Historisch Archief 1877-1940
13 Dec. '19. No. 2216
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
TOURNOOIVELD
v»12.30 tot 2 uur M vin 7 uur tot 1.80
Restaurant-CaféLa Réserve"
Rembrandtplein 44 bij de Utrechtschestraat
ANSTERDAN
* Familie-Restaurant van den Eersten Rang
Zalen voor exrla Diners en Partijen
JAC. URLUS l
HAVANA
GAAR
15 van deze
BONS
onverschillig uit welk blad ge
knipt; geven recht op gratis
toezending van ten bus
E m r m cacao
Zendt 15 van deze bons met naam
en adres als brief aan de
E. P Amsterdam
Naam
Woonplaats
De Amsterdammer
Plano's, Vleugels en
Kunstspelniano's door Huur
in eigendom verkrijgbaar, mits in
drie jaar afbetaald.
Brieven No. 1431, Bureau van dit Blad
Dames* en
Heerenkleeding
U
Hoopalli
?14,'s-Gravenliage
5&BBBGBBB9BBBBBBBB
K
m EENIGE SPECIALITEIT Ma
Sf ? J§81
g| KRIMPVRIJËII
^ GEZONDHEIDS- a
l ONDERGOEDEREN|§
!?) Nederlandsch Fabrikaat tëB
r ~~-^
18 .,?TftlAf* vi il II
eeransc ariaat
'«TRlCOTHUlS
CTCrorv « n LJ A A i-i i r- n
rèa
1^81
0£4 """^ ? --? ^^ g j
nQ
Sg AMSTERDAM HAARLEM
5v> Reg. Sreestraat 35 Gr. Houtstraat J.
T^. .,^«0^ ,?.. TELEFOON 146a
.
TEL. NOORD 5O60.
llllllllllllllllMIIHIlllMNHIIMIIIIIIIIMIIIIIIIIItllllllllll ...... IHHIMIIHIlmilllNIIMIIIIIIIIMIIIIIIIIMIIIIIItllllllllllMllllflIII.
STARK'S OXYDOL" l
(CHLORAS- KALICUS TANDPASTA)
i Niiml. Venn. STARK & Co - Chemisch* Fabriek ,,'s-HABE", 's-6rmnhege |
FJORD-LEVERT R AAN
Prima Medicinale Noorsche Levertraan zonder vlschsmaak is
verkropbaar bij H H. Apothekers en Drogisten tot den prijs van
? 2.75 per halve Uterfleseh. Deze traan voldoet aan de eisenen
der Nederlandsche Pharmacopte en wordt gegarandferd door Dr.
J. BLOMBERG, Apotheker en scheikundige, Den Haag, Holland
Import: Handelsvereniging F J O R D", Den Haag.
Tot het bouwen van Villa's en Landhuizen zijn pracht i ge heuvel
achtige BOSCHTERREINEN te koop In HET OOSTERPARK
L
Lage prijzen, mooie wegen, gas,
ehctr. licht, water.
I.V. Maatschappij tot Exploit. van Het Doste ark
Di, j j SIOKMJINS & 0110 SCHÜU
Tel. Int. 38 & 48
J. S. MEUWSEH
HOFLEVERANCIER
0f»cfom - Jtoftemfam
Uldtihmtr. 4, Dimrak 73 - MontHrap S
0. DMltutr. 10, Dimitr. l ? Boyniiitraat l
*
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIHIIimt IHIIII[lllllinilllllllllllllllllllllllll
DE VIOOLSPELER
DOOR
TH. PALTE
Een vreemde legende hoorde ik eens; die
wil ik u verhalen.
Er leefde eens heel lang geleden een man,
die zijn brood verdiende met langs de wegen
viool te spelen. Een wonderlijk man moet
bij geweest zijn; de menschen noemden
hem den gekken muzikant, maar ik geloof
veel eerder, dat h| was een kunstenaar bij
Oods genade, wien het gegeven was zijn
rijke ziel uit te zingen op zQn viool. Maar
dat was het juist, wat de meesten niet be
grepen. Een mensch is immers zoo gewoon
zoo weinig mogelijk van zQn eigenlijke ziel te
toonen, dat het voor een ander zoo heel
lastig wordt de taal daarvan te verstaan.
Een forsche, nog jonge man was hQ, maar
zQn gelaat had iets ongewoon ernstigs voor
zijn leeftijd en zijn oogen waren de
droomerige oogen van den dichter, die meer
het onwerkelijke dan het werkelijke zien.
' Nooit had hQ in zijn leven iets anders ge
leerd dan vioolspelen; voor elk ander werk
stonden de handen hem veikeerd HQ heeft
zijn leven verdroomd" zeiden de menschen,
nooit zal hij in staat zijn iets nuttigs te
doen". Maar wie zal nu zeggen, waarom
het nuttiger is zQn leven lang te spitten of
te graven, dan langs deq weg viool te spelen.
HIJ moest wel van hun aalmoezen leven,
die zij hem schonken meer uit medelijden,
dan omdat zij om zQn spel iets gaven. In
concertzalen kon hij niet optreden, want die
waren er nog c iet en het zou ook de vraag
geweest zijn, of men zijn spel daar zou
gewaardeerd hebben, want het liet zich niet
binden door regels van structuur of wat
ook: het was slechts de on gebonden, zuivere
uiting van zijn gevoel en stemmingen in
hartstochtelijk bruisende, broos teere of diep
melancholieke klanken. Van hem zelf wlat
men eigenlijk weinig af. Hfj was zoo heel
anders dan andere menschen. Hij gaf vaak
zulke zonderlinge antwoorden, die niemand
begreep. Daarom ging niemand graag met
hem om en liet men hem meest links liggen.
Een enkele maal zag men, dat hij het ge
zelschap van anderen zocht. Dan was het
of zijn eenzaamheid hem drukte. Maar lang
had dat nooit geduurd; spoedig liep hQ
weer alleen langs de wegen en dan zag
men een droevigen trek om zijn mond en
schenen zijn oogen te vragen, hoe het toch
kwam, dat hij zoo anders was dan anderen;
waarom hij zoo tot eenzaamheid gedoemd
was. Maar n gezellin had hij steeds, voor
wie hij zijn gansene ziel ontsloot en die
hem zoo volkomen begreep en dat was zijn
viool. Was het wonder, dat hSJ die lltf had
met een eerbiedige bijna bovenaardsche
liefde ?
Wonderlijk en vreemd was zijn spel en
de vogels werden vaak stil bQ het hooren
van die tonen, maar de menschen vonden
het zoo grillig en vaak zoo somber; zQ
BROEKMANS
POPPEL
Baerlestraat
Amsterdam
Specialiteit
Mederne
Fransche
Russische
Italiaansche
Alleenvertegenwoordiging der firma J. W. CHESTCR
te Londen en van de Monde Musical te Parlis
fi. SINEHUS
AttSTEtBAH
TEUFSON IL StU
HEWÖEH
Vraagt prijsopgave van
Cognac
Hennessy'
aan
Wijnhandelaren,
ZWOLLE,
nu iiiiiniiiiiiiiiiiiiii
Nederl. Munt
Holland»moest
Sigaar
hielden meer van een vroolQk w ij s je, dat ze
konden meeneurlën. Eens had men hem ge
vraagd te spelen op de bruiloft van een
jongen boer en een aardig boerinnetje en
hij had het, hoewel met tegenzin, gedaan.
Een polka had hQ ingezet met zoo'n gloed
en kracht, dat zelfs de oudsten hun beenen
niet hadden kunnen bedwingen. ZQ hadden
zich vijftig jaar jonger gevoeld door die
bezielde melodie. Oude lang vergeten ge
waande beelden waren hu a voor de oogen
gekomen uit den tijd, toen het leven hun
nog alles beloofde en met een jeugdigen
blos op de gerimpelde wangen hadden zjj
zich in het dansgewoel der jongeren ge
stort. Steeds bezlelder en hartstochtelQker
werd het spel, maar plotseling scheen het
te haperen; een andere melodie Het zich
hooren, eerst schuchter, toen dringender,
een sombere, grillige melodie, die In 't ge
heel geen muziek was, om op te dansen.
De gasten hielden op met rond draaien en
keken den speelman verwonderd aan. Daar
Het zich nog even het oude thema hooren;
eenige jongeren grepen elkaar reeds vast,
om den dans weer te beginnen. Maar dadelijk
overheerschte w«r die andere sombere mu
ziek, die geen dansmuziek was. De men
schen haalden de schouders op en zochten
misnoegd hun plaatsen weer op. Enkelen
trachtten hem.aan 't verstand te brengen,
dat men zulke muziek hier niet verlangde,
doch hQ scheen doof en blind voor zQn
geheele omgeving. Zijn oogen staarden over
allen heen in de verte en zijn ooren hoor
den niets, behalve zijn eigen muziek. Ver
legen keken bruid en bruigom elkaar aan;
wat deed men ook op een bruiloft den
gekken muzikant te vragen. Daar was Im
mers Kolo, de schaapherder, die op zQn
fluit alle bekende danswQsjes zoo goed in
de maat kon spelen. En de vader van de
bruid zond snel om Kolo, hopende dat deze
den gang weer zou brengen in de
bruiloflspartfl, die dreigde in het water te vallen.
Nog steeds speelde de violist zijn vreemde
fantasieën, maar eindelijk werd het ge
mompel zoo sterk, dat hQ tot de werke
lijkheid terugkeerde. Verbaasd keek hij om
zich heen, bracht toen de hand aan zijn
voorhoofd en scheen zich te herinneren: Ja,
hij was op een bruiloft en moest er dans
muziek spelen. Daar kwam Kolo reeds aan
en men beduidde hem maar heen te gaan.
Verlegen pakte hQ zQn viool In, een sombere
glimlach was er om zijn lippen gekomen:
Ja, men had gelQk, wat deed men hem te
vragen op een bruiloftspartij, hij was immers
geen gewoon mensch, hij, de gekke muzi
kant; zoo iemand liet men 't best aan zich
zelf over l
Op die bruiloft was het gebeurd, dat Alda,
de mooie dochter van den rijkst en boer uit
den omtrek, hem-voor het eerst van nabij
zag en toen zij hem gekeken had in zQn
door zijn kunst bezielde oogen, dacht zQ,
dat er niets mooiers, niets heerlij kers op de
wereld kon bestaan dan die oogen. ZQ had
haar blik niet van hem kunnen afwenden en
zQ wilde niet dansen, ofschoon de jongelui
zich verdrongen om met de mooie Alda het
feest te openen. En zij had het niet opge
merkt, dat zQn muziek zoo vreemd werd en
dat allen ophielden met dansen. ZQ zag niets
behalve hem en zQ kon zich niets heerlijkers
voorstellen dan altfjd te mogen kijken in zQn
oogen. En toen hij zQn viool inpakte, met
dien somberen glimlach op de lippen, had
zQ moeite, om niet in tranen uit te barsten
om zQn droefheid die zQ wist, ofschoon zQ
haar niet begreep. ZQ voelde, zQ moest hem
troosten en zij was hem nageloopen in het
donkere boscb, waarheen hij gevlucht was,
om zijn smart te verjagen. Toen zij hem
ingehaald had, was zQ als bij ingeving be
gonnen te spreken over zijn kunst en zQ
sprak over dingen, die zQ gemeend had te
hooren in zijn muziek, omdat z| die gelezen
had op zQn gelaat. HQ was innig gelukkig
geweest eindelijk iemand gevonden te heb
ben, die hem blijkbaar zoo goed begreep.
En hij had het niet kunnen helpen in dien
zwoelen zomernacht, dat hQ haar hoofdje
tusschen zijn handen genomen had en haar
mooi gelaat bedekt had met kusssen. En zij
bekende hem, dat zij hem lief had en hem
overal wilde volgen. Heel eerlijk was hij
toen geweest. Wist zij wel wat zQ opgaf,
zij het mooiste, rijkste meisje uit de streek,
door zich te verbinden met hem, den gek
ken muzikant? Want dat moest zQ wel
weten, de mooie Alda, dat hQ geen mensch
was als andere menschen en dat het een
vloek kon zQn, hem Hef te hebben. Maar
Alda verlangde alleen maar In zQn nabij
heid te mogen leven. Al het andere was
haar onverschillig. Toen was hij gezwicht
en zij waren naar een verre strek getrok
ken, om den toorn van haar familie te ont
gaan en zQ bouwden daar hun huisje en
eenigen tQd leefde zQ gelukkig. In den eer
sten tijd van hun geluk had hQ zelfs zQn
viool laten liggen, maar heel lang kon hQ
die toch niet missen. Spoedig nam hQ haar
weer ter hand en speelde als van ouds. En
toen was het gekomen, dat Alda jaloersch
werd op zijn viool, want zij bemerkte, dat
deze toch altijd zijn grootste vertrouweling
bleef, aan wie hij alle geheimen van zQn
ziel meedeelde, terwijl zij alleen maar van
de buitenste kringen van zijn bestaan af
wist. Was hij wel eens verdrietig en vroeg
zQ hem de oorzaak van zijn verdriet, dan
antwoordde hij, dat zij dat toch niet begrij
pen kon en hij nam zijn viool onder den
arm en liep tot diep in het bosch en zong
daar zijn verdriet uit. Eens vertelde zQ hem
van haar afgunst op dat instrument, omdat
dat alles van hem wist en zQ zoo weinig,
maar toen schertste hQ er over heen: Hoe
kon zQ nu jaloersch zQn op een viool, op
een levenloos ding. Maar dat laatste meende
hQ eigenlijk zelf niet, want had een ander
zijn viool een dood ding genoemd, dan zou
hij stellig boos geworden zQn.
Haar jaloezie echter groeide en groeide
en eens, toen hQ 's middags weer met zQn
viool het bosch was ingegaan en haar den
ganschen nacht alleen had gelaten met haar
verlangen naar hem en haar wassenden
DEN HAAG
WARMOND
PADOX
HOUTBOUW
IDQIKIAAN 65
DCNHAM
LEVERT DE/VERLANCD IN ZEER KORTEN
TUD ALLE HOUTCONSTRUCTIE./'
AL/
?"" YLIEGTÜICHALLEN ""
TENTOON/TELLINC/BOUW
VCHOOLCEBOUWEN
ZIEKENHUIZEN
' CATALOCU/ OP AANVRAAG
toorn, toen had zij in groote drift na zijn
thuiskomst stil zijn viool gegrepen en in
jaloersche opwinding in het vuur geworpen.
Pas, toen het onherstelbare gedaan was,
kwam zij tot bezinning. Wat had zij gedaan?
Zou niet «l oo r deze daad al zijn liefde voor
haar gedood zijn? Vol vrees bekende zij
hem den volgenden dag. Sprakeloos van
ontzetting hoorde hij haar aan; hij stond
als aan den grond genageld en in zijn oogen
kwam iets, dat zQ er nooit in gezien had
en waarvoor zij heel bang werd en vluchten
wilde; maar in woeste wanhoop om zijn
verlies grepen zijn vingers haar bij de teere
hals en toen zQ loslieten was het te laat
geweest. Hij, die nooit een levend wezen
kwaad had gedaan, was een moordenaar ge
worden, omdat men de hand geslagen had,aan
zijn dierbaar instrument. HQ wendde zich
om en liep weg, ver weg van de plaats van
de misdaad. Dagen en dagen zwierf hij door
de bosschen; berouw om zijn daad voelde
hij niet, alleen maar een grenzelooze bitter
heid tegenover haar, die hij toch eens had
liefgehad; dat zQ hem dat had kunnen aan
doen, dat zelfs zij hem zoo weinig had be
grepen. Hoe lang hij zoo bijna wezenloos
rondzwierf, hij zou het zelf niet hebben
kunnen zeggen. Eindelijk ontwaakte hQ uit
die wezen loosheid en vatte het plan op te
trachten zich een nieuwe viool te bouwen.
Nooit zou deze weliswaar voor hem kunnen
zijn, wat de oude geweest was, maar zoo
had het leven geen waarde voor hem.
Maanden en maanden weikte hQ; hQ was
tot in de kleinste bijzonderheden op de
hoogte van den bouw van zijn
llevelingsinstrument, hij wist, welk hout voor zijn
doel het meest geschikt was, welke welving
de bladen behoefden, om een schoonen klark
te verzekeren. Koortsachtig arbeidde hQ : hij
gunde zich bijna geen slaap; hQ dacht aan
niets, behalve aan zijn werk, dat de voltooiing
naderde. Een sierlijk instrument werd het
en misschien zou het in staat zijn, hem zijn
oude viool eens te doen vergeten. Eindelijk
was zijn arbeid zoo ver gevorderd, dat hQ
met bevende vingers de snaren kon spannen.
Toen bracht hQ de viool aan zijn kin en liet
in ademlooze verwachting de strijkstok over
de snaren gaan. Maar vreeselfjk was zijn
teleurstelling, hij was slechts in staat een
magere, schrille klank eruit tevoorschijn te
brengen. Nog eens en nog tens beproefde hij
zijn maaksel, maar met hetzelfde gevolg.
Wanhopig Het hij zijn armen zakken en zette
zich moedeloos neer op den grond. In belde
handen hield hQ zijn viool, terwijl hij zich
in diep gepeins verloor.
Maanden had hQ ingespannen gewerkt,
zonder aan iets te denken en in dien tijd
was hij toch al wel heel veel van zijn nieuw
instrument gaan houden. En nu bleek het
een mislukking; wanhopig was zijn teleur
stelling. Toch kon hQ niet over zich ver
krijgen zijn werk te vernietigen, daarvoor
had hij het te lief gekregen. Moed, om het
nog eens te beproeven, had hQ niet en
trouwens, zou het hem iets baten ? Al zfln
zorg en kennis had hQ er aan besteed, hij
kon zelfs niet gissen, welke fout hQ
gemaakt kon hebben. En plotseling schoot
hem een gedachte door het hoofd: Zou
het misschien aan hemzelf liggen; zou er
iets in hem veranderd zijn, dat hem belette
te spelen, als weleer? Voor het eerst na al
die maanden dacht hij aan zQn misdaad,
aan hetgeen hij jegens haar en zQ jegens
hem misdreven had. Wat leek dat alles nu
oneindig ver verwijderden vreemd, hij dacht
nu niet meer met bitterheid aan haar. Het
was toch cigenlQk heel goed te begrQpcn,
SPAAH8OH, EHOELSOH,
FRAHSOH, OUITSOH a t o.
Borlltz-School
Hoof onaf moM 481 - M. 328B
Prict. Onderw(|s door bulteol, leeriren
dat z| jaloersch was geworden; het was
Immers zoo, dat hQ het beste van zQn ziel
nooit aan haar had gegeven en dat moest
voor zfln eigen vrouw toch wel heel ellendig
geweest zijn. O, hQ kon het zich nu zoo
goed begrijpen. Maar dan was zQn daad
toch al heel on gerecht geweest. En plotseling
vervulde een onuitsprekelijke behoefte aan
vergeving zijn ziel. Alda, Alda, vergeef mQ"
stamelde hQ.
Lang nog bleef hij in nadenken verzonken.
Eindelijk vatte hQ zijn werkmes; hij zou
zijn mislukt werk hier achterlaten in het
bosch, maar iets had hQ nog vergeten: hQ
kon niet nalaten zijn naam te griffen in den
binnenkant van zQn viool, zooals immers
alle vioolbouwers deden. Voor hem was zQn
werk weliswaar mislukt, maar misschien
zou een ander in staat zQn er uit Ie halen,
wat hQ niet vermocht. HQ kon zQn doel
echter niet bereiken, zonder op enkele
plaatsen de s-vormige gleuven in het boven
blad te verwijden. Met groote omzichtigheid
volbracht hQ dit werk, alsof er aan zijn ar
beid nog iets bedorven kon worden. En
intusEchen dacht hQ steeds aan haar, die
?hem eens zoo had liefgehad en vreemd, de
letters, die hQ in gedachten in het hout
sneed, vormden haar naam. Hij bemerkte
het pas, toen het gedaan was. Zonderling
werd het hem toen te moede; het was hem
of door die onwillekeurige daad van liefde
zij hem alles vergeven had. Werklulgelijk
bracht hQ voor het laatst de viool aan zijn
kin, om haar nog eenmaal te beproeven.
En toen gebeurde er een wonder: vol en
rijk was de klank, die thans uit zijn instru
ment opklonk; dat was weer zQn oude glan
zende toon. In opgewonden vertukking,
sprakeloos van verbazing luisterde hQ naar
het heerlijke geluid. Was dat het gevolg
van die kleine verandering van zijn viool,
of zat de verandering in hem zelf? Wie zal
het zeggen? Maar dat was zeker, dat het
het beste was, wat hem na zQn wanhopige
teleurstelling kon overkomen en zijn
dichteroogen staarden dankbaar in de verte...
Toen hoorde hQ zingende menschen na
deren. HQ liet zijn viool zakken en van
achter een boom keek hQ naar een stoet,
die naderde. Het waren eenige wagens, op
gestapeld met goud geel koren en daarom
heen vroolQk zingende boeren en boerinnen
met bloemen in de hand en in het haar.
De paarden hadden kransen met eikenloof
om de hals, want het was de laatste vracht
van den rijken oogst, die binnen gehaald
werd. Met heerlijk gouden gloed bescheen
de ondergaande zon dit kleurig tooneel.
Vlak achter den laa'tsten wagen liepen een
jonge boer en boerin, die niet meezongen,
maar er toch nog bijna stralender uitzagen
dan de rest. Het was duidelijk, dat zQ elkaar
slechts zagen en voor niets anders oog
hadden. Lang bleef de blik van den muzikant
op dit paar gevestigd en in diep nadenken
staarde hQ hen na. Het was misschien on
dankbaar, maar hQ kon het niet helpen, dat
om zQn mond weer die droeve trek gekomen
was om het noodlot, dat hem anders ge
maakt had dan die andeien.
Toen stietf het zingen in de verte weg
en hQ nam zijn viool en speelde...