Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
24 April '20. No. 2235
HEEMSKERK'S REVOLUTIE-WETGEVING
Teekening voor \,de Amsterdammer" van Jordaan
^?^
J?
A v' //
<i ?" x i
J
u s >'
\ \tt
M i^ 'J
k-. ,V
IIIIIMIIIIIIMIIIIIIIIMII
De Verkeersagent
Illllllllllllllllllllllllltlllllillllllllllllllll
Een en ander kan natuurlijk niet in een
handomdraai bereikt worden, oprechte en
aanhoudende toewijding zijn daarvoor noodig.
Het eerste punt zal het moeilijkste zijn; im
mers de kas is leeg, en men moet toch de amb
tenaren, de politie, enz. blijven betalen, anders
kunnen deze hun werk ook niet verrichten.
Hetjzal echter absoluut noodzakelijk zijn om
tot zeer belangrijke bezuinigingen in uitgaven
te komen, en verhoogingen van loonen of
kosten-berekeningen niet toe te staan dan
in dringende gevallen; immers anders zullen
die verdere uitgaven toch tot nieuwe weder
verder gaande Entwertung" leiden, waardoor
de schijnbare vermeerdering toch tot niets
wordt..terug gebracht.
Met den meest ernstigen en krachtigen wil
moet Oostenrijk dus eerst die twee wijzi
gingen ter hand nemen ; doet het dit niet,
dan is de toestand reddeloos ; het buitenland
zal Oostenrijk dan niet willen, maar^iok niet
kunnen helpen,; de inwoners, de steden,
het geheele land zullen dan eenvoudig kapot
gaan. Het zal diep te betreuren zijn, maar het
heeft geen verder nut dan over wijziging van
den toestand te overleggen.
Aannemende dus, dat die twee wijzigingen
met allen ernst worden ter hand genomen,dan
kan men nader het herstel van het muntwezen
ter hand nemen.
Dan moet men zich realiseeren, dat Oosten
rijk thans eene uitgifte heeft van ongeveer
62 milliard aan zeer entwertete" papieren
kronen, in biljetten en tegoed in rekening
Courant bij de O. H. Bank en dat het noodig
heeft eene rekenings-eenheid en waardemeter
met volle intrinsieke waarde voor verreke
ning met het buitenland. Die twee staan
zóó ver van elkander af, dat zij als twee
geheel afzonderlijke grootheden beschouwd
moeten worden. Er valt niet aan te denken
die twee tot elkander te brengen, alvorens de
toestanden, waaruit de eerste ontstonden,
en de tweede alsnog kunnen ontstaan, zeer
veranderd zijn ; en hiervoor is noodig veel tijd
en veel werk.
Als grondslag voor het toekomstige munt
wezen zal men dus moeten aanvaarden die
in omloop zijnde papieren kroon, en daar
naast eene eenheid voor verrekening met het
buitenland, welke ik gemakshalve met den
naam van export-kroon" zou willen betitelen.
Op deze laatste kon ik nader terug.
Indien de uitgifte van papier-kronen niet
verder opgevoerd wordt, zal deze geldsoort
vermoedelijk zijn laagste punt bereikt hebben ;
de papieren kroon zal dan eene iets standvas
tiger waarde in het land kunnen verkrijgen,
en voor binnenlandsch betaalmiddel ook ver
der benut kunnen worden, oederen-prijzen,
loonen, huren, spoorwegtarieven, zullen zich
dan geleidelijk kunnen aanpassen aan die
nieuwe waarde, natuurlijk met dien verstande,
dat deze in een veelvoud van papieren kronen
tegenover de vroegere werkelijke
goudkroon genoteerd zullen zijn. Oostenrijk zal
dan van zelf een nieuw muntstelsel verkregen
hebben, steunende niet op eenige wettelijke
regeling, doch alleen op de praktijk.
De depreciatie van de papieren kroon
tegenover de vroegere kroon zal dan in
den regel niet zoo onbillijk behoeven te zijn,
omdat de tegenwaarde dan gegeven zal zijn
óf op gelijken voet, óf tegenover een veelvoud
van kronen
Dit laatste mag ik wel even verduidelijken.
Op gelijken voet bijv. de schuldbrieven van
staat en Gemeente van de laatste jaren;
bij die uitgifte ontvingen Staat of Gemeenten
een aantal kronen, die op dat oogenblik reeds
gedepreciëerd waren ; rente-betaling en af
lossing dier stukken behoeft dus in geen andere
waarde dan in papieren kronen te geschieden.
Een veelvoud van kronen daarentegen zullen
N.V. PAERELS
Meubileering Mu.
COMPLETE MEUBILEERINQ
-: BETIMMERINGEN
:
Rokin 128 Telef. 4541 H
ifiiimffiiiiimiiifiiificiiiifHHiiiiiiiiHiififfffrfftifmiiuifmiHiiiiHffuiiH
verkrijgen degenen, die hun arbeid slechts
tegen een verhoogd bedrag in kronen hebben
verbonden, of die hunne goederen van de hand
hebben gezet tegen een hooger aantal kronen
dan waarvoor zij dit vroeger gedaan zouden
hebben. Slachtoffers zullen zijn zij, die voor
hun arbeid niet meer kronen konden eischen,
gepensionneerden, en crediteuren, die hunne
vorderingen niet in goudkronen geldend
kunnen maken.
N:, Indien de toestanden in Oostenrijk wat meer
tot rust zullen zijn gekomen, zal dat teveel aan
kronen-biljetten vermoedelijk op betrekkelijk
eenvoudige wijze kunnen weggewerkt worden.
Ontegenzeggelijk worden vele biljetten
vastgehouden zonder dienst te doen als
circulatiemiddel; voora! in het verarmde
Oostenrijk zal eene .zoo groote circulatie niet
noodig zijn, zelfs in die gedeprecieerde bil
jetten. Zoodra zich dus eene gelegenheid voor
doet om die biljetten in betaling te geven,
zal van die gelegenheid stellig gebruik gemaakt
worden.
De tijdens den oorlog uitgegeven schuld
brieven zullen zoo spoedig mogelijk
geamortiseerd moeten worden, ten einde dien druk
voor den Staat weg te nemen. Om tot die
amortisatie te komen, zal de Regeering zware
belastingen moeten heffen van de inwoners,
misschien wel eenige heffing van het kapitaal.
Die heffingen kunnen voldaan worden, hetzij
door afgifte van Kriegs-Anleihe-stukken, het
zij door betaling in gedeprecieerde kronen.
In beide gevallen zal de betaler dier stukken
welbeschouwd niet verarmen ; immers als
Staatsburger van den oorlog gevoerd hebbenden
Staat heeft hij feitelijk reeds zijn aandeel
in die Staatsschuld gekregen op het oogenblik
van de uitgifte dier leening ; indien de Staats
burger zijn balans van bezittingen en ver
plichtingen volkomen juist had willen op
maken, dan zou hij onder zijne schulden
reeds hebben moeten opnemen hetgeen hij
in afzienbaren tijd aan den fiscus zou moeten
afdragen als zijn aandeel in de amortisatie van
die niet-productief aangewende
oorlogsleeningen ; als hij zelf eigenaar van die
oorlogsobligatiën gev/orden was, zou hij inderdaad
voorzichtig" gehandeld hebben die ten
beloope van zijn quota pars in de amortisatie
als bons van vernietiging te boeken, en dus
als reserve te houden als middel van betaling
van zijn aandeel in de te amortisecren
oorlogs-schuld.
. Voor iemand, die zijne balans in deze rich
ting reeds juist zou hebben opgemaakt, zou
dus die extra-belasting betaling of afgifte
van kapitaal feitelijk .geen verandering in
zijn vermogen hebben gebracht ; voor hem
zou slechts een nadeel kunnen zijn, dat hij
zijne voorhanden kasgelden, of zijne nog
voor leening geschikte obligatiën, zou moeten
afgeven, waardoor zijne ruimte van beweging
in geldelijken zin zou worden ingekrompen.
In ieder geval zal stellig een belangrijk
bedrag der uitgegeven kronen-biljetten langs
dezen weg in handen van den Staat kunnen
komen, die ze terug stort bij de
OostenrijkschHongaarsche Bank tot aflossing van zijne
schulden aan de circulatiebank. Die amor
tisatie van oorlogs-schuld en de terugbrenging
van vele der kronen-biljetten bij de
Oostenrijksch-Hongaarsche Bank zou althans de
balansen n van den Staat, n van de cir
culatiebank, n van velen der Staatsburgers
zeer kunnen verbeteren door het tegen elkaar
doen wegvallen van activa en passiva, welke
deze balansen hadden geïnfleerd, en daardoor
aan dezen een onwaren schijn hadden ge
schonken.
iiiiiiiliiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiimiiiiiiimMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMMmii
miiiMHHiiiiiiiiii iitiiiiiiiniiiiiiiiiiiiciilii
OELOF AITROEN
Kalverstraat 1
- Opgericht 1850
TELEFOON 658 N
Paarlen, Brillanten
Goud, Zilver en Horloges
Uitsluitend eerste kwaliteit
Het zal stellig zijn nut hebben, dat menige
balans op die wijze tot zijne juiste
proportiën zal worden terug gebracht, en dat ge
realiseerd wordt welke verliezen de oorlog
ten slotte aan de particulieren als burgers
van den Staat heeft gebracht.
t Na eene dergelijke Sanierung zal het bedrag
aan! uitstaande biljetten der circulatiebank
reeds aanmerkelijk geslonken zijn. Er zal
dan echter nog een belangrijk bedrag blijven
berusten jn handen van personen, die niet
verplicht zijn bij te dragen in de
amortiseering van de oorlogs-schuld ; onder deze per
sonen zijn vooral te rekenen bezitters in het
buitenland. De biljetten, die naar het buiten
land zijn gegaan, hebben natuurlijk voor het
grootste gedeelte gediend voor betalingen
van leveringen door het buitenland ; die schuld
aan het buitenland moet dus eerlijk voldaan
worden; dat de tegenwoordige houder der
biljetten niet de leverancier der goederen
zal zijn, doet niet ter zake, omdat dan toch
de leverantie aüeen mogelijk is geweest door
verhandelbaarheid dier biljetten in het
buitenland.
Die biljetten zullen op den duur het herstel
van het muntwezen in Oostenrijk zeer be
lemmeren, daar zij het herstel van de kroon
op de internationale geldmarkt zullen tegen
houden. Niet alleen het fatsoen, doch ook het
belang van Oostenrijk zullen dus medebrengen
om die biljetten tegen eenig equivalent naar
de kassen der ostenrijksch-Hongaarsche
Bank te trekken.
Dit zou kunnen geschieden door ze op te
roepen ter inwisseling tegen afgifte eener
lang-loopende leening, bijv. met eene amor
tisatie in 60jaren entegen een lagen rentevoet,
bijv. 2 J %. Daar de biljetten geen ren te d ragen,
zullen" houders allicht geneigd zijn deze
tegen eene verhandelbare Staats-obligatie
in te ruilen. Die Staats-obligatie zou moeten
betaalbaar gesteld worden voor rente en af
lossing in dezelfde papier-kronen, of in de
toekomst in de nieuwe geldsoort, welke voor
de papierkronen in de plaats mocht komen,
en dan natuurlijk in dezelfde verhouding
waarin die papier-kronen in de nieuwe geld
soort zouden worden omgewisseld. Voor den
Oostenrijkschen Staat zal dan geen
ongnnstigerpositie geschapen worden, behalve zijne toe
zegging om 21% rente jaarlijks te vergoeden ;
en de Sanierung van het muntwezen en van
de buljetten-circulatie zal stellig dit offer
waard zijn.
De kronen-biljetten, welke aldus uit het
buitenland naar Oostenrijk zullen terugvloeien,
moeten dan door den Staat wederwm gestort
worden bij de Oostenrijksch-Hongaarsche
Bank tot verdere vermindering van zijn
debet.
Bij die teruglevering van biljetten uit het
buitenland kan Oostenrijk natuurlijk voorde
onaangename ervaring komen te staan, dat
biljetten, die tot Steuerflucht hebben gediend,
door den Staat gehonoreerd zullen worden.
Daaraan zal evenwel niets te doen zijn ; de
welgelukte Steuerflucht was toch reeds een
feit geworden, waartegenover de Staat toch
machteloos staat, indien hij zich niet in het
land zelf op andere wijze op den
Steuervluchteling zal kunnen verhalen.
Er bestaat een groote kans, zoo niet bijna
de zekerheid, dat de emissie der
kronenbiljetten van de Oostenrijksch-Hongaarsche
Bank langs die verschillende wegen zeer zal
inkrimpen ; indien de vorderingen der Oosten
rijksch-Hongaarsche Bank op den Staat ten
bedrage van 43 milliard kronen (balans
Oostenrijksch-Hongaarsche Bank 15 November
1919) zouden zijn terug betaald uit de uit
gifte dier 2.',% 60- jarigen obligatiën, zouden
de dadelijk'opvraagbare obligo's
der-Oostenrijksch-Hongaarsche Bank van (M) milliard
ook tot ongeveer 18 müliard zijn terug
geloopen. Natuurlijk zou alleen om die reden
de kroon weder zeer in waarde zijn gestegen,
en daarmede het crediet van Oostenrijk reeds
worden verbeterd.
Nadat een en ander volbracht zal zijn, en
Oostenrijk door hard werken zich weder ten
deele zal hersteld hebben van deze inzinking,
zou in overweging te nemen zijn of de papieren
kroon geheel ingetrokken zou kunnen worden
tegen eene nieuwe geldeenheid op volle
intrinsieke waarde in eene verhouding als
dan billijk en praktisch zal blijken ; als voor
beeld noem ik slechts eene verhouding van
drie papier-kronen tegen n nieuwe geldeen
heid ter waarde van den ouden goud-kroon.
De middelen voor die conversie zouden dan
te vinden zijn ten deele door eene leening,
welke Oostenrijk mogelijk weder zou kunnen
sluiten door zijn verbeterd crediet, en ten
deele door medewerking van de nieuwe
circulatiebank, waarover ik hieronder zal
spreken.
Nog een delicaat punt moet ik hier even
MET MARS
Van de verre Mars-bewoners
Vangen we berichten op.
Zeker sturen ze die teekens
Ons niet zoo maar voor de mop.
Wat ze ons berichten willen
Zoekt Marconi voor ons uit.
Hij verstrekt ons de verklaring
Wat dat seinen wel beduidt.
Letten ze met groote kijkers
Op ons mieren en gewroet"?
Zullen zij ons eens vertellen
Hoe het mcnschdom leven moet?
Seint de bond van keukenmeisjes
Willen worden afgehaald"
Hier nog voorraad, komen over"
Als de reis maar wordt betaald"
Laai een bankinstelling weten
Dat ze zaken wil gaan doen :
Dat ze de Zaandamsche leening
Overneemt voor een millioen.
Schrijft een Marsche politieker
Ons misschien een soort van brief
Jullie revolutionairen"
'?Noemen wij conservatief"
Hier op Mars" seint weer een ander
Zijn we allen millionair"
Blijft dus vechten voor uw rechten"
Wij zijn met je solidair!"
Komt naar Mars toe, aardbewoners"
Roept een huizen-eigenaar
In de Pieter Jacob dwarsstraat"
Heb ik zeven panden klaar"
Plotseling werd er een einde
Aan de seinen-reeks gemaakt
---En het laatste der berichten
Was:
Personeel aan seindienst staakt!"
J. H. S P E E N H O F F
iiiiimiiMiiiiiiii .....
DEVO
Geurige Sigaar
FABRIKANTE
N. V. DIEVENBACH's
Holl. Sigarenffbriek UTRECHT
iimiiiiiimmi'"" ..... iiinniniiiiiinilii ..... iHiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiimiil""
aanroeren. De oude Staatsleningen, de hy
pothecaire obligatiën, enz. van Oostenrijk,
hadden indertijd een zeer goeden roep, zij
werden grifweg in groote getalen door het
buitenland opgenomen. In het vredes-verdrag
is bepaald, dat deze schulden aan houders
in Entente-landen op den duur in goud-waarde
moeten voldaan worden. Het zou het crediet
van Oostenrijk zeer ten goede komen, indien
ook elders deze verplichtingen op den duur
weder op de oude basis werden nagekomen.
Zouden die definitief in papier-kronen betaal
baar zijn, en ten slotte op den voet van
papier-kronen in eene nieuwe munteenheid
geconverteerd worden, dan zou in het
oog van beleggers dit een vlek op Oosten
rijk blijven. De beleggers, waaronder vele
weezen, weeshuizen, liefdadigheids-stichtingen,
spaarbanken, hebben die indertijd op goud
waarde gekocht, n betaald op grond van het
onbeperkte vertrouwen in de soliditeit en
fairheid van den Oostenrijkschen schuldenaar.
(Wordt vervolgd)
iiiiiiiiiiiiiiiiiiinii
1789?1918
DE VORST
Opmerkelijk is het verschil tusschen 1789
en 15)18 in de verhouding van vorst en revo
lutie. Na den grooten oorlog beginnen Rusland
en Duitscnland met de verdrijving van den
koning. Tsaar Nikolaas is bij het eerste
gerucht heengegaan en de revolutie in
Duitschland is eigenlijk pas begonnen, toenmenzich
tegen Wilhelm II richtte. Zelden is een vorst
met stiller trom uitgeknepen dan deze laatste
Hohenzollern. De man van het groote la
waai, die door schetterende redevoeringen
en kletterende sabels zoo vaak de aandacht
op zich vestigde, die zoo graag paradeerde
als de verpersoonlijking van het Duitschland
na 1871, zooals hij het zag : militair sterken
zichzelf bewonderend om de grootheid van
zijn industrie, dit symbool móest vallen met
die militaire macht en economische luister.
Het lijkt ons even van zelf sprekend als
de val van den Tsaar, den autocraat, aan wiens
stelsel, misschien ook aan wiens persoon de
ellende en de ontevredenheid in Rusland
moest worden geweten. Dat was de fout van
de revolutie van 1905, dat men vertrouwde
op vadertje Tsaar", totdat van uit zijn
paleis de geweren op die vertrouwende
menigte werden gericht. Te laat, de reactie
had gezegevierd en kon, door dat vertrouwen
in den vorst, de volgende jaren het
regeeringssysteem zijn oude kracht hergeven. Een nieuwe
revolutie profiteerde van deze ervaring en
begon met den Tsaar zelf, om aan allen duide
lijk te maken, dat met het oude was gebroken.
Thans kunnen velen met deernis vervuld
zijn over zijn dood, zou er iemand nog aan
de mogelijkheid van terugkeer der
Romanofs gelooven? En in Duitschland? Sterk
wordt daar weer met de keizervereering
gepropageerd, krachtig zal daar nog de
iliiiiiiilmiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiliiiiiiiit'11111111
eerbied voor Wilhelm zelf leven, die immers
vereering was van eigen grootheid en voor
wat zoo sterk bij alle Duitschers schijnt:
militaire eigenliefde, zou het werkelijk nog
eens mogelijk zijn, dat de keizer uit zijn
ballingschap terugkeert? Het zou een te
verschrikkelijke reactie zijn, dan dat ik het
menschdom ertoe in staat acht.
Wij vinden dezen snellen val der Romanofs
en Hohenzollerns vanzelfsprekend. Toch leert
ons de geschiedenis der Fransche Revolutie
geheel het tegengestelde. In alle opzichten.
Was ook daar niet, ja nog meer, den koning
het zinnebeeld van het ancien régime",
dat culmineerde in de absolute macht vanden
vorst en de gehechtheid aan de overgeleverde
privileges. Geen enkel voorrecht zóó oud en
zoo traditioneel als dat van den vorst om over
zijn onderdanen vrij te beschikken ; van hem
alle macht, die hij niet om verstandelijke
overwegingen, maar door ods willekeur
bezit. Stel daartegenover hoe onvolkomen
zelfs Wilhelm I! de verpersoonlijking was
van het regeringssysteem en de cultuur van
Duitschland en Pruisen vóór 1914. En toch
moest de laatste verdwijnen vóór dat het
nieuwe gevestigd kon worden, terwijl Lode
wijk XVI bijna vier jaar lang zich heeft
staande gehouden temidden der revolutie.
Frappanter nog : de drager van de groote
macht 'in het 18e eeuwsche Frankrijk, dat
zinnebeeld van het ancien régime" was
een onbeteekenend mensen, die in goede
noch in kwaden zin vee! van zich had laten
spreken. De goedige, weinig bekwame koning
slotenmaker had hoogstens ergernis gewekt
doordat hij de man was van Marie Antoinette.
De populariteit, die hij zich verworven had
door Turgot tot minister te nemen, was reeds
lang verdwenen. Lodewijk hield zich op den
achtergrond, men kende hem niet en dat was
juist we! het allerergste verwijt: iedereen
verlangde naar daden van hervorming en
de koning deed niets. Heeft daarentegen niet
Wilhelm II den indruk gevestigd, dat hij
energie bezat (de brieven van Willy" aan
Nicky" wajcn toen nog iv.et bekend!) en
dat hij veel gedaan heeft in de richting waarin
ieder meende, dat Uuitschland groot was?
De keizervereering gold niet allén de kroon,
ook de persoon van den keizer stond bij de
massa tioog aangeschreven. Lodewijk was
onschuldiger, maar ook minder beteekenend
dan zijn lotgenoot in de 19e eeuw! En toch,de
laatste verdwijnt zonder eenig wapenge
kletter, waarin hij anders zoo'n held was, en
de eerste blijft aan, hoewel hij heelemaal
geen held was en brengt het zelfs in dien strijd
met het volk nog tot een voor hem on
egrijpelijkenpersoonli j ken moed en stand vastigheid.
,,Les idees marchent"! Er ligt een eeuw tus
schen hun beider val en dat verklaart alles.
Want die 19e eeuw heeft veel traditioneel?
aangetast en wel allereerst de traditie van het
koningschap. De 20e eeuw is republikeinsch.
De verstgaande concessie aan de traditie is
voor haar een gekroonde president in een
wat monarchaal getinte republiek. Maar de
glans is van het koningschap af. In de 18e
eeuw is men nog door en door monarchaal
en zelfs royaiistisch. Noch de persoon noch
de macht van het koningschap durft men
aantasten, totdat landverraad de band tus
schen vorst en volk verbreekt. De Revolutie
is daarvan de geschiedenis, zij geeft het
bewijs hoe moeilijk het was zich te ontworste
len aan de opvatting, dat de persoon van de
koning bij de gratie ods onschendbaar is,
terwijl het in 1918 zoo dood eenvoudig ging
om een krachtig, eigenzinnig man ais Wilhelm
kwijt te raken!
De Revolutie van 1789'oeJintmetdenkoning
meer populair te maken. Het volk zoekt een
idool en Lodewijk XVI heeft immers de
Staten-Generaal bijeengeroepen! Men is de
koning dankbaar gezind en niemand, die hem
eenige schuld geeft, als het hof zich tegen de
revolutie en de Staten-Generaal keert. De
ongelukkige : hij is het slachtoffer van intriges
en valsche inblazingen! Niet tegen hem, maar
tegen het stoffelijk symbool van het gehate
staatsgezag keert zich de woedende en wan
trouwende menigte ?. de Bastille wordt het
slachtoffer, en als Lodewijk dan de populaire
Bailly en Lafayette tot burgemeester van
Parijs en commandant van de garde natio
nale'' maakt, clan is alles weer heelemaal
pais en vree." Als hij dan later aarzelt de
Verklaring van de rechten van de mensch"
te onderteekenen, dan wendt zich het volk
wel togen hem, maar slechts om hem aan den
verderfelijken invloed van het hof
teonttrekken : 6 Óctober wordt hij gedwongen naar
Parijs te verhuizen. Weer geeft hij toe en hij
teekent de verklaring. Ook dat is een reden
van zijn lang aanblijven : zwakheid en
sentimenteele gevoelens voor het volk, zijn kin
deren, deden hem telkens weer alle reactie
verloochenen. Hij komt zelfs tot
zeerpatriottische uitlatingen en'4 Febr. 1790gaathijnaar
de Constituante om te verklaren, dat hij zijn
zoon zal opvoeden voor de nieuwe omstan
digheden! Die vergadering vindt dan ook geen
enkele reden om hem in de grondwet niet
een uitgebreide macht te geven. Zelfs de
meest 'geavanceerd-democratiscrie club, de
Cordeliers, is monarchaal, met nog maar af
en toe een repnb'.ikeinsche neiging.
Maar Lodewijk was door zijn zwakheid
niet te vertrouwen en Lodewijk was oprecht
en haast fanatiek katholiek. Op deze beide is
hij gevallen. Zijn zwakheid deed hem open
lijk "de revolutie beamen en in 't geheim met
hof, geëmigrserden adel en buitenland onder
handelen. Zijn vroomheid deed hem heil
zoeken bij de geestelijkheid, die de noodge
dwongen door hem geteekende constitution
civile du clergè" Destreed. Zóó sterk echter
was de loyauteit der Franschen, dat ook na
de vlucht van de koning naar de grens (Jun'
1791) alleen de Cordeliers republikeinsch
werden ; de Jacobijnen blijven monarchaal. In
lllimilllllll iiiiiiiliniiiiiiiiiiiiilllllliiiliiiilH»»»»»*
de Wetgevende vergadering", die in Sept.
1791 bijeenkomt verzetten noch Girobijnen
noch Ja'cobijnen zich tegen het koningschap,
zoolang het slechts in de constitutioneele
banen blijft. Tweemaal kan Lodewijk zijn
sympathie van migré's en onwillige priesters
-'- de leiders der contra-revolutie betuigen
door zijn veto uit te spreken tegen maat
regelen, die hen moeten treffen en noggeen
republikeinsche'fractie van beteekenis ontstaattDe
tweede maal alleen een lichte aanval op de
Tuilerieën. Maar als dan kort daarna duide
lijk blijkt, dat hij heult met den vijand, valt
plotseling alles weg. Het koninklijk paleis
wordt bestormd, Lodewijk moet vluchten,
de Wetgevende vergadering schorst hem en
hij wordt gevangen gezet. Dan heeft hij ook
heelemaal geen kans meer. Voor de Conventie
gedaagd, vindt hij daar geen enkelen afge
vaardigde, die hem onschuldig durft ver
klaren; een kleine meerderheid durft voor
la mort sans condition" te stemmen. En toch
wederom, zóó sterk was het royalisme in
Frankrijk, dat ook na het verraad wel het
koningschap wordt afgeschaft, maar geen
enkele spreker heeft het woord republiek
uitgesproken op dien 21 September 1792. De
hoofdstad durft dit pas te doen. Zij haalt de
Republiek met klokgelui en zang en dans in,
zij dwingt de Conventie die te erkennen. Dan
is echter het koningschap zoo definitief
gevallen, dat het nooit meer dan tijdelijk
in Frankrijk is hersteld!
H. A. ENNO VAN GELDER