Historisch Archief 1877-1940
25Oct. '19. No. 2209
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
SCHILDERKUNST-KRONIEK
JOHAN THORN PRIKKER
(VOOR DE KUNST, TE UTRECHT)
De teekeningen uit het jaar 1892
zfjn de meest verfijnde werken van de gan
sene tentoonstelling, met de kerkklokken"
uit 1891.
ZQ vertoonen den Thorn Prikker, die teeder
is, en wiens lijnenspel een zachtea, lyrischen
zwier heeft. Daarin is hfl niet overtroffen;
daarin heeft geen enkele hem geëvenaard.
De voorstellingen: een kruisdraging, de
Cherubfjnen, een Madonna met kind, en de
Bloesems. Ze zfjn als samenvatting verder
dan de 'Christus aan de Bron uit 1891; de
vorm van een hand is in n kromme lijn
weergegeven; alle lijnen zQn zacht-gebogen
(de tegenstelling met de hard-geknakte van
Toorop); alle vormen zijn daarmee zedig
en vol schroom, maar ook vol grootheid
bepaald. En naast deze lijnen, die de vormen
bepalen, vindt ge in sommige teekeningen
nog aan deze, die een lineaire weergave
van de stemming van den zielsindruk zijn,
die ge niet onjuist de expressielQnen, de
expressionistische l IJ n e n kunt
noemen. En nog n ding is gewis bij dit
werk; zelden of nooit is In Holland de
schoonheid zoozeer als een adem, zonder
zwaarte gegeven.
De s c h i l d e r g e n van eenzelfde soort
onderwerpen, en op d' eendere wfjze ge
voeld, zijn niet zoo zeer buiten de materie
gebracht. Er zfjn daarin zwaarten,
stoffelQkheden, vormen zelfs, die ge hier niet wenscht
te verwachten; de materie is niet overwonnen,
De bekentenis, mocht ge schrijven, is
niet zoo fluisterend. ..
Teekeningen van feller
geaardMeid zfln de Monniken, ontstaan in
België, in het heuvelland, naar aanleiding
van de Monniken" van Verhaeren. Hoe ze
groeiden wijzen twee schetsen uit, en de
woorden van Prikker zelf, die ik me herinner.
HQ zag deze dingen in de rotsen te Visé;
hij zag deze figuren daarin half gegeven,
half aangeduid, half verzonken. Hij accen
tueerde hier en daar een massa, een vorm,
maar nooit deed hfj dat sterk. Het is dus
onjuist om de figuur op normale wijze ge
construeerd hier te willen ontdekken, er
wordt van de phantasie het hare gevorderd.
Maar onafhankelijk daarvan is, opnieuw, in
de Monniken het lijnenspel te waardeeren;
hoe zonder ooit te hinderen, met zijn lenige
lijn Prikker vlakken kan vullen. Meer door
vlekken of liever niet door lijden alleen tref t
ons die andere teekening, waar in het boven
deel de koppen statig opdagen en waaronder
een balk van het kruis, omwonden door
een slang ge handen ziet (die van Prikker)
en koppen, die op dien van den maker
gelijken. Een genot in deze teekening is
nog (het is een zinnelijke) hoe door werken
en wfjze van werken het papier In zQn ver
schijning werd. Hiermee zijn de belang
rijkste, de werkelgk zeldzame werken aan
gegeven. Te noemen is nog de
Schaatsenrfjder (een schilder! uit 1890); van de serie
Roode Kool No. 37, uit 1903 (ik meen dat
hij deze in Rijswijk maakte). De Landschap
pen met gekleurd krijt t?n uit de buurt der
steengroeven in België, studies meer niet
(1904); het bezoek (1891) en de arbeidende
yrouw (uit 1891) zfjn wolkend van kleur.
Het laatste werk, portretten, heeft voor mfj
minder bekoring. Het beste zijn het
Meisjesportret (1910), een Italiaansch primitief
herinnerd, en het Jongensportret (1911),
waar de kleur niet zoo Duitsch in is, als in
sommige andere. Om volledig te zijn
moeten de paarden in den avond geprezen
worden, en de figuren (6), uit 1889 en uit 1890.
Volledig is de tentoonstelling niet. Het
glas-ln-lood werk ontbreekt; aanwezig is het
brons de Voetballers (1895), een bewijs van
Prikker van het eens met hem gedeelde
enthousiasme voor H. B. S., de Haagsche
toen triompheerende club, met de Stempels,
de Stigters, Toussaints en anderen.
DE GEETERE, BIJ GERBRANDS TE UTECHT.
Expressionisme, dat is p s
yiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
Shakespeare een Pseudoniem- Bacon is
de auteur van Shakespeare's Werken"
door TACO H. DE BEER. Bussum.
Dr. G. Schueler.
Mannen met praehlstorische hersens, die
lijders zfln en zich verbeelden leiders te
wezen, ziedaar het beeld van de
hedendaagsche Stratferdians." (de Beer, btz. 120).
Por the last half century or more, attempts
have been made to question in larger or
lesser extent the claim of Willlam Shakes
peare of Stratford to the personal authorshlp
of the plays called by hls name, special
efforts being used to transfer the credit to
Bacon... It is sufficlent to say that... they
have not commended themselves to a single
person who unites accurate knowledge of
Elizabethan and other literature wlth the
proved possession of an adequate crltical
faculty."
(Prof. G. Saintsbury in the Cambridge
Hlstory of Engllsh Literature" Vol. V Part
I blz. 222. Cambridge Univers. Press 1910).
Aard en toon van deze poging, om
te doen wat in het tweede hierboven ge
plaatste citaat wordt gewraakt, kunnen al
aanstonds blijken uit de mede hiervoren
aangehaalde zinsnede uit het werkje zelf
van den heer De Beer. Zoo ik daarbij ver
meld dat in dat werkje recensenten niet
slechts domkoppen, maar ook schurken en
leugenaars worden genoemd, (blz. 12) dan
kan men het genoegen van dit boek aan te
kondigen beseffen. Een buitengewone vir
tuositeit in de kunst van beschimpen en van
verdachtmaking van de bedoelingen der
Stratfordlans" daargelaten, vertoont het
overigens weinig oorspronkelijk», geeft het
geen hoogen dunk van het kritisch inzicht
van den schrijver, is het echter geschikt
den lezer in te wijden in de mysterieën van
het Shakespeare-Bacon-vraagsluk. Op den
meest stelligen, oneindig gevarleerden toon
, wordt verzekerd dat de wijsgeer Francis
Bacon de auteur van Shakespeare's werken
is. Hij was evenals Essex een zoon uit een
geheim huwelijk van Ellsabeth met Lord
Leicester. Beide broeders voelden zich mis
kend, maar toen Essex door zijn onstuimig
optreden den toorn van zijne moeder had
opgewekt en hij die stoutheid met den dood
chlsch impressionisme, en im
pressionisme geeft de Geetere.
Zeker is hfj een talent, hoewel het werk
onregelmatig naar de waarde is. Als type
vindt ge een tragische stemming; het werk
is soms ironisch, soms pessimistisch. Som
tijds wordt het tot een romantiek, die ge
niet aanvaarden kunt als in Drame" (18)
en in het scherpere Choses tranges" (23).
Het gemakkelijkst is hij te benaderen langs
zijn bloemen (3, 32, 33). Deze hebben
kleur en wezen. Eenvoudig is hij en innig
is de vrouw in het bed, met het wiegje
rechts er achter (11), te waardeeren in
werken, waarin ge den kop van zfjn vrouw
als hoofdmotief vindt, met expressionistische
vullingen er rond; als zuiver expressionis
tisch is eerend te vermelden de Composition
No. 8; als phantastisch-ironisch de teekening
met den Volkenbond, en de andere, een
paraphrase van den Carnaval.
PULCHRI STUDIO, DEN HAAG
Weinig levend, op enkele uitzonderingen
na, zijn de werken der leden van Pulchri.
Anna Abrahams is altijd breed en fijn;
Akkeringa is degelijk in zijn Stilleven; H.
Arntzenlus gaf een schoorsteenstuk (zuiver
is, er op, het gemberpotje met die eene
bloem). Arps is als steeds geen schilder
kunst, Bron's Paalhoofd is veel beter dan
zijn Rivier, Een studiekop van Dupuls is
levendig; typisch is de Vries Lam's
Schwanenburg. De panters van Mension zfln min
der huisvader, meer wild dier dan gewoonlijk,
Moll's branding Is fransch van aard.
Sluiter's Urkermeisje is een voor hem goede
schets, de Negerin van Jan Sluyters een
physleke uitbundigheid van een virtuoos.
Het Stilleven van mej. Vllelander Hein kon
iets verder zijn, iets levendiger, Wolter's
Walchersch Huisje is vroolQk en frank. Dat
is, niet veel, zoo goed als alles.
PLASSCHAERT
lllllltlllllIIIIIIIItlllllUHIIII
Spreekzaal
De Geest in het Onderofficierskorps
Het is met eenige verwondering maar ook
met dankbaarheid dat wfj het artikel van
luitenant Pleters over bovenstaand onder
werp hebben gelezen.
Wfj hebben tegen het artikel n bedenking.
En een bedenking die nogal van gewicht is
voor de toekomst van het onderofficierskorps.
Luitenant Pleters dan beweert dat het
beschavingspfjl der onderofficieren over het
algemeen niet boven dat van den ge
schoolden arbeider staat en zich dit als een
hinderpaal om aan de wenschen der
vereeniging .Ons Belang" tegemoet te komen.
Nu is dit zonder eenig statistisch onder
zoek zoo maar niet uit te maken en wij
voor ons meenen dat het korps onderoffi
cieren over het algemeen wel op een iets
hooger peil staat.
Daar dit echter in verband met wat wfj
van dit onderwerp wilden zeggen niet van
veel belang is, zij dit hier toegegeven.
Luitenant Pieters stemt met ons (onder
officieren in, dat inderdaad in het moderne
leger een hooger beschavingspell voor den
onderofficier die van drlller, opleider en
opvoeder geworden is, noodzakelijk is ge
worden.
En hij constateert, dat dank zij het wer
ken der organisatie Ons Belang" de lof
waardige uitzonderingen (op dat lage
beschavingspeil) steeds toenemen.
Wat doet nu echter het legerbestuur?
Het saboteert die lofwaardige pogingen]!
Het jaagt door de slechte salarieering,
bedroevende rechtspositie enz., de beste
krachten het leger uit.
Aan den anderen kant wordt door veel te
lage eischen van aanname (welke eischen
zoo laag zfjn omdat geen behoorlijk salaris
wordt gegeven en geen behoorlfjke toe
komst voor oogen gesteld) het onderoffi
cierskorps door absoluut ongeschikte want
veel te ontwikkelde elementen aangevuld.
Deze twee dingen moeten dus ophouden:
moest boeten, was Bacon wei genoodzaakt
te zwijgen. De drama's behandelen o.a.
staatsgeheimen en voorvallen aan het hof,
maar niet daarbuiten bekend geworden.
Men zocht den schrijver, maar vond hem
niet. Dat zoeken naar den schrijver was de
reden dat Bacon een strooman zocht, die
voor een groote geldelijke belooning bereid
was niet te protesteeren tegen het gebruik
van zfjn naam, en die Londen dadelijk wilde
verlaten en er nooit weer terugkeeren".
(Blz. 7). Deze strooman dan was Shakespeare,
een tooneelspeler die volgens de Beer ge
lijk ik uit een fotografie van een officieel
document kan bewijzen, niet schrijven kon."
(Blz. 21). Indien dit zoo is dan zfln alle
verdere bewijzen vrijwel overbodig zou men
zeggen; doch zQne Engelsche tijdgenooten
moeten dan wel buitengewoon onnoozel
en goedgeloovlg zfjn geweest, dat zij zonder
een zweem van twijfel (waarvan de sporen
dan toch wel tot ons zouden zfjn gekomen)
een analfabeet voor den schrijver van het
meest grootsche tooneelwerk hebben ge
houden.
Bacon echter, die althans voor het nage
slacht voor den schrijver wilde doorgaan,
heeft door een stelsel van een geheimschrift
in de drama's onomstootelfjk" aangetoond
dat niemand anders dan hfj de groote
dichter is. Dit geheimschrift, dat jammer
voor Bacon's naam eerst eenige eeuwen
na zijn dood is ontdekt, heeft hij dan in de
beroemde First-Folio uitgave van Shakes
peare's werken van 1623 neergelegd.
Wie zich door dit geheimschrift wil laten
overtuigen moet het zelf weten. Het kan hier
niet de plaats zijn daarop in te gaan. Met
een letterkundig imperialisme zonder grenzen
eischen Baconians als de Beer reeds de
halve letterkundige wereld voor Baeon op;
wij vernemen dat voorgangers en tijdge
nooten van Shakespeare, als Lily, Kyd, Greene
en Marlowe eveneens pseudoniemen van
Bacon zfjn, ja, dat hfj (een echte literaire
Brand in de Jonge Jan) zelfs Cervantes is
geweest, de schrijver van dat door en door
Spaansche meesterwerk! Wie zich voor de
bewijsvoering van deze stelling mocht inte
resseeren" kan die op blz. 93 vinden. De
ongelooflijke lichtzinnigheid en
ongeneerdheld der redeneering geven geen hoogen
dunk van de wetenschappelijkheid, welke
de school der Baconians haren leerlingen
verleent. Een enkel staal slechts, waarmede
de schrijver wil aantoonen dat Bacon in
Romeo and Juliet" den naam van zfjn
buitenverblijf Gorhambury heeft verborgen;
daarvoor worden drie plaatsen uit het drama,
een uit het derde en twee uit het tweede
1. Afvloeiing der beste krachten naar de
burgermaatschappij.
2. Aanvulling door ongeschikte te weinig
beschaafde elementen.
Ondertusschen, en dit zij hier grif toege
geven zit men met een onderofficierskorps
waarvan een gedeelte niet op de hoogte is
van zijn taak in het moderne leger.
Door de schuld van het legerbestuur echter!
Hoe moet nu die verbetering geschieden ?
Door zonder meer hoogere eischen te
gaan stellen?
Dat is onzin natuurlijk!
Er moet van de onderofficierspositie een
begeerenswaardige betrekking worden ge
maakt, begeerenswaardlg voor dezelfde soort
jongelui die nu onderwijzer worden of
stuurman of klerk bfj de posterijen.
De salarieering en de behandeling van
het onderofficierskorps moet in overeen
stemming worden gebracht met het peil,
waarop de moderne onderofficier zal moeten
staan.
Het legerbestuur raadplege eens hierover
het hoofdbestuur der
onderofficlersvereeniglng Ons Belang" dat in de z.g. Grond
slagen van de positie-regeling der onder
officieren," de wenschen der onderofficieren
heeft gekristalliseerd.
Nu Is er een moeielQkheidl
Een kleine moelelfjkheid, waarop in geen
geval die verbetering voor de onderofficieren
zal behoeven te stranden.
Die moeielfjkheid dan bestaat in het feit
welken norm van algemeenen vakontwik
keling aan den huldigen onderofficier moeten
worden gesteld om in dat nieuwe korps
gehandhaafd te blijven.
En in de tweede plaats, wat zal moeten
geschieden met die onderofficieren die dien
norm niet kunnen bereiken?
Wfj zullen in het bestek van dit artikel
of die moeielQkheden niet nader ingaan.
Ze erkennen wil tevens zeggen de oplos
baarheid daarvan aantoonen.
Bfj de oplossing waarvoor een bespreking
met het hoofdbestuur der
onderofficiersvereeniglng zeer veel vruchten zal kunnen
dragen, .zal echter steeds bedacht moeten
worden dat die moeielQkheden de schuld
zfjn van een legerbestuur dat bij het ver
anderen van het tij de bakens niet wist te
verzetten! P. H. B.
* * *
De Volkenbond
Zij, voor wie 't zoo langzamerhand mode
geworden is met een zeker dédain hierover
te spreken" beroepen zich, voor zoover zij
niet anderen napraten, vooral op het mis
lukken der pogingen, bij vorige gelegenheden
aangewend, om door 't stichten von een
volkenbond eene herhaling der oorlogs
rampen in 't vervolg te voorkomen. En zeker
hebben zij bij eene oppervlakkige beschou
wing den schijn in hun voordeel. Dergelijke
pogingen zijn inderdaad tot nu toe nog
schitterend" mislukt. Is dat niet voldoende
om iemand van zijn idealisme te genezen"?
Volstrekt niet: 't bewQst alleen, dat de tijd
toen nog niet rijp was voor verwezenlijking
van haar ideaal. Zijn wfj zelf niet onlangs
getuigen geweest van het succes van een
streven, dat even als de volkenbond lang
een hersenschim leek? Is de geschiedenis
van de ontwikkeling van het verkeer, is de
heele ontwikkelingsgeschiedenis der samen
leving, van de primitiefste beginselen af tot
hetgeen tegenwoordig is bereikt, geen door
loopend pleidooi voor de einduitkomst van
verstandig of practisch" idealisme?
Met Instemming las ik het artikel van
Mr. E. van Raalte getiteld Wilsons ideaal"
in dit weekblad van 4 Oct. 1.1.
Het zij mfj evenwel vergund er een paar
aanteekeningen bfj te maken.
Met 't oog op de vorderingen der demo
cratie kan men verwachten, dat een oorlog
door den volkenbond geëtscht om een weer
spannig volk te beteugelen zal moeten ge
voerd worden door menschen, die weten,
waarom zij lijf en leven wagen, niet zooals
vroeger door eene menigte, die door de
l
bedrijf aangehaald en onder elkander ge
plaatst, met dit resultaat:
1. In blood, all in gore blood
2. A man to bow in the ham
3. And badest me bury love.
De gecursiveerde woorden vormen dan
het gezochte woord l Een aardig gezelschaps
spel voor de komende lange winteravonden,
zou men willen zeggen. Dit zijn dan de per
sonen die voorgeven een hoogst ernstig letter
kundig vraagstuk te hebben opgelost. Om
maar een enkele opmerking te maken:
Bacon-Shakespeare zoude de zoon der
maagdelijke koningin EHsabeth zijn. Aan
het slot van King Henry the Eighth", als
den koning zijn pasgeboren kind wordt ver
toont, voorspelt de schrijver de toekomst
der jonggeborene en Engeland's grootheid
onder haar schepter, en huldigt haar o
toppunt van wansmaak en zinledigheid!
als de maagdelijke koningin, ais hoedanig
zij In de oogen van ieder ander, maar zeker
niet in die van haar eigen zotn kan gelden:
But she must die
she must, the saints must have her, yet a
a most unspotted lily shall she pass [ virgin;
to the ground" etc.
Neen, boeken als het hier besprokene
zullen den naam van de Man van Stratford",
gelijk hem de Baconians verachtelijk be
titelen, niet ernstig of duurzaam kunnen
benadeelen, in welk betreurenswaardig duister
zijn leven ook voor het overige moge gehuld
zijn. Maar ook in dit opzicht maakt de Heer
d. B. zich Illusies als hij meent dat om die
reden de Stratfordians voor hunne opvat
ting bswijzen hebben bij te brengen (blz. 93).
De bewijslast rust op de tegenpartij. Zoolang
ik zonder meer gerechtigd ben aan te nemen
dat de werken, die op naam van Vondel,
Goethe en van den Heer de Beer staan, ook
door hen zijn geschreven, zoolang geldt dit
ook voor Shakespeare.
Wat ieder die de kunst bemint tegen de
borst moet stuiten is het volslagen gemis
aan inzicht in de manier waarop de dichter
schrpt, en ik voor mfj geloof dat dit argu
ment alleen reeds beslissend is. Hoe? Een
groot dichter zoude terwijl geest en
fantasie vervuld zijn van zijne verbeeldings
wezens, die hem niet loslaten, die hem als
het ware dicteeren wat hij moet neerschrijven,
te gelijkertijd zijn volle aandacht kunnen
wijden aan de merst prozaïsche bezigheid,
een ingewikkeld cijferschrift, dat aanhoudend
van hem eischte om hetgeen hij ais dichter
wilde uitdrukken te wijzigen en te plooien
naar wat tegelijk verborgen en geopenbaard
moest worden (zijn auteurschap)! In schijn
vernuftig, is de Bacon-theorie In
werkelfjkbaatzucht der auto
cratie eerst tot
waanzin geprikkeld
is. Naar mijn over
tuiging is de natio
nale opvoeding de
sterkste drijfveer
geweest tot 't ver
wekken van den
grooten oorlog. De
Duitsche school
meester heeft niet
alleen den slag bfj
Sedan gewonnen,
hfj heeft hem ook
veroorzaakt. Om
Internationale be
langen te dienen zal
de jeugd, niet van
n land maar van
alle landen in eene
geheel andere rich
ting moeten worden
geleid. Zal de vol
kenbond slagen,
dan is internatio
nale opvoeding een
eerste vereischte.
Wie de gevolgen
wil, moet ook de
oorzaken willen.
Van eene verwaar
loosde, verwende of
eenzijdig opgevoe
de jeugd zfjn geene
gezonde nationale
noch internationale
toestanden te ver
wachten, ook al
werd daartoe in de
schitterendste ver
gadering besloten.
Laat dus Wilsons
ideaal de
volkenbondzQn, ons ide
aal z|: verbetering
der internationale
van vermeerderde
geslacht.
Zonder verbeterde jeugd-verzorglng stuit
men, wanneer men zich de toepassing der
volkenbondsmaatregelen voorstelt, op tal
van bezwaren.
Zoo staan wij o.a. voor deze vraag:
Gesteld, dat Duitschland mettertijd de mis
dadiger was, die door de internationale
politie gestraft en bedwongen moest wor
den, zou Nederland als de naaste buur dan
in de eerste plaats zijn aangewezen om
den razenden stier bij de horens te pakken ?
Geen enkel land had zoo lang op de hulp
der bondgenooten te wachten en hulp van
België was voor ons onvertrouwbaar. Welke
eerlijke idealist zou zulk een vernietigend
initiatief van Nederland eischen? Wie zou
zich niet verongelijkt voelen op dezen
Urla-post? Wie zou niet, ontevreden over
deze verongelijking, lust govoelen om te
heulen met de rebellen?
Deze en dergelijke vragen, die zich in de
volkenbondsvoorstellingen aan mij opdrin
gen, draven mfj in verband met de begeerte
naar en de hoop op verwezenlijking van
Wilsons ideaal tot deze slotsom:
Wanneer alles, wat aan oorlogs-doeleinden
en anderen inproductieven arbeid zoowel
hier als in 't buitenland, vooral Duitschland,
besteed werd, bestemd wordt voor de op
voeding van het opkomend geslacht, voor
zfjn verzorging zelfs vór de geboorte,
onverschillig tot welken stand, kring of
nationaliteit 't behoort, wanneer deze zorg
de hoofd-strekking van den arbeid en den
hoofd-inhoud van de godsdienst bepaalt,
wanneer de eeuw van het kind" in waar
heid in vervulling komt, kan men een
blfjvenden vrede, kan men duurzaam ge
zonde nationale en Internationale toestanden
verwachten.
Dr. F. H C o E N i: N
DURE TIJDEN
Teekening voor,de Amsterdammer" van Oeorge van Raemdonck
*>^V< <a^J( -^c»**udUn«.i
't Geld vliegt zoo maat weg
betrekkingen ais gevolg
zorg voor 't toekomstig
held ontsloot van elk begrip hoe At groote
kunstenaar althans schept. De kunst wordt
verlaagd tot een potsenmakerij, een weerzin
wekkend gegoochel met cijfers en letters.
