De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1919 6 december pagina 13

6 december 1919 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

6 Dec. '19. No 2215 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 DE STADSSCHOUWBURGKWESTIE teekenlng voor de Amsterdammer" van Joh. Braakenslek STADS SCHOUWBURG t'Hlf H«(Wl l «l1 '»? WimWtNi" n «H| \ Tellegen Kleerekoper Makkers staakt uw wild geraas ... .Vol verlangen klopt ons hart Wie de koek krijgt, wie de gard" Verkade Rovaards de Vries Musch Hevermans «IIIIIIIIIIIIIMMHIIIIIIIintlllllllHIIMIIIIIIMIIlltllllllIlIIIIII MÖSQUITÜDANGER 3e/cre Af ter -3S4? --m N J^J >*? .D*Min*n *'»nuusnn rm^an .ons'py ??aan nmn .ntrmon DN a1a"va3. 103 prnnnsnri T»3 ris? "Sa, tranno om trujirrn mncinno annw ^s n1? wuo *?ai O'aiiis . crnn rn-róx .nvsnn era artau moipon mnüj~>3 maNwna p man ci« 103 sron -a»*?y tai n*uïirr . U iprea-d by raosquiloea. Dont lel lK*m bit»yo». Screen your sïeeping-rooma orteds. Stop mosquitG "br eeding Mosqu&oes "êaimot breed withoutwaler in whichtheïr aggs grow and develop. Look toyour cteUrns ,w«tt3,Un es,wa&rbarpels^roof qulters cess*pools, empty tin . eins ind pl&ces whare wa.ts'* tnay coUecl Cover cisUrns wilK pumps orti^ht fitting Close mesh wips neïling or olherwise Cr*ude oil sprayed on w».ïer kilta the raosc^uito la.fva.6 - « To prevent rno-scjuilos , prev standing water . No HosauiTOES-No MALARIA ?^?>/- -;iii ?-«^/.êSö-.?^ & ?:^>$r^^rjy'-r-^ . * ->,, ? **KfJ ? - 'f . ? A , :j /-? / DE MUSKJETEN EN DE TAALSTRIJD Royal Auction Bridge Hieronder geef ik een spel, zooals dit voorkwam aan een tafeltje, waar ik laatst achterzat. S aag, vrouw, 9, 3, 2 H heer, 10, 8, 3, 2 R 7 K 7, 2 S heer, 10,8,7,6,4 Haas, vrouw, 7, 6 R K aas, boer, 9 Sinds een .jaar is hier werkzaam de American Zionist Medical Unit. Die wQ hier de Hadassah noemen. ZQ voeren onder anderen een feilen strQd tegen de malaria. Bijgaande prent is bestemd in grooten getale te worden aangeplakt. Maar ze heeft een geschiedenis. Misschien kunt ge op de repro ductie zien, dat de onderste strook is aan geplakt. Oorspronkelijk stond daarop, dat de prent was samengesteld voor het Engelsche Gezondheids-departement door de Amfrikaanache Commissie. Dat was beter met het oog op de Arabieren. Echter: de otficleele volgorde van de talen is Engelsen, Arabisch, Hebreeuwsch Op deze prent heeft inen, met prQzenswaardige neutraliteit, nu eens de eene, dan weer de andere taal bovenaan gezet. En vaak twee talen raast elkander. Maar in het groote middenstuk is de volgorde: Hebreeuwsch, Engelsen, Ara bisch. De Engelsche Regeering wilde niet, dat de prent aldus in haar naam werd aangeplakt. De Zionistische Unit wilde geen prent verspreiden, waarop het He breeuwsch achteraan kwam. Zoo werd de vermelding der Engelsche Regeering van de platen afgeknipt. Ze zQn nu geen oificleele stukken meer, en niet meer aan de wetten van het evenwicht der drie talen onderworpen. JACOB ISRAËL DE HAAN S 5 H 4, 5, 9 C R aas, heer, vrouw, 9, 5, 4, 3, 2 K, 3 D S boer H boer R boer, 10, 8, 6 K heer, vrouw, 10, 8, 6, 5, 4 Ik geef eerst den loop, die het bieden nam om daarna de verschillende fouten te bespreken. C had ditmaal gegeven. HQ annonceerde n ruiten, D twee klaveren, A twee sans aiout, B paste, eveneens deden C en D. B moet dus uitkomen. Door de sansatout annonce van A wist hij, dat deze gedekt was in klaveren, zelf kon hQ in het geheel geen steun bieden in die kleur en hij be sloot daarom uit te komen in harten. Deze slag werd door A genomen met harten vrouw. Na het openleggen van het spel van C komt A doch te laat tot de conclusie, hoe verkeerd hQ gedaan heeft door twee sarisatout te bieden. Er blijft hem niets anders over dan om schoppen te spelen. Hij speelde schoppen tien. B maakte daaruit m. i. terecht op, dat A geen ruiten had in een lange schoppen kleur, hQ «peelde de schoppen twee bij en deze slag werd door D met den boer genomen. D was nu aan slag, ruiten mocht hQ onder geen voor waarde spelen, want hQ moest er voor zorgen, dat de blinde niet aan slag kwam. HQ speelde dus klaveren heer; A liet die slag loopen en D kon niet anders doen dan klaveren naspelen. Daardoor kon A ten minste n zQn klaveren boer en later zijn klaveren aas maken. A was nu weer aan slag. HQ moest zien hoe de schoppen zaten en speelde dus schoppen heer, die door B met den aas werd genomen. B speelde daarop harten heer die A Het loopen, in de hoop, dat hQ nu mis schien nog twee harten kon maken, maar B speelde natuurlQk daarop harten tien en nu moest A die wel nemen met den aas. Hij speelde daarna nog eens schoppen en B maakte nu maar de slagen, die hQ maken kon o.l. twee harten en twee schoppen, zoodat B en D samen acht slagen maakten en 3 X 50 strafpunten boekten boven de lijn. A zeide: wat zat dat spel ongelukkig" en dat was nu wel zoo, maar hQ had het zich zelf op den hals gehaald. HQ had geen ruiten en het was daarom zeer gevaar lijk om in sansatout over te gaan. Het was waaghalzerij met de hoop, dat C nog wel een rentrant zou hebben, om zijn ruiten daarna te maken ; maar bovendien gaf de annonce van C volstrekt niet aan, dat hQ aas, heer en vrouw van die kleur had ; C was volkomen gefechtigd geweest in ruiten te annonceeren als hQ b.v. heer, vrouw boer met enkele lagere kaarten in die kleur had gehad en al zou hQ dan een rentrant in een andere kleur hebben gehad, dan zou er van zQn ruiten toch niets terecht gekomen zQn, tenzij de blinde ook voor de tweede maal aan slag had kunnen komen. Een ander maal waren de kaarten wel eenigszlns anders over het «pel verdeeld, maar de door mQ aangegeven verdeeling is toch ook volkomen geschikt voor mQn doel. C had* ook gegeven en annonceerde ook n ruiten, D bood twee klaveren, maar dit maal bood A twee kroonschoppen. & over woog wel of hQ nog in harten zou opbieden, maar hQ vond het toch wel wat al te zwak, terwQl hQ een mooie kans had om de schoppen annonce te doen verliezen. HQ had er ook wel over gedacht om de schoppen te doubleeren, maar was bang, dat in dat geval C weer in de ruiten zou overgaan en bovendien was het geen vrije doublure, op grond van die overwegingen paste hQ. Ook C paste en eveneens U. Wq zullen nu dit spel eens spelen en eens zien wat daarvan terecht komt. Om uit te komen, kende B de annonce van zfln partner in klaveren. HQ mocht niet anders doen dan met klaveren uitkomen, D wierp daarop de heer, die door A met den aas werd genomen en nu had A het groote geluk, dat de blinde renonce had in klaveren; hQ maakte daarvan een dankbaar gebruik en speelde onmiddel lijk klaveren na, nam die met schoppen vijf en kon daardoor de aas, en daarna de heer van ruiten spelen, waarop hQ n klaveren en n harten wegwierp. Die ruiten heer werd door B met troef genomen. B moet nu wel harten spelen die door A met de vrouw wordt genomen. Indien A nu de tien van schoppen speelt, maken B en D samen vijf trekken in schoppen en nog een hartenslag; Indien A den heer voorspeelt dan maken B en D samen vier trekken in schoppen en een harten slag. In dat laattte geval wordt de annonce van twee kroonschoppen door A gewonnen, maar laat ik er bQ zeggen door de buitengewoon gelukkige omstan digheid, dat C maar n klaveren had. Was dit niet het geval geweest, dan was er van de schoppenannonce ook niets terecht gekomen, wat men gemakkelijk kan zien, wanneer wQ b.v. een van de harten van C. verwisselen voor een klaveren. Ook wanneer B de gelukkige ingeving had ge had om met een kleine schoppen uit te komen zou het sptl glansrijk verloren zijn. In dit geval waar D twee klaveren had geannonceerd was dit echter niet aan gewezen. Ik heb in het vorenstaande aangegeven twee spellen, het opbieden zooals dat ge schied is en evenzoo het spelen van het spel met sansatout en met schoppen als troef. Ik wil nu aangeven, hoe ik mQ indenk, dat het bieden had moeten gaan. C heeft gegeven, hfj heeft aas, heer, vrouw, achtste van ruiten en verder geen haalbare slag; hQ moet dus beginnen met eene annonce van minstens twee ruiten. Zijn partner weet dan, dat hij behalve een zeer goede ruitenkaart heel weinig heeft. D heeft heer, vrouw, tien zevende in klaveren; boer, tien, vierde in ruiten en een singleton n in harten n in schoppen. Het voorzichtigste is ongetwQfeld om te passen. HQ overweegt echter dat C een zeer lange ruitenkaart heeft, hQ heeft er zelf vier. Hfj mag dus verwachten, dat de kansen groot zQn, dat zQn partner in ruiten f renonce heeft, f een singleton. Zelf heeft hij een singleton in schoppen en harten. Het is m. i. niet al te veel gewaagd om drie kla veren te annonceeren. A komt nu aan bod. HQ weet door de annonce van zijn partner, dat d e «e een zeer goede ruiten heeft, maar verder niet veel. De VELE GOEDE eigenschappen, die de FONGERS bezit en dat rijwiel normaal gebruik en behoorlijk onderhond een zeer langen levens duur verzekeren, ma ken het GOEDKOOP. De6roningBrliiwi8lBnfabrieki.FON6EIS Illlll Illlllllllllllllllllll IIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIII Illllllllllllllllll Wordt het spel met klaveren als troef gespeeld, dan bestaat er ongetwijfeld veel kans, dat de tegenpartij het spel zal verlie zen, terwijl in geen geval de manche kan worden gewonnen. . De schoppenkleur is echter lang, heer tien zesde. Op de hiervoren genoemde gronden acht ik het uitermate gevaarlijk om in sansatout over te gaan. Gezien echter de lange kleur in schoppen en het mooie bijspel in klaveren en harten zou ik er veel voor voelen op te bieden tot drie schoppen. B kan nu niet anders doen dan passen. Nu komt C weer aan bod. Hij kan niet den minsten steun geven in schoppen, zijn singleton in klaveren is van geen waarde, nu hij maar een troef je heeft; maar met de geannonceerde schoppenkleur van zQn part ner, die daarmede toch aangaf, dat hij een behoorlijk spel heeft en de singleton in klaveren, zou ik opbieden tot vier ruiten. Dit bieden is niet heelemaal ongevaarlQk, maar het wil den partner zeggen Ik kan in het geheel niet steunen in de door u ge annonceerde schoppenkleur" maar nu ik door uwe annonce weet, dat gij ook eenlge kracht in uw spel hebt, durf Ik het er op te wagen in ruiten tot vier slagen te bieden". Hierop passen D, A en B. Ook in het eerste geval, waarin A 2 sans atout bood, had C dat bod overnemen en had hij drie ruiten moeten bieden. WIJ zullen nu eens zien, wat het bod van vier ruiten voor resultaat heeft. D komt uit, hu heeft boer, tien, vierde van ruiten. Hij heeft daarin- een vaste slag en daarom moet hq niet trachten die troeven op renonce te maken. Gewoonlijk komt dat spelen op re nonce verkeerd uit. M.i. moet hij klaveren heer spelen. Die wordt door den blinde met den aas genomen. Het is voor C nu natuur lijk zaak om zelf zoo spoedig mogelijk aan trek te komen om de troeven er uit te slaan. Hfl speelt daarom klaveren na, neemt die in zijn eigen hand met troef en speelt daarna aas, heer en vrouw van ruiten. B heeft op den heer en vrouw van ruiten een harten en een schoppen bqgespeeld; daaruit waren dus voor C geen gevolgtrekkingen te maken. In het algemeen is het verkeerd om nog troef door te spelen, want het is wellicht mogelijk om den tegenspeler te noodzaken met dien hoogsten troef den boer te coupeeren en dan spaart men zulk een troef uit, maar in dit geval zou ik het toch wel doen om te zien welke kleur door B wordt weggegooid. Deze slag wordt door D ge nomen met den boer en B gooit nog een harten bij. Het lijkt mrj nu voor D aangewezen om schoppen boer te spelen. De schoppen annonce van A werd niet gesteund door C. Aan die zijde zijn dus geen hooge kaarten in die kleur te verwachten. HIJ speelt dus schoppen boer, A den heer, die door B met den aas wordt genomen. B weet nu dat n D n C renonce hebben in schoppen, hij kan geen harten spelen naar de aasvrouw van den blinde toe. Speelt hij schoppenvrouw, dan maakt hij den schoppen 10 uit den blinde vrij. Hij moet dus spelen een lage schoppen. C, die het spet van D niet kent, zal die slag zeker met troef nemen en harten naspelen. HQ zal in den blinde snijden en de vrouw opleggen, die door B met den heer wordt genomen. Wat C nu ook speelt, de overige slagen zQn voor D. Speelt hQ harten acht, dan moet D daarop de negen l'ggen. Speelt hij schop penvrouw dan wordt die door D met troef genomen en is de tien uit den blinde vrij geworden, speelt hQ weer een kleine schop pen, dan weet D nu, dat hij die in den blinde met den tien kan nemen. De eenlge manier om het spel te verliezen zou zijn, indien D de fout beging op zijn troeven uit de eigen hand de twee kleine harten uit den blinde weg te werpen, want dan kan C twee harten slagen maken en een schoppen slag, terwijl t ij n partner de ruitenboer maakt Had D nu eens niet de klaveren heer gespeeld, maar de schoppen boer of de harten boer, dan was in dit bij zondere geval het spel altfld verloren. Men ziet alweer geen regel zonder uitzondering. BRIDGER iiuiliiiiiimiiiiimniim iiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiliHiriintiiiiiiHiin Liedje Waar uit de zuivre kelken de zoete weemoed welt, waar in het weeke welken het gave leven smelt, Waar in de zware geuren zacht lokt de teere slaap, daar ligt in late kleuren een sluimerende knaap. De mane slaat hem gade, in nachten zonder klank en de aarde dringt haar wade behoedzaam om zQn blank. Zijn fijne ving'ren vouwen in kelk zich toe, als schroom de stille, witte vrouwen voorbijgaan in zijn droom. WOUTER HULST ij N L

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl