De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1920 9 oktober pagina 3

9 oktober 1920 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

9 Oct. '20. No. 2259 Dl- AMSTERDAMMER, W E F. K B L A D VOOR NEDERLAND MEERHOFF t,C CfiniSTOFL-E BBOMZEn IfHINHHItlHHMUMIIHMMIIIIHIIItlltlHHIIIlMIHIIIII lilllllllllMIIHtllllllllNllllltHllllllMIIIIIUIIIIMIIIIII»MIIIMIIIIIIMg STARK'S OXYDOL" I (CHLORAS KALICUS TANDPASTA) i Niral. Vtnn. 8TARK t Co. Cbamlsohi Fibrlek 't-HABT1, 'i-firavwihagi i . ^ _?.......... .^ ........ FLICK's BOOMSCHORS Is Chocolade in een vormenvan een samen stelling als In geen ander Fabrikaat wordt teruggevonden. OVERHEERLIJK VAN SMAAK! EIVEI CASPiïFLICK ? Opgericht 1145 Hofltvannclgn taitardim ROTTERDAM AMSTERDAM, Naaml. Venn. Amsterdamsche Bad- en Zweminrichtin§Over 't Y. Geopend het nienw gerestaureerde Gafé-Bestanrant W. F. H. MOOIJEN, Telefoon C. 1158 Lunch Diner Souper d la carte EXPLOITANT DINER- en AVOND-CONCERT Snelschrili RlEüTS BALT Zelfond. 93 Cent fr. In den Boekh. en na Dit is het eenvoudigste, kortste en duide lijkste Snelschrift. postw. bij RIËNTS BALT, Haag. Mond. en schrift, ond. ZUO JUIST VEKSCHEEN: F.M.DOSTOJEFSKI UIT SIBERI Roman in l deelen, omslag van IS. VAN MENS Prijs per deel gebonden f 1.5O Het verschijnen van dit werk is voor hen, die belangstellen in de Russische litteratuur een goede gelegenheid om weer eens met een belangrijk, typeerend Russich boek kennis te maken. In de voorrede zegt de schrijver o.m. over het manuscript, waaraan hij dit boek ontleend heeft: De geheel nieuwe, tot nog toe onbekende wereld, het ongewone van sommige gebeurtenissen, enkele bijzondere opmerkingen over het verloren volk" trokken mij aan en ik las .,.. met belangstelling. ALOM VERKRIJGBAAR Uitgave van Van Holkema 4 Warendoil, A'dam Vraagt prijsopgave van COGNAC : HENNESSY «#* aan Wijnhandelaren ZWOLLE VRAAGT UW WINKELIER cffnport vficnch. BIJWIEL8AHOEH van t Octoher af: OMVER WOESTBAREl - - KWALITEIT - -\ 12 MAANDEN GARANTIE Verkrijgbaar bij den RIJWIELHANDEL iililllllllillillllliiiillillllliliiililliilll OVER NEDERL. ZOOGDIEREN De inleiding tot dit dikke boek *) vangt aan met de bewering: Mooi en| leelijk zijn woorden, waarvoor in de natuur geen plaats is te vinden, of liever : de heele natuur is mooi." Ik wil over de al of niet-gerechtvaardigdheid dezer uitspraak geen oordeel vellen, maar meen mijnerzijds gerechtigd te zijn tot de bewering, dat in een recensie voor de woorden mooi en leelijk wel degelijk plaats is, en dat bij de beoordeeling van KerstZwart's Nederlandsche Zoogdieren beide woor den in voortdurende afwisseling van 't begin tot het eind van dienst kunnen zijn. Mooi zijn b.v. de talrijke platen, alle naar photo's, maar ze zijn geen van alle naar Nederlandsche" exemplaren van Zoogdieren genomen, en ook niet door Nederlanders. Men treft ze reeds aan in de werken van Meerwarth : Lebensbilder aus der Tierwelt, maar de meeste zijn vervaardigd door Engelschen en Amerikanen. Waarom deze overname van illustraties in dit boek in 't geheel niet als zoodanig wordt vermeld, begrijp ik niet, maarzij lijkt mij niet zonder bedenking, al neem ik gaarne aan, dat zij uit commercieel oogpunt geheel veroorloofd is. Maar dit verwijt zal wel den uitgever meer treffen dan den schrij ver. Mooi is ook voorzeker de liefde van den auteur voor de dieren, en voor de levende natuur in 't algemeen. Aan die wanne gene genheid danken goedgevoelde bladzijden hun ontstaan, al zijn stijl en taal ook alles behalve onberispelijk. Maar overal waar in zuiver *) Nederlandsche zoogdieren, door K^KSI ZWAKT. Uitgave W. J. Thicuie & Cie. Zutphen. zakelijke mededeelingen vour dergelijke ge voelsuitingen geen aanleiding bestond, wordt de beschrijftrant zoo dor, en tevens zoo weinig wetenschappelijk en zoo onsamen hangend, dat hij gerust en zonder voorbehoud als leelijk kan gebrandmerkt worden. Men oordeek' : ,,l\attenjamüic. Huiskut. Zwart, wit, roodgcel en bont. Staart met meer dan halve lichaamslengte, met een pun tig eind. Wilde Kut. Bij onze oosterburen. (ïeelgrauw met donkere vlekken. Staart met halve lichaamslengte, met in een dik knotsvormig eind." Zelfs als men aanneemt, dat het woordje in" door den zetter abusievelijk is ingelascht, wat hoogstwaarschijnlijk wel het geval zal zijn, kan men toch moeilijk deze differentiaal diagnose tusschen huiskat en wilde kat als een staaltje van goedgestelde soortsbepaling prijzen. De wilde kat is lang niet het uenigc nietNederlandsche Zoogdier, dat in dit werk over de Nederlandsche Zoogdieren" wordt besproken. Integendeel, onder liet opschrift ,,OvL'r de grenzen" wordt een geheelc reeks van vreemden, die in min of meer naburige landen voorkomen, behandeld. Tenslotte wordt zelfs een geheel hoofdstuk gewijd aan de Dolfijneujaeht bij de Lar-üer en een ander aan de Dieren in den oorlog", dus aan onderwerpen, die met onze vaderlandsche Zoogdiertauna maar in zeer verwijderd verband staan. Dit geldt trouwens evenzeer vour het rijk geïllustreerde opstel over de Bevers, al is het waar, dat deze dieren in vroeger eeuw en ook In ,ons land voorkwamen. Zeer vreemd vind ik het, dat van de talrijke photo's van Meerwarth, die op dit onderwerp betrekking hebben, juist diegene zijn over genomen, welke Amerikaansche bevers en hunne bouwwerken voorstellen Ook doet hel eenigszins wonderlijk aan, dat naast + ti() afbeeldingen van Zoogdieren niet m nder dan lövoorkomen, die Vogels voorstellen, hetgeen dan in den text in zoovei. .? wordt opgehelderd, als het hier zou gaan om vijanden der bespro ken zoogdieren. Op die manier doorgaande konden ook de parasieten der Zoogdieren zijn vernield en afgebeeld. Tenslotte heeft het opstel Ken leven vol gevaren", dat de lijdensgeschiedenis van een kikvorsen behandelt, zoover ik zien kan met Zoogdieren heelemaal niets uitstaande. Zelfbeperking behoort trouwens niet tot de deugden van dezen auteur : in het stukje over den Vos b.v. vermeldt hij op achtereen volgende bladzijden tot driemaal toe dat dit dier lang zoo schadelijk niet is, als het door jagers en boeren wordt nitgekreten. tin soms is de logica zijner redeneeriiigen duister : o.a. waar hij op een korte beschrijving der jonge vosjes en de vermelding van het feit dat eerst in de zesde levensmaand het typische vossengezicht voor den dag komt, laat volgen : Geen wonder, dat de vader later heelemaal niet naar zijn kinderen omziet." Kan een vossenvader den aanblik van zijn eigen physionomie niet uitstaan? Ook spreekt de Heer Kerst Zwart blijkbaar wel eens over onderwerpen, waarvan hij niet goed op de hoogte is, getuige het feit dat hij herhaaldelijk het woord mimicry" gebruikt, waar ,,protective resemblance" wordt bedoeld. Levenslang Vergun mij den heer 1;. de Sinclair op zijn rijmpje Levenslang" en aan mij opgedragen, te mogen antwoorden : dat het onverantwoordelijk van mij /on zijn wanneer ik zelfmoord beging; vooral met het oog op vrouw en kinderen ; dat ik me ook niet kan opsluiten, want dan zou de politie me dit beletten de heer de Sinclair vergeet dat ik belasting moet betalen ; dat mijn rauwe zeebonk" niet altijd twee ouderdoins-pensioen-lijders" moet hebben vermoord maar dat dit wel eens de een of andere gewetenlooze woekeniar-inillioenair zou kunnen zijn, die niet spoedig genoeg uitgemoord kunnen winden en waarop een gepleegde moord niet ais misdaad kan aan gerekend worden : dat de lieer de Sinclair iing nimmer ecu afgezwakt e n, a f gestompt e n ge v au gen e-v oor. levenslang heeft gezien die -i'< of OM jaren heeft geboet. Ik zag dien wei 't Is ander:-!" Groningen J. F. v A N B i: M M i: i. i: N In hetzelfde nnmmei \an ,.de Am sterdammer" komt een opstel voor van de hand van den heer de Sinclair, getiteld: ,.De rijksdaalder-; van Omccr,'1 waarvan het ge geven, laat ons zeggen merge/winen is uil een liedje door mij geschreven en gezongen en in mijn derde bundel opgenomen onder de titel ,,'n Standje", uitgave \V. !.. en ). Hrusse, Rotterdam. Ziehier het slot ; Vioeder vvenscht 'm wel te rusten Met een groote dikke zoen Ln terwijl de buurt blijft schelden Lu een groote keel op zet is de vree al weer gesloten Iu liet echjehjke bed. Vader 's morgens aan 't zoeken Waar hij toch zijn centen liet Moeder staat hem uit te lachen Want de stakker vind ze niet Want de allerlaatste duiten Waar hij naar te zoeken loopt Heeft ie in plaats van in 't zijne In zijn vrouw d'r hemd geknoopt. Foei de Sinclair: Sc'nici je dood en sluit ie op!" Dankend voor de papicrgunst J. II. S !?'r i. N n n : i Nieuwe Uitgaven Hij de erven F'. Uohn te Haarlem ver scheen een tweede herziene druk van l-jjei.!eiilh'/i!'ei', rechtskundig, economisch en administratie! handboek, door Mr. de Kat. Bij de Wereldbibliotheek" \eischeen l.odewijk de Raet, Vlaanderen"? l-'.ennmni'-dic Ontwikkeling, met portret van den seh.i ijver en voorwoord van R. Lambu'tyde i?aet." Herman Teirlinck, De \ien\ve (.'ilen^/negei in tien backen <>/ de /mig^le inearnatie van tien .<cliarluken 'nijl. IMImljlllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllmi!l[M!IIIIIIIIMImlllllllll!l SPAANSCH, ENGELSCH, FRAN&OH, DUITSOH 01o. l'ract. Onderwijs door buiten!. Leeraren TAGORE'S GEDACHTEN OOVER OPVOEDING Van de boekjes van Tagore is er n bizoudcr geliefd. Niet alleen in Holland maar ook in Amerika. Dat is niet het bundeltje Wij-zangen, dat komt in de tweede plaats. Maar de Wassende Maan", de liederen van het kind, dat boekje veroovert de harten, vooral de vrouwe-harten. Ik zal ei' een van meest kenmerkende gedichtjes uit neerschrijven, dan begrijpt men wat de Hollandsche en Amerikaansche moeders zoozér ontroert en bekoort. Schande!" heet het gedichtje, Waarom zijn er tranen in je oogen, mijn kind? Hoe leelijk van hen, om je altijd te beknorren, voor niets. Je hebt je vingers en je gezicht bemorst met inkt noemen ze je daarom vies? Wel foei! zouden ze de volle maan vies durven noemen, omdat ze haar gezicht met inkt besmeurd heeft? Ze beknorren je voor elke kleinigheid, mijn kind. Ze staan altijd klaar om wat op je aan te merken, voor niets. Je scheurde je goed onder 't spelen noemen ze je daarom slordig? Wel foei! wat zouden ze dan teegen een herfstmorgen zeggen, die glimlacht door zijn gescheurde neevelen? Let niet op wat ze zeggen, mijn kind! Ze maken een lange lijst van je misdrijven, leder weet dat je van lekkers houdt noemen ze je daarom gulzig? Wel foei! wat zouden ze dan wel gen. teegen ons houden ?" Is het niet duidelijk waar dit heen gaat? Dit wordt gewoonweg een kinder-revolntie. Het is snoezig en schattig en oolijk. liet lijkt \\el scherts, maar iedere moeder voelt er toch iets waars in. Len van mijn gcestigsie en schranderste vrienden, zelf echtgenoot, maar geen vader, heeft er plezier in, als hij bij ons komt, mijn twee jongens, rechte deugnieten, op te ruiven, iot hun groote satisfactie. Waarom zouden zij nu juist altijd moeten gehoorzamen? Als ze iets heel jooligs en plezierigs hebben bedacht, dan mag liet juist nooit. Al i'im pretjes worden voort durend bedorven door vermaningen en ver bodsbepalingendie ze hoogst onnoodig vinden. Daar moet eens een eind aan koomen. Den geheeleu dag worden ze verbonden en bevit, waarom mogen ze nu niet eens leeven naar hun eigen zin, waarom moet hun leeven nu altijd maar onaangenaam worden gemaakt ? Natuurlijk vinden mijn jongens dat een voortreffelijke redeneenng, en ze vragen mijn geestigen vriend of ze nu niet eens bij hem moogen woonen, en alles doen wat ze prettig vinden. Tot nog toe durft hij de consequentie van zijn betoog niet aan, al doet hij het voorkoomen alsof zijn theorie ernstig ge meend is. De geest van democratische revolutie, die op dit oogenblik de menschen-waei'eld heeft bevangen, tast ook de kinderen en de moeders aan Li n ceven als in het economisch en politiek leeven vindt men in de paedagogie dweepeis en doordrijvers die geen verschil maken tusschen mondigen en onmondigcn m in eens te veel van het goede willen. Ik heb al gehoon! van gezinnen waai men de iiioiitessori-iiiethode toepaste, met hel gevolg, dat geen bezoeker het in huis bij hen kon uithouden. Ln nu denk ik dat hetgeen Tagore bij zijn bezoek aan Nederland in 't openbaar oover de opvoeding heeft gezegd, verkeerd begrepen zal worden. Men zal er kinder-revohitie in vreezen, een vrij making van de onmondigen, een Miorl paedagogisch bolsjewisme. Dit zou zeer te betreuren zijn, want zooals liet bolsjewisme, door zijn dweeperij en ooverdrijung de zaak der democratische revolutie voor eeuwen huopeloos heeft benadeeld, zoo zou ook de zoo noodige en zoo uiterst ge wichtige zaak der kinder-opvoeding door dweepzucht worden bedorven. We zijn nog maar zoo kort geleeden aan de heevigste gewectensthvang en de treurigste verwaatloozing van het kind untkoomen. Lr komt licht en ruimte in de zaak, maar laat ons die niet bederven, zooals de zaak der misdeelden en onmondigen door ooverdrijving is geschaad, Tagore heeft nooit bedoeld dat men kinderen moet behandelen als volwassenen. lievenmin dat men ze niet zou moogen verbieden ol straffen De hoofdzaak in zijn leezing is deeze, dat men de kostbare en heldere bron van nieuw leeven, die in elke kinderziel aanwezig is, waardeert en zuiver houdt, ze niet verstopt en vertroebelt, Hij dringt aan op eerbiedige en /.oigvuldige erkenning van het schooiie dat kinderen ons kunnen brengen, op de vermijding van domme dwang en aanmatiging teegenoovei de fijne, ieere kinderziel. Ln de hoofdzaak in alle paedagogische wijsheid is de vraag: u'atutoe ini'ct liet onderwijs dienen'? Wat be oogt men bij de opvoeding? Welk einddoel stelt men voor elk kind als bereikbaar, nuodig en algemeen geklit;? Ln ieder zal moeten inzien dat hierbij de diepste en moevelijkste kwesties worden be trokken en wel voornamelijk ele religieuse kwestie. ???..Zoolang de maatschappij alleen i* ingericht voor stoffelijk voordeel, \oor lang en gezond en voorspoedig leeven, met als hoofddoel be hagen en genot, geld verdienen en weer ver kwisten zoolang ook zal liet onderwiis moordend zijn voor de kinderziel. l let streeven, vooral in Holland zoo alge meen en krachtig, om de kinderen maar zooveel moogelijk te doen genieten, om ze zooveel moogelijk vrijheid en amusement te verschaffen, om ze zoo min mnogeliik te dwingen, te besliatïen, en teegen hun eigen zin te laten handelen dat slurven mag verklaarbaar zijn ua de eeuwen van vcrwaarloozing en dwang, van ellende en verstumping het is een uiterst gevaailijk sturvcH dat geen rekening houdt met de verschrikking vau ouderdom en Dood. Men belitwrl alle kinderen te donniringen ran i/c' grooie waarheid dat /hl inen^elieïijli leeven lijden /\, en bij alle vreugde op de ni>ihl:tikeliik/ieit! eau lid lijden moei ://';/ vu"ri'erctd. Het knul initet -:uu vroeg mo-.i^elijk leeren dut In'! nieki'/ous .'"eken iun.tr genot onvennijdelijl; de meest gevreesde diende ten gevolge liecft. Het kind moet zoo goed moogelijk wolden voorbereid op het dragen van allerlei leed, op het heldhaftig ondergaan van onvermij delijke smarten, op het vinden van vreugde iu pijnlijke zelt'-verioochening. Gebeurt dit niet dan komt /aekie, teegen spoed en ouderdom met ha ononikoombare tragische einde cn.vindt een verweekeiiik! lichaam, een ziel zonder weeistand, een akelige leedigheid zonder troost, als de genietingen niet meer moogelijk zijn. Tagore, als Oostersch wijze, weet uil zoo goed als alle vroomeii en wijzen der Christen heid, en wie zijn Sddhana aandachtig leest zal het gemakkelijk ontdekken. In Luropa is deeze noodzakelijke wijsheid op dit oogenblik als \rrgecten." .Men heet' ellende en honger geleeden en Veilangl nu de schade in te halen. Daarbij verzuimt men het groote Christelijke piincipe dat de nieusch voor hoogere vreugde is bestemd dan enkel slollclijk en aestefisch genot, en men waar schuwt de arme kinderen niet genoeg voor de geweldige taak en liet zware werk da! hun te wachten staat. De Katholieken zullen mij hier teegcn\\erpcn dat zij wel deegelijk dit gr-jote principe be grijpen en er naar handelen. Ja, dat zij dit principe erkennen, dat weel ik. Dat zij er naar handelen, dat kan ik nog, niet toe geeveu. Hadden zij naar hun beginselen gehandeld, iu de voorbij gegane eeuwen, dan'zon ei nn geen bolsjewisme en geen kindcr-verwaar huizing bestaan. Maar wij leeven in een tijd van geweldige omkeer, van hernieuwde zelfbezmning, en daarom dringt Tagore. aan op Sddhana,' dal is: verwerkelijking, door daden, van de'wijs heid die door tien mond beierden, maar nog niet door har! en hand tot werkelijkheid ge^ woiden. W a l d e n 4 Oct. 102!)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl