekblad voor Nederland kost «lacht* f 2.50 per kwartaal HEERENKLEEDIN6 H.J.LOOR, Utrecht Vraagt prijsopgave van Cognac Hennessy aan Wijnhandelaren, ZWOLLE, H BEREN MODE-ARTIKELEN ? BBBUNSTIUAT 18, ORONIKOKN TELEFOON 108 JOS. JACQUES WIJNHANDEL - BREDA Speciaal adres voor KLEINE MERKEN CHAMPAGNE Ingericht voor Wederverkoopars |lltllllltlllllll9UlHIIIIMMIIIimilHIIIIIMniIimmimilltUmilllMMIIHI IIIHIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIItllllllllNIUtlHIIIIIIIIU STARK'S OXYDOL" f i (CHLORAS KALICUS TANDPASTA) | i Niaml. Venn. STARK & Co, Chemische Febrlek n'i-HA8E", 's-flravenhige | SiMMMtllMIHIlMII*HIIH*M«IMMMIM*M«*«41IMHlll4HlinHIIKIinillW(lllrniH4IIIIIHUIIIIIHIIHIinintlllllllllllllllHtHIIIIIIIIC Tot het bouwen van Villa's en Landhuixen z|n prachtige heuvel achtige BOSCHTERREINEN to koop in HET OOSTERPARK t« Lage prijzen, mooie vegen, ga», electr. licht, water. .laatf. ?V g^mm-LlIA DiULSTOimSAOTTOSCHULZ |J^ |H|N||M||||| lihlllll Tel Int 38 fi jg - MICHELIN Rijwielbanden Buitenband f9. Binnenband 5.251 bij alle goede iiiiiiiiiiiiiimiHiiiiiimiiiimiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiii aiili-lvIi-Ü-I-il-a-rKH-a Rijwielhandelaren!! lltllllllllllllllllUllllllllllllIll n.l. wie de opvolger van meneer A zal zijn of wat er in een rapport zal staan dat over twee dagen in extenso verschqnt, wel geeft men groote sommen geld uit om zich het verslag der Kamerzitting te laten seinen, terwijl het verslag drie uur later nog uitvoeriger is te verkrijgen tegen betaling van twee kwartjes 'sjaars, maar voor de verzorging van ru brieken, die onmiddellijk van belang zqn voor het geestelijk leven wordt haast geen geld beschikbaar gesteld, Slechts te hooi en te gras wordt daaraan Iets gedaan." Met een enkele uitzondering bepaalt de inhoud van de hoofdartikelen in de dag bladen zich tot de politiek, en het iqkt wel alsof er buiten de politiek niets is, dat de voorname plaats die het hoofdartikel pleegt in te nemen waardig wordt geacht. Op merkelijk is het bovendien dat de meeste van die hoofdartikelen onuitstaanbaar zijn door hun taaiheid en hun eenzijdigheid, terwijl ze meestal het karakter van nabetrachting hebben. Dat is trouwens ook al bq de Kameroverzichten het geval; men komt met zijn gewaardeerde kritiek als de beslissing meestal reeds is gevallen. Ook hier is de dagbladpers weer veel te kritisch en te weinig didactisch. De pers heeft lang niet heelemaal in den dienst te verdrogen. En geloof me, dat ik veel heb gedacht over hun geval, voordat ik zqn zoederlinge, gedachtengang een beetje begreep. Hg had zqn verleden, en hg wilde absoluut dat zfln vrouw er ook een zou hebben. Of dat nu kwam door een onbewust, angst, voor het hoogere zedelijk peil waarop de vrouw in het huwelijk gewoonlijk staat, of alleen, omdat hB zich geen vrouw zonder verleden, zonder fllrtatlons, amourettes of liaitons voor kon stellen, dat weet Ik niet. Hij deed het niet uit kwaadheid of uit fitlust, hij kon niet anders daar ben ik van overtuigd. In het begin heeft ze waarschijnlijk zqn gevraag en gezeur luchthartig opgenomen, maar met den dag werd hq lastiger en scherper en ten siotte ondragelijk. Zooals ik reeds zei, Ik kwam veel bij hen aan huis, zat ook dikwijls bq haar, als hq nog dienst had of om een andere reden niet thuis was. De menschen hebben er misschien wel over gepraat, daar stonden we boven. Na een paar maanden viel me op, dat beiden iets vermoeids, zelfs een neiging tot prikkelbaar heid kregen, en eindelijk op een regenachtige middag toen ik alleen bg haar theegedronken had, nam Line mg in vertrouwen. Ze vertelde me ineens alles, zoo was haar aard, alles of niets. Niemand kon ze In vertrouwen nemen, de oude oom was een braaf man, maar zou juist daarom heel weinig van haar begrepen hebben, (haar tante was kort tevoren ge storven.) Intieme vriendinnen had ze niet, zoodat ze mg wel tot haar biechtvader moest kiezen. Wel, haar verdriet was goed bij mq bewaard; tot vandaag sprak ik er nooit met iemand over, maar nu, och de menschen zqn al bijna vergeten en hun naam wekt nog ternauwernood de herinnering aan een ongelukkig huwelijk, zooals er zoovele zijn. Op dien middag, toen ik bq haar thee dronk, was alles eerst gewoon geweest, net als andere dagen. Ik zat in haar eigen kamer bq het ne raam aan de straat en zQ stond een beetje naar buiten te kijken in een kleine vensternis bij het andere raam. Af en toe maakten we een losse opmerking over niet dien invloed op ons parlement als wel gewenscht ware juist omdat zij altijd met haar kritiek na de voorstelling komt en niet met wijzen raad vór dat het scherm opgaat. Er zijn natuurigk uitzonderingen maar de regel is dat veel kritiek, weinig voorlichting wordt gegeven. Over het algemeen is onze dagbladpers onvast in haar leiding zooals ze onvast is in haar eigen organisatie. Er wordt te weinig geschreven" en te veel vertaald en teveel met cliché's gewerkt. Wat Reuter, Wolff, Havas, Belinfante en Vas Diaz believen te zenden wordt in de eerste plaats opgenomen en als er dan nog een plaatsje overblijft wordt er wel eens «eigen werk" in opgenomen. Het klinkt paradoxaal: het gros van de Nederlandsche journalisten schrijft niet. Zij maken verslagen, maken berichten, maken .stukjes" maar schrqven doen zij zeer weinig. Vandaar dat onze dagbladen eng zijn, en beperkt in hun voorlichting, hun didactiek; de inrichting der redactie gelijkt een krui denierswinkel, met baas en bedienden; de krant is meer detailhandelaar dan producent, ze levert meer confectie dan tailor-made, de journalist is meer ambtenaar dan artlst. Alweer: er zqn uitzonderingen maar zij zijn schaarsch. De oorlog dreef een zondvloed berichten naar de pers; de kranten lieten zich bedel ven en nog steeds gaan ze voort de lezers op hun beurt te bedelven met pagina's tele grammen. Men beijvert zich wel door «ver zichten voorlichting te geven, doch tot bekor tingvan de berichtgeving heeft dit niet geleid: men bespaart de lezers geen regel, nietI tegenstaande men dagelijks om zich heen i kan hooren dat het publiek alleen de vette" letters leest, waaronder de kopjes" van de berichten worden verstaan. Het gevolg van dien achteruitgang in in! houd der dagbladen is het geweest dat te gretiger naar de week- en maandbladen wordt gegrepen. De inhoud daarvan wordt over het algemeen steeds beter ea de meeste weten het aantrekkelijke en opwekkende heel goed te combineeren met het didacti sche, de groote massa wil nu eenmaal leer zame kost, wil uit een boek, een krant iets wijzer worden en aan dit verlangen voldoet de dagbladpers niet meer in voldoende mate. Men zegge niet dat uitbreiding te kostbaar is, want het biqkt duideiqk dat het publiek er zelf graag wat geld voor over heeft ge tuige de groote oplage der betere weekmenschen uit het stadje, die langs wandelden, totdat zq me vroeg: Zeg Reeder, waarom ben jij nooit getrouwd ?" Ik wist niet zoo gauw wat ik antwoorden moest en zei iets, over allerlei ongelukkige huwelijken waar ik getuige van was geweest en die me hadden afgeschrikt. Ja, zei ze, wie zich aan een ander spiegelt... dat weet je wel hé." Ik probeerde te protesteeren, en mompelde dat ik soms wel spijt had, ik beproef de zelf s iets prettigs over hun huweiqk te zeggen. Maar rauwelijks had ik dat ge daan, of ze draaide zich woest naar me toe: ik zag dat ze heel bleek geworden was en in haar oogen laaide een krankzinnige angst. Lieg niet. Reeder, zei ze, lieg jg tenminste niet, iedereen draait en huichelt, blijf jg oprecht. Het huweigk is n lange plagerij, altgd, altijd". ? Toen begon ze te hullen en ik voelde me zóberoerd, dat ik graag een beetje mee gegriend had. Ik voelde me medeplichtig, ik wilde haar troosten, zoo onhandig als slechts een man dat doen kan, ik weet nog, dat ik haar naar een stoel leidde, en voor zichtig haar hand streelde en gelukkig werd het snikken zachter en eindelijk deed ze mg het verhaal van hun huwelijk. Ik had jaren van mgn leven willen geven om dat alles niet te weten, ik heb altijd een doodsangst gehad voor geheimen van anderen, ik volgde altgd een soort struis vogelpolitiek in dat opzicht, ik wilde maar liever niets weten van verdriet, waar ik toch niets aan veranderen kon. En toen moest ik dan Line's biecht, Line's wanhopig relaas tot het einde aanhooren. Zij heeft dien middag niet gemerkt, hoe karakterloos en onbenullig ik er bq zat, toen zij beschuldi ging op beschuldiging stapelde op Beerink, op ons, op alle mannen. Ze sprak steeds door, hoe lang weet ik niet, het scheen me eindeloos, en toch maakte leder woord zoo'n indruk op me, dat ik nu na jaren alles zou kunnen herhalen. Ze vertelde hoe haar man dag en nacht haar vervolgde met zgn aantijgingen en zijn redelooze jalouzie. Na de eerste maand van hun huwelijk was het begonnen met schijnbladen. Er is een tijd geweest dat het bekende oude Dagblad" veertig gulden abonnementsgeld vroeg en het blad werd toch vol-op gelezen. Door den oorlog Is het meer intellectueele gedeelte bijna geheel uit de dagbladpers weggedrongen. Dat gedeelte was al niet groot In normale tijden. Hoe zal het zijn na den oorlog? Wij hopen allen op een spoedig herstel van den normalen toestand, maar ook thans zal de berichtenvloed uit het buitenland nog zeer lang aanhouden. Zal men al dien tijd wachten met een reorgani satie van den inhoud der dagbladen? Veel grooter en belangrijker dan vór den oorlog kan na dezen strijd de beteekenis der pers zijn. Het gansche leven zal straks opbloeien; de energie zal tot het uiterste geprikkeld worden, de strijd om het bestaan zal hevi ger dan ooit oplaaien. De pers moge zich haar taak bewust worden, haar grootsche taak van voorlichtster, van pionierster, van wegbereidster. In de jacht die over ons allen zal komen, zal men meer dan ooit behoefte hebben aan een leerrijke pers, die weergeeft wat er leeft in het volk. Karig in haar kritiek, zij ze overvloedig in haar didactiek. Wanneer straks het leven weer vol en rijk is, moge dan onze pers niet langer leeg en arm zijn, gelijk zij het in de droeve jaren van oorlog was en steeds meer werd. baar onschuldige en toevallige vragerqen naar jongelui die zq in haar jongemeisjesjaren ontmoet had. Nu was hg al zoover dat hij heele nachten wakker bleef en haar dwong in de eetkamer tegen over hem te zitten en zqn vragen te beantwoorden. Iemand, een van onze collega's pas aan gekomen, had eens tegen hem gezegd: Je vrouw komt me zoo bekend voor, kan ik haar niet eens in Amsterdam, op een partq ontmoet hebben?" Die losse veronderstelling werd door hem uitgebreid en op dat thema borduurde hq heele romans, serie's van obscene avonturen, die zq in haar vroeger leven bedreven moest hebben. De walgeiqkste verhoudingen, de liederhjkste gebeurtenissen waren niette erg om er zfln vrouw van te verdenken. En zg, zij had geen verleden, ze had niets te bekennen. Hoe vaak had ze in haar gedachten alle ontmoetingen uit haar meis jesjaren nagespeurd om te zien of er niet een klein, onschuldig verliefdheidje bq was geweest. Geen enkele, als een nonnetje was | ze opgevoed. Ze had steeds gehoopt dat hq wel ver anderen zou, dat hy eindeiqk zou inzien. hoe ze werkeiqk was, rein en zonder eenlg verleden. Maar nu was ze ten einde raad. Haar onschuld vond hg verdacht en haar reinheid beschouwde hg als een perversiteit. Ik wil nu zelfs niet herhalen wat ze mg dien mid dag allemaal vertelde. Laat ging ik weg, versuft door het den ken over dien toestand. Ik weet niet hoe lang ik gewandeld heb langs donkere buitenwegen, het had me totaal gek gemaakt, ik dacht zelfs aan zelfmoord. Eindeigk kon ik mijn gedachten een weinig ordenen en toen begreep ik, dat ik de eenige was die hier helpen kon. Ik kende hem goed, ik kende haar beter dan iemand anders, van mg moest de red ding komen. Dwaas die ik was. Alsof van een derde in een huwelijk ooit Iets anders dan kwaad komen kan, hoe goed ook bedoeld. Vanaf den volgenden dag begon ik mgn droevige pogingen om hem te veranderen. II1IIII9IMIIMIIM1IMIIIIIIIII, Hoe ik dat nu eens zó, dan weer zóheb aangelegd, zal ik je niet vertellen. Soms had ik een heel plan bedacht, dan deed ik maar weer eens een willekeurige stap in een heel andere richting, maar alles was vergeefs. Wat ik verzon, hoe ik me ongemerkt ver nederde, Beerink bleef vriendelijk tegen mij, en een beul voor zqn vrouw. Dat duurde maanden, en ik begreep dat hg hopeloos zielsziek was, n van die allergevaariqkste neurasthenici, die niet voor opsluiting in aanmerking komen. Line had den strijd eindelijk opgegeven. Ze vertoonde zich nergens meer, ze kwijnde binnenshuis. Maar hij bleef er gezond en in gezelschap zelfs vrooiqk uitzien en terwijl ik door slapeloosheid en overspanning met den dag ellendiger werd, zózelfs, dat het mqn kameraden begon op te vallen, werd hg steeds robuster en jeugdiger. Dat maakte me dol. Er waren morgens dat ik, wanneer h| veerkrachtig en vrooiqk het oefenterrein op kwam stappen, zoo'n afschuw in mij voelde groeien, dat ik me geweld aan moest doen om hem niet te vermoorden. Ik bleef dagen weg uit hun huis, vreezend me niet te kunnen beheerschen, maar dan nam hij me ten slotte zelf weer een middag mee om te blijven eten. Nadat ik er weer een avond had doorge bracht, besloot ik, op mgn kamer gekomen, een eind er aan te maken. Alweer op een laffe struisvogelmanier, want ik schreef een vertrouweigk schrqven aan mijn chef om spoedige overplaatsing te bewerken. Daarna ging ik nog wat zitten lezen in een psychologisch werk van een Weenschen professor. Slapen kon ik toch niet en dergeiqke lectuur deed mq, neuropaath te mid den van neuropathen, werkelijk goed. De reine homopat hie, zooals je ziet. Laat in den nacht las ik (n een bijlage van dat werk een voorbeeld dat m [j van hoogeihand grgeven scheen. Het ging over een zakenman, die zQn aangenomen zoon en mede-firmant doorloopend van oneerlijkheid verdacht. De man werd van dat id efixe genezen doordat de jonge man een niet iiiiiiiiimiiimmiimiiiiiiiiiiiiiiiiiii immuun IIIIIIIIMIIIIIIIIIIH SPAAHSOH, EHCELSOH, FRANSCH, OUITSCH etc. Berlitz-School Heerengracht 451 M. 3286 Pract. Onderwijs door buitenl. leeraren llilllliliiiiiiia mui gepleegde oneerlijkheid bekende en daar voor vergiffenis vroeg. De oude schonk vergiffenis en was ge nezen. Zooals je ziet een volkomen analoog geval. U was verrukt, ik kon den morgen bijna niet afwachten. Eindeiqk ging ik naar Line toe op een oogenblik dat ik hem af wezig vermoedde. Ik trof haar werkelijk alleen en vertelde terstond mijn plan. Ze glimlachte droevig en weinig hoopvol, maar liet me begaan. Later heb ik me be dacht, dat ze misschien te verslagen was om zich tegen mijn waanzin te verzetten en dat ze mg toen voor een nog grooter gek gehouden heeft dan haar man. Den volgenden morgen was ze jarig. 's Morgens ging ik op het exercitie-terrein naar Beerink toe, drukte hem stevig de hand en wenschte hem van harte geluk met de verjaardag van Line. Toen kwam mijn verhaal, dat ik dien nacht verzonnen en ingestudeerd had. Ik acteerde meesteriqk en vertelde van een jeugdvriend van Line, dien ik toevallig een paar dagen tevoren had ontmoet. Het verhaal was keurig, niets te veel en niets te weinig. Ik deed eenvoudig niets anders dan haar een verleden creëeren, het verleden waar hij in zqn waanzin steed naar gezocht had. Hij hoorde me kalm aan, vroeg nog een en ander, bleef tot de oefeningen afgeloopen waren, ging toen naar huis en mishandelde zqn vrouw met de kolenschop Zooals je ziet, het resultaat van mijn psychologie was niet dat. Nou... en toen, wel toen is zij in een zenuwinrichting beland, natuuriqk, en hg ging uit den dienst, en ik, wel, ik zit hier Ja een tikje gek zQn we allemaal, de kunst is maar om het binnenshuis uit te laten woeden en dan, je vooral nooit met de witte vlek in anderman's hersenen te bemoeien En mqn oude kapitein, ongetrouwd, grfls en een weinig vermoeid door het leven, dronk langzaam het vooitreffciqke cognacgrocje uit.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl