Historisch Archief 1877-1940
26 Juli '19. Np. 2196
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Wat de Week bracht
TENTOONSTELLING INDUSTRIESCHOOL
De Haarlemsche huishoud- en
industrieschool had, als de meeste vakscholen voor
meisjes, haar tentoonstelling van het werk
der leerlingen. In verscheidene jaren was
dit niet geschied. Thans was de school in
feestdos, overal bloemen, overal blije ge
zichten, overal meisjes in kraak-heldere witte
schorten, die in het doolhof van gangen en
trappen den weg wezen en alzoo op de
verschillende verdiepingen een geregelden
omgang van het belangstellend publiek in
de zalen bevorderde.
In de schoolvertrekken was hè! werk ge
legd, van alles het fraaiste, het beste. De
hulshoud-afdeellng deed zien hoe
oudHollandsche netheid en zindelijkheid nog in
onze dagen geëerd worden. Hoe straalde het
gepoetste koper in al zijn oud-deftige pracht,
hoe glom het zilver, het tin, ja zelfs het
staat, hoe blonken de verlakte schoen-neuzen
en hoe blank was het hout werk. Zóproper
zal het er zeker in weinig huishoudens uitzien.
De keuken was. al even rein. Gekookt
werd er ditmaal niet. Wel werd er een
overzicht gegeven van het leermateriaal,
o. a. van een benijdenswaardige collec
tie pannen: stoompannen, braadpannen,
vulkaan-pannen, alluminium-pannen, email
pannen, ijzeren pannen enz.
Dit alles behoorde tot het departement
der eigenlijke huishoudschool. Boven zetelt
de industrieschool. Er zijn veel belangrQke
zalen, maar de llngerle-afdeeling blinkt
ontegenzeggelijk uit. Welk een luxe van
ondergoed en kindergoedje, onberispelijk
van samenstel en fijne afwerking. Een lust
voor de oogen zijn al die sierlijke borduursels
en tusschen-gelaste kanten. Er is bij het
omgaan der hoeken zelfs geen naadje te
ontdekken; plat op elkaar, sluitend in patroon,
is de kant verwerkt. Het mooiste werk is
van de leerlingen voor de examen-opleiding.
OnzeNederlandsche cohfectieindustrie zal ge
baat zijn met zulke goed geschoolde krachten.
Het lokaal met de werkstukken voor de
opleiding acte fraaie handwerken, is ook
het bezien waard. Trouwens de geheele
expositie doet zien, dat naar het hoogste
wordt gestreefd, al is dat in atfe/z deele nog
niet bereikt.
TENTOONSTELLING VAN KANT. .
Een tweede tentoonstelling bezichtigden
wij in het stille stadje Edam. Daar waren
in de teekenschool de resultaten bijeen van
den kantcursus, gegeven door Mevr. L. de
Jager Meezenbroek-v. Beverwijk.
Het kantkussen komt bQ de vrouw weder
in eere, overal in ons land tikken de
klosjes, kantscholen en kantcurssussen verrijzen ;
't laat zich aanzien dat, bij goede leiding,
zich langzamerhand zal ontwikkelen een
Nederlandsche handkant-iuuustrie. Vreemd mag
't daarom aandoen dat op geen der
Industriescholen of vakscholen voor meisjes,
naar ik meen, het Kantklossen en
Kantnraien in het handwerkonderwQs is begre
pen, 't Is waar, op 't oogenblik is in het
Kantklossen bfl ons nog geen bestaan te
vinden, de tijden zijn daarvoor nog niet
rijp. Doch werklust en werkQver zijn aan
wezig en waar deze zich in ons land dus
danig openbaren als thans het geval is, daar
twQfelen wij niet of het zal, bij meer spe
cialiseering, komen tot een productie, die
leiden kan tot den verkoop op de
handelsmarkten van Europa en die daardoor ruime
verdiensten zal afwerpen. Het Kantklossen
zit in de vingeren, dat onbetwistbaar feit
spreekt voor zich zelf.
Mevr. de Jager Meezenbroek brengt een
steentje bfj om dit ideaal te verwezenlijken.
Zij arbeidt voor de volksmeisjes van Noord
Holland. Te Wfjdenes, te Edam, te
Enkhuizen, voorheen te Hoorn, werden door
haar Kantcursussen gesticht. Ze staan of
onder haar eigen leiding, of onder die harer
beste leerlingen. De cursus duurt minstens
twee jaar en leidt bij verdere zelfoefening
tot het behalen van een einddiploma aan
de school te Wijdenes, 't Streven is, kant
te leeren klossen voor eigen kleeding. De
talrijke kantstalen en kanistukjes gaven
blQk met hoeveel ijver en genoegen ge
werkt wordt.
De tentoonstelling was klein, doch
bQzonder genoegelfjk en leerzaam ingericht.
iiliiiiimiiiili
WATERWANDELING
u
Zoodra het schuitje de plas in glijdt, gaan
met oorverdoovend geraas de meerkoeten
op de vlucht. Ze rijzen met moeite op en
klepperen wel vijftig maal met hun lange
platte teenen op het watervlak eer ze behoor
lijk vliegen en dan gaan hun vleugels met
vervaarlijke snelheid. Een paar honderd meter
ver vallen ze weer in 't water, ook al met
veel geraas en velen gaan zich verschuilen
tusschen riet en blezen. Er zijn veel
wltbuiklge jongen onder, maar ook ouden, met
Egelskop Foto vanA.Burdet
Naast het cursuswerk waren er stukken van
Mej. van IJsselsteln, mej. van Mentz, mej.
Noest e. a. ook mooie oude kanten waren
aanwezig en plaatwerken over kant.
Wfj hopen dat Mevr. de Jager
Meezenbroek veel voldoening van al haar moeite
heeft gehad en bovendien dat geen der
bezoeksters onbezlchtigd heeft gelaten het
hoekje der kantpatronen, die in de
gombatlktechniek zoo artistiek en aantrekkelijk
waren uitgevoerd.
ELIS. M. ReooE.
De Dlenstbodenkwestie: eene moge
lijke Oplossing van het Vraagstuk
Onlangs hebben de dienstboden in Lelden
eene vergadering belegd, waarin zij hare
grieven en eischen kenbaar gemaakt hebben:
van plichten werd, helaas, niet gerept. Kort
daarop hebben de huisvrouwen dit illustere
voot beeld gevolgd en besproken, hoe zij
bQ mogelijke conflicten met de gedienstigen,
elkaar op de meest afdoende wijze kunnen
helpen en steunen.
Inderdaad is de dienstbodenkwestle een
probleem, dat niet van vandaag of gisteren
dateert, maat reeds de laatste 10 jaren en
langer de gedachten der dames bezig houdt
en van veel ingrijpender aard is, op huis
houdelijk en ook op maatschappelijk gebied,
dan het zich bfj den eersten aanblik laat
aanzien.
Dat eene dienstbode, als zQ 's avonds
uitgaat, de kleeren van hare meesteres draagt,
dat zij weigert de schotels en pannen af te
wasschen, die door haar mevrouw gebruikt
zijn bfj de bereiding van den toespijs, dat
de gehuurde dienstbode op den
vastgestelden datum van in diensttreding niet
verschflnt, ook als zfj het handgeld reeds heeft
ontvangen, behoort niet tot de uitzonde
ringen, het tegendeel is waar, het is tegen
woordig schering en inslag.
De heeren der schepping kunnen wel de
schouders optrekken en smalend glimlachen
du haut de leur grandeur", als hunne
diverse ega's op eene theevisite of waar
ook, het .alweer over de melden hebben",
zij komen niet met het dienstpersoneel
in direct contact, zij kunnen alleen moppe
ren op hunne vrouwen als de huishouding
niet naar wensch marcheert, zoodat de
hulsvrouwen, op deze wijze het stootblok
geworden tusschen echtgenooten en dienst
personeel, de dagelijksch terugkeerende
kleine en groote ergernissen alleen het hoofd
hebben te bieden. Geen wonder, dat er in
den tegenwoordigen tijd zooveel anaemische,
hysterische en nerveusc dames bestaan.
Menig zenuwarts zou, indien het hem ver
gund ware, daarvan treurige staaltjes kunnen
vertellen.
En dit dienstboden-euvel blijft niet alleen
beperkt tot Europa, ook Amerika, Indië, ja
de geheele wereld gaat er onder gebukt,
en al worden in Amerika en Indië de vrou
welijke inheemsche dienstboden vervangen
door mannelijke Chineesche en Japansche
bedienden, toch blijkt dit middel niet af
doende en zeer zeker zou men in ons land
en in Europa er geen baat bQ kunnen vinden.
Hierin moet verandering komen, want het
gaat zoo niet langer.
In Amerika, het land van de onbegrensde
mogelijkheden (om van de onmogelijkheden
niet te spreken) is men reeds bezig te dezen
opzichte eene algeheele reorganisatie op
touw te zetten.
Er heeft zich n.l. eene Commissie gevormd
uit de United States Employment Service,
Central branch of the Y. W. C. A., the
Consumer's League, the Teachers College e. a.
die dit probleem trachten op te lossen.
Als eene eerste stap in die richting wordt
voorgesteld, dat zij die in de huishouding
zal helpen, geen dienstbode moet zijn, maar
een goed onderlegde hulp of assistente in
de huishouding iemand die de hulshou
ding in algemeene trekken en ook in kleine
bijzonderheden op haar duimpje kent. M.a.w.
zQ wordt gekozen, omdat zij geheel op de
hoogte is van de betrekking die zij zal
vervullen. Zij zal, wat haar werk-capaciteit
betreft, op n lijn moeten staan met hare
meesteres.
Om deze groote ommekeer ingang te doen
vinden, zijn er vele en veelvuldige veran
deringen van noode. De doorsnee dienst
bode, die gedurende jaren aan den gewonen
handenarbeid gewend is, zal niet in staat
zijn dit nieuwe baantje te vervullen en in
de meeste gevallen zal het der moeite niet
loonen om haar deze nieuwe methode bQ
te brengen. De eenige hoop bestaat in het
aansporen van vrouwen en meisjes uit
betere standen en beschaafder kringen om
iiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiimiiiiimiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiii
groote witte blessen. Als ik stil blijf liggen,
komen ze weldra tot kalmte; ze hebben
niet veel te doen op den langen zomerdag.
Bijna allemaal drijven ze nietsdoend rond,
den nek ingetrokken, ieder voor zich, zonder
verstandhouding, heel anders dan drie maan
den geleden. Eén op de honderd hongert er
en duikt naar sappige stengels van water
planten of knabbelt aan een pas geopende
bloem van de geleplomp. 't Is moeilijk, hier,
een gave plompebloem te vinden.
De boomgroepen langs den oever en de
verre kerktorens helpen mij om den weg te
vinden, want het uiterlijk van de plas zelf
verandert van jaar tot jaar. Er zijn groote
heldere watervlakken, waar geen plantte zien
is, maar ook dichte vloeren van witte water
lelie en gele plomp en als het ware eilandjes
van veenwortel, die nu bloeit met een over
vloed van dichte rose bloemaren. De rand
is weer allemaal riet en biezen, lischdodden
en egelskop. Hier heeft de eene, ginds de
andere plant het overwicht, zonder dat er
een oorzaak voor te vinden is en allemaal
probeeren ze vorderingen te maken naar het
diepere water. Die pioniers, vrij staand uit
de menigte, zien er het schilderachtigst uit
en de bloeiende egelskop is misschien wel
de meest decoratieve van het heele gezel
schap. Wat een beweging zit er in de sierlijk
vertakte bloemgroepen, vooral wanneer ze
zich juist ontworstelen aan de omhulling van
de groote schutbladeren. Dan bloeien eerst
de onderste vrouwelijke bloembolletjes en
later pas gaan de bovenste, de mannelijke,
stralen door het strekken van hun spierwitte
meeldraden. je kunt zoo'n heele egelskop
plant makkelijk uit het water trekken, dat
doen trouwens de koeten en sterntjes ook,
die bouwen er hun nesten van. Doch aan
forsche planten rukken ze te vergeefs.
Ik ben nu al lang in 't open water, maar
passeer nog telkens dichte groepen van
donkergroene, glimmende mattebies. Twintig
jaar geleden groeide die hier nog weinig,
zich in deze ? nieuw geschapen betrekking
in te werken. En waarom zouden zij het
niet probeeren? Hoevelen van haar hebben,
in de oorlogvoerende landen, gedurende de
jaren, dat de mannen in het veld stonden,
niet hare beste krachten met goed succes
gegeven aan werk en arbeid, waaraan z|
niet gewoon waren?
De voorwaarden aan deze nieuwe betrek
king verbonden lulden in de Ver. Staten
ongeveer als volgt:
Een achturige werkdag, terwijl zij niet
in het huls van de werkgeefster woont; zij
betaalt haar eigen ontbijt, twaalfuur en
middageten, net als ieder ander meisje, dat
op een kantoor of fabriek werkt. De huis
vrouw, die zulk een hulp in dienst heeft,
concurreert op die wQze met den koopman en
industrieel, wat arbeidsvoorwaarden betreft
Het salaris van eene bekwame hulp in
de hulshouding varieert tusschen 12 tot 15
doll. per week. De Zondag is een vrQedag
voor haar en evenals een typiste of ander
kantoormeisje moet zij een halven dag in
de week voor zich zelve hebben. Alle erkende
feestdagen zijn vrije dagen, terwijl zij na
een jaar dienst bij dezelfde werkgeefster
recht heeft op 2 weken vacantle met behoud
van vol salaris.
Dit zijn goede voorwaarden voor de
werkenden en ook voor de werkgeefsters,
als zQ ze maar van het volgende, m. i.
juiste standpunt bezien. Door bovenge
noemde regeling zullen de werkgeefsters
toch beter en oplettender bediend worden
door beschaafde, goed-betaalde hulpen in
de huishouding, dan door de dienstboden,
die veelal uit de heffe des volks ontsproten
zijn en die slechts over hare rechten praten
en geen idee van hare plichten hebben. Met
de hierboven bepaalde regeling zouden de
werkgeefsters tenminste waar voor haar
geld" krijgen.
Veel meisjes en vrouwen, die de
hedendaagsche dienstboden kennen, zullen niet
graag in hare plaats treden, maar n groot
voordeel Is er verbonden aan deze nieuwe
betrekking: na haar 8 uren werken, zullen
zij absoluut vrij zijn en dat is meer, dan
eene huisvrouw of hulshoudster ooit heeft
kunnen zeggen.
Eene dergelijke regeling als hierboven
aangetoond is heel duur en alleen de meer
gegoeden en gefortuneerden zullen er ge
bruik van kunnen maken, zoodat voor de
overgroote meerderheid der huisvrouwen in
ons land het dlenstbodenprobleem nog on
opgelost blijft.
Maar wat belet haar om het voorbeeld
van hare zusters in de Ver. Staten, die
practisch als men daar nu eenmaal is, iets
nieuws verzonnen hebben om in de
dienstbodenschaarschte te voorzien.
Zij hebben in de Ver. Staten n.l. een bond
opgericht, the Homemakers' Guild" ge
naamd, waar zij, voor een jaarlQksch bedrag
lid van zijn. En als zij nu eene werkster,
kinderjuffrouw of wat ook noodig hebben,
dan wenden zij zich tot dien Guild" en
deze bond stuurt haar waarom zij gevraagd
hebben, terwijl de aanvraagsters dadelijk
een check zenden, ter betaling van het loon.
Ook dit is een voordeel: 4e werkgeefster
heeft geen geldelQke transacties met de
meld of kok of glazenwasscher uit te staan.
Want dezen zijn voor een dollar per jaar,
ook lid van dien Guild". Als zij haar geld
wenschen te ontvangen, moeten zij naar
den bond gaan, en nemen het daar in
ontvangst.
Die Guild" is geheel op zakeljken voet
geschoeid; en daardoor heeft men o.a. het
volgende nadeel. Als men bij den Guild"
een werkster of glazenwasscher huurt, dan
huurt men die voor een bepaald aantal
uren; nu kan het natuurlijk gemakkelijk
gebeuren, dat het werk, waarvoor men een
hulp gehuurd heeft, binnen den bepaalen
tijd niet af is. Dan kan men de hulp niet
overhalen, noch met geld, noch met goede
woorden, om nog wat langer te blijven.
Men moet dan eerst het hoofd van den bond
optelephoneeren en vragen of de hulp het
werk mag afmaken; dit wordt alleen dan
toegestaan, als de hulp niet reeds verhuurd
is bQ iemand anders.
Vele ontwikkelde en beschaafde vrouwen
iinnmmiiiiMiitMiiHHiiiiiiiiiitiiiii
thans zie je overal hun zwaar getinte
partQen tusschen het grQsgroen of geelgroen van
de andere oeverplanten. Telkens komen er
nieuwe groepjes, die in den loop der jaren
tot heele bedden uitgroeien; als ze wat hooger
wilden opschieten, dan zou er waarlijk al
profijt van te trekken zijn. Als 't waait
dan buigen ze heelemaal om, totdat de
bloeltoppen in het water slaan en die nemen
dan vaak weer havelooze rommel van wier
en zulk goedje mee in de hoogte. Ook kun
je door de biezen heen roeien zonder ze te
kneuzen en de karekiet vindt er geen steun op.
't Is een gure Julidag, maar toch een
beetje onweerig en zoo geniet ik alle
mogeIQke afwisseling van storm en stilte, regen
en zonneschijn. De witte waterlelies volgen
getrouw alle wisselingen van licht en tem
peratuur. Om te beginnen zijn ze van morgen
maar half open gegaan en als 't nu zachter
wordt, spreiden ze hun witte kronen uit,
zelfs als het regent. De dikke droppels, die
op het splegelgladde water vallen, maken
mooie muziek met ongelooflijke afwisseling
van toonhoogte, 't Is een lust er naar te
luisteren en 't is net of de vogels het ook
doen, want de karekiet zwijgt tijdens de
bul en begint pas te zingen, als de hemel
weer helder wordt. Een week of vier geleden
zong hij nog onverdroten ondanks de buien,
maar de lentedrift is nu al leelijk aan 't
luwen. Als de wind gaat opsteken, zoek ik
de lijzijde van een rietboschjen blijf daar
wat stil liggen. Er gaan nu al hooge golven
op de watervlakte; de waterleliebladeren
worden door den wind omgekeerd en laten
hun donkere onderzijde zien, de bloemen
hebben eerst op de deining meegewiegeld
maar nu de golven grooter worden, gaan
zij kopje onder, groote witte open [bloemen
een paar decimeter diep ondergedompeld
in 't heldere water. Ze hebben er trouwens
geen hinder van. Een eind ver zit nog een
laat zwart sterntje op zijn nest, de regen
stroomt langs zQn vleugelen neer en de
Zomer-Idylle
Teekenlng voor de Amsterdammer" van Bldaa Ehrhardt
O, als het korenveld kon klappen l
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIII1IIIIIIIII1IIIIIIMIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
In New-York, die in deze, ook voor Amerika,
dure tQden, graag nog wat bijverdienen,
hebben zich bQ den Guild" als helpers
aangemeld. WQ noemen o.a. de vrouw van
een professor: zij had wat last van hare
zenuwen, en om wat afleiding te hebben,
verhuurde zij zich als kokln en bereidde het
diner voor andere menschen. Verder is er
eene vrouw van een detective, die hare
diensten als kamenier aanbiedt, zooals ook
eene studente in de plant- en dierkunde
doet; terwQl eene getrouwde vrouw, die
het hare wil bijdragen voor het huishouden,
uit gaat als kokin of kindermeisje.
Ook deze diensten zijn niet goedkoop,
maar alles is duur tegenwoordig. Hieronder
volgen eenige salarissen:
Eene meid krijgt voor l uur per dag ge
durende een week 3 dollars, voor l'.- uur
4 doll, voor 2 uur 5 doll, voor 3 uur 6.50
doll. voor 4 uur 7.50 doll. Een meisje voor
alles krijgt voor 6 uur 10 doll., voor 7 uur
11, voor 8 uur 12, 9 uur 13.10, 10 uur 14,
11 uur 14.50 en voor 12 uur 15 doll.
Eene goede kokln zal het diner bereiden
voor 3.60-5 doll., dit hangt af van het diner
en... van de kokin.
Schoonmaken kost 0.50 doll. cents per
uur en 2.50 per halve dag, en 3 10 voor een
heelen dag: glazenwasschen is hier niet
onder begrepen, dat wordt door mannen
gedaan, die 75 doll. cents het uur rekenen voor
alle zware werkjes, als kleedenkloppen enz.
Het is ook een groot gemak voor de
dames, dat zQ geen keuze behoeven te doen
uit de vele dienstmeisjes, die zich aanmel
den: er zfln echter dames, die een afkeer
hebben van meisjes met rood haar en groene
oogen, maar... ze moeten nemen, wat de
bond haar stuurt.
Een ander voordeel is, dat, als iemand
klachten heeft, hetzQ mevrouw, hetzQ de
dienstbode, zQ zich moeten wenden tot de
Guild", want deze is de bemiddelaar, die
Uw geld ontvangt en Uw kokin betaalt, tot
deze moet U zich wenden als de
keukenmeld het eten laat aanbranden of ongaar
op tafel zet. De Guild" heeft nl. beloofd
eene goede keukenmeid te zenden en moet
daarvoor ook zorg dragen. En wat de
keukenmeid betreft, ze mag U niet in den
steek laten juist op het oogenblik dat U
gasten heeft. Want ze heeft zich voor zoo
veel uur aan den Guild" verbonden. Ver
breekt ze haar contract, dan wordt ze niet
uitbetaald, ook niet, als haar diensttijd op
een half uur na verstreken zoude zfln.
Met vereende krachten ware het best
mogel|k om hier in ons land een dergelijke
bond op te richten, natuurlijk met eenige
wQzlgingen en rekening houdende met
plaats en omstandigheden.
Hoe dikwQls heb ik niet de verzuchting
hooren slaken: Wij zitten alweer zonder
meid: het is anders wel rustig, zonder zoo
iemand om je heen, maar ik heb een hekel
aan koken, omdat ik er zoo warm van word."
Zoudt u het niet gemakkelijk vinden.mevrouw,
als U slechts den Bond van Huishoudelijke
Diensten op te bellen hadt, die U dadelijk
voor 2 uur eene goede kokin stuurde?
Wel Dames, hoe denkt U er over? Zoude
een zoodanige Bond U niet veel migraines
en hartkloppingen besparen ? Slaat dan de
handen ineen, richt dien Bond op en bevrijdt
U op die wijze van die groote moeilijkheid
op huishoudelijk gebied.
JOHANNA B. A. MARCUS
heele familie deint op de golven, die daar
tusschen het riet gelukkig gedempt worden.
Het riet zelf wordt niet nat; wel blijven
groote zilveren droppels aan de bladeren
hangen, maar zij rollen bQ 't minste schokje
er weer af. En als de bui eindigt, dan z$n
ook al de waterplanten meteen droog.
We schuiven daar nu door heen. De heele
breedte van de plas is hier dichtgegroeid
met lelies en plompen, veenwortel,
fonteinkruiden, yederkruid en ook lange slierten
van blaasjeskruid. Wie er niet aan gewend
is, kan op zoo 'n plek niet voort met een
roeiboot, maar met wat oefening en overleg
gaat het keurig netjes, al is 't dan ooV
langzaam, 't Is een soep van planten, maar
ook van dieren van allerlei soort. Destengels
van de groote waterplanten zijn bedekt met
een vlokkig of slijmerig laagje en dat is
op zichzelf al een heele plantentuin en
menagerie. Ook zijn ze bezet met eitjes
van allerlei gedierte en wat daaruit komt
Vraagt
SIPKES' Bessensap,
| van den nieuwen oogst, j
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiii
Vloekende Dames
Onlangs was te dezer plaatse sprake van
een meisje, dat zich op een jongens-H.B.S.
het gebruik van ruwe woorden begon aan
te wennen. Half binnensmonds had zij zich
een vloek" laten ontvallen.
Het elgenlQke vloeken, in woede, toorn,
ergernis of andere sterke emotie, is in het
algemeen meer een eigenaardigheid van
mannen dan van vrouwen. Zelfs vrouwen
uit de lagere volksklassen, als zQ ruzie
hebben, schelden elkaar wel uit voor al wat
zQ leelijk vinden, maar de gebruikelijke
mannelijke verwenschingen hoort men zelden
van haar lippen.
In beschaafde kringen plegen mannen in
tegenwoordigheid van vrouwen hun
vloeklust te matigen, de schakeering hunner
lïjfvloekjes eenigszins te wQzigen. Busken
Huët doet ergens het vermakelijk verhaal
van een heer", wiens vrienden 't eerst be
grepen dat hQ verloofd moest zijn, doordien
hij plotseling potdorie" in plaats van vroeger
potdomme" op de tong had.
Meermalen intusschen is de opmerking
gemaakt dat het vloeken zonder woede,
geheel losgeraakt van de oorspronkelijke
verwenschings-beteekenis, maar alleen tot
gedachtelooze gewoonte geworden, nergens
zóinheemsch is als bQ ons.
Daaraan doen vrouwen, zelfs die zich
onbetwfjfeld dames achten, wél mee. Kozen
zQ daarvoor nu steeds de minst aanstoolQke
bastaard-vloekjes, dan zou het nog zoo erg
niet zijn. Maar het leelQkst is: dat zQ tot
dit ondoordacht gekakel juist het woord
gebruiken, waarin de taal de hoogste en
diepste aspiratlën der menschenziel samen
vat...
Hoe ruw klinkt uit mannen-, maar vooral
uit vrouwenmond, dat als stopwoord ge
bezigde God l"
Aan een freuletje, dat zich hieraan sterk
te buiten ging, werd eens de raad gegeven
Als je op het punt bent God l" te gaan
zeggen, zeg dan liever eventjes donder"
of bliksem"; dan hoor je beter dat je vloekt,
en dat is veel minder erg."
Ik weet niet of zQ dit recept heeft opgevolgd.
Maar wél weet ik, dat een jonge vrouw,
die ook heel sterk aan dat ergerlijk stop
woord verslaafd was, het heeft afgewend
toen haar kinderen begonnen het haar na
te praten. Uit den mond van haar driejarig
dochtertje klonk het haar als een schrijnend
verwQt. Vooral toen het kind, op zekeren
dag, half fluisterend en met blozende wan
getjes vroeg:
Ma, bidt u altijd als u God roept ?"
Van dat oogenblik af besloot zij, er zich
tegen te verzetten. Aangezien sommige
menschen nu eenmaal blijkbaar niet zonder
een of ander vast vocaal tusschenwerpsel
kunnen, kostte dit haar heel wat moeite.
Den weg der onweersverscnQnselen sloeg
zQ niet in. Maar, gelukkig juist nog bQ tijds
om haar jonge volkje niet van slecht voor
beeld te dienen, bereikte zQ in zekere mate
haar doel, in dien zin dat zQ voortaan
allen chut" zei, zoo onduidelijk mogelijk
uitgesprokenEen kleine variatie, maar'van belangrijke
beteekenis! GEERTRUIDA CARELSEN
INI iiiMiiiimiimiiiiiimm iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin uiii
waart in velerlei gedaarte rond in de groene
schemering tusschen de planten: wormpjes
en larfjes, kleine kreeftachtige diertjes,
splnnetjes en slakken en ontelbare scholen van
kleine vischjes, die hier overvloed vinden
en betrekkelijke veiligheid. De man, die
hier de visscherij pacht heeft er een beetje
het land aan, dat groote stukken van de
plas zoo dichtgroeien en gelooft maar half,
dat deze plaatsen juist de waarborg leveren,
dat er in de deelen, waar hQ gemakkelijk
zijn fuiken of anderen netten kan plaatsen,
jaar in jaar uit nog altijd genoeg gevangen
wordt.
Zoo'n plas lokt altQd tot flaneeren, want
er is overal weer wat aardigs te zien en
je komt er dan haast niet tot roeien. Geluk
kig, dat aan het andere eind een onverbid
delijke dienstregeling ons roept en ons nood
zaakt tot een uurtje hard werk langs
blesbosch en rietkraag, over bloemvelden
en kabbelend water. JAC. P. THIJSSE
De Matteblezen
Foto van E. A. Loeb