Historisch Archief 1877-1940
29 Mei '20. No. 2240
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
BOLSJEWISME EN CHINEESCH
NATIONALISME *)
Op het besluit van den Raad van Drie, dat
Japan in het wederrechtelijk bezit van
Shantung liet, ging er onder de Chineezen een storm
van verontwaardiging op. Studenten in Peking,
Shanghai en elders zonden protesttelegram
men, hielden straatbetoogingen en procla
meerden den boycott. Jong en oud, man en
vrouw,koopman en riksha-koeli namen daar
aan deel.
De in Nederland studeerende Chineesche
jongelieden, op 11 Mei 1919 in een Algemeene
vergadering vereenigd, betuigden aan de Chin.
vredesdelegatie te Parijs in den vorm van een
protest hun leedwezen over de op de
vredesconferentie genomen beslissing.
In Indiënamen de Chineezen in navolging
van het stamland hun eenigestrijdmiddel ter
hand, het economische wapen, waarvoor reeds
menig Europeesch handelshuis het hoofd heeft
moeten bukken. Nu is het de Japansche
handel waartegen de lange en bittere strijd
wordt gevoerd. Op-en-neergaand, flik
kerde hij weder heftig op, toen bekend werd,
dat de Japanners in Foochow landden en eeu
aanval pleegden op het leven der Chin. stu
denten der Young Men's Christian
Association".
Deze boycott der Japanners, die vooral
gedurende de oorlogsjaren in Indiëde poli
tiek der pénétration pacifique" met succes
hebben toegepast, was niet gemakkelijk,
maar krachtig en sterk was de Chineesche
massa-actie, «a
Deze strijd ^voor"Jde]'eerbiediging van het
souvereiniteitsrecht van het stamland bracht
de middelen, die het proces der economische
aansluiting tusschen Indiëen China" ver
snellen zullen. Er ontstond een Kok Hwe
Kongsie", die zich ten doel stelt den handel
in Chineesche artikelen in Indiëte bevorde
ren ; de oversea Chinese Bank" te Singa
pore met filialen te Batavia, Semarang en
Soerabaja, de Tiong Hwa Bank" te
Soerabaja werden opgericht, alle met uitslui
tend Chineesch kapitaal, terwijl door de
Chineesche Handel Mij. te Batavia in overleg
met vertegenwoordigers uit Soerabaja en
Semarang aan China werd verzocht nieuwe
scheepvaart- en handelstractaten met Neder
land te sluiten.
Eén Chin. scheepvaart- en twee Chin.
handelmaatschappijen staan te worden opgericht.
En hiermede zal het denkbeeld, dat China's
Cicero, de illustre Liang Chi Chao mij bij zijn
bezoek aan de Leidsche Universiteit opperde,
worden verwezenlijkt.
Welke houding neemt nu de Nederlandsche
regeering aan tegenover de aTiti-Japansche
boycott-beweging ?
Het bureau voor Chin. zaken in Indië, met
den heer Mouw aan het hoofd, heeft er kans
toe gezien haar als een verkapt Bolsjewistische
beweging voor te stellen. Voor wie de Chi
neezen niet sympathiek zijn, was deze ziens
wijze bijzonder welkom.
De maatregelen echter door de regeering
genomen om dit vermeende gevaar den kop
in te drukken zijn van dien aard, dat ik mij
thans veroorloof, hieromtrent nader in fines
ses te_ treden.
Nog afgezien van de vraag, of men uit de
ontdekking van Bolsjewistische
propaganda).S MEUWSCN, Hofleverancier, A'DAM-R'DAM
DE BESTE HOEDEN IN HOLLAND
*) Voorgedragen bij mijn aftreden als
president der Chineezen-vereeniging Clning
Hwa Hui, op l Mei 1920.
lectuur bij enkele Chineezen de conclusie
mag trekken dat zij Bolsjewieken zijn, laat
staan dan, dat de heele Chineesche
boycottbeweging een Bolsjewistisch karakter draagt,
zouden die krasse matregelen den indruk
kunnen maken van angstvallige voorzorgs
maatregelen om te voorkomen, dat de zoo
vurig gewenschte toenadering van Nederland
tot Japan wordt verstoord.
Of men hier te doen heeft met een
verklaringswaan, die de uitingen van het Chin. nati
onalisme in overeenstemming tracht te bren
gen met gekoesterde waandenkbeelden,
dan wel of het illusies zijn in het imperialis
tisch brein van een Nederlandschen experi
mentator, die in het microscopisch beeld,
witte bloedlichaampjes van het Chin.
nationalisme aanziet voor bacillen van het
Bolsjewisme, ziedaar vragen, waarop ik U
het antwoord schuldig moet blijven.
Overbekend is daarentegen het f ei t,dat er zulke
enorme verschillen in de sociale verhoudingen
bestaan tusschen China en het Westen, dat
de twijfel gerechtvaardigd is, of de Chinees in
het algemeen wel vatbaar is voor deze, uit de
Fransche revolutie geborene en in 't milieu
van klassenseparatie grootgebrachte bewe
ging, gelijk men het Bolsjewisme mag noemen.
Chang Chih-Tung, ,,the greatest viceroy of
China1" teekende dit verschil zoo scherp en
juist :
Although China is n o t wealthy and
powerful as the West, her people, of whatever
condition, rich or poor, high or low, all enjoy
,,a perfect freedom and a happy life. Not so
all the inhabitants of Western lands. Their
governments may be strong, but the lower
classes of the people are miserable, unhappy
and maliciously wronged". 1)
inderdaad, These governments certainly
cannot be compared with our China". 2)
De Westerschemaatschappij is een samenleving
van onafhankelijke, op zich zelf aangewezen
individuen, zij is een mechanisme; de Chineesche
daarentegen een organisme, gelijkend op een
groote familie, waarin elk individu zijn be
paalde plaats heeft en de n zijn verplichtin
gen tegenover den ander. Plichten worden
betracht tusschen vorst en minister, vader
en zoon, man en vrouw, ouderen broederen
"jongeren broeder en in den omgang van vrien
den.
De Chin. staatsleer is evenwel niet louter
theorie, ook in het maatschappelijk leven open
baart zij zich en wel in het principe van
wederzijdsch hulpbetoon. In het clan- of dorpswezen
behoeft de jongeling, die capaciteiten Aezit,
zijne studies niet op te geven uit gebrek
aan spaarpenningen; den behoeftigen zal het
bij een sterfgeval nooit ontbreken aan
duodkist of lijkkleederen, ja, zelfs de
trouwlustige, wanneer de bruidschat zijne financieele
krachten te boven gaat, kan op de hulp zijner
dorpsgenooten rekenen.
In China" schrijft Dr.'J. J.M.deüroot
staat geen diepe ellende in het treurigste
contrast naast den meest
buitensporigenovervloed ; daar zijn niet aan den eenen kant
honderden tot hongeren gedoemd, terwijl
aan de andere zijde menigeen honderdmaal
meer bezit dan voor zijn behoeften noodig
is." 3)
Wanneer nu, zooals door meer dan n Wes
terling wordt geconstateerd, in China demo
cratie en aristocratie nooit een contrast zijn
geweest als in het Westen, dau is dit feit te
HOTEL LÜTZELAL'.
Familie-Pension. Direct aan
hef meer gelegen. Pension van af f r. 11.50.
Eigen. K. DOLDER. Prosp. Int.Verkeersbureau,
A'dam, Raadhuisstr. 2 enden Haag, Papestr. 5
DE DOODRIJDER
Teekening voor de Amsterdammer" van George van Raemdonck
IMIIIIItflIIIIMI'HIIIIIIIIIIIIMIIIlmillMMIIIIHIIII
danken aan denzelfden Chin. geest van
wederzijdsch hulpbetoon. Waar proletariaat en
pauperisme zoogoed als onbestaanbaar zijn,
heeft het Bolsjewisme geen reden van bestaan.
Bovendien in het land van Mencius heeft
het volk het recht en zelfs den plicht een s
uverein van den troon te stooten, indien deze
niet met wijsheid regeert en de belangen van
het volk voor alles behartigt. Immers het
volk is het meest belangrijke element, de
geesten van het land en het graan, het tweede,
de vorst het minste." 4)
En weer is het hetzelfde
saamhoorigheidsen solidariteitsgevoel, dat Senator van Kol
deed opmerken, dat geen land ter wereld
zulk een krachtigen groeibodem voor de soci
aal-democratie heeft als China. 5) En de
heer Borel voegde hieraan toe :
China, bewoond door een volk,
democratisch van natuur, socialistisch bij instinct,
vol liefde voor vrijheid en recht, kan aldus
spoediger langs den weg der wetgeving en der
coöperatieve gewoonten het socialistisch
ideaal eener geëmancipeerde gemeenschap
benaderen". 6)
In den mond van een Chinees zouden zulke
woorden voor Westersche ooren arrogant
kunken klinken. Maar wanneer Mevrouw H.
Roland Holst zelf erkent, dat de socialistische
samenleving een nieuwe economisch-sociale
maatschappij-orde is, die evenmin verwezen
lijkt kan worden, eer een diepgaande innerlijke
verandering in den mensch is geschied, als eer
een bepaalde hoogtegraad der techniek en der
kapitalistische koncentratie bereikt is", 7) dan
mag toch niet worden nagelaten er op te wijzen
dat dezelfde moreele grondslagen, reeds voor
haar, vóór Engels, en vóór Marx, door
Confucius zijn gelegd en wet voor zijn derde
stadium, de Tha Thong.
Evenals de revolutionaire socialisten desamen
werking van alle volken en alle rassen in n
wereldverbond willen, zoo predikte Confucius
de leer der groote gelijkheid, waarin alle
menschen binnen de vier hoeken der aarde broe
ders zullen zijn.
Meer dan 2000 jaren heeft aldus de
corifucianistische geest van vrede, recht en recht
vaardigheid het Chin. volkskarakter en het
Chin. volksleven beheerscht.
De beginselen van het Europeesch communis
me zijn dan ook voor den Chinees niet meer
nieuw, integendeel zij zijn voor hem verou
derd en in China overbodig. 8)
Dit neemt echter niet weg, dat juist om
dat beide doelstellingen parallel loopen de
middelen divergeeren weliswaar -?er Chi
neezen zullen zijn, die met het Bolsjewisme
sympathiseeren.
Sympathie, maar meer ook niet.
Want de Chinees blijde in de allereerste
plaats gedenken een recente gebeurtenis, die
door de Europeesche bladen is verzwegen,
het feit, dat een ?hineesche bootwerker in de
haven van Tandjong Priok zonder vorm van
proces in zee is geworpen. De Chinees
herinnere zich de vernedering, dat kort geleden
een landgenoot op louter verdenking van een
itiiiiiiiiiiiiiiinimmiiiiiniMiiiii niinmmlinmmn miiHiiiiMiiiMMiiiiiiiiiiiiiuiiiiHiiiimliitiiiiilimiiii
juweelendiefstal, zwaar geboeid voor het ge
recht in Bangil heeft moeten verschijnen.
Zoolang nog zulke misstanden heersenen, en
den Chineezen nog zooveel onrecht wordt
aangedaan, behoort de Chinees, althans de
ware Chinees, te staan in het teeken van
het nationalisme.
Ik zeg ware Chinees". Daartoe~reken ik
«enerzijds hem die zijne nationale sentimenten
binnen de perken weet te houden en zich niet
te buiten gaat aan een chauvinistisch drijven.
Maar ook bedoel ik hem, die zich niet
schaamt over zijn gele huid en seheeve oogen,
oethe's woorden indachtig blijvend :
Du bist ain Ende - was du bist,
Setz dir Perrücken atif van Millionen
(Locken,
Setz deinen Fuss atif ellenhohe Socken,
Du bleibst doch immer was du bist".
Leiden, \ Mei 1920. OEI K i A u w PIK
1). Oei Kiauw Pik : Wat wil, kan en mag
Indonesiëvan Nederland verwachten?
2). Chang Chih-Tung : China's only hope
p. 41.
3). Dr. J. J. M. de Groot :
Het_Kongsiewezen van_Bofneo. p. 108.
mriffimmiiffiiiirMifiirrifirMfiiiimfiiiiiiiiiffiiiimfiiiiiimfmiiliiiiifiiiiiiimMiiilimiiiiiMiin IIIIIIIIIMIIIHIIIIMIIII
4). Mencius: boek Vil B. No 14.
5). Het Volk" van 22 Maart 1913.
). H. Borel: de Chin. republiek p. 33.
7). Mevr. Henriette Roland Holst?v.»d.
Schalk : De strijdmiddelen der sociale
revoutie p. 98.
8). Bij,het afdrukken van dit artikel vond
ik een bevestiging voor "deze stelling in een
uitlating van Sir John Jordan, den gewezen
Engelschen gezant te Peking, die nu in Londen
is aangekomen. Deze verklaarde ril. o. m. .
Er heerscht veel onrust in China, maar het
bolsjewisme is vreemd aan China's geest".
Zie Het Vaderland" van 6 M.ei 1920.
y) Goethe: Faust deel I ,,a
iiiiiiittiiiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiniiiiiiiiiiiiiiiiiir iiiiiiiiiiiiiiiiiitiimmiiiimiiiiii
LAUSANNE-PALACE
FAMILIE-HOTEL VAN DEN ALLEREERSTEN RANG
Prosp. Int. Verkeersbur., Amsterdam, Raadhuisstr. 2 Den Haag, Papestr. 5
u mm iiiiu n iimiinuiiin
iiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiii
minimi minimin n iiiiimiiiiiiiiiiiiiiin
EEN EN ANDER OVER DEN
HFRALDISCHEN ADELAAR
door C. W. H. VERSTER
H
Voor F. A. H oef er
te Hatlem
Van voorbije glorie getuigen ook de hierbij
afgebeelde beide helmen met helmteekens,
die door den ex-keizer werden gevoerd, als
Keizer van Het Duitsche Rijk (Fig. 8c) en als
Koning van Pruisen (Fig 8d).
Wij zien hier den uitkomenden adelaar,
waarboven de keizerskroon zweeft, geflankeerd
door twee banieren, terwijl de Pruisische
adelaar de koningskroon op den kop en op
zijn borst het gouden naamcijfer F. R.
(Fridericus Rex) draagt. De vleugels zijn met z.g.
gouden klaverbladstengels getooid.
De wapenschilden, die respectievelijk bij
deze helmen behooren zijn in Fig. 8 a en 8 b
afgebeeld.
De beide banieren (Fig. 8c), ofschoon
oogenschijnlijk gelijkvormig, zijn inderdaad
verschillend.
De (heraldisch) rechtsche standaard bestaat
uit goud-gelejzijde en vertoont het ijzeren
kruis, beladen met het kleine keizerlijk wapen.
In iederen hoek van 't kruis vindt men een
keizerskroonj^en'drie zwarte_ adelaars met
ronden bek en pooten.
Van vroegeren roem getuigtjle vermelding
Sobald Seine Majestat^sich "an Bord eines
Schiffes begiebt, wird die Kaiserstandarte am
Topp des Qrossmastes gehisst und alle anderen
Kommando- und Unterscheidungszeichen
gestrichen."
(Deze statige vlag zag ik indertijd wapperen
op het keizerlijk jacht Hohenzollern," toen
dit schip als een blanke zwaan IJmuiden's
haven binnengleed. Sic transit"..). De
heraldisch linker banier (die van Pruisen)
gelijkt op den keizerlijken standaard. Het
keizerswapen is echter vervangen door dat
van het koninkrijk Pruisen, de keizerskroon
door Pruisische koningskronen, en de
Rij-ksadelaar door den Pruisischen vogel. De
kleur van het vlaggedoek is purperrood.
De gouden traliehelm met
zwart-zilvcrroode'dekkleeden draagt aan een gouden keten
een van zilver en zwart gevierendeeld schildje
(Hohenzollern) als halssieraad.
De Heer. J. A. Koopmans schreef in zijn
handleiding : Het teekenen en kleuren van
wapens" over den halven adelaar: Met een
goed gevormden lieden of wel een dubbelen
(tweekoppigen) Adelaar voor oogen, moest
het, dunkt mij, niet moeilijk vallen een
halven te teekenen, en toch schijnt dit bij
velen een onoverkomelijk struikelblok te zijn,
watmeer men ziet welke ongelukkige figuren
meestentijds voor den dag komen. Op mij
maken zij doorgaans den indruk van een
gevangen lijster, die zich van den strik wil
loswerken ; zij schijnen van de deelingslijn
af te vallen en dit onbehagelijk effect ligt
alleen in te groote overhelling van den_kop,
het uitpuilen van de borst en het te veel
terugtrekken der klauwen".
Fig. Ba
Aangezien halve adelaars door tal van
Friesche geslachten worden gevoerd, ook in
een paar van onze gemeentewapens worden
aangetroffen, en deze waarlijk sierlijke figuur
voor den Nederlandschen Wapenteekenaar
van belang is, heb ik hierbij een tweetal
afbeeldingen gevoegd, die het type van den
vorm weergeven. ( Fig. 8 en 15).
Behalve de gewone adelaar, komt in de
wapenkunde nog voor het z.g. geknotte
adelaartje (in het Fransen atérion geheeten)
kleine adelaars zonder bek en pooten, somtijds
met de vleugels nederwaarts gericht. Zij zijn
vooral bekend uit het wapen der beroemde
familie de Monttnorency (Frankrijk). In zilver
een rood kruis, vergezeld van zestien geknotte
blauwe adelaartjes, vier in elk kwartier, ge
plaatst 2 en 2. Ook in het blazoen van het
thans door Frankrijk weder heroverde Lo
tharingen komen zij voor. (zie Fig 10.)
In goud een roode rechterschuinbalk, be
laden met drie zilveren geknotte adelaartjes,
in de richting van den balk geplaatst.
De kop van den adelaar is in den loop der
tijden meer en meer gewijzigd.
Een goed voorbeeld uit de Oud-Gothiek
geeft Fig. 9 te aanschouwen, voorstellend den
Zwabischen Ridder en Minnezanger H. Hart
man v. Owe (geb. 1165)
Hij voert : in zwart drie witte adelaars
koppen, waarmede ook het paardedek is
versierd.
Het helmteeken bestaat eveneens uit een
adelaarskop met gelen snavel en halsband.
Fig. l! geeft een voorbeeld van een ade
laarskop uit 1433 terwijl meer moderne op
vattingen van deze figuur in Fig. 12 en Fig.
13 zijn afgebeeld.
Dat de dubbele adelaar reeds vroegtijdig
wordt aangetroffen^bewijst de hierbij gegeven
leekening, die op ren drachme van 12S7
gevonden wordt. (Fig. !4) De Saracenen en de
Mooren, die op een hooge trap van ontwik
keling stonden, bezaten, blijkens de tot ons
gekomen afbeeldingen ,een eigen heraldiek,
en vele van hun wapenkunstige vormen zullen
later door terugkeerende kruisridders uit het
oosten zijn medegebracht.
Fig. 8a. Oud-Rijkswapen van Ouitschland
(naar E. Doepler d. J.).
Fig. 8 c
Fig. 8b. Wapen met^den Pi^iisischen ade
laar (naar E. Doepler d. J.)
Fig. 8c. Helm en helmteeken van den
exkeizer van Duitschland (naar L'.
Doepler d. J.)
Fig. 8d. Helm en helmteeken van den
exkeizer als Koning van Pruisen
(naar E. Doepler d. J.).
Fig. 8 .Wapen van de stad Neurenberg
(school van Alb. Diirer (C. Pene/)
1521.
Fig 9 Ridderfiguur (uit het Weingartner
Liederen Handschrift) in
oudGothischen stijl, begin XlVe eeuw.
Fig. 10. Fransch wapenschild uit de XVe
eeuw met het wapen van Lotha
ringen.
Fig. 11. Adelaarskop als helmteeken uit het
Donaueschinger Wappen-buch"
(1433).
Fig. 12. Griffioen-kop van een der
schildhouders van het Oostenrijksche
wapen (ontworpen in den stijl van
de 16e eeuw) naar E. Doepler d. J.)
Fig. 13. Adelaarskop van een wapen van
Oostenrijk (naar H/Ströhl). ??-*
Fig. 14. Tweekoppige adelaar, voorkomend
op een^drachme, (1217
Fig. 15. Wapenschild met huiven adelaar
(Loychau, (Lexau), Aujsburg)