De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 2 augustus pagina 2

2 augustus 1919 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOQR NEDERLAND 2 Aug. '19. No. 2197 ROUWDIENST VOOR DE PROGROMS IN HET OOSTEN Teekenlng voor ,de Amsterdammer" van Martin Monnickendam Opperrabfla A. S. Onderwijzer spreekt het openingsgebed in het Concertgebouw iiiifiiliiliiiiiiiimiiiiiiil illiiiiiiiitiiiiii sche Friedensfühler" in het jaar 1917. Voor Engeland was de Belgische kwestie de klem der kwestie van oorlog en vrede. De eersten, uiterst voorzichtig uitgestoken voelhorens zijn inderdaad in bet begin van den zomer 1917 in Duitschland bemerkbaar geworden. Dat was nog onder den ambtstqd van Von Bethmann Hollweg. Zij betroffen het lot van België. Bethmann Hollweg kon zich daarmee echter niet meer bezig houden, omdat onmiddellijk daarop het opperste legerbestuur door methoden, die een conglomoraat vormden van brutaliteit, Intriges en uitbuiting van achterbaksche invloeden. Bethmann Hollweg ten val bracht. Zijn op volger Michaelis heeft, toen hem het on verwachte in den schoot viel en hem een open aanvrage over dezelfde kwestie gesteld werd, uitwijkend geantwoord. De verove raars der Vlaamsche kusten heeschten toen zonder beperking In Duitschland en Michae lis moest toen uitdrukkelijk beloven hun oorlogsdoelen te ondersteunen, vórdat zQ hem tot kanselier maakten. De kennis van dit feit is noodig, om de toenmalige gebeurtenissen geheel te begrij pen. Het demonstreert duidelijk, wie dege nen waren, die den kans op vrede niet uit buitten en Duitschland daardoor in het verderf stortten. Tegelijk krijgt men daar door ook een lieflijke voorstelling van het karakter der mannen, die toen in Duitsch land regeerden. Want z| hielden, trots hun IIHIII iimiimirtmii Levensverzekering Maatschappij H A A R L E M" Wilsonsplein 11 DE VOORDEEUGSTE TARIEVEN EPISCHE KUNST H Het boek van Tagore, the Home and the World, is op een zeer eigenaardige en origineele wijze geconstrueerd. In Jimmie Higgins, het boek van Upton Sinclair, wordt de geheele oorlog, met al zijn polltlscheen economische nasleep, saamgevat in het gezichtsveld van een eenvoudige, eerlijke rechtschapen proletariër. Daarbij wordt de held van 't boek beschreeven door den kunstenaar, die geheel objec tief" zooals dat heet, te werk gaat. De eerste persoon, de zelf spreekende Ik" komt in Jimmie Higgins niet voor, tenzij in enkele gesprekken. Maar het boek van Tagore is geheel in den eersten persoon geschreven, doch niet als de taal van den kunstenaar Tagore zelf, maar als de taal van een aantal personen, die ieder in de eerste persoon spreeken. Het is dus alsof men een aantal dagboeken van verschillende persoonen in stukken knipte en die stukken aan elkander voegde, in zulk een volgorde dat er een roman, een kunstwerk door wordt gevormd. Hierdoor ontstaat een geheel van buitengewoone kracht en expressiviteit. Tagore, de schrijver zelf, blijft ongezien. Hij ver plaatst zich beurtelings in elk der gebeelde persoonen, en laat die optreden als ik". Daardoor bereikt hij een nog grooter mate van z. g. objectiviteit dan Upton Sinclair. Het is als een Marionette-spel, waarvan de figuuren om de beurt een monoloog houden, en door hun opvolging de noodlge drama tische actie teweeg brengen. De kunstenaar blijft verborgen. Hierdoor nadert dit epos tot het drama, ja het kon een drama ge noemd worden van zeer eenvoudige structuur, een reeks van lange, uitvoerige monologen. De drie persoonen wier monoloog, of dagboek, door elkander geplaatst, den geheelen roman vormen, zijn, ten eerste, de vrouw, Bimala, dan haar echtgenoot Nikhil, en ten derde Sandip, de vriend des huizes die onheil sticht. pangermanistische oorlogsdoelen, den schijn op, in overeenstemming te zijn met de Rijksdagmeerderheid der vredesresolutie. Goede betrekkingen met den Rijksdag natuurlijk bis zum vollen Endsieg"! vormden namelijk ook een bestanddeel van de afspraakjes tusschen Michaelis en de creaturen, die hem gemaakt hadden. Deze dingen zijn al, ten deele, tijdens de ineenstorting van Duitschland aan eenige personen bekend geworden. Misschien worden zij ook nu geloochend. Schriftelijke overeenkomsten zullen er ook wel niet bestaan. Maar de veroveringspolitici, die alleen de schuld der catastrophe dragen, wijl zij in een oorlog, die slechts met resul taat doorgevoerd kon worden, omdat en in zooverre hij in de overtuiging van het Duitsche Volk als een verdedigingsoorlog leefde, in een veroveringsoorlog veranderden, zullen goed er aan doen, voorzichtig te zijn. Men weet namelijk nog meer over de Belgische kwestie dat hen zwaar compromiteert. Het zou echter beter zijn, dit voor het staatsgerechtshof en niet in de partij polemiek te behandelen. AUGUST MULLER N.V. PAERELS Meubileering M". COMPLETE MEUBILEERING -: BETIMMERINGEN : Rokin 128 Telef. 4541 N IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItllllllllllllllllllllllllllllllMIMIII OEZAQ door Kapt. W. J. M. LINDEN Een woord, dat eigenaardige gewaar wordingen wekt in den tegenwoordigen tijd, geschikt om den een een steun in den rug te geven en den ander te doen spotlachen. Helaas zijn de laatsten het meest talrijk. Hoe en waarom dit zoo is, willen wij eens nader beschouwen, vooral in verband met de huidige legertoestanden. Het gezag in het leger heeft ernstig geleden. De handhaving was niet altijd aan de beste handen toevertrouwd en het langdurig verblijf onder de wapenen heeft de ver houdingen vervaagd. De mindere heeft door het vaak opper vlakkig vernis, dat inderhaast op vele ge zagvoerenden was aangebracht, leeren heen zien en bij déopvoeding van den meerdere is verzuimd rekening te houden met de gewijzigde toestanden, welke juist grooter ervaring, meer zedelijk overwicht eischten dan in den korten tijd, welke meerderen en minderen vroeger jaren met elkaar door brachten. Het samen brengen van oudere minderen en jongere meerderen onder moeilfke om standigheden heeft de oplossing van het probleem niet gemakkelijker gemaakt. De stroom van orders, aanschrijvingen, bevelen en administratieve bepalingen, die beoogden de zaak beter te doen marcheeren, daar waar men te voren niet had kunnen voorzien voor zulke eigenaardige bezwaren te komen staan, was al mede een factor tot bemoeilijking der gezagvoering. Immers het was niet mogelijk alle ontvangen opdrachten naar behooren uit te voeren, ook al had de dag soms meer dan 24 uren. In de latere jaren heeft de gekweekte ontevredenheid de verwarring nog vergroot en de handhaving van het gezag vaak tot een schQnvertooning gemaakt. Tot hiertoe staan wij voor het vraagstuk en zijn van meening, dat niemand voor de niet te loochenen gezagsondermijning schuldig ge steld kan worden. Dan komt het begin der demobilisatie en de loop der dingen leidt tot democratische herziening van veel dat ook zonder die strooming, verbetering behoefde. Daarnaast treedt helaas ook naar voren de betreurens waardige verwarring, dat democratische hervormingen en slapheid een en hetzelfde begrip zijn. Opdat het kwaad niet verder invrete en misverstand kweeke, zij hier uitdrukRelfjk geconstateerd, dat slapheid en toegeefelijkheid ernstige vijanden zijn van democratische denkbeelden en dat slapheid en toegeefelijk heid schade doen aan het gezag. Is de ver warring misschien ontstaan, omdat nog nergens scherp is geformuleerd wat men onder democratische hervormingen heeft te verstaan ? Wil men hervormingen invoeren, zoo mogelijk zonder schokken en met behoud van de paraatheid, dan zal men vór de technische wijzigingen, de moreele ver beteringen tot stand moeten brengen en zal een vaste lijn noodzakelijk zijn instede van het op zien komen spelen. De welbewuste lijn moet voorkomen, dat slechte elementen door een grooten mond zaken weten af te dwingen, die eerst na mini iiiiiiiniiiiiiiiiii iiiiiHiiinMiiuiitiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiimiiimiiiiii iiiiniii IIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIII Illllll Illllll OELOF fllTROEN Kalverstraat 1 - Opgericht 1850 TELEFOON 658 N Paarlen, Brillanten Goud, Zilver en Horloges Uitsluitend eerste kwaliteit Toch lijkt het geheel niets op een parijsche roman, met het bekende drietal, mon sieur, madame en l'ami. Want het zijn groote nationale Indische stroomingen die door die diie persoenen worden verteegenwoordigd, en de dreigende echtbreuk is niet het hoofdmotief, en vervult de geesten minder nog dan het groote probleem: Indië vrij, het Indische volk zelfstandig. Nikhil, de hulsvader, is een Maharaja, een aristocraat, een der kleine Indische vorsten, met een tamelijk uitgestrekt gebied, en een klein paleis met traditionede hofhouding. Hij is een wijs en goed man, wijsgeerig en contemplatief, de persoon die den schrij ver Tagore wel het meest gelijkt, drager van de oude, verfijnde, reine en zachtzin nige Hindoe-cultuur. Bltnala, zijn vrouw is de jonge Hindoesche hulsvrouw, de Ctiota Rani, jonge vorstin, die opgevoed is in de strenge afzondering van het vrouwen-vertrek, de Zenana, naar de vaste Indische traditie. Haar hoogste deugd is de toewijding aan haar man, ten teeken van welke devotie zij het vermillioenroode merk op haar voorhoofd draagt. B!j haar, in de Zenana, woont haar schoonzus ter, de Bara Rani, de oudere vorstin", haar meerdere in jaren maar hiar mindere in rang. Eindeiqk Sandip Bibu(heer Sindip)lsde vreede-stoorder, die in Nikhil's paleis woont, maanden achtereen, volgens de Indische opvatting van gastvrijheid. Deeze Sandip is een eerzuchtige, hartstochtelijke dweeper, in wiens niet al te sterke geest Europeesche vrijheidsideën en ook Europeesch materia lisme hebben vat gekreegen. Nikhil, de Raja, wil zijn vrouw Bimala bevrijden uit de afgeslootenheid van de Purdah", de tucht van het vrouwen-vertrek, en in contact brengen met het groote leeven daarbuiten. HQ wil haar brengen uit het home" in de world". Sandip, de hulsvriend, maakt daarvan gebruik om zijn revolutionaire ideeën aan haar oover te brengen, maar niet zonder eigen hartstochtelijke bedoelingen. Het jonge vrouwtje wordt meegesleept door revolutionaire geestdrift, woont mee tings bij en stemt in met de kreet: Bande Mataram l" hetgeen zeggen .wil: Heil u, moeder Indië l" v Utt de zielestrijd van deeze drie figuuren is dit epos geweeven mst groote kunst. Elk van de drie spreekt op zijn beurt, met de oprechtheid van een dagboek. Elk legt zijn biecht af, en spreekt zijn hart uit. De zacht zinnige, fijne, wijsgeerlge en eedel-gezinde Nikhil, het type van den goeden Indiër, die geen kwaad denkt, zijn vrienden zijn vrouw gelijkelijk vertrouwt, en zichzelven verwijt dat hij te contemplatief is om mee te gaan met de nationale geestdrift die vrouw en vriend schijnt te verbinden. Het arme vrouwtj-, meegesleurd in de fanatieke stroom, die zich laat ooverhalen tot diefstal, en op weg is naar echtbreuk, onmachtig als zg is de sofismen en klinkende leuzen van den verleider te weerstaan. De verleider zelf, vol egoïsme, machtdorst en genotzucht, die zichzelven en daarmee de anderen voortduurend bedritgt met een grof soort welspreckendheld, waarbij Westersche moderne denkbeelden in het eedele Indische leeven verwoestend doordringen. Dit alles voert ons in een atmosfeer die in hooge mate interessant is en een begrip geeft van het weezen der Indische cultuur dat wij niet kenden, en dat ons toch als heerschers over Java bijzonder ter harte moet g;an. Er wordt veel schoons bedreigd, ook in Java, wanneer de oude cultuur daar door het ruuwe Westersche leven zou worden aangetast en verwoest. Europeeërs komen in het boek van Tagore niet voor, maar twee bijfiguren treffen door hun fijnheid en levendige teekening. Chandranath Babu, de oude wijze en be zadigde leermeester van Nikhil. De Bara Rani, de schoonzuster, die al het aristocratlsch-humoristische heeft, het gees tige, ironische, langulssante van een onge huwde tante in een voornaam Europeesch rijp beraad en in logisch verband tot stand behoorden te komen. Gelukt dit af dwingen zooals de steun regeling, het niet nablijven voor schuld, het dragen van militaire goederen, schoenen, enz., dan wordt dit uitgelegd als slapheid, omdat de indruk gevestigd wordt, dat het verkrijgen van zulke gunsten een gevolg is van drang inplaats van een uitvloeisel van een logischen gedachtengang. Men loopt dan achter de feiten aan, instede van ze aan te kondigen, nog afgezien van het gevaar voor grooter moeilijkheden te staan, wanneer men den wagen weer in het rechte spoor wil helpen. Het gezag heeft in den troep onder de inwerking van de boven geschetste toe standen ernstig geleden. Om dit in de toekomst te voorkomen en het gezag weer te herstellen, moet eerst het algemeen vertrouwen in de leiding weder worden versterkt, vooral tegenover hen, die te kortzichtig zijn te beseffen, tegenover welke moeielrjkheden de leiding heeft ge staan en nog staat. Een ernstig gesteld programma zal het gezag schragen en zeer zeker niet den indruk vestigen van slapheid en toegeefelfjkheid. Men zal dan kunnen ervaren in en buiten het leger, dat de veelheid der hervormingen tijd eischt, dat bezonnenheid te verkiezen is boven overhaasting. Zouden we het betreuren, dat een Staats commissie de hervormingen moet voorbe reiden, instede van dat de talrijke bekwame officieren en onderofficieren, ieder op het eigen terrein, aan het werk werden gezet, dan is dit omdat de handhaving van het gezag dringend vraagt om die verbeteringen en een commissie het geduld op een ie zwaren proef zou stellen. Het gezag van thans is een tijdelijk. Een leder in het leger is in gespannen verwach ting over de dingen, die komen zullen. Men legt zich bij den bestaanden toestand neer in afwachting van de beloofde hervormingen, men wacht en houdt de zaak gaande. 4 Dit gezag, gebouwd op zulke losse schtoeven, strekt niet lang meer. De wil is goed, de spanning werkt ontmoedigend. Het wordt steeds moeilijker net gezag te oefenen. Er zijn verwachtingen gewekt voor betere toestanden, die nu eens geen economischen grondslag hebben, doch gegrond zijn op moreele overwegingen. Teleurstelling waaronder ook langdurig uitstel moet gerekend worden kan niet anders dan deprimeerend werken op het gezag, het ongrijpbaar overwicht, gebaseerd op vertrouwen in de leiding. Wij wijzen er in dit verband op, dat teleur gestelde verwachtingen de oorzaak zijn ge weest van het ontstaan der vakvereenigingen. De hervormingen, waardoor het gezag gebaat zal zijn, zoeke men vooral op het gebied van de verruiming van voorschriften en bepalingen, die knellend op de samen leving werken. Enkele voorbeelden mogen dit toelichten, opdat ook hier weer het misverstand geen vat krijge. Nog niet zoo lang geleden mocht een militair niet buiten zijn garnizoen komen. Later is dit verruimd tot bewegingsvrijheid bulten het garnizoen, mits de nacht in het garnizoen werd doorgebracht. Waarom die beperking ? Wanneer men tijdige aanwezig heid bij den dienst eischt is daarmee toch aan de belangen van dien dienst voldaan. Eenigen tfjd geleden liep men eerst na 4 uur in burgerkleeren of zonder sabel. Thans mag men zich reeds na 2 uur in burger steken en geheel zonder sabel loopen. We zullen nog eenige zaken niet nader uitwerken, doch slechts aanstippen, te weten: betere inkwartiering voor de onderofficieren, afschaffing van noodelooze en ingewikkelde eerbewijzen op wachten en bij marcheerende troepen, gelegenheid tot thuis overnachten voor gehuwden, opheffing van woningen voor onderofficieren in kazernes, vereen voudiging van dienstcorrespondentie door het verlaten van den hierarchieken weg voor onbenullige kleinigheden, verbod tot in diening van negatieve opgaven, afschaffing van de kleineerende controle op rekenplichtige stukken door rechtstreeksche verant woordelijkheid te leggen op den onderteekenaar enz. enz. Dankbaar erkennen we de verbeteringen door de instelling der cantine- kazerne- en voedingscommissies en door de afschaffing der plichtplegingen in de correspondentie. gezin. En Amulya Babu (heer Amoelja) een jonge, beminnelijke idealist, bij wiens beeld ik den ken moet aan de jonge vriend van Annie Besant uit het boekje: aan de voeten van den meester". Een dweeper zonder arglist en zonder vrees, een jonge held die steift voor zijn volk en zijn ideaal. Wie Tagore's meening over nationalisme kent, zal wel begrijpen dat in het boek the Home and the World" niet het vormen van een natie door het Indische volk als het hoogste Ideasl wordt voorgesteld, maar wel het tot bevrijding brengen van de geesten in het Indische volk. Van een con flict met Engeland hooren wij niets. Het Bande Mataram!" is geen strijdroep teegenoover den Engelschen onderdrukker, en de macht die in dit volk optreedt en het ziele conflict afsluit door hun gewelddaad, is de Islam, de Mohamedaansche bevolking. Voor ons Europeeërs is deeze Indische ro man, door een Indiër geschreeven met zuiver Indische gegeevens, in hooge mate leerzaam en belangwekkend. Waar vinden wij in onze Westersche omgeeving een sfeer, zoo rein en zoo voornaam, zoo vrij van burgerlijkheid, ploertigheid en materialisme als deeze patriarchale hofhouding in het paleis van een klein vorstendom? Noch bij Europeesche aristokraten, noch bij Westersche geleerden, noch bij Amerikaansche mannen van zaken. De zeegenrijke invloed van eeuwen-oude wijsheid blijkt er uit de waardigheid, de adel van 't gemoed, en de diepten der ge dachten. En wij Westerlingen zijn nog steeds zoozeer gewoon, om alle donker gekleurde rassen als onbeschaafd" te kenmerken. Men vergelijke eens de gesprekken gevoerd tusschen Nikhil en zijn zuster, tusschen Bimala en Amoelja, met hetgeen men in Europa hoort in een koopmans-gezin of in de con versatie-kamer van een Zwitsersch hotel. Welk een ontzaglijke afstand is er tusschen deeze Christenen, en de Indische beschaaf den die men wel heidenen" gelief t te noemen. Winkelklanten vereenlgt u!" Uitgeperste winkelklanten Spaart uw geld, vereenigt u, Vormt uw plaatselijke bonden Doet het goed en doet het nu. Schudt die woekerwinstenmakers Net als luizen van uw lijf, Stuit die revolutie-kweekers In hun schandelijk bedrijf. Uitgezogen winkel-lijders Woont vergaderingen bij, En bepaalt de juiste prijzen Van uw voedsel en kleedij. Koopt op veilingen en markten Richt uw eigen winkels op, Zet die misselijke handel Door wat zamenwerking stop. Zult ge armoe blijven lijden Toont eens wat ge kunt en wilt, Wat beteekent loonsverhooging Als de winkelier u vilt? Laat ze met hun waren zitten Maakt ze door uw onwil klein, Koopt alleen nog in de zaken Die geen rooversnesten zijn. Noemt de namen in de kranten Wijst ze uwe leden aan, Waar ze veilig kunnen koopen Waar ze enkel mogen gaan. Zonder klanten gaan de schuimers In een ommezien failliet, Alles kunnen ze ontberen Winkel-stakkerds, spaart ze niet. Al uw sparen, werken, staken Al uw tobben helpt geen zier, Honger zult ge blijven lijden Door den sluwen winkelier. Uw gezondheid en uw welzijn Hangt van deze dwazen af, Leeggeschudde winkel-stumperds Treft ze met de boy-cott-straf. }. H. SPEENHOFF Illllllllllllllllllllllllil EVO FABRIKANTE N.V. DIEVENBACH'i Holt Siprsafabrltk UTRECHT iiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiif immuun Nog te veel meerderen zijn het in theorie wel eens met de denkbeelden in de lezing van den kolonel Fabius, doch slechts een zeer klein procent handelt er naar, tot schade van het gezag. Onze reglementen en voorschriiten zijn nog zoo kwaad niet. Slechts de toepassing is verstard. Wijziging in de opvattingen is dan ook, wat het gezag noodig heeft om goed te werken zonder toevlucht tot tuchtmaatregelen te behoeven te nemen. miiiiiiiiiiiinilliii iiiniiiiiMiililllltll Invalid-Portwijn DE BESTE MIDDAGDRANK f 2.50 p. flasch Wijnhandel da Barbanson, 51 Amstal, Amsterdam En welke schatten van cultuur zouden er verloren gaan, wanneer de verfoeilijke ont aarding van het Westen, het rationalisme van de neegentiende eeuw, de geesten van het Oosten verwilderde zooals dit geteekend is door Tagore in den ongelukkigen Sandip. Dit boek is schoon door de karakterteekening, de diepe ernstige wijsheid, en ook door de wel-eevenwigtige structuur. Deeze laatste eigenschap wordt door onze proza-schrijvers, die onder Engelschen of Franschen invloed werken niet genoeg be tracht. De Engelsche romanciers zooals eorge Eliot en Thackeray hadden die artistieke kwaliteit niet. Hun boeken zijn als mijlen-lange verhalen zonder architectonischen bouw. Hetgeen ook het geval is met de meeste Hollandsche en Duitsche romanschrijvers. Van de door mij genoemde vijf epische meesterwerken hebben Upton Sinclair's Jimtnie Higgins", Timmermans, Pallieter" en Tagore's the Home and the world" allen deezen revenwigtigen bouw, deeze fraaie afgeronde structuur waardoor het wrrk staat als een vast geheel. Rjmain Rolland's Colas Breugnon is de persoonlijke ontboezeming van een hoofd figuur, niet zonder dramatische kracht, doch zuiver episch, en alleen bedoelend n enkel merkwaardig mensch te teekenen. Tagore laat drie menschen spreeken, en voegt hun verhalen aaneen tot een episch bouwwerk. Men kan zich voorstellen dat het boek geheel gezegd" zou worden, door drie verschillende acteurs of spreekers, op de wijze waarop waarschijnlijk Ilias en Odyssee werden gezegd voor een klein gehoor in den bloeitijd van Hellas.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl