De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1920 21 augustus pagina 2

21 augustus 1920 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 21 Aug. '20. No. 2252 van de Hollanders, Franschen en Duitschers, die de eerste blanke bewoners van Z.-Afrika zijn en de afstammelingen van de Engelschen, die na hen in Afrika zijn gekomen. Die strijd wordt tegenwoordig met kracht gestreden en over dien strijd zijn de voorstellingen hier zeer verward. Dit is zeer verklaarbaar, daar het niet een zuivere rassenstrijd is, maar politieke, economische en sociale vragen daarbij een groote rol spelen. * In de constitutie van 1910 werd de rechts gelijkheid van de taal, zoowel van de Engelsche als van de Hollandsche strooming, erkend, terwijl tot dien tijd het Engelsch den volstrekten voorrang had gehad. Was deze bepaling uit de constitutie Art. 137 toen loyaal uit gevoerd, dan zou de taalstrijd nooit dat ka rakter hebben gekregen, dat hij nu weldra had. Maar van Engelschen kant werd alles gedaan om die bepaling tot een doode letter te maken. De uitwerking hiervan op de Hol landsche elementen was tweeërlei. Een deel van hen was tevreden met wat ze verkregen hadden, omdat het beter was dan wat ze vroeger hadden en zij in de verwachting leefden dat het op den duur nog beter zou worden. Zij hadden ook geen bezwaar tegen den voorrang, dien het Engelsch op deze wijze behield. Van hen was niet te verwachten, dat zij met kracht zouden optreden tegen het niet-toyaal uitvoeren van de wet. Maar een ander deel, de jongeren, verzetten zich wel. Onrecht, een volk aangedaan, is altijd een middel om het zelfbewustzijn te wekken. Dit optreden van de Engelschen vooral van de Engelsche bureaucraten maakte hen wakker en deed hun de beteekenis van de waarde van eigen taal verstaan. Het hoog-Hollandsch, het Nederlandsen, wilden ze niet meer; zij gebruikten hun'eigen Afrikaansch. Hun litteratuur, hun bladen en boeken veroverden steeds meer terrein ; en nu is het Afrikaansch niet meer terug te dringen. Het heeft zijn recht van bestaan be wezen; het wordt als de eigen taal van het volk door vele Afrikaners geacht of erkend. Zelfs Parlementsleden zooals leden van de Labour-Party achten het noodig ook Afri kaansch te leeren en meer dan een minister buigt zijn tong om en spreekt in het Parlement al Hollandsen. De kennis van de geschiedenis van ZuidAfrika, die men ongelezen moet laten, als men niet hooren wil van de eeuw van onrecht", die Afrika onder het Engelsche bewind heeft doorgemaakt, drong bovendien al meer door onder de jonge Afrikaners. Zij leerden de oude Afrikaansche idealen verstaan en werden er geheel door bezield. De stemming, hierdoor gewekt, openbaart zich in een strooming, die gestadig aan kracht wint in de Kaapprovincie, in den Vrijstaat, inTransvaal en in een deel van Natal, al houden de oudere en behoudende elementen zich veelal verre *). Bovendien hebben de groote leuzen van zelfbeschikkings recht enz., in de laatste jaren grooten invloed gehad op de versterking van het Afrikaansch zelfbewustzijn, en zoo vindt men overal over tuigde, beginselvaste Hollandsche Afrikaners. * * * Daarnaast staan de Engelschen in Afrika, die onderling nog meer verdeeld zijn dan de Hollandsche Afrikaners al treden ze politiek meestal als een eenheid tegen hen op omdat deze laatsten in Afrika hebben hun te huis." Onder de Engelschen zijn velen, die daar alleen zijn om geld te maken en dan weer teruggaan. Niet het belang van het land, maar hun per soonlijk belang staat voor hen op den voor grond. Tot hen behooren de machtige en invloedrijke geld-magnaten. Zij wenschen geen deel uit te maken van een Afrikaansch volk. Zij zijn Engelschen en willen dat blijven. Dus zijn ze geen opbouwend element voor het volksleven. Wel zijn dat de Engelsche Afrikaners, die meer dan n geslacht in Afrika wonen. Zij burgeren zich in. Politiek hebben zij vrijwel altijd de Engelsche idealen. Maar, zoo het daartoe kwam, dat hun belangen en die van Engeland met elkaar botsten, dan zouden zij hoe ook uit piëteit aan de vlag gebonden er toe kunnen komen den band te verbreken. Dit werd onlangs uitgesproken in Natal. Daar werd op een vergadering de koeliekwestie be handeld en toen werd door een Engelsch-Afrikaner te midden van geestverwanten uitge sproken, dat als de koeliekwestie niet in een zin, gunstig voor Afrika, kon worden opgelost, omdat dan de belangen van de empire ge schaad zouden worden, het beter zijn zou den band met het Britsche rijk te breken, dan met de koelies te blijven zitten. Bij deze Engelsche Afrikaners vindt men soms ook waardeering voor de taal der Hollandsche. Anderen zijn veel verder gegaan en voelen zich een met de Hollandsche Afrikaners. Ten slotte is er nog de Labour-party, die zich sterk ontwikkelt en uitsluitend gevonden wordt in Engelsche centra. Zij is voor 80% anti-monarchaal en hare politieke inzichten zijn vrij wel vereenzelvigd met hare sociale. Deze partij staat tegenover de Engelsche geldmagnaten. * * En nu is de brandende vraag, hoe zullen deze verschillende elementen samensmelten tot n volk? Zij kan niet worden opgelost door een regeeringsdaad of een wet. De oplossing moet voortkomen uit de inhaerente kracht van die onderscheiden stroomingen en de levenskracht van hunne beginselen. In den grond der zaak is dus de rassenstrijd, die in Zuid-Afrika wordt uitgestreden, een geestelijke strijd. En nu openbaart zich daarbij iets zeer merkwaardigs. Maar weinig Engelsche Afrikaners wijden zich aan de studie; Afrikaansch-Engelsche cultuur producten worden niet gezien, maar wel ont wikkelt zich een eigenaardig AfrikaanschHollandsche cultuur. Zij openbaart zich in de schilderkunst, op het tooneel, door de taal, in de litteratuur, zelfs in de muziek, al is ze nog zeer primitief. En dit alles wijst op een eigen volksziel, die in eigen volksleven tot uiting kan komen. Dit volksleven wordt nooit Nederlandsch ; wel is het gegroeid uit den ouden Hollandschen stam, die in de 17e eeuw in Zuid-Afrika is geplant, maar het heeft daar eigen leven en ontwikkeling gehad, gelijk alles zich daar op eigen wijze ontwikkelt. In Botschabelo bij Middelburg, Tr. zag ik een prachteik staan. Ik zou een boom van zijn omvang in ons land wel op 200 jaar geschat hebben. Ik vroeg hoe oud deze was en toen bleek hij niet ouder dan 55 jaar te zijn. Maar toen hoorde ik, dat het hout ook niet de vast heid van onze eiken heeft. Dus een eik als bij ons, en toch een andere. Zoo zal ook het volk van Zuid-Afrika, dat wordt, anders zijn dan de volken waaruit het is voortgekomen, een volk met eigen wezen. Maar, is onze waar neming juist, dan zal de levenskracht van den oud-Hollandschen stam blijken de sterkste te zijn en wordt het komende volk, dat tweetalig is en wil zijn, een volk met sterken Holland schen inslag. Daarom is het onze roeping de cultureele banden tusschen het jonge volk en het oude Nederland sterker te maken. Nederland heeft zijn blik naar Zuid-Afrika te wenden. J. W. ,P o N T *) Een verwant onderscheid is er ook tusschen de twee Afrik.-Holl.-stroomingen in politiek opzicht. Toen op het onlangs 20 Mei - gehouden congres te Robertson eenige voormannen der beide Hollandsch-Afrikaansche partijen samen kwamen om over hereeniging ervan te spreken, bleek er tusschen hen in dit opzicht overeenstemming te be staan, dat beide erkenden het ideaal van souvereine onafhankelijkheid, d.i. het recht van afscheiding van het Britsche rijk ". Maar zij verschilden ten opzichte van de vraag of er voor die onafhankelijkheid propaganda ge maakt mocht worden. Enkel een verschil in tactiek, niet een verschil in ideaal. HET DECIMALE REGISTRATUURSTELSEL VAN MELVIL DEWEY Onze Ministeries en Hooge Colleges van Staat volgen bij de bewaring en registratie hunner ingekomen en uitgaande stukken nog steeds de daarvoor gegeven voorschriften, die dateeren van 1823, en waarvan als grond beginsel wel kan luiden het daarin voor komende artikel 20 : Het archief zal steeds in eene tijdrekenkundige orde, ingevolge de dagteekeningen en nummers der algemeene Koning George heeft Dinsdag zijn reis naar Schotland, die verleden week uitgesteld was wegens den dreigenden politieken toestand", aanvaard en heden (Woensdag) ochtend meldt Reuter, dat Lloyd George morgen met vacantie naar Luzern hoopt" te gaan. Boven dien zijn beide huizen van het parlement op reces en dus beschouwt men in de Britsche hoofdstad den politieken hemel als opgeklaard. Toch is Warschau op 't punt van te vallen -?al hebben dan de Polen een tegen-offensief ingezet vlak bij de stad en al heeft Wrangel in het zuiden eenig succes geoogst en het geschil met Frankrijk naar aanleiding van Wrangcl's erkenning, dat het leven der Entente bedreigt, is voorzoover wij weten nog aller minst opgelost. Naar buiten bleek dus nog niets van ontspanning, ja, het besluit van de arbeiderspartij om een Raad van Actie in te stellen als een soort van tegenregeering, die allereerst zal hebben te zorgen, dat de Britsche regeering niets tegen Rusland onderneemt, is als nieuwe onweerswolk naast de vele anderekomen opzetten. Het spreekt vanzelf, dat de erkenning van Wrangel door Millerand het aspect der wereld politiek als met n slag gewijzigd heeft. Nadat de breuk in de Entente, die in 't voorjaar ontstond doordat Frankrijk op eigen gelegen heid Frankfort bezette, in San Remo en Spa was geheeld, kon men weer spreken van een Ententcpolitiek en toen de vorige week de Britsche premier met Millerand de RussischPoolsche quaestie twee etmalen lang had be sproken, moest men aannemen, dat hetgeen Lloyd George na afloop dier conferentie in het lagerhuis als haar resultaat meedeelde, inderdaad de houding der geheele Entente jegens Rusland en Polen behelsde. Nu blijkt dit anders te zijn : de Britsche regeering en de Fransehe zijn het in Hythe niet eens ge worden over hun houding in zake Rusland, en de gedragslijn, die Lloyd George in zijn LagerhuisredevoeringomschreefisdeEngelsciie en niet de Fransehe. Het is dus Engeland en niet Frankrijk, dat zich onthouden zal van eiken vijandigen maatregel jegens Rusland, anders gezegd dat feitelijk de sovjet-republiek zal erkennen en met haar in relatie treden, mits zij Polen een aannemelijken" vrede aanbiedt. Frankrijk daarentegen gaat zijn eigen weg ook in dat geval, den weg van steun aan de vijanden der Sovjet-Regeering, in de hoop dat Lenin's regime op die wijze toch nog eenmaal zal ineenstorten en vervangen worden door een regeering, die de oude Russische staatsschuld erkent en.... Frankrijk's bond genoot wordt tegen een cventueele Duilsche revanche-poging? liet kan niet anders, of de politieke toestand ondergaat hierdoor een ingrijpende wijziging, want de neiging der Russen om de Polen te sparen ten einde het vurig begeerde economische en politieke contact met de Entente te verkrijgen, moet wel aanzienlijk verminderen, nu Frankrijk hun vijanden toch steunen blijft. En daarmee wordt dan meteen liet probleem ook voor Engeland ten zeerste vermoeilijkt, want indien de Russen Polen niet sparen maar den verslagen vijand on aannemelijke voorwaarden opleggen,dau treedt de toestand in, die ook naar Lloyd (ieoig 's en Bonar Law's verklaringen Engeland nopen zal tot vijandelijk optreden jegens de Russen, hetgeen, gezien de houding der Britsche arbeiders, tot groote binnenlandsclie moeilijkheden in Engeland leiden zal. De Britsche regeering kan derhalve slechts hopen, dat er den Sovjet-Uders zooveel aan gelegen ligt, in vriendschappelijke betrekking te treden tot Engeland alleen, dat zij ook nu nog bereid gevonden worden Polen in waarheid onafhankelijk te laten, terwijl dan op den duur Frankrijk van zelf wel het Britsche voorbeeld volgen zal, gelijk het reeds deed ten aanzien van de Duitschers. Tenzij. ... de breuk in de Entente ditmaal onherstelbaar mocht zijn en beide regeeringen hun eigen weg gaan be wandelen, een weg, die voor Engeland wel moet uitloopen op toenadering tot Rusland en Duitschland beide en voor Frankrijk op.... isolement. Maar natuurlijk verwacht men in Parijs, dat de Britsche bondgenoot het zoover niet laat komen. Wat men eigenlijk in Parijs wél verwacht, en waarom men daar ten tweeden male ten aanschouwe van de heele wereld ostentatiet is afgeweken van de Britsche politiek, wij moeten erkennen, dit niet te kunnen doorgronden. Stuurde men aan Franschen kant aan op een N.V. PAERELS Meubileering Mu. COMPLETE MEUBILEERING ". BETIMMERINGEN : Rokln 128 Telef. 4541 l agenda's moeten gerangschikt zijn en nimmer naar de verschillende onderwerpen." Wel zijn in den loop der tijden, onder den drang der noodzakelijkheid, nieuwe beginselen, naast en soms ook in strijd met genoemde voor schriften ingevoerd, in hoofdzaak is de oude regeling, van bijna 100 jaar geleden, nog steeds van kracht. Een kort overzicht van genoemde wijze van werken moge hieronder volgen. De ingekomen en uitgaande stukken worden allereerst geagendeerd, d.i. voor elk der soorten afzonderlijk wordt de korte inhoud der stukken op foliovellen, ingeschreven, onder elkander en naar tijdsorde. Tezamen vormen deze vellen telkens de agenda, die dus eene lijst der stukken geeft in chronologisch-numerieke volgorde. Uit de agenda's wordt de index, gevormd. Deze geeft eene verdeeling in rubrieken, waarin elke korte inhoud, naar gelang van den inhoud van het stuk, wordt opgenomen. De index geeft dus eene registratie der stukken, naar het onderwerp. Op dezen index wordt eene nummerlijst samengesteld, die, als men van een stuk datum en nummer weet, aanwijst, op welke bladzijde van den index het stuk voorkomt; uit de agenda wordt een klapper gemaakt, volgens de onderwerpen, met bij voeging, van het bijbehoorend folio van den index. Vervolgens gaan de stukken naar het archief, waar zij in portefeuilles worden opge borgen, volgens reeds vermeld voorschrift, ,,in eene tijdrekenkundige orde." Ter tegemoetkoming aan een der grootste bezwaren van deze regeling n.l. de moeilijk heid van het zoeken der stukken over een zelfde onderwerp, die uit den aard der zaak op geheel verschillende plaatsen zijn opge borgen, vormt men dossiers", die alle stukken over ne zaak bevatten ; eene be waring op deze wijze zou echter in strijd zijn met de voorschriften van 1823; daarom plaatst men in het archief zelve, op de plaats, waar het stuk behoorde te zijn, eene verwijzigingsstrook", terwijl dan de stukkenzelve toch te zamen in het dossier kunnen blijven. Het behoeft wel geen betoog, dat eene regeling als de hierboven omschrevene, die in beginsel misschien wel goed is, niet meer past in onzen tijd ; niet alleen door de methodezelf, maar vooral ook door het feit, dat, wat in 1823 goed was, het thans niet meer kan zijn. Men denke slechts aan de buiten gewone uitbreiding der Staatsbemoeienis, en de daarmede verband houdende ontzaglijke uitbreiding der Rijks-administratie, aan de snellere middelen van verkeer, enz. enz. Velen onzer lezers kennen ongetwijfeld de bezwaren, die zich in de praktijk voordoen ; men denke aan de moeilijkheid bij het zoeken naar vroegere stukken", betreffende eene zaak, en tal van andere bezwaren, waarvan eene volledige opsomming ons te ver zou voeren. In tal van archieven, vooral van GemeentcAdministratiën is dan ook sedert jaren eene andere methode in gebruik, die ten zeerste blijkt te voldoen, en wel volgens het Decimale Stelsel" van Melvil Dewey. In eene kort geleden verschenen alleszins lezenswaardige brochure geven de Heeren v. d. Boom en Icke, Commiezen bij het Hoofdbe stuur der Posterijen enTelegraphie, een over zicht van de werking van bovengenoemd stelsel, dat volgens de schrijvers tal van voordeden biedt boven de huidige methode, en dat zij ten zeerste aanbevelen voor invoering bij onze Departementen, enz. Wellicht zal het expeditie naar Polen ten einde de Russen op eigen terrein de kracht der Kntente te laten voelen, dan zou alles verklaard zijn. maar zelfs de felste milüairisten in Parijs zeg«cii, daaraan niet te denken. Echter, als men de Polen niet redden kan en wil met direkte militaire hulp, dan begrijpen wij niet wat er te bereiken valt met steun en erkenning van Wrangel, want vermoedelijk zal het niet dezen /eer spoedig den/elfden weg opgaan als niet Denikin e.a., zoodra de Polen dcMiiitief ver slagen zijn en de Runde legers vrij komen voor een nieuwen veldtocht in de Kriin ! Misschien zon er iets tegen de Sovjet-regeering uitgericht kunnen worden met. wederinsteliingen van de blokkade, maar hiertoe is Frankrijk na tuurlijk niet bij machte /onder Fngcl.'uid's medewerking en aldus is het onverklaarbaar, wat Frankrijk op eigen beeiien kan uitrichten tegen de Russen en zijn vijandige houding schijnt min of meer platonisch, juist als die van Amerika, dat inderdaad op uitnemende gronden weigert met een regeering als die in Moskou in contact te treden. Want dit Amerikaansche stuk, ongetwijfeld uit Wilson's pen gevloeid, is wel een /.eer sterk betoog legen liet Russische bolsjewisme, maar ook hierin mist men de aanduiding der middelen, die anderen hebben om Rusland daarvan te verlossen. Vermoedelijk is voor de Fransehe staats lieden het Russische vraagstuk onafscheidelijk verbonden aan het Duitselie, doch ook door daarop het oog gevestigd te houden leeren wij hun politiek nog niet begrijpen. Inderdaad dreigt de Russische opmarsen naarde Duitselie grens een deel van het te Versaillesopgetrokkeii gebouw Ie doen ineenstorten: nu reeds hebben Russische legeraanvoerders of staatslieden tot Duitsche journalisten gezegd, dat Rusland, dat het verdrag van Versailles niet heeft er kend, het Duitsche rijk van HU4 als nog bestaande en dus b.v. Dantzig nog als een Duitsche stad beschouwt. De Russische troe pen hebben Pooisclt gebied bezet, dat tot 1!)18 tot het Duitselie rijk behoorde en bij het verdrag van Versailles aan Polen is gebracht, en zij zijn daar als verlossers ingehaald, want - - zoo zeiden de Duitschers die daar wonen ----slechter dan onder Poolsch bewind kunnen we het nooit krijgen ! En wanneer nu straks heel Polen zich in Russische macht bevindt, zullen wellicht de Russen, die toenadering zoeken tot Berlijn, daarheen de boodschap zenden: komt gij ons hier aflossen en neemt wat u ook mettertijd bij het Hoofdbestuur der P. en T. worden ingevoerd, en daarmede op nieuw een bewijs van zijne practische bruik baarheid kunnen geven. Teneinde een over zicht van het decimale registratuurstelsel" te geven, ontleenen wij aan genoemde brochure het hieronder volgende. De uitvinder van het stelsel is de Amerikaan Melvil Dewey, die het reeds in 1873 toepaste. De grondgedachte ervan is de menschelijke wetenschap te verdeelen in 10 seriën, die aldus worden aangeduid : 0. Algemeene Zaken, Bibliographie. 1. Philosophie. 2. Godsdienst. 3. Sociale wetenschappen, Recht. 4. Taalwetenschappen. 5. Natuurwetenschappen. 6. Toegepaste wetenschappen. 7. Schoone Kunsten. 8. Literatuur. 9. Geschiedenis en Aardrijkskunde. Elk van deze 10 seriën of klassen heeft weder tien verdeelingen, en elke verdeeling weder tien onderverdeelingen; zoo kan men steeds doorgaan met het maken van verdere onderverdeelingen, naar gelang van de be hoefte. Klasse 3 zou dus als volgt te verdeelen zijn : 30. Algemeene Zaken betreffende de hoofd klasse 3. 31. Statistiek. 32. Politiek. 33. Staathuishoudkunde. 34. Rechtswetenschap. 35. Administratief recht. 36. Bijstand, Weldadigheid, Vereenigingswezen. 37. Onderwijs, Opvoeding. 38. Handel, Verkeer, Vervoer. 39. Zeden, Gewoonten, Folklore. Hieruit zou b.v. klasse 38 weder te ver deelen zijn : 380. Algemeene zaken betreffende de klasse 38. 381. Handel Binnenland. 382. Handel Buitenland, Consulaire Ver slagen. 383. Posterijen. 384. Telegrafie en Telefonie. enz. enz. Het stelsel is, zooals uit bovenstaand blijkt, zeer overzichtelijk, want elk nummer is eene onderverdeeling van het karaktergetal, na weglating van het rechtcrhandcijfer b.v. 3. Sociale Wetenschappen, Recht. 38. Handel, Verkeer, Vervoer. 383. Posterijen. Was oorspronkelijk het Decimale Stelsel bedoeld voor de registratuur van bibliotheken, het is evengoed toepasselijk te maken en te specificeeren voor groote administratitn, waar bij dan allereerst noodig is het vaststellen van een afgerond registratuurplan, en het aan wijzen van een alleszins bekwaam registrator, met dito vervanger en voldoende hulp personeel. Bij meer dan dertig gemcenteadministratiën is het stelsel reeds ingevoerd, ook o.a. bij de inrichting der registratuur van de Bataafsche Petroleum-Maatschappij en van de Maatschappij De Schelde" te Vlissingen. En in al deze gevallen is ook werkelijk gebleken het nadeel van het Rijicsstelsel, nl. de chronologische opberging, met of zonder toevoeging van dossiers, die bij toepassing van het Decimaalstelsel geheel vervalt; juist hierbij vindt elk nieuw onderwerp als 't ware zijn gereserveerde plaats. Miiiiiiimiiiiiiiiiiiiimiiiimiiiiiiiiiiiii iimtii«iiiiimiiiiiiiiiiiiimiiiiii" |BEZOEKT] l de Kon. Kweekerij f (?MOERHEIM'I f voorheen B. RUYS i I DEDEMSVAART l toekomt. Zal Duitschland dan weigeren? Minister Simons heeft nog geen aanduiding gegeven, maar zijn vriendelijk woord aan liet adres der Russische regeering heeft groot opzien gewekt en in l-'rankrijk leeft men onder de bange vrees, dat op deze wijze heel de regeling van Oost-Europa, die in Versailles gemaakt werd, zal verdwijnen, /ooda! Duiisehland aan dien kant weer sterk en groot wordt als vroeger. Dagelijks kan men in de Franschc bladen lezen, dat wat de Russen ook doen ten aanzien der oostelijke grenzen van Polen, de westelijke zijn vastgesteld bij het verdrag van Versailles, met andere woorden, dat indien Duitschland de hand mocht willen uitstrekken naar Uit Poolscli-Duitsche gebied door de Russen van Poolsehe macht bevrijd, Poch ge reed staat met militaire maatregelen in 't westen. Ziehier voor de Duitselie regeering een uiterst delicaat en pijnlijk dilemma. Evenwel, al houdt men dit alles in het oog. dan begrijpt men nog niet, wat Millerand er bij winnen kan, afscheid te nemen van zijn Britsellen collega en eigen wegen te bewandelen. (iezamelijk overleg met Ruslanu, Duitschland, Polen en de andere belanghebbenden had hier kunnen baten en daartoe was immers ook reeds besloten, maar juist hiervan is men in Parijs steeds meer afkeerig geworden, omdat men inziet dat daarmee opnieuw, juist als in Spa, getornd zon worden aan het verdrag van Ver sailles, en dit laatste is en blijft liet plecht anker der Pransche politiek. Want nog immer kan men er 'm l-'rankrijk niet toe komen, deze overeenkomst te zien als wat zij in waarheid is : het resultaat eener machtsverhouding die niet meer bestaat. Dit evenwel is struisvogel politiek en al belet Millerand hiermee een gemeenschappelijk overleg over de RussischPoolsche aangelegenheid, het verdrag van Versailles redt hij niet. De actie der Britsche arbeiders, die de regee ring onder voogdij willen nemen en haar willen beletten iets tegen Rusland te beginnen, is natuurlijk het gevolg van de vrees, dat Lloyd (ïeorge Millerand zal gaan volgen, inplaats van deze gene en aldus trappen zij inderdaad een open deur in, zooals de heer George op zijn gewone plastische wijze zeide, want wij hoeven er niet aan te twijfelen dat niemand liever dan hij vrede maakt met de Russen. Niet temin kan deze houding der Labour-partij heel belangrijk worden, als straks blijken mocht, dat Rusland Polen wel in naam maar BUITEN Ver van tram- en motor-drukte Zochten ze wat geurend groen Om er tusschen wilde boomen Nu eens niemendal te doen. Nergens klokken en kalenders, Geen gedrens van telefoon, Zelfs geen brieven en geen kranten, Alles Bataviersch-gewoon. Afgedamesde mevrouwen Loopen er als menschen rond, Uitgekapperde meneeren Zitten zoo maar op den grond, Opge-H-B-Esde jongens Lusten spek en roggebrood, Vergymnasiumde meisjes Baden-pootje in een sloot. Alles juicht en joelt en grinnikt; Alles ligt al vroeg in bed, Alles vindt er alles heerlijk En wordt stevig afgezet. Ver van politiek gehannis Wil men iets eenvoudigs zijn; Ver van stakings-folteringen Zoekt men lacht en zonneschijn. Wie bemoeit zich daar met Polen, Wie met Rusland en Lenin? Naar de weerga met die zorgen En de frissche bosschen in. Met zijn hengel en zijn dobber Gaat de revolutie-man Naar de fijne, stille plekjes Waar hij baarsjes snappen kan. Zeer eendrachtig gaat hij vissclien Met een braven burgerwacht, Buiten zijn ze kameraden Waar men zingt en danst en lacht. J. H. SPEENHOFF iiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiimimiiiini DEVO Gourfgo Sigaar FABRIKANTE N.V. DIEVENBACH'a HolL Sigarenfabrlak UTRECHT Voor van het graphie kunnen 383.1 383.2 383.3 383.4 383 383 383 383 de registrjtuur der Administratie Hoofdbestuur der Posterijen en Telezou een registratuurplan als volgt worden samengesteld : Brieven- en pakketvervoer, Postzegels, Postwisseldienst, Organisatie van den Postdienst, enz. enz. 11 Brieven, 12 Briefkaarten, 13 Nieuwsbladen, 14 Drukwerken, enz. enz. 383.21 Antwoord Coupons, 383.22 Philatelie, 383.23 Type postzegel, 383.24 Perforeeren van postzegels, 383.25 Postzegelrollen voor automaten, 383.26 Valsche zegels, 383.27 Gelegenheidszegeis. enz. enz. niet in waarheid wil laten blijven bestaan, b.v. door er een sovjet-republiek van te maken, d i;.1 natuurlijk de bevelen uit Moskou gehoor zame!' z:>ti. Vv\l is w;i;ir /.eide de arbeiders leider Cl\nes in 't lagerhuis onder toejuichingen van alle banken, dat een land met een opge drongen regeering niet onafhankelijk is, zoodat in liet bedoelde geval de arbeiders hun houding zouden wijzigen, maar wij betwijfelen sterk of als de Russische diplomaten die handig zijn als de beste uit de oude school -er iets op vinden om het te laten voorkomen alsof de Polen zelf hen als verlossers van de tyrannie hunner Pans" beschouwen, of dan de Britsche arbeiders zich niet zouden ver/etten tegen anti-Russische maatregelen hunner regeering. De zaak is immers dat zij, evenals de liberalen in Engeland, geen conflict niet Rus land willen, zeker niet uit sympathie met hel Russische communisme, want hun eigen lei ders die in Rusland geweest zijn, zeggen dat wat in Rusland bestaat niets op communisme lijkt, maar eenvoudig omdat zij voor Polen geen oorlog, zelfs geen blokkade over hebben. Zij willen vrede en normale betrekkingen inplaats van oorlog of maatregelen van halven oorlogstoestand, die de belastingen steeds meer in de hoogte jagen. De bemoeiing met continentale" aangelegenheden heeft den Engelschen zachtjesaan lang genoeg geduurd, bloed en geld genoeg gekost. Ja, werd er van daag of morgen een Britsche kolonie of een Britscli levensbelang door de Russen bedreigd, dan zou de Raad van Actie zeker niet tegen werken, maar de Roode troepen bedreigen Polen en voor de Polen voelt men in WestEuropa weinig. Intnsschen bindt deze arbeiders-dictatuur" de Britsche regeering toch in hooge mate de handen en de sterke premier kwam op tegen de gezags-aanmatiging, den aanval op de democratie, niet zijn bekende heftigheid. Hij neemt den handschoen op, zegt hij, al stelt hij het gevecht uit tot hij frissche kracht zal hebben opgedaan in de Zwitsersche bergen, Althans. . . . als morgen geen nieuwe gebeurte nissen hem toch weer thuis houden, want wij leven weer in een tijd, waarin de morgen niet weet wat de avond brengen zal. J. C. VAN O v i: \

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl