Historisch Archief 1877-1940
N°. 2261
Zaterdag 23 October
A°. 1920
DE AMSTERDAMMER
WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Onder Hoofdredactie van Prof. Dr. G. W. KERN KAMP
Pethcte:?ren: Prof. Dr. H. BRUGMANS, Mr. E. S. OROBIO DE CASTRO Jr., Dr. FREDERIK VAN EEDEN, Mr. J. A. VAN HAMEL en H. SALOMONSON
UITGEVERS: VAN HOLKEMA & WARENDORF
i ijs per No. f 0.25. Per half jaar f 6.25. Abnnn. loopen per jaar
plus 10 cent dispositiekosten
INHOUD : Het naspel van de Poststaking,
door prof. Dr. G. W. Kernkamp. Tijdgenooten:
Lyautey, door Dr. G. W. C. Bijvanck. Inter
nationale Tribune, door Dr. Helene Stöcker.2.
Aansluiting bij Moskou, teekening van Jordaan.
Krekelzang, door J. H. Speenhoff.
Buitenlandsch Overzicht, door Prof. Mr. J. C. van
Oven. 3. Het Roode Lampje, door Dr. Fred.
van Eeden. 5. Voor Vrouwen (red. Elis. M.
Rogge) Vrouwen in Noord-Amerika, door Dr.
M. A. van Herwerden Prinsessen van Oranje
in Duitschland, door Elis. M. Rogge. Uit de
Natuur ; In Borderland, door Jac. P. Thijsse.
7. Nieuwe Engelsche boeken, door W. van
Doorn. Kunstenaars en Burgers, door Corn.
v. d. Sluis. Liederen uit het Boek der Liefde,
door Renéde Clercq.?De Wereld
heeftDuitschland noodig, teekening van George van
Raemdonck.?? Dram.-Kroniek, door Top Naeff.?8.
Techn. Rubriek. De Theorie van Einstein,
door Dr. J. F. vanOss.?Financien en Economie
door J. D. Santilhano. Indische Causerieën,
door Mr. H. G. Koster. 10. Vers, door
Charlvarius. Charivaria. Dingen die gebeuren, door
Aorta. Damrubriek, red. K. C. de Jonge. Uit
het Kladschrift van Jantje. Leekenspiegel; Ver
zen.?l {. De nieuwe Amsterdamsche leening,
teekening door Joh.Braakensiek. KleineMisères,
door Minca Verster?Bosch Reitz, met
teekeningen van Is. van Mens.
Bijvoegsel : De staking in de Engelsche
kolenmijnen, teekening van Joh. Braakensiek.
HET NASPEL VAN DE POST
STAKING
Zooals Braakensiek dat de vorige
week in prent heeft gebracht : na de
opheffing der staking liep de postwagen
wel weer, maar hij bleef toch knarsen en
piepen ; wou men hem aan den gang
houden, dan zou hij flink moeten wor
den gesmeerd.
Onze teekenaar heeft maar van zijne
meening te doen blijken, en de Regee
ring vliegt op zijne wenken. De be
doelde plaat verscheen Zaterdag den
16den October; twee dagen later maak
te de Regeering bekend, dat zij den
smeerpot ter hand zou nemen. Vlugger
kan het niet ; Braakensiek laat danken
voor de prompte bediening.
Maar toen er dan toch aan het smeren
zou worden gegaan, herinnerde de
Regeering zich, dat er onder de takken
van openbaren dienst nog andere
krakende wagens Waren, die ook wel
een likje mochten hebben ; het ging
nu toch in n moeite doorrf En zoo
kon de minister van financiën dan op
Maandag 18 October aan den voor
zitter der Tweede Kamer mededeelen,
dat het kabinet ter tegemoetkoming
aan de moeilijkheden van het rijksper
soneel, speciaal van gezinnen met kin
deren, besloten had een aantal voor
zieningen te treffen."
Reeds vroeger was een kinderbijslag
en een verhooging van de
bezoldigingsschalen 2 en 3 aangekondigd ; maar nu
werd medegedeeld, dat de pensioen
korting van 7"?zou vervallen en dat de
minimum-salarissen van gehuwde rijks
ambtenaren en rijkswerklieden op
hooger peil zouden worden gebracht.
Voor militairen en onderwijzers werden
soortgelijke maatregelen in het voor
uitzicht gesteld.
De minister deelde deze blijde bood
schap mede op den dag, voorafgaande
aan dien, waarop de heer van den Tem
pel in de Tweede Kamer een interpel
latie zou houden betreffende de verbe
tering van de salarieering van het Rijks
personeel en in het bijzonder van het
personeel van den Rijkspost-,
telegraafen telefoondienst."
Juist bijtijds dus om den schijn te
ontgaan, alsof de Regeering onder de
pressie van de Kamer tot een
loonsverhooging had besloten.
Maar te laat om de beschuldiging te
kunnen afweren, dat zij een ook door
haar noodig gekeurde salarisverbetering
eerst toestond, nadat er in het ambte
naren-korps een algemeene ontevre
denheid en. bij een bepaalden tak van
dienst een zóó slechte stemming was
ontstaan, dat liet te Amsterdan tot
een staking kon komen.
Te laat dus om geen voet te geven
aan de meening, dat zonder deze sta
king de Regeering niet, en in elk geval
niet zoo spoedig tot een verhooging
van de tractementen zou zijn overge
gaan.
Natuurlijk --- want het schijnt nu
eenmaal tot de ,,natuur" van een re
geering te behooren, niet te willen er
kennen, dat zij een fout heeft begaan,
zooals de onze b.v. nog altijd te hoog
hartig is gebleken om tegenover de
Nederlandsche zeelieden (met welk
woord wij «o/ede machinisten bedoelen :
dit ter beantwoording van een opmer
king, ons uit dien kring gemaakt naar
aanleiding van ons artikel Kort van
memorie") goed te maken wat zij op
31 Augustus 1.1. verzuimde en een offi
cieel bewijs van waardeering te geven
van de onschatbare diensten, die de
Nederlandsche koopvaardij gedurende
den oorlog aan ons volk heeft bewezen
natuurlijk heeft onze Regeering
niet erkend, dat zij verstandiger had
gedaan, reeds drie of vier weken ge
leden het besluit tot loonsverhooging
te nemen, waardoor de staking voor
komen zou zijn.
Aan minister de Vries was de on
dankbare taak opgedragen, tegenover
de Kamer te betoogen, Jat er geen ver
band moet worden gezocht tusschen de
staking en het besluit van 18 October.
Hij heeft zich met onverschrokkenheid
daarvan gekweten en de herziening der
salarieering verklaard uit de stijging
der noodzakelijke kosten van levens
onderhoud" en het voor de deur staan
van den winter". Van de beantwoording
der interruptie van den heer Ketelaar,
of die stijging niet reeds drie weken
geleden bekend was, maakte hij zich met
een handiglieidje af ; naar een
expliIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIM1IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIIIIIIIIII1IMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMII1I
LYAUTEY
v
Het slothoofdstuk kan geen dadelijkeu
triomf voor den generaal vermelden.
Niet altoos zouden de moeilijkheden onder
worpen voor hem uit den weg wijken; teleur
stelling.zou zijn baan kruisen. Waarnaar zijn
hart het liefst begeerde, bleek niet voor hem te
zijn weggelegd.
Maar het lot had dan toch voor hem zijn
vergoeding. De fortuin onttrok hem niet haar
gunst. Zij gaf hem zijn wensch: op haar wijze,
en naar wat zij beschikte. Het allerbeste is
er niet in de wereld.
Lyautey had maatregelen getroffen om
zich gedurende den gruoten oorlog in Ma
rocco te handhaven. Hij stond daar op post
voor Frankrijk. Maar voor zijn gaven vond
hij er niet het juiste veld op een oogenblik
dat het land voor zijn leven streed. Hij voelde
zich misplaatst op den achtergrond. Zijn gene
raals Mangin en Gouraud deden dienst op
Franschen bodem, zij toonden welke uitste
kende bevelhebbers de armee van Afrika aan
het vaderland kon verschaffen. De man, echter,
in wiens school /.ij hadden geleerd, moest ach
terblijven.
Hij had zijn werk in Afrika, hij hield zich
daaraan. Over hoe weinig macht men hem
nog slechts de beschikking had gelaten, hij
ging voort op den eenmaal ingeslagen weg en
bevestigde het gezag van Frankrijk door het
uit te breiden.
Het is -mijn innigste overtuiging," zeide
Lyautey in zijn rapport over den toestand van
Marocco tegen het einde van 1916, dat het
eenige middel om het land met al minder en
minder garnizoen tot aan het besluit van de
oorlog in vrede te houden, is: steeds voort te
gaan en aldoor de nog onnnderworpen streek
af te brokkelen, niet zoozeer om eenig mo
reel voordeel en nog minder uit lost om te
vechten, als wel omdat wij op die wijs tege
lijkertijd de hulpmiddelen van onze tegenstan
ders aantasten en onze eigene vermeerderen.
ledere stam die zich onderwerpt, moge ons
den vorigen dag nog met geweerschoten heb
ben ontvangen, den dag daarop stelt hij een
contingent troepen in onzen dienst, verkoopt
ons zijn koren, geeft zijn deel aan onze belas
tingen.
Had dit niet plaats gehad, hoe zou ik onge
straft mijn eigen bataillons hebben kunnen
zien verminderen, zonder dat ooit een enkele
man uit Frankrijk hen is komen versterken,
hoe zou ik onophoudelijk Maroccaansche
tiraillcurs hebbeu kunnen recrnteeren om de
zwaarbeproefde bataillons in Frankrijk op
peil te houden, al meer en meer koren naar het
moederland kunnen sturen en de inlandschc
belasting kunnen brengen van 3.300.000
francs in 1914 tot jneer dan IS.0(10.000 voor
het komende jaar ! Dat toch is een som die het
mij mogelijk maakte de onderworpen streek
tot voorspoed te brengen en tot voldaanheid
over de bevrediging, en tegelijkertijd strekken
de vruchten die zij opbrengt ais een aantrek
king voor het onafhankelijke gebied om zijn
deel te hebhen in den toenemeiulen bloei."
Hij teekeude dan het temt oor van den
Midden-Atlas af dat zijn vrijheid en volstrekte
wanorde had bewaard, hij toonde hoe hij dien
gevaarlijken ongeuaakbaren Wezzan wilde
benaderen, en hoe hij zeker was, mits men hem
den tijd gunde, dat hij dien buil uit Marotco
zou verwijderen. Van allerlei omstandig
heden hing de operatie af, het kon twee, het
kon meer jaren duren, eer men er toe overging,
maar zij kon niet mislukken."
En het was niet de krijgstaktiek, welke hij
op den voorgrond stelde, hij bezat den slag,
en daarop legde hij den nadruk om door een
politiek van tegemoetkoming met soepele
banden de inboorlingen te verstrikken. Zij
konden zich niet anders dan gewonnen geven.
catie van het feit, waarom hij eerst op
18 October aan de nadering van den
winter dacht, werd hem maar niet ge
vraagd ; het zou ook wel in zijne lijn
hebben gelegen, op zulk een vraag het
antwoord te geven : omdat den vori
gen Zaterdag opeens de koude inviel."
Veertien dagen geleden schreven wij
hier, dat het talmen van de Regeering
met de herziening der
tractementsregeling verbittering heeft moeten wekken;
na kennis te hebben genomen van wat
zij bij de interpellatie-van den Tempel
ter verdediging van hare houding heeft
aangevoerd, moeten wij die meening
handhaven.
De poststaking te Amsterdam was
een onbezonnen en afkeurenswaardige
daad en tegenover rijksambtenaren, die
het bijltje erbij neerleggen, kan geen
Regeering, die dien naam verdient,
concessies doen en moet zij het gezag
handhaven. In die laatste taak is de
Regeering op het kritieke oogenblik
niet te kort geschoten ; gecapituleerd
heeft zij niet ; maar ongerept is haar
gezag niet gebleven, nu zij kort na de
staking de gestelde eischen voor een
groot deel inwilligt, zonder dat zich
nieuwe omstandigheden hebben voor
gedaan, die verklaren waarom zij thans
verleent wat zij kort tevoren nog had
geweigerd te geven. Het kan van beleid
getuigen, wanneer een Regeering, na
dat zij bij een staking van rijksperso
neel liet toom in handen heeft gehouden,
de tengels wat viert ; maar hooger
schatten wij liet beleid, dat een staking
voorkomt door op het juiste oogenblik
aan rechtmatige eischen voldoening
te geven.
Terwijl wij deze regels schrijven,
is het Kamerdebat naar aanleiding
van de interpellatie-van den Tempel
nog niet afgeloopen. Leden van verschil
lende fracties hebben een voorstel inge
diend om er nog een schepje uit den
ketel bij te doen ; de een wil wat meer,
de ander wat minder geven, maar allen
beoogen de salarisregeling ten gunste
van het rijkspersoneel te wijzigen ; de
stemming over deze voorstellen heeft
echter op dit oogenblik nog niet plaats
gehad.
Onzeker blijft ook, welke houding de
Regeering zal aannemen tegenover de
stakers, die wel is waar weder in dienst
zijn tienomen, maar een verklaring heb
ben moeten onderteekenen, dat zij weten
alleen in dienst te zijn genomen, in
afwachting van een nadere beschikking :
het ontslag hangt hun dus nog boven
bet hoofd.
Het antwoord van minister Rtiys op
de desbetreffende vragen van den lieer
van den Tempt11 laat ruimte voor de
opvatting dat er geen of slechts zeer
weinige slachtoffers zullen vallen ; het
persbericht, dat er tot een strafvervol
ging zou worden overgegaan, is in elk
geval onjuist gebleken ; de Minister van
Het rapport sprak uitsluitend van Marocco :
wie echter die het las kon zich ontdoen van een
gevoel dat er een man aan 't woord was. in
staat om grooter dingen te ordenen dan de
betrekkingen van een kolonie. Had men
l.yautev niet noodig in Frankrijk V
"regen het begin van het jaar 1917 liet z.ich
de toestand op het oorlogsterrein onbevre
digend aanzien. Joffre's rol van den
ont'eilbaren legeraanvoerder was uitgespeeld, maar
men was den wereldberoemden militair nog
niet kwijt. Sommigen stelden hun verwach
ting op den nieuwen veldheer Nivelle, anderen
zagen in Serrail, den commandant van het
Oosterleger, den man van de toekomst. In den
aanvang van 191(i had Galliéni het ministerie
van Oorlog aanvaard en de verwachting was
er geweest dat hij, een militair van gezag,
eenheid in de leiding van den oorlog zou her
steilen. Maar Galliéni was niet langer op volle
kracht; hij kou niet overweg met het Par
lement eu moest om gezondheidsredenen zijn
ontslag nemen. Toen Jieeft men gedacht aan
Lyautey voor het ministerie.
Maar de tegenstanders van Galliéni ver
langden niet dadelijk den leerling aan het
hoofd, nu de proef met den meester was mis
lukt. Men liet de zaken gaan zooals zij gingen.
Totdat de premier dier dagen. .Aristide
Briand, bemerkte hoe wankel zijn ministerie
was geworden. Hij wilde het schragen door een
man van gewicht: hij had behoefte aan een
sprekenden naam en aan een verstandige!] kop
die van besturen afwist.
13 December 19lti verscheen in het Jimnnil
Oiiiciel een decreet dat den divisie-generaal
Lyautev benoemde tol minister van Oorlog,
en een decreet daarnaast waarbij de
divisiecneraal Gouraud resident-generaal werd van
Marocco. a d i n t e r i m.
Lyautey was niet onbekend me! de over
wegingen \\elke tot zijn keus hadden geleid.
Hij begreep dat hij over een rotte plank" de
macht had bereikt. Om 't even, hij zou dan
toch zijn, waar hij wilde wezen, waar. bijzijn
gaven kon te pas brengen. Hij rekende er op,
daar hij buiten de partijen stond, dat, hij ecu
Justitie wacht nog inlichtingen af, die
hij behoeft voor de beslissing of er al
of niet vervolgd zal worden.
De Regeering zal hebben te over
wegen, dat de bestraffing van enkelen
niet alleen door de overige stakers
maar ook door de groote meerderheid
van het personeel, ciat den dienst bleef
waarnemen, als een onrechtvaardigheid
zal worden gevoeld. Het is thans vol
doende gebleken, dat de staking niet
volgens een beraamd plan geschiedde,
maar een gevoelsuiting was ; ook wie
aan het werk bleven, verkeerden in
dezelfde stemming als de stakers;
zelfs onder de leden van de
confessioneele vakvereenigingen waren er wei
nigen, die in hun hart de daad der
stakers afkeurden, al volgden zij die
niet na.
Hoe zelfs onder de besten van het
personeel zich enkelen door verbittering
lieten leiden tot een nooit te vergoelijken
daad, kwam aan den dag door wat in
de Kamer is medegedeeld over de
opstellers van het beruchte manifest,
waarin tot sabotage werd aangespoord.
Zij hebhen, niet alleen allen een blanco
strafregister, maar n van hen heeft
zelfs bij verschillende gelegenheden
eervolle vermeldingen gekregen ; zijne
superieuren roemen hem als een uit
stekend ambtenaar ; volgens een in
specteur te Zwolle was hij de spil,
waarom de geheele dienst draaide."
Wanneer ambtenaren met zulk een
verleden hun naam zetten onder een
manifest als het bovenbedoelde, dan
moet men wel aannemen, dat een ge
weldige verbittering hun karakter had
aangevreten.
Van wat wij vroeger schreven, dat
geen fatsoenlijk mensch zich tot het
bedrijf van sabotage zal leenen, nemen
wij geen woord terug.
Ook doet het er naar onze meening
niets t O'.1 af, dat het manifest niet aan
spoorde tot wat de heer van den
Tempel noemde eigenlijke sabotage"
n.l. vernieling van voor het bedrijf
onmisbare werktuigen.
Het minne ervan vonden wij juist
dit, dat het niet openlijk verzet of
geweld predikte, maar met bloemzoete
woorden vergif toediende ; onder den
schijn van een aanmaning tot het zich
zoo stipt mogelijk houden aan alle
voorschriften, prees liet een wijze van
dienstverrichting aan, die binnen enkele
dagen den dienst geheel zou hebben
ontwricht en daaraan veel grooter
schade zou hebben toegebracht dan
het geval zou zijn geweest bij een toe
passing van de eigenlijke sabotage."
De Regeering heeft de acht
onderteekenaars van het manifest, allen be
stuurders van den Ccntralen Bond vat)
Post-personeel, zwaar gestraft ; ze zijn
niet oneervol ontslagen, maar wegens
ongeschiktheid voor den dienst is de
betrekking hun, met een termijn vaneen
maand opgezegd : door aan het ontslag
dezen vorm te geven, heeft de Regee
ring aan de betrokken personen de
gelegenheid ontnomen van de gevallen
beslissing in beroep te gaan bij een
scheidsgerecht. Bovendien heeft zij
het hun onmogelijk gemaakt voortaan
als vertegenwoordiger eener
vakvereeniging zitting te nemen in de Com
missie voor het Georganiseerd Overleg,
door het reglement daarvan te wij
zigen en te bepalen, dat alleen ambte
naren lid van die Commissie kunnen
zijn; de heer Dresselhuys toonde in
de Kamer aan, dat de Minister van
Waterstaat door deze wijziging buiten
zijne bevoegdheid is getreden, daar de
vakvereenigingen gekend moeten wor
den in wijzigingen van het reglement
en dit in het onderhavige geval niet is
geschied.
Niet alleen de heer Marchant, ook de
heeren Dresselhuys en de Muralt hebben
bij de Regeering op verzachting van
de straf aangedrongen ; de heer Dres
selhuys deelde daarbij nog mede, dat de
ambtenaren, van wie hier sprake is,
als paarden hebben gewerkt om de
staking te voorkomen en daarna om
haar nog denzelfden dag te doen
tinel, i ge n."
.Wij spreken gaarne de hoop uit dat
de Regeering aan dezen wensch gehoor
zal geven. Zonder straf mogen de
onderteekenaars van het manifest niet uit
gaan ; maar het zou te hard zijn, alleen
om deze afdwaling mannen te ontslaan
van wie de Directeur-Generaal heeft
verklaard, dat zij tot ae beste ambte
naren behooren.
De Regeering doe hen boeten voor
hunne fout, maar verwijdere hen niet
ui! 's lantis dienst.
KERN KAM i'
HET DUITSCHE PACIFISTEN
CONGRES
door dr. HELEN r: STÖCKER
Voor 't eerst hebben in Duitschland de
leidende pacifistische organisaties zich aan
eengesloten om gemeenschappelijk te strijden
en te ijveren voor de pacifistische idee.
Het 9e Pacifistencongres, dat begin Octobet?
gedurende drie dagen te Brunswijk gehouden
werd en waaraan een algemeene vergadering
van de eutsclie Friedensgesellschaft vooraf
ging,was n.l. belegd door de volgende \2 organi-*
saties :
l o. Deutsche l;rie(iensgesellschajt, (opge
richt 1892).
2«. Verband für internationale
Versttuidigung, (opgericht 1910).
3o. Hutu/ neues Valerland, (opgericht
1914).
4t>. Internationale l-ruuenlina fiir l; rieden
ttnd Freilieit, Dtutscher Znr;«, (opge
richt 1915).
Illlllllll IIIHIIIIItlllMlltlllllllllllllllllll
aanstaande reconstructie van het kabinet, hij
/ijn departement zon kunnen behouden.
Naar zijn gewoonte besliste hij dadelijk.
Hij t nog oogenblikkclijk op reis.
/ijn vrienden begeleiden hem tot het
Afrikaansche strand. Bij het afscheid stroomden
de tranen over het gezicht van Poeymirau,
zijn ouvergelijke ijken kameraad, den dappe
ren onder de dapperen.
In Gibraltar kruiste Lyautey zijn plaatsver
vanger, den generaal Gouraud. Daar vond hij
nok de couranten met tijdingen uit het moe
derland. Hij spreidde hen uit op zijn bed om
zieh op de hoogte te stellen.
Tot zijn ergenis en zijn verdriet bemerkte hij
dat verschillende nieuwe decreten en be
noemingen in uitersten graad zijn tninisterieele
macht besnoeiden. Hij werd ongerust en liet
een vriend komen.
..Op die manier." zeide hij hem, heb ik in
Parijs niets te maken. Denkt ge dat Gouraud
erg gesteld is op zijn ambt in Marocco?"
,,lk kan het niet denken," was het antwoord.
..Hij verlangt lenig naar zijn armee in de
Champagne."
Ken iiiigenblik later \\ekte Lyautey Gouraud
en op den rand van zijn bed gezeten een
Decemlvrstnrm loeide om de rots van Gi
braltar vroeg hu hem om raad. Maar
Gouraud zag de toekomst helder in. Wat
lieden die decreten er toe? Ken man van
Lyautey's kaliber schiep zieh zijn eigen plaats.
Hij kende /ijn vroegeren chef. hij had ver
trouwen in zijn ster.
Aarzelend ging de generaal naar Parijs.
Daar werd wel aan sommige van zijn
wenschen voldaan, maai' hij moest ook veel op
geven. Het was een onaangename intrede. De
atmosfeer om hem heen was geheel anders dan
de gewone. Hij met zijn nervense natuur had
behoefte aan een omgeving die hij door zijn
geest kon opwekken en die door haar instem
ming hem nieuwe opgewektheid gaf. Maar in de
Kamer van .Afgevaardigden vond hij bitteren
tegenstand. Daar heerschte het wantrouwen
tegen den Afrikaanschen generaal die zich
boven de burgerij rekende eu die een volmacht
eischte tegen de parlementaire regels in.
Bijna de eerste maal dat hij een maatregel
verdedigde op de tribune -- hij was nauwlijks
twee maanden minister en had een geruimen
tijd daarvan buiten'slands doorgebracht,
kwam het tot een conflict. Zijn inrichting van
den vliegdienst was aan de orde.
,,Ik heb mij aan mededeelingen daarover
niet willen onttrekken," verklaarde de minister
,,omdat ik van de opmerkingen, hier gemaakt,
zeker groot profijt zal kunnen trekken, maar
gij zult mij moeten toegeven dat ik u op tech
nisch terrein niet volg, omdat, zelfs in geheim
comité, die zaken te vermelden gelijk staat
met z.ich bloot te stellen aan de grootste ge
varen
Wat moet dat beteekenen?" schreeuwde
men hem van verschillende kanten tue.
,,Wil hij het Parlement opheffen?"
Ken uitbarsting van wild geroep volgde,
zooals men nog nooit had gehoord. De soci
alisten stormden los op de tribune als de
heleedigde partij, beschuldigd van landverraad.
De vrienden van Lyautey vormden voor hem
een wacht.
Eindelijk breekt de stilte door, na de aanne
ming van een motie voor het houden van een
geheim comitéwaarin de generaal een nadere
verklaring zal kunnen afleggen.
Maar de generaal, kalm tot nu toe op de tri
bune gebleven, gaat naar den president
minister toe, en Aristide Briand knikt hem te
gemoet : Wij kunnen de zaak best schikken.
Gij geeft een verklaring, generaal...." ,,lk
geef geen verklaring," zeide Lyautey, ,,ik heb
mij niet te verontschuldigen. De zaak is toch uit.
Veertien dagen vroeger of later ! Ik ga heen.
Ik bied u mijn ontslag aan."
Ken paar dagen later was ook het ministerie
gevallen.
De toekomst voor Lyautey lag in .Afrika.
Generaal Poeymirau onderwierp voor hem
het massief van den Atlas ; Marocco is be
vredigd, weldra zal Lyautey, académicien
als Joffre en Foch, den maarschalkstaf ont
vangen en de gelijke zijn van hen die aan het
front in Frankrijk hebben gestreden.
W. (i. C. B Y v A N c K