De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1920 25 september pagina 7

25 september 1920 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

25 Sept. '20. No. 2257 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND H. PADBERG S. J., J. A. Alberdingk Thijm, Schets van zijn leven en streven, Futura, Leiden, z. j. J. KOOPMANS, Middelnederlandse ro mans, Sijthoff, Leiden, 1920. M. J. BRUSSE, Vijl en twintig jaar onder de menschen, W. L. en J. Brusse, Rotterdam, 1920. M. J. BRUSSE, In 't verbouwereerde oude stadje. Em. Querido, 1920. LODE BAEKELMANS, Mijnheer Snepvan gers, P. N. van Kampen en Zn., Am sterdam, z. j. De heer Padberg geeft een vlot, aangenaam geschreven boek over Alb. Thijm, maar vooral ook een eerlijk boek. Diep gaat het niet, maar daarvan neemt het ook niet de allures aan. Dat de politieke gebreken van Thijm van een katholiek standpunt, o. a. zijn voor keur voor de openbare school, worden aan gewezen, behoeft ons niet te verwonderen; maar Padberg blijkt ook niet blind te zijn voor de zwakke zijden van den dichter Thijm. En waar de 19de eeuw hier op litterair gebied in Thijm wel haar hoogtepunt bereikt, is het gevaar groot zijn verdienste als kunstenaar te overdrijven. P. wil van Thijm niet meer maken dan hij is en hem toch ten volle dankbaar waardeeren. Na een algemeene vergelijking tusschen hem en Multatuli als mensen, emancipator en litterator, die natuurlijk allesbehalve in het voordeel van den laatste uitvalt, teekent P. in groote, rake lijnen Thijm als mensch, als theoretisch en practisch katholiek vooral, waarbij A. J. (Van Deyssel), de schrijver van de bekende, toch zoo waardeerlijke studie ' over zijn vader, het nog al eens ontgelden moet, en van caricatuur en laffe schennis beschul digd wordt. Hij toch had beweerd, dat Thijm eigenlijk katholiek was, omdat hij nu eenmaal uit katholieke ouders was geboren, dat hij over de waarheid van zijn geloot' niet nadacht. P.wil den oudenThijm zien als iemand die zich voortdurend nauwgezet rekenschap geeft van zijn geloof, den katholiek ,,avant toot." Dan volgt de schets van den emancipator. 1798 had slechts in theorie vrijheid en gelijkheid aan de Nederlandsche katholieken gebracht. In de practijk moesten zij natuurlijk nog ver overd worden. Een zekere ploot in heel een volk, die een paar eeuwen vast zit, wordt niet door een decreet weggestreken. Ook moeten de katholieken niet vergeten, dat hun toestand hier in de 17de en 18de veel gunstiger was ge weest, dan die van andersdenkenden in ka tholieke landen. In ieder geval, onder de regeering van Willem I en zelfs nog van Willem II is vrijheidsbeperking en tenachterstelling niet te ontkennen en het is niet meer dan billijk, dat de energieken en geestelijk krachtigen den strijd aanbinden tot vrijheid en gelijkheid zoo mogelijk ook tot broe derschap. In dien strijd is Thijm niet een van de eer sten, maar wel een van de vurigsten en hartstochtelijksten, strijdend met zijn zeer per soonlijk talent. Hij was geen politicus; hij was te veel romantisch dichter om zich te kunnen dwingen tot de tucht van den sol daat, tot de algemeene leidende en aan voerende kracht van den veldheer. Hij was de verwoede franc-tireur, die zich door eigen passie en instinct laat leiden. Zijn emancipatie-plan ging langs twee wegen: De protestanten, die zich het alleen-volk" wanen, moeten verdeemoedigd worden ; het zelfbewustzijn daarentegen der katholieken die voor een niet-volk" doorgaan, moet worden verhoogd. Eveneens tweevoudig zijn de middelen : de historische reconstructie en de artistieke prestatie." Door tal van strijdschriften heeft hij in deze richting gewerkt. Hij volgt daarbij onver biddelijk zijn eigen inzichten, ook tegen gezaghebbende geloofsgenooten in. Lang niet alle katholieken waren het met hem eens, toen hij zich uiterst fel uitte tegen de April-feesten van 1872. Westerwoudt, Nuyens zochten naar een middenweg, zagen in l April 1572 den datum van onze staatkundige vrijheid. Thijm hield zich onwrikbaar bij zijn eenmaal inge nomen standpunt. Op l April 1872 wapperde de driekleur van tal van katholieke gevels, maar het huis op de Pijpenmarkt rouwde. Even fel staat hij tegenover het staatkundig monsterverbond tusschen anti-revolutionnairen en katholieken. De nobele, fiere strijder wees alle samenwerking van de hand. Ook in den schoolstrijd was er geen eenheid tus schen den franc-tireur'en zijn partij. Thijm was vóór de openbare school. Wil men later de andersdenkenden niet vluchten,zoo meent hij, dan moet men er van jongs af mee omgaan. Dat onderling verkeer, al bij kinderen, staalt den moed." Padberg kan deze houding niet rijmen met Thijm's stelling tegenover het monster verbond". Het geldt hier echter m.i. twee geheel verschillende dingen. Men kan te goeder trouw desnoods ten onrechte ??aannemen, dat eenzelfde school aan allen het gemeen schappelijk noodige «even kan, en het toch verkeerd vinden broederlijk vereetiigd zijn politiek doel te gaan veroveren met een vijand, die een geheel ander doel nastreeft. Eerst na'jaren stfijds komt Thijm tot de overtuiging, dat het voor hem beter was, meer op het aesthetisch dan op het historischpolitisch aanbeeld te kloppen. Na jarenlang in verschillende richtingen getast en gezocht te hebben, vond hij eindelijk zijn weg ter emancipatie : den weg der schoonheid ; liet hij de reconstructie der historie" aan Nuyens over om zich met hart en ziel te geven aan de artistieke prestatie." Vooreerst beweegt zich deze in de bouw kunst. Reeds in '58 schreef hij De Heilige Linie." Dan zijn enorme werkzaamheid in zijn tijdschriften, De Dietsche Warande en de Volks-Almanak voor Nederlandsche katho lieken. In Thijm's litterair werk is bekoorlijke gratie, romantische zwier, stevige plastiek, maar in zijn verzen vooral heeft hij een te groote gemakkelijkheid. P, komt tot deze conclusie : Niet de klinkdichten van een Kloos, maar de liedjes van een Boutens moeten we beluisteren, om een maatstaf te vinden bij het beoordeelen van Thijm's verstechniek. Dat heb ik gedaan, en dat heeft me m'n oordeel doen uitspreken: zwaar-bewerkt, duur zijn de verzen van Alberdingk-Thijm doorgaans niet." Koopmans verstaat voortreffelijk de kunst het typische uit onze oudere litteratuur, het Huize J. ZOMEHJK BUSSINK Pavilioenlfoniielparl(jlel.2uiil4l90en7595 Restaurant a la carte Lunch, Afternoon-tea, Diners enSoupers Dagelijks muziek door het Huis-orkest DE INVOERING VAN DE ARBEIDSWET LLCHNISCHE. R.UBR.I BEWLGINGSFOTOGRAFIE We hebben alle al zoo dikwijls in de bioscoop de wonderbaarlijke standen gezien, die mensch en dier bij snelle beweging kunnen aannemen, dat algemeen bekend is hoe door cinemato grafische opnamen ook zeer gecompliceerde bewegingen onderzocht kunnen worden. Min der bekend.is het, dat ook de gewone camera gebruikt kan Worden, voor zeer belangrijke studies over de beweging van werklieden bij hun dagelijks werk. Het is dan het doel om op de fotografische plaat een lijn te krijgen, be schreven'door een of ander punt, dat sterk belicht wordt, om uit die lijn de verkeerde bewegingen weer op te maken. Het eerst is dit gedaan door ilbreth (een der meest be kende medewerkers enjvolgers van Taylor) in Amerika enTlater'in de meeste industrie landen door vele onderzoekers, j Bij dergelijke opnamen is het steeds het doel om slechts enkele punten van het lichaam llliiililiiliiliiiilimiiiililliillllllillil'liMiliiiiMii merg, de pit, scherp en pakkend uit te drukken. Wat den leek bij een eerste kennismaking een vrij langwijlige rijmelarij moet lijken, maakt Koopmans tot een levend ding. Onder zijn leiding gaat de lezer zien heel het leven en bedrijf van den tijd waarin het werk ont stond, de begrippen van eer en deugd en godsvrucht, die de menschen dreven totjhun handelingen. De ridders, die altijd maar nieuw avontuur zoeken, altijd maar weer lustig erop loshakken, jonkvrouwen redden en haar ten dienste staan, ze worden de dragers van de zuivere menschelijkheid van een be paalde periode. Laat men he't eens probeeren met het opstel over Karel en Elegast, waarvan de fabel vrij algemeen onder de ontwikkelden bekend is. Wat krijgt dat alles een glans onder de handen van Koopmans, een levendige schittering, een rijK, eerst verborgen leven. Wat wordt dat zonderlinge wonder-vcfhaal een prachtsymbool van middeleeuwsch geloof, van deemoe dige onderworpenheid, ook bij den hoogsten in rang, aan Gods wil, van de wijze vaderlijke leiding van od, die leert en tot inzicht brengt. Het is gelukkig, dat met dezen bundel weer eenige van Koopman's knappe opstellen aan de vergetelheid van een periodiek zijn ontrukt. Mogen er meer volgen, o.a. die over de Leken spiegel en de Nieuwe Doctrinael, die zulk een prachtig inzicht geven in de middeleeuwsche zedeleer e" de maatschappelijke toestanden en over de talrijke dichrerfigiiren uit later tijd. Kunst-photographie" de combinatie in de beteekenis die er door wie ze gebruikt in den regel aan gehecht wordt, heeft steeds mijn weerzin gewekt. Maar als liet werk van Brusse niet meer dan photographie naar het leven is, zooals nu eenmaal gebruikelijk schijnt het te qualificeeren, dan is dit toch inderdaad photographie en kunst. Brusse toch is niet de gewone dagbladrepor ter die er voor zijn redactie op uit trekt en, omdat zijn baantje dat nu eenmaal meebrengt, met de handigheidjes en foefjes van den dag min of meer smakelijk opdischt wat hij te zien kreeg, een druppel, die een oogenblik opspat in de zon om direct weer te verdwijnen in de voortvlietende massa. Hij is wel werke lijk een kunstenaar, die, gedreven door zijn persoonlijk talent, met zijn zeer persoonlijke vaardige kennis van het métier zijn indrukken verwerkt en vast en kranig uitbeeldt, zoo dat ze in hun pakkenden vorm voor later tijd n hun historische waarde n de charme hunner kunst behouden. Hij geeft het leven in alle standen en rangen, in de meest verscheiden verhoudingen en omstandigheden in alle oorden van ons goede landje. Het Nachtlicht van de zee is het beste wat ik van hem ken. Hoe grootsch in zijn ziltige, slingerende en smakkende realiteit is daar het geweldige geschilderd van de eenzaamheid der zee, van den onverbiddelijken stilstandjn de eeuwig deinende beweging. Dan Landlooperij tn Boefje, dat zijn boeken die blijven, en waar lijk niet enkel als bronnen voor de cultuur historische wetenschap van later eeuwen. De hier boven genoemde bundels bevatten een rijke verscheidenheid, een vroolijke le vendige revue van Brusse's vieve werkzaam heid. En wat een groei ; van de oudste schetsen af als Boompjes, die nog wel eens aan superi eure schooljongensopstellen doen denken, De Schoolmeester: Kom jij nog eerst een paar jaren bij mij." !J De arbeidswet 1919 zal met ingang van 24 October a.s. in werking treden. Het verbod van arbeid voor kinderen beneden 14 jaar treedt in werking op l Juli 1921. .-, j (Krantenbericht.) tot het vlotte, gemakkelijke meesterschap in de latere. En welk een warmte, welk een rijp begrip van het leven, welk een felle liefde voor het leven in al zijn uitingen. Welk een zin voor humor: zoo b.v. Op Texel, met den koetsier achter den prins aan, dien we niette zien krijgen, maar enkel de koetsier in zijn grillen, luguberen humor. Welk een leuke frissche causerie over Heyermans. Ook dat kleine boekje over het verbouwereer- mi ? u n imm.,,.?nu immuun! de stadje is geestig met de vermakelijke type van den Belgischen juge en zijnen nonkel en de grandioze Louise. In zijn soberheid en rustigen gang trekt het boekje van Baekelinans niet spoedig de aan dacht. Het grijpt niet plotseling aan door bij zondere stijlkwaliteiten. Het is doodgewone vertelling die aangenaam aandoet door zijn eenvoud en rust. Met ietwat nuchteren humor teekent Baekelinans het leven en bedrijf van een Antwerpschen rentenier uit de volksklasse, door allerlei kleine sjacherzaakjes rijk geworden, voor en tijdens de bezetting. Het boekje krijgt misschien mede zijn waarde door de tegenstel ling tot het toch wel wat drukke en geweldige Pallieter, stellig grooter, machtiger kunst, de malsche schildering van zuivere, reine menschelijkheid. En hier bij Snepvangers en de zijnen het kleuterige, mieserige gezeur uit een wereldje van schijn en leugen, van lafheid en aanstellerij. Maar Baekelinans verstaat de kunst wel dat alles smakelijk en gezellig uit te beelden. Toen ik eenmaal met lezen begonnen was, moest ik't verder, telkens toch nog maar eens kijken, hoe het nou toch eigenlijk met dien oolijken heer Snepvangers zou afloopen. Dat wijst wel op een trouwens reeds lang erkend natuurlijk talent van prettig verteller en zorg vuldig teekenaar naar het leven. En de komische effecten die hij weet te verzinnen ! dat schreeuwerige opdringerige Antwerpsche vischwijf dat mee naar Zwit serland gaat, als de Heer en Mevrouw Snepvan gers, de deftige renteniers, onder de hoede van een Belgischen Lissone zich een buitenlandsche reis veroorloven, Mie, die hun deftigheid steeds schandalizeert: Maar Seminis kinderen toch, die spreken van geen gebenedijd woord.. plezant gezebchap om mede te voyageeren.. Of is 't uit hoovaardigheid dat gij mij niet wilt kennen?.... Wel, fijne mijnheer, zijt gij uwen tijd vergeten?.... En dat heeft in de gemeenteraad willen zitten.... zeker om ook te zwijgen.... Maar dat kan ik ook.... Ik had een lekker stukske visch meegebracht om u te trakteeren, maar als gij het zoo verstaat dan vreet ik alles zelf op !...." J. PRINSEN J. LZ. iitmiiiiiitmm op te nemen. Dit kan gebeuren door het be vestigen van eenige electrische lampjes, b.v. zooals aangeduid in fig. l, dat voorstelt een wagenbestuurder, die een rem moet bedienen. Fig. l vertoont den man in rust, terwijl fig 2 en 3 de afdrukken zijn van opnamen van dienzelfden man, wat betreft de zes licht punten aan armen en schouders, wanneer hij remt met een electrische en met een pneu matische rem. Reeds op den eersten blik is hier te zien, dat de pneumatische rem veel minder inspanning van den remmer vereischt, daar alleen de eene hand sterk bewogen is en dan nog een vrij regelmatige lijn beschrijft, terwijl in fig. 2 duidelijk te zien is, dat vrijwel het geheele lichaam in beweging was. Fig. 4 geeft een lichtlijn weer van de linker hand van een werkman, die aan een stempelpers werkt. Later heeft Gilbreth de opna men stereoskopisch opgenomen en dan de afdrukken door den stereoskoop bekeken om er een draadfiguur van na te kunnen maken, waardoor hij kon nagaan welk deel van de baan noodzakelijk door de hand beschreven moet worden en welk deel feitelijk overbodig was. Zoodra dit goed bekend was werd een andere draadfiguur gemaakt, die alleen de essentieele deelen van den weg bevat en kon de werkman, door die draadfiguur met de hand te volgen, de verkeerde deden van de beveging weglaten, waardoor met veel minder vernuieienis voorden werkman een veel groo tere piodu.tie behaald kon wort en. Fig. 2. Foto's der lichtpunten uit lig. l, bij het hanteeren van een electrische rem Fig. '.'?. Foto's der lichtpunten uit lig. l, bij het hanteeren van een pneumatische rem Fig. 1. Wagenbestuurder met kleine electrische lampjes aan handen, elleboog en schouders F'ig. 4. Lichtlijn, beschreven door een lampje aan de hand van een werkman die een stempelpers bedient een studieloverden arbeid derjletterzetters. Dat de rest vanjde foto, behalve de lichtlijn, uiterst vaag is, komt natuurlijk door de lange belichting, waar door de andere eenigszins bewegende figuren van zelf vaag moeten worden. Van bij/onder belang is fig. 0. Het stelt de lichtlijn voor van de handen van een metselaai, die drie steenen gemetseld heeft. )uist op het gebied van metselen heeft (iilbreth een groot succes behaald, doordat hij na zorg vuldige analyse van het werk, door het op stellen van planken op diverse hoogten en plaatsen, ertoe kon voeren, dat de metselaar veel minder behoefde te bukken en te wenden. De uurproductie der werklieden, die zijn toe stel gebruikten en zijne aanwijzingen volgden rees dan ook tot een fabelachtige hoogte. Het pleit wel voor de Amerikaansche toestanden dat zijne methode eenige toepassing heeft gevonden : bij ons zou het een levensgevaar lijk experiment geweest zijn ! Van interesse is ook lig. 7. Het is de opname van een chirurg die (natuurlijk niet bij een patiënt, maar op cadaver)een wond dichtnaait, zoodat door bestudeering van de lichtlijn een betere methode aangeleerd kan worden, waar door de tijd ervoor noodig, sterk verkort wordt. Door de lampjes snel te doen oplichten kunnen stippellijnen verkregen worden, die als het ware opgebouwd zijn uit uitroepteekens waardoor de richting der beweging tegelijk vastgesteld is op de foto. Het nut dier foto's behoeft niet verder aangetoond te worden. Bijna iedereen kan ze maken met eenvoudige middelen. 5. Lichtlijn, beschreven door een lampje aan de hand van eenjletterzetter aan F'ig. 'i. Lichtlijn beschreven door lamp jes aan de handen van een metselaar, die drie steenen heelt gemetseld Fig. 7. Lichtlijn, beschreven door lampjes aan de handen van een chirurg, die een wond dichtnaait.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl