De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1920 22 mei pagina 2

22 mei 1920 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 22 Mei '20. No. 2239 'T KABINET VAN DEN VOORUITGANG Tukening votr de Amsterdammer" van Jordaan VRAAGT: SI-FA-KO S IG ARE. H Hot voornaamste Soniomork Reactie zij uitgesloten" (Troonrede) ?HHHIHIIIIIIIII II Illlllllllllllllllllllinillllllll iiiitiiiiiiiiittiiiiimiml ?gelijk bezoldigde, onder de intellectueelen, fulmineerde tegen den trots der Synode (in 1919) dat nu toch dank zij hare bemoeienis het minimtim-predikantstractement kon worden opgevoerd tot ? 1260, het weduwenpensioen tot /330. En de onthutste kerke lijke traditie zag haar usurpatie van het om niet gekregen, om niet geven" onttakeld als alledaagsche gierigheid en kerkelijk beheersgeknoei. Als dritte im Bunde" komt dan de Vereeniging van Kerk voogdijen, welke op andere wijze, maar in denzelfden geest zal verwerpen of veranderen, wat volgens eeuwenoude traditie kerkelijke usance was. Wat groeit uit dit alles? Een Sovjet-kerk? Zal straks alle leiding in kerkelijke zaken uit gaan van deze drie organen, van predikanten, diakens en kerkvoogdijen? En zal de Synode, 't zij groot of klein, nog slechts in 'schijn eenigen tijd haar bestaan rekken, om te ver dwijnen als eigenlijk niemand meer weet dat ze er nog is? Er zijn inderdaad teekenen, die daarheen wijzen. Er heerscht van ouds in ruime kringen een antisynodale geest en Kuyper heeft dien sterk gevoed. Het weifelend beleid in do han gende richtingsverschillen heeft de Synode veel vijanden bezorgd vooral onder de pre dikanten. De beheerskwestie gaf haar een OELOF f|ITROEN Kalverstraat 1 B Paarlen, Brillanten - Opgericht 1850 - ?]? Goud, Zilver en Horloges TELEFOON 658 N Uitsluitend eerste kwaliteit slechten naam .bij vele kerkvoogden. De dia kens zijn haa#4H boven het hoofd gegroeid. Allerwege denkt men zeer sceptisch over het geen de Synode in groote dingen zou kunnen. Dit is gebleken in Bondskringen in zake de tractementenkwestie, bij de diakens in zake Vredeheim" en als de kerkvoogden een com missie benoemen om middelen te beramen ter leniging van den nood in de pastorieën, is deze het hierover dadelijk eens, dat men het buiten de Synode om moet zoeken. En er zijn er inderdaad niet weinigen die bij het forschc optreden van den Bond met hoop of met vrees in die richting denken. Toch gelooven we niet dat het dien kant uit gaat. In den laatsten tijd openbaart zich, ook in de kerk, een sterke neiging tot concen tratie en deze zoekt niet ean nieuw centrum, maar het oude, de Synode, zij 't verjoned. De diakens vragen aan de Synode erkenning in de bestuursorganisatie; op de oprichtings vergadering van de vereeniging van kerkvoogdijen sprak de voorzitter woorden die duidelijk blijk gaven van het verlangen om met de Synode samen te werken ; de Predikantenbond legde wat hem het meest ter harte gaat op de Synodale tafel. Maar het is de vraag wat de Synode zal doen. Hoe zij zal gaan staan tegenover deze nieuwe levensorganen der kerk. Zal zij tegenover het verzoek der di akens zich verschuilen achter het presbyteriaal karakter onzer kerkorde", zal zij in den predikantenbond een indringer zien, zal zij doen alsof er geen vereeniging van kerkvoogdijen bestaat? Van haar houding zal de verdere ontwikkeling der kerkregeering afhangen. En daarom draagt het crisisje dat de kerk in het midden van de vorige maand heeft doorgemaakt, zoo'n ernstig karakter. Men kent de feiten. De Synode van 1919 had een voorstel tot regeling der predikantstractementen, door den Bond ingediend, verworpen omdat het niet voldoende gedo cumenteerd was en tegelijkertijd een commissie benoemd, om een uitvoerbare regeling te ontwerpen, waarbij besloten werd om buiten gewoon bijeen te komen, en daardoor een jaar uit te winnen, als de commissie tijdig met haar werk klaar mocht zijn. De commissie diende haar rapport begin Maart, dus tijdig, in en na lang aarzelen besloot de Synodale Commissie, de zaakwaarneemster der Synode, om geen buitengewone Synode bijeen te roepen. Toen heeft het Hoofdbestuur van den Bond alarm gemaakt in de pers : de juist in die dagen vallende jaarvergadering van den Bond werd een stormachtige protestverga dering, er werden brieven gewisseld en de putaties gezonden en den volgenden dag werd bekend dat de buitengewone Synode komen zou. Op 21 April is zij bijeen gekomen en zij heeft het ontwerp-reglement op het predikantstractement, zooals de commissie dat had ingediend, aangenomen. Men moet deze dingen niet beschouwen als een hongeroproer van predikanten. Men moet niet denken dat de leden der Synodale Com missie vonden dat het nog wel een jaartje wachten kon. Velen hebben zoo gedacht en gesproken en stellig is daardoor de toon scher per en de animositeit grooter geworden. Maar in den grond is het een zeer acute strijd ge weest tusschen het nieuwe leven en het oude gezag. De Synode heeft zoowel in 1919 als nu in haar buitengewone zitting met alle ernst en toewijding de tractementsregeling ter hand genomen. Maar men zou toch te zeer het menschelijke in den mensch miskennen, wanneer men dacht dat a! die nieuwe dingen, die in de kerk aan het opkomen zijn, niet hier en daar een geprikkelde neiging tot verzet, een zekere reactie hebben gewekt. Steeds meer wordt openbaar dat er ergens in de Synodale kringen een sfeer hangt, waar men op een eigenaar dige reactionaire manier positie neemt tegen het nieuwe leven. Men spreekt daar over den predikantenbond bij voorkeur als over den socialistenbond", over de beweging tot ver betering der predikantstractementen als over een onchristelijke beweging", over het nu'openbaar geworden plan tot reorganisatie der pre dikantsbezoldiging als over een zeepbel." Dat is de sfeer waar men, niet de predikanten wil laten hongerlijden, maar waar men tegen over al wat van buiten tot de Synode komt a priori vijandig staat. Dat er een dergelijke sfeer is, behoeft niemand te verwonderen. Die vindt men overal. En het was ook wel alge meen bekend dat zij er was. Juist de vrees daarvoor berokkende de Synode van 1991 zoo'n slechte pers, hoe goed zij het ook bedoeld had. Vanwege die vrees vroegen de beide bondsmannen in de tractementscommissie een categorische verklaring van verant woordelijke mannen, of de commissie ernstig bedoeld was. Maar het plotseling aan het licht treden van de?;e stille kracht heeft de be roering gewekt. Deze conservatieve geest van langzaam groeiend verzet, die ook den oprechtsten menschen parten spelen kan, nam sinds Augustus 1919 zeer toe in kracht. Eerst heette het overeenkomstig de duidelijke bedoeling van de Synode, dat de buitengewone zitting vast stond". Toen bleek allengs de uitdrukking in overweging geven" voor exegeze vatbaar. In de najaarsvergadering kwam de Synodale Commissie tot het inzicht, dat het al of niet bij eenroepen van de buitengewone Synode af hing van haar oordeel omtrent de tijdigheid en in het algemeen den ernst van een eventueel voorstel. Zoo ontwikkelde zich de tegenwer king, bij sommigen onbewust, anderen hadden er geen erg in. Als dan het rapport inkomt, blijkt het verzet al zoo sterk, dat het moderamen, waarin toch president en secretaris, die hun woord gegeven hadden, de meerder heid vormden, niet tot een beslissing kon ko men. Het óórdeel der spoedcommissie daarna ingewonnen viel even onzeker uit. En als dan bij rondschrijven zal worden beslist, zal de stille kracht tot volle ontplooiing kunnen komen. Het krachtig pleidooi vóór van den voorzitter, toch een der eersten op de lijst, de invloed van Ds. Eilerts de Haan, twee leden, die mede als leden dertractementscommissie er zeer voor gepousseerd waren, niets kon den negatieven uitslag meer keeren. Het con servatief element had gewonnen. Niet omdat het rapport niet deugde, niet omdat de nood niet drong, maar omdat de Synodale Commissie zich niet jagen laat. Al zullen slechts weinige leden dit zelf zoo hebben begrepen. Zij vonden dat er toch wel eenige moeilijkheden onop gelost waren gebleven." Als dan de storm op steekt, als een lid der Syn. Comm. openlijk het besluit scherp afkeurt, als een ander lid zijn peccavi" uitspreekt, als vele synodeleden pro testeeren, dan trekt, als altijd, het stille ver zet zich terug. En zoo kwam de Synode buiten gewoon bijeen. Niet de Bond had het gewon nen, niet zijn looneischen (s. v. v.) zijp erkend, maar het stil verzet is weggevlucht en toen is gebeurd, wat van meet af aan in alle oprecht heid door de Synode van 1919 was bedoeld. Men moet niet meenen dat deze Aprilbeweging" een strijd was tusschen Bond en Synode om de tractementsregeling. Te dien opzichte heerscht blijkens het besluit der b.g. Synode eenstemmigheid, al kan men van in zicht verschillen over velerlei onderdeelen. Het gold hier een botsing tusschen het nieuwe leven dat o.a. in den Bond tot uiting komt en het ietwat geprikkeld oude gezag. En dan alleen, zal het moeilijke probleem van de re organisatie der kerkelijke financiën tot een goed einde kunnen worden gebracht, als dat andere conflict er buiten wordt gehouden. Hoezeer er intusschen van die zijde nog gevaar IIMIIIIIIIIIIIIIIMIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIflIllllllllllllllltllllllllllllllllllllllltl N.V. PAERELS Meubileering Mu. COMPLETE MEUBILEERING -: BETIMMERINGEN : Rokin 128 Telef. 4541 H MINNESPEL Lieveling, je moet me kussen," Alle dagen van de week,'' Zuchtte het ontroerde bruidje Van verliefdheid wat van streek. Maandags kus ik je het voorhoofd," Zei de bruigom onbevreesd, Als een vader en een dochter," Even zedig en bedeesd." Dinsdags, allerliefste lieve", ' Kus ik je voornaam de hand" Als een ridder en een jonkvrouw" Sierlijk, zwierig en galant." Woensdags druk ik op je koontje" Een bescheiden, stillen kus." Hartelijk, maar niet te innig Iets als tusschen broer en zus." Donderdags, mijn schatteboutje," Kus ik je de oogjes dicht" Als een nog al pittig neefje" En een vriendelijke nicht." Vrijdags wordt er in je halsje" Fluks een zoentje weggeroofd" Als een vrijer en een vrijster" Die een poosje zijn verloofd." Zaterdags zal ik je kussen" Als je man en op je mond." Lieveling, dan wild'-ik dat er Nog een Zaterdag bestond," Dat de week voor zulke zoenen" Niets dan Zaterdagen had." Zeg!" vervolgde ze nieuwsgierig, Zeg, hoe zoen je Zondags, schat?" Is het Zondags dan nog liever ?" Fluisterde de zoete bruid. Zondags," zei de bruigom lachend, Rust ik van het zoenen uit!" J. H. SPEENHOFF (Recht van opvoering voorbehouden.) » immlIIIIHMIHHIHIMMIIIHIIIIIUI DEVO Gourigo Sigaar FABRIKANTE N.V. DIEVENBACH's Holl. Sigarepfabrlek UTRECHT lUllllllllllllllllllllMlllmlIlltHIIHtlllHtHBin dreigt blijkt duidelijk uit de eenstemmige hulde, welke de Synode volgens de persbe richten heeft gebracht aan het beleid van de Synodale Commissie. In werkelijkheid heeft de Synode tegenover dat beleid gesteld de juist heid van het tegenargument, dat de buiten gewone Synode stellig bedoeld was. In haar wensen om dit zoo vriendelijk mogelijk te zeggen gaf zij aanleiding tot dit twijfelachtig persbericht, achteraf door verschillende leden betreurd. Blijkt hier eensdeels uit dat de Synode in liaar eenvoudigheid zelf het gevaar niet ziet, anderdeels levert dit het bewijs dat de organen van het nieuwe leven op hun hoede hebben te zijn, opdat niet nogmaals het leven der kerk wordt opgeofferd aan bekrompen conser vatisme. rootebroek D. BOER tiiMiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiuimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii IIIIIIIIIIIIIIIIIIICIIII1IIIIIIII1IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIII llllltlllllllllllltlMltllll'll IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIll Illlllllll MlltllllMllllllllllllllllimmlMIIIIMIIMIM llflIllllltllllMIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIHIIIIIIIII In San Remo werd een fundament gelegd, waarop in Hythe is voortgebouwd ; straks zal men in Ostende den bouw voortzetten om dan het werk in Spa en Brussel te voltooien. Aldus wordt niet, zooals op een aardig prentje in een der vorige nummers van ons week blad werd afgebeeld, het lamgeslagen Europa door de geallieerde staatslieden van de eene plaats naar de andere gesleept zonder heil te vinden, maar stap voor stap wordt het werk van herstel voorbereid en voltrokken, dat helaas langdurig en moeizaam zal wezen, omdat de geslagen wonden heel diep zijn en wel de noodzakelijkheid van genezing door samenwerking wordt ingezien, maar daarbij zoo vele botsende belangen aan het licht komen dat eenheid van handeling slechts door veel geven en nemen, dus door veel overleggen, te verkrijgen is. De bijeenkomst in Hythe was dus slechts een tape op den langen weg, en al heeft men ons nog niet officieel gemeld wat er besloten is, de vele niet weersproken berichten geven ons een indruk van het resultaat en die indruk is gunstig. Men is er klaarblijkelijk eindelijk toe overgegaan spijkers met koppen te slaan, bedragen vast te stellen, afspraken te maken wier nakoming misschien niet volslagen on mogelijk zal zijn en die in elk geval weer tot grondslag voor nieuwe regelingen kunnen dienen, en vóór alles, men komt blijkbaar algemeen tot het inzicht dat er geen andere uitweg uit de moeilijkheden bestaat dan herstel van het internationale crediet dcor middel van een soort trust der Europeesche mogendheden. Ongetwijfeld is de som, die Duitschland te betalen zal hebben, ontzaglijk groot: 125 milliard marken in goud staat op 't oogenblik ongeveer gelijk met het tienvoudige van dit bedrag in papieren marken en het is moeilijk in te zien dat zulk een kolossale som in dertig jaar opgebracht kan worden door een land, welks begrooting sluit met een nadeelig saldo van veertig milliard mark. Maar ten slotte is zelfs dit beter dan de onzekerheid omtrent het bedrag, waarin de vrede van Versailles Duitschland liet, en dan het Fransche denk beeld om de schadeloosstelling te verhoogen naarmate Duitschland in voorspoed zou toe nemen. Want wel was dit een probaat middel om te beletten, dat Duitschland Frankrijk zou overvleugelen en tegelijkertijd gevaarlijk worden voor zijn veiligheid, maar aan den anderen kant zou het een rem geweest zijn op de Duitsche energie, die noodlottig werken moest, en bovendien zou er een controle noodig geworden zijn, die onvermijdelijk aan leiding moest geven tot nieuwe wrijving en gevaar voor botsingen. Met dat al is het een belangrijke concessie van Franschen kant geweest, erin toe te stemmen, dat het bedrag eens en voor al gefixeerd en daarmee de mogelijkheid geopend werd, dat Duitschland voorspoedig en hersteld zal zijn vóór dat dit met Frankrijk het geval zal wezen. Blijkbaar is Frankrijk tot deze concessie bewogen door een tegemoetkoming van Britschen kant : Frankrijk behoeft zijn schuld aan Engeland -.groot 25 milliard franc in goud, niet te betalen, indien, of in zoover als Duitschland zijnerzijds in gebreke blijft, en dank zij deze regeling is inderdaad een internationale wederkeerige afhankelijkheid ontstaan die slechts gunstig kan werken op het economisch herstel van ons werelddeel. Die onderlinge afhankelijkheid wordt nog verhoogd door de bepaling wij nemen de niet-officieele be richten als juist aan dat de eerste afbetalings-termijnen van de Duitsche schuld geput zullen worden uit een internationale leening, opgenumen in Duitschland, de Entente-landen en naar 't schijnt zoo mogelijk ook bij de neutralen, gegarandeerd door allen gezamelijk. Wel is waar betalen op deze wijze de overwinnaars voorloopig hun eigen schade loosstelling, maar hoe kan 't anders, nu hun debiteur immers volslagen insolvent is en men hem nog minder tot betalen in staat zou maken, indien men hem tot betaling trachtte te dwingen ! En ziedaar nu het begin van de trust-vorming door de Europeesche mogend heden tot consolideering van het internationale crediet, die nader uitgewerkt zal worden als straks de financieele specialisten in Ostende saamkomen en vervolgens het overleg met de Duitschers in Spa en met de deskundigen van alle landen op het internationale finan cieele congres in Brussel het werk bekronen zal. Dat men onder deze omstandigheden be sloot de bespreking in Spa uit te stellen, het is niet meer dan natuurlijk : de geallieerden moeten met een uitgewerkt plan voor den dag komen en daartoe kan men vóór Pinkster niet geraken, terwijl bovendien de Duitsche verkiezingen uitstel wenschelijk maakten. Als de Entente-staatslieden met de Duitschers einde Juni samenkomen, dan heeft men in Duitschland ruim gelegenheid gehad, de conclusies uit de verkiezingen van C Juni te trekken, een regeering in te stellen, in overeenstemming met den nieuwen Rijksdag, die eenige kans op een lang leven heeft en borg kan staan voor uitvoering van de af spraken. De geld-quaestie heeft aldus gaandeweg alle andere, politieke en militaire, problemen .ver drongen en 't schijnt zelfs twijfelachtig of men in Spa wel over iets anders dan over haar spreken zal. Het ontwapenings-vraagstuk althans wordt niet meer aangeroerd, maar afgedaan met de fraze : dat de Entente de stipte uitvoering van het vredesverdrag eischen blijft. In Frankrijk verheugt men zich hierover, maar wij voor ons zien er niet anders in dan een bekentenis van onmacht ; Duitsch land is niet ontwapend en de Entente is er niet in geslaagd de middelen te vinden om het tot ontwapening te dwingen. Zoolang er evenwel een macht van oorlogstuig in Duitsch land opgehoopt ligt en er honderdduizenden mannen rondloopen die vroeger hun brood verdienden in het leger en nu met een klein wachtgeldje afgescheept zijn, blijft het gevaar voor burger-oorlog zeer groot. En natuurlijk zou een nieuwe burgeroorlog aan alle mooie plannen tot herstel den bodem inslaan. Men kan niet anders dan hopen en bidden dat de regeering in Berlijn haar labiel evenwicht zal weten te handhaven, versterkt zal worden door den uitslag der stemming, en de rust zal weten te bewaren totdat de economische en financieele maatregelen die nu voorbereid worden, hun uitwerking doen voelen en het werkzame Duitsche volk weer in staat stellen in zijn onderhoud te voorzien. Intusschen is men althans zoover gekomen dat er rust in het roerige Roer-gebied heerscht ondanks de vermindering van de troepen macht tot de in Augustus 1919 bedongen sterkte, met het gelukkige gevolg dat de Fransche troepen zonder dralen het Maingebied ontruimd hebben. Deze episode heeft dan althans een gelukkig einde gevonden. Door naar Hythe te vertrekken ondanks den oorlog, dien de Fransche regeering tegen de Confédération Générale du Travail voert, heeft Millerand bewezen, dat hij zich sterk voelt in den strijd, en niet beducht is dat Frankrijk op een goeden morgen verrast zal worden door een algemeene staking, een revolutie misschien. Inderdaad krijgt men den indruk dat de regeering wint en de stakings beweging verflauwt, al is zij dan nog aller minst geëindigd en blijft vooral het stilliggen van 't werk in het mijngebied een buiten gewoon ernstig nadeel en gevaar voor Frank rijk. Ben oogenblik scheen het, alsof Millerand te hoog spel speelde, toen de ontbinding van de C. (ï. T. werd gelast en een gerechtelijke vervolging van een aantal leiders begonnen werd: dit scheen wel juist het middel om het smeulend vuur te doen opvlammen en het revolutie-gevaar naderbij te brengen. Maar totdusver is het anders uitgekomen en is de verflauwing van de staking voortgegaan ondanks den krassen maatregel. Men krijgt over het geheel den indruk dat de stakingsmoessou, die na den oorlog over heel de wereld is los gebroken, zachtjesaan ten einde loopt : dat althans groote, het verkeer belemmerende stakingen steeds minder kans op slagen hebben. In Amerika, Engeland, Frankrijk mislukten de spoorwegstakingen, en ook onze havenarbeiders en zeelieden moesten immers het hoofd in den schoot leggen? lüen voorbij gaand, tijdelijk verschijnsel? Of was juist de stakingskoorts dit? Ernstige berichten zijn het, die uit het Oosten komen en die bevestigen, dat al neemt Turkije het vredesverdrag aan, de Oostersche quaestie niet uit de wereld zal zijn. Moestafa Kemal, de leider van het sterke Turksch-nationalistische leger in KleinAzië, zou een tegcnregeering tegen dien van den Sultan gevormd hebben, dat wil zeggen, hebben besloten openlijk strijd te voeren tegen de geallieerden die krachtens het verdrag dat den Sultan opgelegd zal worden, zich in het bezit van 't Turksche gebied zullen willen stellen. Zoo goed als zeker heeft hij de gansche Moslim-bevolking in deze streken op zijn hand en bovendien heeft hij een soort van wapen broederschap gesloten met de andere tegen de Entente strijd voerende macht: ,óc Russische Sovjet-regeering. Hoe aan de geloovige Moslems duidelijk gemaakt kan worden dat hun theocratische staats-opvattingen zeer goed overeenstemmen met de Communistische der Russische regeering, is ons misschien niet duidelijk, maar niettemin schijnt dit zoowel bij de Klein-Aziatische Koerden als bij de Perzen te lukken, en aldus vormt zich tusschen Kaspische Zee, Zwarte Zee en Middellandsche Zee een sterk Centrum van verzet tegen de West-Europeesche, d.i. de Entente-staatkunde, en al zullen de Europeesche mogendheden misschien op 't eind de sterksten zijn, zonder groote offers zullen zij hun plannen niet kunnen uitvoeren en met groot beleid zullen zij te werk dienen te gaan. Op het allerongunstigste oogenblik, gezien van het standpunt der internationale politiek, stuurde de Italiaansche Kamer Nitti naar huis, Nitti die juist bezig was om door eeu bezadigde staatkunde Italiëte genezen van zijn oorlogswondenen die een zooheilzamen invloed uitoefende in den raad der Europeesche grooten. Waarom? Keurde de Kamer deze richting af? Er is niets dat er op wijst, en wij hebben hier vermoedelijk te doen met een zuiver binnenlandsch-politieke partij-quaestie. Nu is er echter niemand die Nitti's opvolging aandurft, want hij is ten val gebracht door katholieken en socialisten gezamelijk, en deze beiden wenschen begrijpelijkerwijze niet samen een regeering te vormen. Dus is Nitti opnieuw kabincts-formateur en wellicht slaagt hij er thans in , met de katholieken tezamen een kabinet saam te stellen. Althans op een samengaan van Nitti's groep met de socialisten schijnt geen kans: daarvoor zijn de Itali aansche socialisten te radicaal. Eindelijk : Mexico ! Carranza onttroond door Oregon, edoch Oregon bedreigd door Carranza, die niet gevangen of vermoord is maar ge vlucht en die gesteund wordt door zijn schoonzoon, Arago, gouverneur van Vera Cruz, daaruit ontkomen vóórdat Oregon's troepen de havenstad bezetten. De tyrannie" van den ouden Porfirio Diaz is tot dusver gebleken voor Mexico nog niet de slechtste regeeringsvorm geweest te zijn. Zal het eind van 't lied toch wezen, dat Amerika de hand legt op het rijke land? J. C. VAN OVEN

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl