De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1920 20 november pagina 3

20 november 1920 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

20 Nov. '20. No. 2265 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOO R N EDERL AN D MKJIir VOOR en Motorrijwielen. UnlIR Reguliers dwarsstraat 56 AMSIERDAM Vraagt prijsopgave van C06NAC : HENNESSY *** aan Wijnhandelaren ZWOLLE FLICK's BOOMSCHORS Is Chocolade In een vorm en van een samen stelling als In geen ander Fabrikaat wordt teruggevonden. OVERHEERLIJK VAN SMAAK! EIVEI USPil FlIH ? Bpurliit IT45 hflntmilm Uitird» NV 1EUI3ILE ER-I MRICHTiNG DE n QONJ1SO St. Moritz - Zwitserland Schweizerhof Savoy Volkomen Ie Klas Comfort en Voor treffelijke verpleging bieden nevenstaande Familift-Hotels in zonnige ligg. Pension Inc. verw frs. 20.- tot 30.-. Gasper Badrutt iminuiiiiuiiiiiiimiii mniiiiiiiiiiiiiiiiiiuiuiiiuj % ^llllllllllllllllMlIMIIIIHHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIinilllllllllllllllllllllllllllllllllHIHIIHIIIIIIIII. l 11 STARK'S OXYDOL" (CHLORAS KALICUS TANDPASTA) || Naeml. Vann. STARK & Co. Chemisch! Fabriek ,,'s-HABE", 's-aravanhage 11 HflltlllltWllttnllimfHHII1imHIIIHIIII DAVOS. Hotel Continental ZON - SNEEUW - SPORT Informaties: LINDEMAN's Reisbureau IIIIIMM IIIIIIIIIIIIIIIIIIIII1IIII IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII Mllllllllltllllllllllllllllllllllllllllllltllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll*!""""1!11111111111 IM" Mllllllll Hl Dabies slapen ru-stid als ze C^MISOLES ? van de IliWIUBARDEN "AMTASIEFABRIEft DE AMSTERDAMMER Weekblad voor Nederland kost slechts f 6.25 per half jaar ONVERWOESTBARE - - KWALITEIT - 12 MAANDEN GARANTIE Verkrijgbaar bij den RIJWIELHANDEL Smoort sceptisisme moeten afwachten. Toch kunnen boeken als dat van Spengler dit een oogenblik doen gelooven. Spengler's boek is geen kritiek op het te genwoordige of een profetie van de toekomst Het is veel meer een philosofie der geschiede nis en het beschouwt bijna uitsluitend het verleden. Door een onuitputtelijke hoeveel heid paralellen, vergelijkingen, tegenstellingen.zoekt hij aan te toonen, welke de plaats is, die onze tijd in de Europeesche geschiede nis en in het verloop der geheele geschiedenis inneemt, en hij tracht te bewijzen, dat wij thans de teekenende symptomen meemaken van den laten ondergang eener groote cultuur, een avondrood, een slechts oneindig in de breedte gaande ontwikkeling van uiterlijke, meest technische en organisatorische gevolgen. Spengler schrijft een vlotten, soepelen essay-stijl, zonder oratorische verheffingen, nergens meer dan de cultuur van den fijnbeschaafden dilettant vereischend om hem te begrijpen. Dat zijne methode van enkele vergelijking nooit tot groote diepten kan voeren, spreekt van zelf, Spengler keert zich ten eerste tegen het oude schema : de oude geschiedenis de middeleeuwen de nieuwe tijd. De geschiedenis is oneindig veel samengestelder, en groote gebieden als Oost-Azië, Indië, Rusland, Amerika blijven bij zoodanige verdeeling geheel buiten beschouwing. Ook moeten wij ver van elkander liggende tijd vakken der geschiedenis, uit een hooger ge zichtspunt, als gelijktijdig" beschouwen, en chronologisch gelijktijdige als enorm ver uiteenliggend. De overname van het causaalprincjpe uit de natuurwetenschap in de geschiedenis wreekt zich. Spengler zegt: Er is een klasse van geleerden voor wie het onderscheid tusschen toga en wandelkostuum, een Byzantijnsch circus en een Engelsch sportpark, ouderwetsche Alpen-passen en internationale treinverbindingen, roeischepen en groote stoombooten, Romeinsche lansen en Pruisische bajonnetten, tenslotte tusschen een Suezkanaal, dat gebouwd is door een Pharao of door een modernen ingenieur,een magische macht bezit die lederen vrijen blik belet." En hij schrijft met grooten nadruk: Im perialisme is zuivere beschaving. In dit ver schijnsel ligt ontegenzeggelijk het lot van het avondland. De gecultiveerde mensch gebruikt iiiiiiiiliimiiMiniiiiiiiiitiiimiiiiiiii iiiiiiiiiinu iniiii niiiiii zijn energie naar binnen, de geciviliseerde naar buiten. Daarom zie ik in Cecil Rhodes den eersten man van eert nieuwen tijd. Hij ver tegenwoordigt den politieken stijl van een verdere westersche, germaansche, speciaal Duitsche toekomst. Zijn woord Uitbreiding is Alles" houdt in deze Napoleontische op vatting de eigenlijke tendenz in van iedere volkomen rijp geworden beschaving".... De expansie-zucht is een noodlot, iets demo nisch en overweldigends, dat den mensch van het latere waereldstad-stadium vastpakt, in zijn dienst dwingt en gebruikt of hij het wil of niet, of hij het weet of niet. De moderne Duitschers zijn het schitterend voorbeeld van een volk, dat zonder zijn weten of willen ex pansief geworden is. Het leven is de verwer kelijking van het mogelijke, en voor de verstandsmenschen bestaan er slechts exten sieve mogelijkheden." En Spengler zegt verder : Cecil Rhodes' begrip van den grooten plicht der verstandsmenschen tegenover de beschaving" dat alles is groot en voornaam, het voorspel tot een nog voorbehouden toekomst, waarmede de geschiedenis van den West-Europeeschen mensch tenslotte ophouden zal"Spengler wijst overal het starre systeem der geschiedvorsching" af. Ook de systematische" philosophie ligt thans oneindig ver weg, de ethische" is afge sloten en er blijft slechts nog ne mogelijk heid, derhalve een noodwendigheid : namelijk het scepticisme. Men laat alle absolute stand punten varen, dat doen wij omdat we het verleden als organisme begrijpen. Dus een morphologie der geschiedenis, en in Spengler's boek is, naar zijn eigen woorden, een poging gedaan, de onphilosophische philosophie der toekomst, welke de laatste van WestEuropa zijn zal" te schetsen. Er zullen noch hoogere, noch absolute waarheden be staan. Waarheden zijn er altijd alleen met betrekking tot een bepaald menschdom." Het thans verschenen eerste deel van deze analyse van den ondergang van deWest-Europeesche cultuur noemt hij: Gestalteen Werke lijkheid". Het bevat de grondslagen van een symboliek en houdt-in : vergelijkende be schouwingen over het probleem van getal, noodlot, causaliteit, tragedie, beeldende kun sten,natuurwetenschap en mythe.Daarbij moet dan steeds blijken dat onze tijd het karakter HET LIED VAN SCHIJN EN WEEZEN DERDE BOEK, ZANO IX '/ Is in n enkle, lichtende seconde gansch te begrijpen : Goed kan zonder kwaad nimmer bestaan, noch goedheid zonder zonde. 't Is al noodwendig, vreugdevol en schoon voor wie de werking van God's Wil doorgrondde. Maar voor het lijdend schepsel is 't een hoon. Het volgde zijn begeerten, vreugde jagend Zooals een hond het wild en 't wachtte loon naar zoeten prijs voor al zijn moeite vragend doch vindt zich onbarmhartig gekastijd en ziet rondom zijn rneedeschepslen, dragend geweldig onrecht, met elkaar in strijd, en 't eind onzeeker, als een donkere afgrond waarvan geen echo keert, waar voor altijd de booden blijven die men smeekend afzond, waar achter ondoordringbaar zwarte muur de toekomst schuilt, en 't is of zware straf stond op elke pooging om vóór 't stervens-nnr te weeten wat daar zoo streng is verborgen. Wel wordt gesprooken van het helsche Vuur. en van de Zaligheid waar smart en zorgen verdweenen zijn, volkoomen en voor goed, waar alles blinkt als op een lente-morgen. Maar al die. heerlijkheid wordt maar vermoed. De allergeloovigste der stervelingen ziet toch somwijl den twijfel weer gevoed door wat suggestie heet, en nimmer dringen berichten rechtstreeks uit dat lichte Land tot onze zinnen door. In mijmeringen draagt van het slotbedrijf, het uiterste, van den natijd, die de eindelijke balans vormt: een toestand, zooals die er in de vergane tijden reeds eerder is geweest. Maar nergens is in Spengler's voorstelling een spoor te vinden van een maatstaf of van werkelijke diepte. Steeds word'!' het eene met het andere gemeten. Niets wijst op waarlijke geestkracht, niets is visie of openbaring.. In eenige tabellen geeft hij een overzicht over gelijktijdige tijdvakken van den geest van de kunst en de politiek." Gelijktijdig" zijn bij voorbeeld Homerus en de Nibelungen-tijd, de groote vóór-Sokratische wijsgeeren en Galilei en Descartes, de Pythagoras-bond en de Pu riteinen in Engeland sedert 1620, Plato en Goethe, Boeddhisme, Stoïcisme en het mo derne Socialisme, de bloei van Athene en de Roccoco, de Helleensche schilderkunst en Corot en Manet, Amenembet, Pericles, Lodewijk XIV, Tutmosis,Caesar, en onze tijd. Hij onderscheidt bijvoorbeeld: ,,Lente: machtige scheppingen van een ontwakende, droomzware ziel. Zomer : rijpende bewustheid. Eerste burgerlijke critische actie's. Herfst: grootsteedsche intelligentie. Winter: :dus onze tijd en de komende eeuwen." : begin van de waereldstad-civilisatie, teniet gaan van de vormingskracht der ziel, tiet leven zelf wordt problematisch, en onreligieus, onrnetaphysisch". Wij zouden tenslotte op een ander voor kort verschenen boek willen wijzen, dat weliswaar reeds de aandacht getrokken heeft, maar toch allerminst zoo bekend is, als het naar zijn geweldige beteekenis verdient, namelijk : Ernst Block: Der Geist der Utopie" (Berlin-Dunkler en Humblot). Alles waar Spengler mee begonnen is, kan men hier geheel voltooid vinden: visionair inzicht in de structuur van onzen tijd, harts tochtelijkheid van geest en groote diepte. Buitengewone woorden, die men nergens anders hoort, staan in dit boek van waarlijke openbaring. ER.ICH GUTKIND illiiiiiililiiiiiiiililllllillllilllllllllllillliiiiniiiiiitlllllllliii minimum m SPAAHSOH, EMOEL9CH, FRAH9OH, DUITSOH oto. i-School 481 - H. 3289 Pract. Onderwijs door buitenl. Leeraren mllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllmlIMIIIIIIIIIIIIImlIIIIIIIIIIIIIIIMIIlflIIIIIIIII peilen wij met met dieplood van Verstand de duistre zee, als als alle vuur en doofden, en tasten angstig naar de sterke hand ons toegezegd, waar aan wij vast geloofden om ons te voeren door de duisternis, blind a/s wij zijn, van allen steun beroofden. Maar weet dat dit het Land van twijfel is, het scheemerland vol pijn en ongerustheid waar maar n ding rast-staande is en gewis: de Vreugde Gods, gekend door de bewustheid der menschen zelf, die jagend naar geluk vinden den weg die naar de hoogste Lust leid Nog schijnt ons 't leeven een wrecduardig juk nog klagen wij : Wie gaf ons toch die neiging die nu moet wijken voor den zwaren druk van Ouderdom en Dood, omdat voorbijging de bloeitijd van ons lijf, dat zal verdorren?" Het lijf wil lust en acht niet op de stijging Naar hooger licht, en als mei dreigend knorren de hond een been, houdt het zijn pretjes vast, en laat zich niets ontneemen zonder morren. Ach eer de ziel het welkend lijf o;itirasf, hoe moet zij lijden door haar teeder weezen dat niet meer bij liet grove lichaam past. Zoo wordt een weeke vlinder, pas verreezen uit het beschuttend Chrysalide-kleed eerst langsaarn door het hardend licht geneezeii. Er is toch nergens uitkomst, dan in leed, Maar dat wordt zoet en bovenmate heerlijk als gij de bron en heili'ge noodzaak weet. Wie Jezus kent, acht niets zoo zeer begeerlijk als Hem te volgen op zijn bloedig spoor, al wondt het hem de voeten nog zoo deerlijk. Beroepskeuze Slechts n bedenking kan men hebben tegen het hoofdartikel: Beroepskeuze in de Groene" van 6 dezer : de schrijver is te sober geweest; de heerschende anarchie ten opzichte van een zoo ernstig belang, hare som bere gevolgen voor de geheele samenleving en voor de belanghebbenden zelf werden m.i. met niet voldoende schrille kleuren uitgebeeld. Voor hen die in dit opzicht eenige opmer kingsgave bezitten is het bedroevend te zien hoe, het meest nog bij de welgestelden, waar geldelijke belangen geen overwegende rol behoeven te spelen, naast standgevoel, de jacht naar financieele vooruitzichten de beroepskeuze bepaalt en naar aanleg menig maal in het geheel niet gevraagd wordt. In het bijzonder wordt gezondigd waar de vader een zaak" heeft. Kooplieden beschou wen gewoonlijk als een factor van hun le vensgeluk de zekerheid, dat de zaak?zij zeg gen dan even pathetisch als onwaar?het geen ik voor mijn kinderen heb opgebouwd" na hun dood door hun nakomelingen zal worden voortgezet. Te veel zien zij in de laatsten hun natuurlijke opvolgers, zonder nadenken het er voor houdend, dat de aanleg voor het betrokken bedrijf, die hen deed sla gen, krachtens een natuurwet in hunne kin deren aanwezig is ; behalve vele andere in vloeden die een rol spelen, worden de eigen schappen der moeder, die zich immers even eens bij de kinderen doen gelden, misschien predomineerend zijn, niet in het geding ge bracht. Waar dit toe leidt, leert ons voor een paar jaren een in een Fransen economisch tijdschrift opgenomen merkwaardige statistiek betreffen de den levensduur van handelsfirma's na een zekere bestaansperiode d.w.z. van bedrijven, wier toekomst, na het gelukkig doorstaan van het tijdperk van pokken en mazelen, verzekerd mocht heeten -. die levensduur nu was gemid deld zeer kort. Aan de hand van uitvoerige cijfers werd deze teleurstellende uitkomst toe geschreven aan opvolging der kinderen in de bedrijven hunner ouders, welke veronder stelling bevestigd werd door het feit, dat firma's, die het gemiddelde eenigszins be langrijk overschreden, bijna zonder uitzon dering dezulken waren waarin een of meer malen overgang had plaats gehad aan onder geschikten, die daarin ,eene verantwoorde lijke posite bekleed hadden, aan menschen dus die blijken van bekwaamheid voor het betrokken bedrijf gegeven hadden. Van welk een zee van teleurstelling, van verdriet en teloor gegaan levensgeluk, van welk een niet te bereiken schadepost voor de gemeenschap legt zulk een statistiek getuige nis af ! Verandering dient er te komen en wel op radicale wijze : men ontneme de eindbeslissing aan hen die schijnbaar wél, in werkelijkheid niet de aangewezenen zijn : de ouders en de kinderen zelf. Immers brengt het ouderschap niet persémede de beschikking over een rui men blik en voldoende opmerkingsgave om bij de kinderen karaktereigenschappen, gaven en tekortkomingen te constateeren. Integendeel staat oudertrot* dikwijls een onbevangen oordeel in den weg en maakt dagelijksche om gang, zooals wij allen bij ondervinding weten, op zich zelf reeds stomp voor een frisschen kijk op persoonlijke eigenschappen. Bekwame paedagogen, daartoe op te leiden uit de beste der onderwijzers en leeraren, in samenwer king met practische vakdcskundigcn, bchooren op den duur de aangewezen beoor deelaars te worden om, desnoods met dwin gende macht bekleed, verkeerde besluiten te voorkomen. In schijn zou dit laatste een verregaande inkrimping van de ouderlijke macht beteckenen, in werkelijkheid doet zij aan dezen niet veel afbreuk. Reeds nu toch is door den leer plicht de onbeperkte heerschappij der ouders gebroken, en oefenen op de scholen onder wijzers en leeraren door hun stem bij de jaarlijksche schoolbevordering en bij het einddi ploma indirect invloed uit op de toekomst der kinderen ; de staat ook eischt reeds voor som mige ambten en beroepen geschiktheid en legt door den eisch van diploma of bul zijn wil negatief op. Van schending van tot dus verre heilig of onaantastbaar gebleken be ginselen is dus geen sprake. Aux grands maux les grands remèdes. G. K H u Y i r iiutti* iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiniiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiilliiiiiiiiiiiniiiMi Koomen niet Heiligen en Zaal'gen voor, bij alle volken en in alle tijden, die God tot zijn bizondre dienst verkoor, en die zich gansch aan Hooger Leeven wijden'? Zij vinden nergens rust, dan in de smart, Zij zijn tevreeden onder 't felste lijden zij voelen zich geborgen aan het hart van den geliefden Meester, en zij dulden ootmoedig dat men hen beschimpt en sart. Dat zijn de gansch van heemel-Hclit vervulden. Vóórtrekkers, gidsen naar 't beloofde Land, die 't leeven dragen als een last van schulden. Verlossing wachtend van des Vaders hand. Zij blinken in des menschdoms duistre stoeien, Nu hier, dan daar, met feilen liefde-brand. En bnovcn 't sombere rumoer ontmoeten de stralen van hun zeegening elkaar, voor ons verworven door vrijwillig boeten. Zie tot hen op, met aandacht, droeve schaar \ a/s tot het zwaayend licht der hoogc vuiiren die u beveiligen voor doods-gcvaar als gij in nacht moet duw de stormen siuren. Leert dan van hen, door vijanden omringd, God's tribii/atics dankbaar Ie verdtiuren. En als de groote zonnen, die vmkringt door stoet van Wachters het Heelal doorzweevcn terwijl hun graviteit planeeten dwingt Niet uit de voorgesclireeven baan te streeven, Zoo houdt dier ziele-zonnen Liefde-kracht ons veilig in den ban van 't Eeuwig Leeven. F R V. 11F. H l K V \ N K F, D E S

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl