De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 18 oktober pagina 5

18 oktober 1919 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

18 Oct. '19. - No. 2208 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLANB HET^WEENEN VAN VANDAAG EN MORGEN door ANITTA MULLER, Weenen FrauAnltta Mul ler behoort tot de populairste vrou wen van DuttschOostenrjjk. Seaert meer dan 10 jaren heeft zff voorbeel dig werk verricht op elk gebied van het sociale leven. Mevrouw Muller Is presidente van de Sozlale Hllfsgemeinschaft", een van de grootste sociale vereeniglngen vanOostenrljk, en werd, toen den vrouwen politieke De Schrijfster van bet Artikel fgchten werden toegekend, door de Bürgerllch-Frelheltllche Partet tot lid van den Weenschen gemeenteraad gekozen. Op het oogenblik- vertoeft mevr. Muller In Nederland. Zij Is met een transport van 750 kinderen hierheen gekomen, en heeft zich tot taak gesteld, de bevolking van ons land op de hoogte te brengen van dendroevlgen toestand, waarin Weenen verkeert. Weenen, de legendarische stad der on stuimige levensvreugd... De walsmuziek klinkt ons uit haar naam tegemoet... Zij was de stad van de muziek en het lied, de stad van uitbundige levenslust en overmoe digheid, de stad der congressen en hofbals. Dat was ze, eeuwen lang. Maar toen kwam de oorlog en bluschte al het licht, en Weenen verzonk in een namelooze ellende... De oorlog schreed door onze stad en ontnam haar haren welstand, haar gezond heid, haar energie. De overwinnaars zQn de stad binnengetrokken en hebben hare ellende gezien. Amerika en Italië hebben ons levens middelen gezonden. Zwitserland en Neder land hebben duizenden kinderen gehuisvest. Wij zijn dankbaar voor al deze blijken van mensc lelijkheid, maar wij weten, dat 1 deze hulp slechts bijstand van vandaag op morgen beteekent. Thans moeten wij, nu wQ einde lijk, na vijf bange oorlogsjaren, tot bezinning komen, denken aan de toekomst van onze stad. Weenen, de tweemlllloenenstad, was het middelpunt van het geestelijke en poli tieke leven der OostenrQksch-Hongaarsche monarchie. Het rijk is uit elkaar gevallen. Elk van de nieuwgevormde staten streeft ernaar, de hoofdstad van het eigen land groot en machtig te maken. Toch heeft Weenen haar beteekenis nog niet geheel verloren. De gunstige ligging van de stad brengt mede, dat zfj steeds .een centrum zal zijn. Het lot van een volk wordt niet alleen op de slagvelden en congressen be paald, maar voor een deel ligt het noodlot ook besloten in hart en wezen van het volk zelf. Weenen heeft een trouwe en vlijtige bevolking, en dat is de beste waarborg voor haar toekomst. Weenen, de mooie oude cultuur-stad, zal ook in de toekomst ieder j sar het doel zr]n van duizenden vreemdelingen.Toch moet Weeoen zich op dat vreemdelingen verkeer alleen, zich niet al te zeer verlaten. Ijver en goede smaak zullen duizenden dingen weten voort te brengen, wanneer het gecultiveerde deel van het menschdom met verlangen uitziet: het terecht zoo beroemde Weensche kunst handwerk zal beter dan ooit verzorgd wor den en voor de wereld een bron van schoon heid zijn. CULTUUR VAN WILDE PLANTEN. Toen we nog kinderen waren gingen we ieder jaar strijk en zet in 't begin van April Maartsche viooltjes halen in een perceeltje boomen aan de Snellenbrug bij Woerden. Je sprong dan even over een sloot, vond zonder moeite de viooltjes, want ze groeiden er dik en draaide dan met je zakmes door de vette klei een pol er uit, die precies in een bloempot paste. Dan weer de sloot over en de wereld te rijk met die bloempot naar huis. Ik ben vergeten, hoe het kwam, dat dat plantjes thuis in den loop van het jaar verdwenen, zoodat we iedere April weer over die sloot moesten. Zoo iets is eigenlijk heel goed voor kinderen, alleen is het jam mer, dat met de uitbreiding der bevolking en de toename der liefheb berij dergelijke handelingen niet meer kunnen worden aangemoedigd, zelfs niet ge duld. We zien toch, vooral in de buurt van groote steden en druk bezochte uitspanningsplaatsen, al de mooie planten gaandeweg verdwijnen, slachtoffers van belangstelling en onnaden kendheid, 't Is in dit verband niet altijd noodig, om te spreken van hebzucht of verzamelwoede. Wfj werden indertijd naar die viooltjes gedreven door een zeer prlzenswaardige, ofschoon naïeve, liefde voor moois. Zuiver uit liefde voor het mooie en uit levenslust wor den nog altijd en overal mooie planten allernaarst vernield en geschonden, zoo zelfs, dat met alle reden ge vraagd wordt om wetten en politiemaatregelen voor be scherming der wilde planten. Maar als de menschen en kinderen niet intiem met die Zullen wfJ In deze ernstige tijden ook over de Weensche mode spreken? Zeker, want zQ behoort tot het karakter van de stad, evenals de hartelijkheid van haar bewoners. Het gebrek aan grondstoffen maakt allen prodnctieven arbeid onmogelijk. Zoo gauw er weer stoffen en leer in t land komen, zullen duizenden handen zich inspannen om de Weener mode en de Weensche smaak haar leidende plaats op de wereldmarkt terug te geven. Duizenden kleermakers, schoenmakers en leerbewerkers, die nu met tegenzin hun werkloozenondersteunlng als aalmoes ontvangen, zullen binnen afzienbaren tijd het werk weer kunnen opnemen. De overwinnaars hebben besloten, dat de luxetreinen niet over Weenen zullen loopen. Maar wij hopen, dal de haat niet eeuwig zal duren. Een Engelsche maatschappij heeft reeds plannen gemaakt voor de instelling van een lucht-, passagiers- en postverkeer tusschen Hamburg, Berlijn, Praag, Weenen en Belgrado, met een zQlljn naar Constantinopel, Boedapest en Saloniki. De gunstige ligging van Weenen als middenpunt van het wereldverkeer brengt ook mee, dat zij steeds een belangrijke stapel van goederen zal wezen. Niet alleen de oostelijke en westelijke cultuur «uilen elkander als tot nu toe in Weenen bereiken en aanvullen, maar ook lullen de oostelijke en westelijke zuivercommercieële belangen zich in deze stad vereenigen. De bewoners van Weenen zijn zich maar al te goed bewust, dat er op het oogenblik gelukkiger en bloelender steden zijn dan hun eigen. Maar zij verlaten niet trouweloos hun stad om In vreemde plaatsen, waar het beter leven is, hun heil te zoeken. Toch dreigt de nood in schrikkelijke mate. Geld is er in 't land in het geheel niet om de noodzakelijke levensbehoeften te koopen, en Weenen is daardoor gedwongen, haar kunst werken aan het buitenland te verkoopen. Kunst gab ich für Brot... Weenen is ziek, en heeft de hulp van vreemden noodig. WQ Weeners echter ver langen, om onszelf en onze klederen te kunnen redden niet anders dan dit ne: werk. Steun verleening, hoe grootsch ze ook op touw moge zijn gezet, rekt het leven, zonder de kwaal te genezen; zij verdeemoedlgt de menschen, zonder werkelijk te kunnen helpen. Om eene toekomst te kunnen hebben, moet Weenen eerst weer gezond worden. En alleen werk kan ons onze gezondheid teruggeven. Het eens zoo sterke, opgeruimde en werklustlge volk van Weenen staat aan den grens van zijn ondergang en vecht om zijn recht op het leven. Laten wij het gordijn laten zakken over de gruwelen van den oor log, doch laten wfl er niet de gruwelen van een vrede op laten volgen. En wie zal willen ontkennen, dat de toe komst van Weenen een vraagstuk van cul tuur en humaniteit is ? ANITTA MULLER Een Dreigend Gevaar Ik bedoel het wetsontwerp-de Visser tot wijziging der wet op het lager onderwijs. Niet, dat dit ontwerp niet veel eoeds zou beloven, of ten deele reeds hebben gebracht: verhoogde salarissen, verbeterde opleiding der onderwijzers, reorganisatie van het schooltoezicht enz. Maar het wil tevens eene nieuwe figuur in de lagere school scheppen, n.l. de hulponderwijzeres, en daar schuilt het gevaar. Er zullen volgens dit wetsvoorstel voor taan 2 categorieën van onderwijzeressen zijn. De gewone onderwijzeres, zooals wij haar tot nu toe kennen, in hare positie vrij wel gelijkstaande met den onderwijzer, en de hulponderwijzeres, alleen maar bevoegd voor de laagste twee klassen. Deze hulponderwijzeres moet de schakel vormen tusschen de bewaarschool en de eerste twee klassen der lagere school. De Memorie van Toelichting zegt: Er bestaat tusschen die twee leerperiodes een innerplanten mogen omgaan, dan is het net zoo goed, alsof ze niet bestonden en dan is de wet alweer een tweesnijdig zwaard. Hier moet de kunst de natuur te hulp komen. Indien de mooie enbegeerenswaardige wilde planten een plaats kunnen krijgen in parken en tuinen, vooral in de school-werktuintjes der kinderen, dan bestaat de kans, dat ze in het landschap ongerept kunnen worden bewonderd en genoten. Dit denkbeeld is heelemaal niet nieuw, Al vele jaren geleden heeft Henri Corrévon zijn Jardin alpin gesticht vooral met de bedoeling om paal en perk te stellen aan het ergerlijk uitgraven van alpenplanten. ledereen kon bij hem zaden, stekken, wortelstokken van alpenplanten koopen en zoo kon dan meteen van overheidswege het uit graven van die dingen worden verboden. Toch zag ik in 1907 in Ger.ève op de groentemarkt nog massa's cyclamen en orchideeën met knol en al, maar die waren ingevoerd uit Frankrijk, waar het verbod niet bestond. Hier en daar In Zwitserland wordt er nog al vrij streng de hand aan gehouden. Gelukkig kunnen wQ in Nederland nu ook Ster-hyacinth lijke gelijksoortigheid, die vooral een gevolg is van de psychologische en physiologlsche eigenaardigheden der kinderen, die in dat tijdvak het onderwijs volgen. Alle onderwijs* mannen erkennen tegenwoordig op grond daarvan den nauwen samenhang tusschen die beide deelen van het onderwijs. En al is het dan ook niet mogelijk overal en steeds het bewaarschool-onderwijs aan het onder wijs op de gewone lagere school te doen voorafgaan, de wenschelijkheld daarvan dient in elk geval uitdrukking te vinden in de wet en maatregelen ter bevordering van dien samenhang behooren te worden ge nomen. Dit kan geschieden door gelijke be voegdheid te eisenen en voldoende te achten voor het onderwijs te geven aan kinderen van hun 4e tot 8e levensjaar". De Minister wil deze inderdaad zeer gewenschte eenheid verwezenlijken, niet door nu werkelijk n school te scheppen voor kinderen van 4 8 jaar met n doorloopend en afgerond leerplan; neen, hij bereikt deze eenheid.. door de onderwijzeres omlaag te duwen tot het peil der bewaarschooionderwijzeres, en zelfs tot beneden het peil, waarop thans de goede bewaarschoolonder wijzeres staat. Hare opleiding zal de hulponderwijzeres ontvangen aan eene opleldingschool", waar zij gedurende vier jaren onderwijs zal krijgen in lezen en Nederlaudsche taal, met elemen tair spreekonderwijs, vertellen, zingen, tee kenen, spelen, handenarbeid, kennis der na tuur, gezondheidsleer en verbandleer, als mede de methode van opvoeding en onder wijs voor jeugdige kinderen. Geen woord van eenige vieemde taal; niets van al die vakken, die geacht worden algemeene ont wikkeling te geven! Deze povere opleiding wordt voldoende geacht voor de juffrouw, die immers toch alleen maar les zal mogen geven aan de heel kleine peuters. Met eenige onwelwlllendheid zou men kunnen beweren, dat 's Ministers gedachte blijkbaar is ge weest : Zoo is het voor vrouwen en kleine kinderen goed genoeg". Het staat te vreezen, dat de hulponder wijzeres binnen afzlenbaren tijd de onder wijzeres zal worden, en dat de gewone onderwijzeres, ook al blijft de wet haar ken nen, uit de practfjk verdwijnen zal. Wij gaan een tijd tegemoet, waarin de meeste ouders niet dan met de grootste moeite het geld voor de opvoeding der kinderen zullen kun nen oversparen, en dan zal er en onbe grijpelijk is dat niet op de opvoeding der meisjes eerder bezuinigd worden dan op die der jongens. Waar de ouders dan kunnen kie zen tusschen de goedkoopere opleiding tot hulponderwijzeres, die al op haar 18.- jaar ver dient en de duurdere tot hulponder w(ieres, die pas op haar 20ite jaar klaar is, daar zal de keuze spoedig gedaan zijn. Bovendien, welke vooruitzichten heeft de volledig be voegde onderwijzeres? Zij zal een plaats kunnen vinden aan een lagere meisjesschool, maar die zijn er niet veel; misschien komt er n dergelijke onderwijzeres aan elke gemengde lagere school, maar daarmee zal 't wel alt zijn. Het type der onderwijzeres zal zijn; de Au/ponderwijzeres. Het onderwijs is altijd geweest een der meest eigenaardig vrouwelijke werkkringen; een arbeidsveld, waar rrj zich een een vaste en eervolle plaats had verworven, toen zQ op ander gebied nog bezwaarlijk werd geduld. Uit die eervolle positie zal zij thans worden gedegradeerd tot een, wegens hare onvol doende opleiding, beperkte bevoegdheid en geringe algemeene ontwikkeling minderwaar dige arbeidskracht. Evenwel er dreigt nog een ernstiger ge vaar voor een meer ideëel belang. Vermlnminderen zal, ja, geheel verloren dreigt te gaan de invloed der vrouw op de schoolopvoedlng der jeugd. Die Invloed was, ook al had de vrouw in de school haar eigen plaats veroverd, nog lang niet groot genoeg. Ook de tegenwoordige wet plaatst de onderwijzeres in de gemengde school bi] voorkeur in de laagste klassen, en dat wil zeggen, dat de kinderen ook de meisjes! van hun 8jte of 9ie jaar in de school geheel aan vrouwelijke leiding iiimiiiiliiiiiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiimiiiimimiiiiiiiliimiiii dien kant uit. Onze Corrévon heet Kees S.pkes en is een van de vlijtigste en fortuinlijkste plantenzoekers in Nederland. Herhaaldelijk heeft hij in De Levende Na tuur verteld van zijn mooie vondsten en onvermoeid dringt hij aan op bescherming van onze, helaas zoo weinige, landschappen met werkelijk weelderigen en interessanten plantengroei. Thans zet hij de kroon op zijn werk door als directeur van de Geneeskruidtuinen .Walcheren" te Oostkapellc in den handel te brengen zaden, wortelstokken, stekken, bollen, knollen en pollen van be langrijke Nederlandsche wilde planten. Dat alles wordt daar in Oostkapelle op groote schaal gekweekt en vermenigvuldigd in steeds ruimer verscheidenheid. Onder andere biedt .Walcheren" een drie tal bolletjes van aan planten, die op het eiland Walcheren zelf op sommige plaatsen in ontelbaren getale voorkomen: de wilde hyacinth, de wilde ster-hyacinth en de berelook. Van alle drie deze planten is het min of meer twijfelachtig, of zij wel oor spronkelijk bQ ons voorkomen. Misschien moeten zij beschouwd worden als oeroude sierplanten, die ontvlucht en verwilderd zijn. Zoo hebben wij er meer in onze flora. Toch is het niet onmogelijk, dat dit drietal zonder menschenhulp langs de duinrij op Walcheren is beland; in Dui.schland zijn ie ook tame lijk ver noordelijk doorgedrongen. De wilde hyacinth had een beroemde groeiplaats op Ockenburg en staat ook op menige plaats in Kcnnemerland, doch alweer onder groote verdenking van verwildering. Maar wat doet dat er eigenlijk toe, als in Mei het heele bosch vervuld is van de mooie overhangende trossen van paarsblauwe bloemen met roode oi witte er tus&chen? En als ik nu van Walcheren" een honderdtal van die bolletjes laat komen, dan kan ik ook tot in lengte van dagen een hoek van mijn tuin die bloemenwcelde laten vertoonen. Het ster-hyacinth je met zijn sterk-blauwe bloe men bloeit reeds in Maart of zelfs reeds in Februari tot groote vreugde van de bijen. Deze zorgen voor de bevruchting en zoo maakt deze hyacinth dan veel rijpe vruchten met goed klem Daar zaad, zoodat met ieder jaar de begroeiing ruimer en dichter wordt. Ook zorgen de mieren er voor, dat op allerlei onverwachte plaatsen deze ster-hyacinthjes voor den dag komen. Dat is met de berelook ook het geval, deze plant vermenigvuldigt zich zeer sterk en maakt dan ook in Mei heele ; bloemtapijten. Op menige plaats onttrokken zijn. Als dat eens anders was l Hoe goed zou het zijn voor de kinderen onzer volksklasse, die zoo dikwijls in ruwheid groot worden, als ze tot hun 12e jaar stonden k onder den Invloed eener beschaafde, ontwikkelde vrouw. Hoe goed zou het zijn, wanneer moeder en onderwijzeres eens ver trouwelijk van gedachten konden wisselen over het gedrag der grootere meisjes in school en in huis. En hoe goed zou* het zijn, als, tegen den tijd dat het meisje, van school gaat, de moeder er eens met de onderwijzeres, die 't kind door en door kent, over praten kon, wat ze worden moet. Al deze dingen zouden onder de tegen woordige wet althans mogelijk zijn. Zelfs zag men al eens hier en daar een onder wijzeres in een hoogere klasse, en niet lang geleden werd in Amsterdam de vrouw benoembaar verklaard tot hoofd eener gemengde school. Onder de nieuwe wet zal dit alles echter in de practfjk onmogelQk zftn. In de practtjk zal de onder wijzeres zijn de juffrouw voor de kleintjes, die voor de hoogere klassen niet knap ge noeg is, wier woord noch tegenover de ouders, noch tegenover de grootere kinderen gezag zal hebben. Natuurlijk zal zij voort gaan met heel haar hart te geven aan de, o! zoo moeilijke taak van de opvoeding der kleinste kleuters, maar ook voor de grootere kinderen zou zij zoo veel kunnen zijn, als zij maar mocht l De Minister gaat met dit wetsvoorstel rechtstreeks tegen het moderne streven in. Dat moderne streven is juist: meer invloed der vrouw op de opvoeding, die het kind van overheidswege ontvangt. Ten onzent heeft o. a. de heer Tutein Nolthenlus met warmte daarvoor gepleit. Duitsche vrouwenvereenigingen hebben als .politleken" eisen op haar programma geschreven: meer invloed der vrouw op de opvoeding der meisjes. En de Nederlandsche Bond voor Vrouwenkiesrecht plaatste bij zijne reorga nisatie als eerste punt op tljn programma: Opleiding der meisjes zó, dat deze zoowel op hare vorming tot beroep of bedrijf, als op hare voorbereiding tot de haar wachtende moeder- en gezinstaak zfl gericht en haar gemeenschapszin worde ontwikkeld." Hoe kan een dergelijke eisch in vervulling gaan, waar de invloed der vrouw in de schooi wordt geknot? WQ hebben jaren lang gestreden, opdat de vrouw invloed zou erlangen op de zaken van den Staat. W| hebben jaren lang bQ dien strijd tegen de onverschillige vrouwen dit gezegd: GQ moogt niet onverschillig staan tegenover de regeering van den Staat, want de Staat heeft de school, en daardoor heeft de Staat uw kind!" WQ hebben jaren lang gestreden, opdat vrouwen en kinderen niet langer van Staatswege zouden worden achterafgesteld. En nu zal in dezelfde regeeringsperlode de vrouw eerst hare politieke rechten ontvangen, en daarna aan banden worden gelegd, juist op dat gebied, waar zQ het meest invloed begeert en behoeft, en waar zij, mede met behulp harer poli tieke rechten, haren invloed hoopte te ver sterken. Is het niet als een spotternij? Hoeveel goeds dit wetsontwerp moge be vatten, ten aanzien der vrouw is het reactionnair, in den «lechtsten zin van het woord. Mogen alle vrouwen zich bewust worden van het dreigend gevaar! BERT H A LEDEBOER mimiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiii Herfst-kleuren Teekenineen van Netty Heyligers Het is geen kwestie van mode, de kleuren die de dames dragen in het najaar, maar het een onbewust aanpassen aan de natuur, het is mimlcrie. In den tfjd van goudgele appelen, en vuurroode tomaten, en paars-blauwe druiven en bruine en roode en gele blaren, en zich uitbundig uitbloeiende roode dahlia's en felle roode en oranje en hard-roze gladiolen en paarse weelde van najaarsasters is er kleur en charme] van contrasten in de vrouwenkleeding. iiiiiiiiiiilliiiiliillilli langs het binnenduln ook in Holland lijken de beukenbosschen of eikenbosschen in Mei geheel en al besneeuwd zooals dat ook op onze foto te zien is. Duizenden bolronde schermen van nogal groote hagelwitte bloemen staan zoo dicht op een, dat de groene bladeren, die wel wat lijken op die van lelietjes van dalen, haast niet te zien zijn. Deze bladeren vertoonen een groote Haar roestrood kleed met zwart bont kleurt mooi bij de goudgele appelen en paars-blauwe druiven Er is een bontheid, die de zomer niet kent en het voorjaar niet, geen teerheid van tinten en geen soepelheid van dunne stoffen, maar diezelfde late bloei vol uitbundigheid van het najaar zelf. Een paar aardige bakvisschen in herfsttooi Bakvisschen, die tot den laatsten warmen dag met bloote hoofden hebben gefietst, met losse wilde haren, hebben bfl den eer ste najaarsguurte over haar kroezige kopjes, dikke, bonte, ruigharige baretten, vuurroode gele, paarse, lila. hel blauwe, en oranje, over de ooren getrokken. Jonge meisjes loopen met korte en lange mantels, dik als wollen dekens, met echte kleuren, en geen tusschentlnten, contrasten als hemelsblauw met lichtbruine kraag en mouw-opslagen, of groen met rood, of rood met geel. Ze stappen met de handen diep in de dikke opgestlkte zakken. Dames die wat kouwelQk zijn, hebben dikke wolle dassen om, licht van kleur met felle strepen. Je ziet warme wollen rokken van biljartlakengroen, en wfjnrood, en licht bruin op geel af, en zooals in de heele na tuur, is er geen tint of overgang, geen teederheid meer en geen vervloeling, maar kleuren, en kleur-contrasten. Nooit is de kleeding zoo dicht bij de natuur, als in die dagen en het is de charme van de herfst, een meisje of dame te zien staan in haar herfstdracht bQ een kar met roode tomaten en appelen met roode wan gen, en gele peren, en paarse trossen drui ven, of bi] een bloemen koopman met een mand vol uitbloeiende, kleur uitslaande najaarsweelde, of te zien loopen, met de armen vol takken en groote trossen felle bloemen, worstelend tegen den wind, die gele blaren om haar laat stoeien en bonte pa pieren rond haar cirkelt. AR l ETTE n iiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiniiiiiiii vaderlandsche flora wenschen wij deze poging van harte het succes, dat haar toe komt. Het zal blijken, dat de cultuur van onze wilde planten niet altijd even gemak kelijk is. Het drietal dat wfl hierboven noemden, marcheert vanzelf, op iedere grondsoort, maar er zijn andere, vooral die van de hel en van het mosveen, die bijzondere zorg zullen vereischen. Maar ook dat is Berelook merkwaardigheid, ze draaien namelijk hun onderzijde naar boven. Alleen daarom zou je zoo'n plant al in den tuin willen hebben. Maar we moeten een beetje er op passen, want hij heeft een paar punten tegen, door dat hij den geur van zijn geslacht, den uiengeur in een tamelijk offensieven vorm verspreidt, vooral wanneer b| het ingaan van de zomerrust de bladeren gaan afsterven. Dat is echter in een paar dagen afgeloopen en we zorgen maar, dat op dezelfde plek tijdig andere planten opschieten, die het ver gelend loof verbergen ; daar kan Walcheren" ook wel voor zorgen. In het belang van onze winst, want zoodoende wordt het inzicht in de levensvoorwaarden dier planten op menige w]|ze bevorderd. Misschien komen wij in den zomer daar nog eens op terug. JAC. P. T H ij s s E ? HIIIIEIIIIIIIIIttlllllllllllMI :: VERHUIZEN :: MEUBELS BEWAREN E. J. VRN SCHflICK BOOTHSTRflflT UTRECHT

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl