Historisch Archief 1877-1940
11 f l
? J..LU.J.J i.o.i. (".U-U..j j-' >.u 11 -i *
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
20 Maart '20. No. 2230
OUDE LIEFDE
Teekening voor de Amsterdammer" van Jordaan
Er, der Herrllchste von Allen. .1"
?IMHIIIIMIIIIIItlHIIIIIIIIIItllllHflllllllllllllllllllllllllllllllllllHlimilllllllll
neer men het gemiddelde loon wil regele»
?aar de kosten van een grooter gezin) om
zQn doel te bereiken een belastingaftrek
moeten toepassen die zoo buiten alle ver
houding tot het loon staat dat dit practisch
nimmer uitvoerbaar zal zQn. Ook wQ .voelen"
het meest voor het absolute gezinsloon.
Maar de nuchtere praktik houdt geen reke
ning met ons gevoel. Een eenvoudige
bcsomming wijst aan dat men langs dezen
weg nimmer den al te zwaren druk van
bet gezin zal kunnen afnemen. Men zal
nimmer op een loon van b. v. ?3000. een
belasting kunnen gaan heffen van ? 1000,?.
Toch zal, wanneer een ongehuwde ?2000,
loon ontvangt en een gezin met zes kinderen
uit hetzelfde milieu ?3000,?de
bestaansiiiiiiiiimitiiiiiiiiiitiiii
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitn
Op aanvraag zenden wij
gratis onzen grooten
6EÏLLUSTRCEROEN
CATALOGUS
Ten gerieve onzer expeditie, gelieve men
vooral den naam van dit blad te vermelden
DE BIJENKORF
AMSTERDAM
i intimi lummii
V1ZIOEN VAN SIRIUS
(fragment uit het dtrde deel van Sirius
en Siderius")
Het gedruisch op straat bleef aanhouden,
en nam toe teegen bet bleeken van den
dageraad.
Toen had Sirius een helder en angstwek
kend visioen. Het moet maar kort geduurd
nebben, want vooraf zag hq al het vale,
strenge daglicht achter de zware gordijnen,
en hoorde hQ een enkel vbogelkQn buiten
schuchter ijilpen. En toen kwam het.
Een hoog, ontzaglijk vertrek, een koepel
vol zwaar en Qzlg-helder licht. De koepel
spanten steegen met een angstig stoute wel
ving naar het zenlth op, ooveral schuifelden
zachte, beschroomde voeten, en midden in,
midden in het harde, koude,
kwaadaardigscherpe licht zag Sirius eea geweldige kaerel
zitten.
Het was een in leelQke vent, maar niet
ruig of ruuw, geen naakte barbaar, geen
bergreus of wildeman maar een nette,
welgekleede meneer, met lakschoenen en
witte slobkousen, met een glimmende hooge
hoed en een wit vest met zware gouden
borlogeketting. Hf had sterke, lange
grijpbanden, waaraan veel juweel-ringen fonkel
den, zoodat Sirius verblind werd en den
schavuit niet in het gelaat kon kfjken.
Maar dat het een schavuit was, dat wist
hQ al eer hfj opkeek.
Langen tQd weifelde Sirius en als hfj zich
inspande om maar eren den schurk in het
gelaat te zien, dan voelde hfj een heftige
weerstand in den nek, waardoor zQn rug
geboogeo bleef, en hQ kon van den leelQkert
niets waarneemen als een onrustig schom
melend been, dat oover de knie was geslagen.
Rondom klonk nu jutch-geruisch, heilroepen
en vereerend gemompel en het onderbeen
met lakschoen en slobkous schommelde
heftiger. Toen brak Sirius den ban en hfj
zag den kaerel in het gelaat. Het been hield
stil. Het gelaat was niet oud en niet ruig
of woest. Het was zorgvuldig geschooren en
bad vaste, scherpe trekken. De kin was groot
en zwaar, het hoofdhaar was gemilimeeterd,
de oogen waren onbestemd van kleur en hun
blik was hard koud en valsch. De mond
had bleeke, dunne lippen en daarachter
kwamen tanden met veel goud te
voorschQn. HQ was wat vrouwen een mooyen
man noemen en had het gezicht van iemand
mogelijkheid voor den eerste nog veel gun
stiger zin dan voor bedoeld gezin.
Bovendien werkt men aldus op zeer on
gelukkige wij ie de duurte" in de hand
waar het gezin dan weer het meeste van te
Uden heeft. De levensstandaard in eiken kring
wordt In groote mate bepaald door de loonen
Het maakt in de praktijk een groot verschil of
het algemeen loon eener groep f 2000.?is en
alleen hoofden van grootere gezinnen
doorverhooglngen kunnen stQgen tot/3000.
dan wei of eenieder/3000.?ontvangt, ook
ai wordt dan van ongehuwden enz, een
zware belasting geheven. Ten siotte zal
gezien de verhoudingen in dezen die
zware belasting dan van het overgroote
deel moeten worden geheven; men zou dan
dus den belastingdruk op zeer ondemocra
tische wijze gaan verleggen. Maar wQ her
halen : nimmer zal men deze belastingaftrek
zoo kunnen regelen dat de groote gezinnen
in de beoogde verhouding tot kleinere ge
zinnen en ongehuwde komen te staan, welke
voor hun bestaan noodig is.
Op deze bestaansmogelijkheid legt vooral
de tweede groep sterken nadruk, die de
invoering van gezinsloon vraagt. Sterker
nog: zQ stelt voorop dat het een recht van
ieder mensch is om, wanneer hij dat wenscht,
een gezin te kunnen vormen.
De staat, de gemeenschap of ook de
particulier -r- b| wie h| in dienst is en die
dus voor hem verantwoordelijk is heeft niet
het recht hem dit onmogeUk te maken. Dat
dit thans geschiedt kan niet worden ont
kend. Men vrage slechts na bQ arbeiders,
ambtenaren enz. en men zal in korten tijd
schrQnende bewijzen krijgen van den
moreelen druk waaronder bij de vigeerende loon
en salarisregelingen talloozen gebukt gaan;
van den dwang tot kinderbeperking, en tot
een tegennatuurlijk leven. De positieëischen
die geslaagd is in een groot misdrijf en
zich nu toch niet zeeker voelt.
Wat kom je doen?" vroeg de Groote
Bedrieger.
Sirius kon even niet spreeken, hfj rilde en
moest zich met inspanning vermannen; toen
bedaarde het in hem en h| sprak kalm:
Ik kom jou vangen".
De ander lachte luid op.
Goed zool", riep hij, en waarmee?"
Met deezen lasso" zei Sirius, en hQ be
merkte, dat hl] in zfjn hand een lange op
gerolde leederen riem hield, zooals de
koedrQvers die gebruiken in het verre Westen.
Best l", zei de Ander, waarvan is die
gemaakt ?"
Van Vreugde en Geloof" zei Sirius.
De Ander lachte weer uitbundig:
Ja" zei Sirius, met rustigen ernst, en
als ik je gevangen heb, dan sluit Ik je in
een gouden kooi op wielen, en dan moog
je mee bij mijn intocht, vlak achter mijn
witte paard".
Je bent zeer vermakelijk", zei de Bedrie
ger. Maar hij huiverde toch wat, en trok
zij n zware, purperroode, fluweelen, met wit
bont gezoomden mantel in groote plooyen
oorer zijn schouders. Het was hermelijn
bont, met zwarte staartjes, koooings-bont.
Let nu eens op" zei het monster, en hij
wenkte met zfjn gouden staf. Die staf was
een scepter, met een gouden handje, met
twee opgestooken vingers als in eede. Maar
onder dat gouden handje bungelde een
groene beurs met goudstukken. Het zwoer
op de geldzak.
Op den wenk vloogen vreemde voogels
ijverig af en aan, grauwe kraayen, ra ven en
bruine fladder-beesten. ZQ gingen op hoofd
en schouders van den Bedrieger zitten, hem
berichten brengend of met zijn opdracht
weer wegvliegend.
Toen hoorde Sirius het beschroomde
voetgeschuifel naderbij koomen en hij zag hoe
rondom in den hel verlichten koepel wach
tenden stonden.
Daar kreegen ze bevel te naderen en een
groote kreet van hulde en blijdschap galmde
door de ruimte.
Eerst kwamen vrouwen aantrlppelen, met
hoog getoorend kapsel, met listiglfjk b
lootgelaten hals, met volle boezems, wijde heu
pen, korte rokjes met kant, doorschijnende
witte mouwen, doorschijnende zwarte kou
sen, en puntige schoenen met hooge hakken.
ZQ lachten en lonkten en deeden beschroomd
VRAAGT
GRATIS TOtlEHOIIG
AAN
"VAN DER HOOP's
MEUBELBEWARINGEN TRANSPORT MIJ.
AMSTERDAM
levestigd:
TELEFOON
PROSPECTUS
h. Trompstraat
2195 ZUID
worden opgedreven door de ongehuwden
en kinderloozen omdat zQ het gros voimen.
De gezinnen delven onderspit in dezen
wedstrijd". Nog eens: men ga slechts
objectief op onderzot k uit; de feiten
spreken een taal die aan duidelijk
heid niets te wenschen overlaat. Hier wordt
het eerste en voornaamste recht van lederen
mensch geschonden, en bovendien een der
voornaamste belangen van den staat geschaad,
De tQd van het absolute geiinsloon is voorbij.
men eischt relatief gezinsloon om bedoeld
recht te handhaven. Een grondsalaris worde
ieder gegeven, dat voldoende is om aan alle
billjke eischen die ieder stellen mag te
voldoen. DaarbQ komen dan (behalve andere
verhoogingen die ook thans worden toege
kend) verhdbgingen b| huwelijk en per kind.
Ziehier het principe in onsland sedert eenige
jaren door de Nederlandsche Vereeniging
van Ouders en Gezinshoofden voorgestaan.
In den laatsten tijd is hiertegen een scherpe
oppositie ten tooneele verschenen, voor
namelijk van feministen en socialisten. Hierbij
praat men echter gedeeltelijk langs elkaar
heen en wordt het principe van gezinsloon
onjuist of onvolledig weergegeven. Het adres
van de Feministische Partij b.v. verwerpt
gezinsloon als zijnde loon naar behoeften:
voorts ziet zij daarin een bevoorrechting
van enkele categorlën boven het overige
deel der bevolking: om ten siotte inplaats
daarvan z.g.n. Moederschapszorg" aan te
bevelen.
Deze in ons land nog nieuwe vorm van
.gezinszorg" vormt de derde door mQ
hierboven bedoeida soort. Wij willen de
tegenwerpingen tegen gezinsloon kort na
gaan om dan ia een volgend artikel onze
bedenkingen tegen de voorgestelde Moeder
schapszorg" niteen te zetten.
Bfl de veroordeeling van gezinsloon stelt
men loon naar behoefte" tegenover loon
naar prestatie" of ook loon naar arbeid".
Op de eerste jaarvergadering der Vereeniging
van Staatsburgeressen is deze zaak bespro
ken en door eenige spreeksters betoogd dat
alleen loon naar prestatie goed en recht
vaardig is. In het adres der Fem. Partij is
zeer typeerend de veroordeeling van
salarieering naar behoefte niet gemotiveerd.
In bedoelde vergadering (ik volg het verslag
in dit blad van 3 Jan. 1920) geschiedde dat
o.a. op grond van deze overwegingen dat
die behoeften slechts kunnen zijn vermeden
behoeften, dat stijging en daling van het
loon onmogelijk is in te voeren met ver
meerdering en vermindering van behoeften
en dat op deze wijze zQ die minder be
hoeften hebben de anderen dreigen te ver
dringen. De arbeid z| dus maatstaf niet
de arbeider; gelQk loon voor gelijken arbeid
zij de leuze.
iiHiiiiliiiiiiittiiiiiiiiiiiiiiiiiimuittiiiiiiiiiiiiiiiiiitfiMiiiiiiiimiiiiiiiiiiii
N.V. PAERELS
Meubileering Mu.
COMPLETE MEUBILEERING
-c BETIMMERINGEN
Rokln 128 Telef. 4541 l
en preutsch, en boogen voor den snooden
kaerel, die hem met genoegelQke zelf-vol
doening en een smakelijk lippen-smakken
liet naderen. Toen sloeg hl] zfjn
hermelfjnmantel oopen en noodde er een met (rossig
geel haar en dikke armen om bQ hem een
schuilplaats te zoeken. T rotsen en trlomfant
kroop de gevraagde onder den mantel en
lachte hoonend de andere vrouwen uit, die
verbleekten van nijd, maar toch boogen tot
den voet-kus.
Toen kwamen de heeren, de rijken met
hun bont-jassen en weldoorvoede buiken,
hun diamanten ringen en dikke portefeuilles.
Zq boogen voor den bedrieger en knip
oogden teegen hem. Daarna voerden zij de
vrouwen ten dans en speelden eenwulpsch
dans-spel, met hoekige beweegingen en
knieinzakkingen, bij brutaal vleyende, hartstoch
telijke strijkmuziek. Toen kwamen de staats
lieden in rijke uniformen, geheel bedekt met
rinkelende ridderorden. Ook zij boogen
correct en statig. Samen met hen kwamen
de generaals en het was een en al goud en
galon wat men zag. Eerst na de generaals
kwamen de erfelijke keizers, keizerinnen,
koonlngen en kooninginnen, prinsen, vorsten,
hertoogen, graven en baronnen en zfj
gingen allen eerbiedig tot den Grooten
Snoodaard en boogen voor hem de knie.
En eindelijk kwamen de priesters, de Paus
met zfjn kardinalen en de bisschoppen en
abten en dominees. ZQ kwamen vol waar
digheid en een weinig weifelend en langzaam.
Maar de snoode kaerel glimlachte nu
vriendelijker dan ooit. Hij kwam een weinig
naar vooren en stak mintaam de hand uit.
En allen kusten die hand en werden door
een schouderklop en een groenen buldel
beloond. Men zag de goudstukken door de
mazen. *
Wat zeg je nou?" vroeg de Snoode aan
Sirius.
En die dan daarbuiten ? vroeg Sirius
terug.
Want daarbuiten woelde en golfde een
groote meenigte in duisternis. Digtbfj de
vensters en poorten zag men hun bleeke
gezichten grel bescheenen door 't
electrische licht in de groote zaal. ZQ keeken
hunkerend naar binnen, half in bewondering,
half in bittere afgunst.
Die daar?" zei de Bedrieger, wel die
komen binnen als ze mijn macht erkennen.
En ook niet allen, want daarvoor is geen
plaats. Enkel de giadsten, de slimsten en
Terstond blijkt hoeveel misverstand hier
heerscht; gezinsloon" beteekent heelemaal
niet dat men als principe van alle toon
regeling vooropzet: loon naar behoefte. Ner
gens zal men dat in de publicaties van de
Ned- Ver. van Ouders en Gezinshoofden
kunnen vinden. De arbeid die gepresteerd
wordt zal steeds een belangrQke factor blfjven
bQ de bepaling van het loon. Vandaar ver
schillende loonschalen voor verschillende
groepen van personen. Maar en dat is
bet groote verschil dit kan nimmer de
eenige factor zijn, en Is ook thans niet de
eenige factor. Voor de overheid reeds lang
doch ook voor den particulieren werk
gever steeds meer behoort het koopen
van menschelflken arbeid als koopwaar
tot het verleden. In de plaats daarvan is
getreden een doelbewuste en planmatige
regeling der dienstvoorwaarden met erken
ning van de plichten en behoeften van gees
telijken en stoffelQken aard van den werk
nemer als mensch. Laten zij die zoo luide
het principe van loon naar prestatie als het
eenige juiste en rechtvaardige verdedigen
eens eerlijk nagaan waartoe de algeheeie
toepassing van dtt beginsel reeds thans zou
moeten leiden. De alom vigeerende rege
lingen die in den ouderhoudszorg van den
ambtenaar voorzien bij ziekte, ter recreatie
(vacantie) bij opheffing van werkkring (wacht
geld) bfj invaliditeit en ouderdom (pensioen
ook voor weduwen en weezen) ja zelf» bij
zwangerschap der ambtenares, zfj zijn alle
in flagranten strijd met bedoeld principe.
Eischt men ook daarvan de afschaffing?
Immers neen men beschouwt ze algemeen
veeleer als verbiedende verschijnselen van
een beteren tQd, een juister sociale voorzorg
van den werkgever, hetzij staat, hetzij par
ticulier. Een regeling alleen gebaseerd op
loon naar arbeid (gesteld al dat men ten
allen tijde den arbeid rechtvaardig zou kunnen
taxeeren en dus een ambteta r die een
geheelen dag luiert ook niet evenveel geeft
als zQn collega die onafgebroken hard werkt)
is in deze maatscbappQ niet door te voeren,
zou tot de schromelQkste onrechtvaardig
heden moeten leiden, Uitnemende maat
regelen die in de laatste jaren in het belang
der volkswelvaart genomen zijn zou men
moedwillig moeten prijsgeven. Nog eens
niemand denkt daaraan. Maar het doet dan
toch wel wat heel naïef aan bfl bedoelde
tegenstanders het principe van loon (ge
deeltelijk) naarbehoefte zonder meer te zien
verwerpen als onbillijk en onrechtvaardig.
Het bestaat goddank overal.
Wat de voorstanders van gezinsloon nu
vragen is dat men bij de bepaling van het
loon naast de factor loon naar arbeid", de
tweede, reeds bestaande faktor loon naar
behoefte" aanpasse aan de veranderde tijds
omstandigheden.
Meer niet. ZQ erkennen als de meest
fundamenteeie der plichten en behoeften van
den werknemer, waarmede dus de werkgever
in de allereerste plaats rekening heeft te
houden, het recht op, en de plicht tot ge
zinsvorming. Derhalve is de voornaamste
der dienstvoorwaarden: de mogel(kheid tot
gezinsvorming en gezinsonderhoud. Deze
grondvoorwaarde wordt als zoodanig erkend
door eiken deskundige in dezen, zoowel uit
zuiver materialistische motieven door b.v.
Marx (in zijn Lohnarbeit und Kapital" en
zijn Lohn, Preis und Profil") en v.d.Goes
(?De Arbeidskracht") als op geestelijke
«ronden zooals b.v. in de Encycliek R er u m
Novarum. Tegenstanders dezer regeling
moeten dus aantoonen of dat de
gezinsmogelQkheid geen hoofdvoorwaarde of
zelfs voorwaarde is, of dat deze regeling
niet beter maar slechter aan die hoofdvoor
waarde voldoet. Wat het eerste betreft: in
dien er mochten wezen die dit zouden willen
ontkennen, dan meenen w| dat ons uitgangs
punt zoozeer verschilt dat verdere discussie
toch nimmer tot meer overeenstemming zal
kunnen leiden. Maar laten zQ dan ook nim
mer (zooals thans zonder uitzondering ge
schiedt) bij het opstellen hunner eischen om
loonsverhooglng in de allereerste plaats zich
beroepen op den nood der gezinnen l! Wat
het tweede betreft wij vertrouwen dat
een korte bespreking van de voorgestelde
UUIIIIIHIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIMIIIinlIIIIIIIIIIIIIIIII
ook de allerdomsten. ZQ moeten voor me
buigen uit slimheid of uit domheid. De
eigenwijze middelsoort kan Ik niet ge
bruiken".
Je bent toch voor de haayen, kaerel l"
zei Sirius. Dacht je die allen daar buiten
te houden en hen baas te blQven ? Nee
hoor. Je gaat er aan!"
En nQ zwierde met zfjn lasso booren het
hoofd, zoodat het gierde door de gansche
zaal. Maar alle vrouwen, heeren, diplomaten,
generaals, kooningtn en priesters begonnen
luid hoera! hoera t te roepen en tn hun
handen te klappen, zoodat het gieren werd
overstemd.
Ga je gang maar!" zei de Snoode. Ze
zQn toch veel te slap en te slaafs."
En alle aanbidders en hoera-roepers
vormden een grooten kring, waardoor Sirius
niet heen kon dringen. De reuzen-gestalte
van den Bedrieger kwam booven alles uit,
maar buiten Sirius' bereik. Het bleeke
hoonende gelaat knikte tegen Sirius met
valsche zelf-voldoening.
Ik heb wat nieuws bedacht, Sirius! een
prachtig vuurwerk, dan krijgen die daar
buiten ook wat te zien. Het gaat oover de
heele waereld. Schitterend wordt het.
Schoon van kleuren en geuren. Let maar
eens op."
Toen nam de leelQkert een zwart ding
uit de zak van een van rfjn generaals, het
geleek een kleine bleiflesch, en de generaal
deed wat onthutst en bedremmeld. Maar de
Snoode geneerde zich niet en keilde het
zwarte ding door een oopen venster naar
buiten. Nog eenige minuuten en toen volgde
een heevige korte ontploffing, zoodat de
gansche zaal trilde en schudde en de gor
dijnen hoog opwoeien. Daarbuiten volgde
nu een geweldig gekraak, geratel en ge
donder, terwijl aan alle zijden
vuurigeboogIfnen met gesis en geraas langs den heemel
werden getrokken. Vuurpijlen reezen
ruischend omhoog, met rood, groen, blauwen
geel vuur.
Ze ontploften, spatten uiteen en lieten met
zacht gepaf een reegen van kleurig lichtende
tranen neerzfjgen. Het knetteren, kraken en
donderen nam zóó toe, dat er niet te spreeken
vlei. Maar de groote bedrieger zat wel vol
daan te kijken en wees telkens met zQn
bejuweelde hand naar elk nieuw en onver
wacht vuurverschfjnsel.
Maar toen werd het erger, en al de prinsen
en pootentaten, die tot nu toe gejuicht hadden
DADAÏST
Als een doodgewone snuiter
Als een melkboer of drogist
Gaan de oogjes 's morgens open
Van den bleeken Dadaïst.
Eerst de sokjens aangeschoten
Dan een slokje chocola...
Zoo alleen en zonder bijval
Denkt de knaap niet aan Dada.
Met zijn doorgerookte vingers
Jeukt hij in zijn kappershaar,
Met zijn verzen-spuwend mondje
Geeuwt hij als een ambtenaar.
Na er niemand naar hem luistert
Dien hij overbluffen kan,
Is hij weer het zoetje ventje
En de soepjes-jongeman.
Heelemaal niet Dadaïstisch
Praat hij met zijn huisjaffroaw,
En bekent haar dat hij gaarne
Weer eens zuurkool eten zou.
Plotseling schiet hem te binnen
Da, da, didel, dom, da dal"
En hij krijgt 't weer te pakken
Fal, de, ri, re, ? al, de ra l"
Onweerstaanbaar wordt de aandrang
Naar een druk bezocht café,
Om weer even uit te spreken
Al zijn: Da, da, di, del, dcf'
Nee, hij kan 't niet meer torschen
. Al die da-da-poëzij
En hij gaat reclame maken
Met wat kunst-aanstellerij.
Maris is een reuze-niks-naks
Israëls een klodderaar,
Querido een prullen-schrijver
Mengelberg een lammelaar.
Met zijn ooren ziet hij klanken
Met zijn oogen hoort hij kleur,
Met zijn lippen spreekt hij lijnen
Met zijn handen proeft hij geur.
Brullend jammert hij zijn verzen
Dynamiet en bessenvla",
Kreunend zakt hij in elkander
Hij is Meerenberg-da-da.
J. H. SPEENHOFF
DEVO
Gourtfjo Sigaar
FABRIKANT!
N. V. DIEVENBACH's
?olL «larufabrtek ffTREBHT
itllllllllllllltllllllllllllllllllllllllHlllltllllllllllllllllllllllllllllllllllll Wit»
Moederschapszorg duidelijk zal kunnen ma
ken dat niet deze gezinszorg maar allee*
geiinsloon ons het beoogde doel naderbQ
kan brengen. Wij zullen das tevens de ge
legenheid hebben eenige andere bezwaren
die tegen gezinsloon worden ingebracht, te
weerleggen.
Dr. C. P. G u N N l N G
en gezongen, verstomden en keeken bezorgd
naar buiten. Want een geweldige, dreigende
rookmassa rolde in dikke wollige ballen va»
ver af naar den troon des Euvelen toe. En
een giftige stank begon zich door de zaal
te verspreiden. Ooveral zag men gezichten
bleeker worden, maar de Bedrieger lachte
hard en hatelijk en riep: Lekker vindenl
Alles lekker vinden! Heerlfjk ruikt het, heer
lijk t" En al de vrouwen, vorsten en machtigen
riepen uit al hun macht: Lekkerl Heerlijk!"
Maar onderwijl zag Sirius hoe ze bij dozijnen
tegelijk bezwijmden.
Het vuurwerk werd stiller, het geraas werd
enkel gesis en geknetter, maar met een ver
vaarlijk loeyend en gierend gerucht kwam
een onstuimige storm-zee op het paleis des
booten af. Als een hcoge wal kwam zQ aan,
en haar kleur was donkerrood, terwijl de
toppen der golven bekroond waren met
lichtroze schuim. Een bloedzee was het, en
allen zagen het schrikkelijk opbruischen en
uitspreiden der bloed-golven die een lauwe,
walgelijke damp uitzonden. Nu begonnen
de vrouwen luid te gillen en het hoera-geroep
verstomde.
Nu ga je er aan!" riep Sirius.
Nog lang niet, jochie!" riep de Snoode
Reus. Het begon er toch wel ongunstig uit
te zien. Het bloed stroomde de paleisdeuren
binnen en bedekte de vloeren meerdere
voeten hoog De aanbidders schreeuwden
van angst en ze greepen elkander vast om
niet meegesleurd te worden.
Mantels en kroonen, portefeuilles met
bankpapler, hypotheeken en dividenden
alles werd door de roode vloed meegespoeld
en ooverstelpt. Nu trachtte Sirius door te
dringen tot den Geweldige, om hem de
lasso oover het hoofd te slaan. Maar de
groote kaerel riep: Volhouden l" en begon
een hoonend lied te zingen, waaraan alle
zijn volgelingen meedeeden. Sirius gooide
den lasso, maar hij kon hem niet ver ge
noeg krijgen, want de vijand haalde een
reusachtige schaar voor den dag, een
couponschaar. Daarop stond het woord suggestie"
en daarmee knipte hij een groot stuk van
den lasso af. Een schaterend hinnikend ge
lach deed Sirius ontwaken.
Hef was nu scheemering, daarbuiten op
straat was het nog leevcndlg. Sirius hoorde
nog het schaterlachen en het gezongen lied.
FREDERIK VAN EEDEN