De Heer d.B. meent dan ook ter ontzenuwjng
van deze voor de hand liggende opmerking
te moeten aanvoeren (blz. 106): Men zal
wellicht beweren, dat het al te veel werk
zou zijn bij het opstellen van eenlg werk
niet alleen de woorden maar zelfs de letters
te tellen", om daarvan deze naieve verkla
ring te geven:
Maar wat doet men niet om zijn leven
te redden en we weten, dat EHsabeth van
een min of meer verdacht man placht te
zeggen dat zijn hoofd wat los op zijn romp
zat; dit bleek soms korten tijd daarna waar
te zfln." En bovendien, had Bacon niet een
veel eenvoudiger en tevens zekerder middel
om zijne aanspraken voor het nageslacht te
staven zonder de kans te loopen voor eeuwig
zijn roem aan een ander te moeten afstaan?
Het Is immers slechts een toeval geweest
dat 19e eeuwsche snuffelaars zijn geheim
hebben ontdekt; het had evengoed voor altijd
in de pagina's van de Follo-ultgave van 1623
verscholen kunnen blijven! Een zekerder,
maar bovenal een veel eenvoudiger middel,
dat den dichter niet dwong zijne diepste
gedachten te misvormen. Ik bedoel het maken
van een testament of verklaring in anderen
vorm, welk stuk niet voordat een aantal jaren
na zfjn dood was verloopen mocht worden
geopend. Zoo hij zich dan tevens zekerheids
halve had voorzien van een verklaring van
zijn strooman Shakespeare, of voor het geval
dat deze ongeluksvogel niet kon schrijven,
van een verklaring van vertrouwde vrienden
(b.v. de uitgevers der Folio-uitgave), dan
zouden wij nu niet een
Bacon-Sbakespearevraagstuk hebben ! Bacon zoude zijne dich
terlijke vrijheid hebben gehad om zonder
bijoogmerken te schrijven, en wij de zeker
heid van zijn auteurschap. Ik voor mij weiger
aan te nemen dat een schrijver zoo dwaas
zou kunnen zijn te meenen, dat hij te
geIfjker tijd en door hetzelfde middel zijne
aanspraken voor zijne tijdgenooten (en dat
in eene eeuw die de tijd van het geheim
schrift was', blz 05) zou kunnen ver bergen,
en voor het nageslacht openbaren en bewijzen
We behoeven echter geen illusies te koeste
ren ; de stroom van boeken en brochures die
moeten bewijzen dat Bacon Shakespeare is,
zal nog lang zijn drabbig water voortstuwen.
Een Nederlandsch wiskundige (dr. H. A. W.
Speekman, l rancls Bacon is William Shakes
peare, Arnhem, S. Gouda Quint 1916) heeft
nog onlangs becijferd dat Bacon de man is.
Mr. D. SPANJAARD
N.V. PAERELS
Meubileering M".
COMPLETE MEUBILEERING
-: BETIMMERINGEN
:
Rokln 128 Telef. 4541 N
~~H. STINIS
Haarlem - Kruisweg 23
TELEFOON 15O6
EXPORT IN TABAKSARTIKELEN NAAR
DE GEALLIEERDE STATEN
Vrachtaatomobielen
Wilt ge de transportkosten in Uw
bedrijf tot een minimum reduceeren,
koopt dan een
2 tons WHITE
Vrachtauto
het meest economische vervoermiddel.
n 2 tons WHITE" doet hetzelfde
werk als 2 menschen m*t 4 paarden
en 2 wagens, hetwelk wij met bewijzen
en attesten kunnen staven. Maakt Uwe
berekening.
FirmaGebr.NEFKENS,
Filiaal Amsterdam
26 Jac. Obrechtsfraat Tel. Z. 2507
Piano'sf Vleugels en
Kunstspelpiano's door Huur
in eigendom verkrijgbaar, mits in
drie jaar afbetaald.
Brieven No. 1431, Bureau van dit Blad
BONTMANTELS
STELLEN
OOK VERVORMEN
EN REPAREEREN
I. (UUR
Heerengracht 304/306
tei. 8O6o N A' d a m Ie'^?o6oj'f
Tramlijn ! en l. Uitstappen Halte St. Luciëfistttg