De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1920 18 december pagina 2

18 december 1920 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 18 Dec. '20. No. 2269 Deze dweperij met Japan heeft ons niet voldoende op onze hoede doen zijn," zei een bezadigd Amerikaan eehigen tijd geleden tot mij, ,,hadden wij consequent de Austra lische politiek van een white Australia" ge volgd, we zouden nu geen moeite hebben!".. Hoe ging het nu echter? Toen een dertigtal jaren geleden de verdere immigratie van Chineezen in de Vereenigde Staten werd stop gezet, meende men in de toenmaals gevierde Japanneezen een zeer geschikt materiaal ge vonden te hebben voor den veldarbeid. Het was immers nog de tijd, dat Amerikaansche gezinnen Japansche studenten bij zich in huis namen uit voorliefde voor dit poëtische volk, dat later zou blijken heelemaal niet poëtisch in Westerschen zin, doch uitermate realistisch en materialistisch te zijn en in plaats van een gekoesterd schoothondje een geduchte handelsconcurrent op 't Aziatische vasteland zou worden! In even practischen zin als in hun eigen land, wijdden zich echter de Japansche immi granten in Amerika aan den systematische» opbouw van hun belangen. Ze konden van minder leven dan de blanke werkman, ze werkten desnoods zonder morren het dubbele aantal uren van dezen en hun vrouwen en kinderen werkten mee. Geboren boeren en aan een eenvoudig leven gewend, lieten ze gaarne het hoogere loon en de geneuchten der groote steden aan den blanken arbeider over. En ofschoon er in 't begin van onderkruipen in letterlijken zin geen sprake was, kwam het toch op hetzelfde neer. Door hun voorliefde voor den veldarbeid en hun grootere economische kracht als gevolg van den lagen levensstandaard, kregen de Jappies wel dra tal van perceelen in verschillende deelen van Californiëin handen, vooral in de Sacramento-vallei en rondom Los Angelos. De blanken leerden hen als krachtige mede dingers kennen en haten. En voor het laatste was wel eenige reden; de Japanneezen sloten zich in Amerika aan, kochten en ver kochten zooveel als maar kon aan eigen rasgenooteh en zonden hun spaarpenningen naar Japan. En de rassenhaat, aanvankelijk niet bestaande of latent, kwam door den voor spoed en het anti-Amerikaansch aan elkander kleven der Japansche landverhuizers met groote kracht naar boven. Waar Japanners in het bezit kwamen van vruchtbare stukken grond, daar duurde 't meestal niet lang, of hun blanke buren niet gesteld op hun nabuurschap ? ver kochten de plaats voor een prikje en zochten elders een andere nederzetting. Zoo. kwamen de Japanners in het bezit van tal van over verschillende plaatsen van Californiëverspreide landerijen-complexen, waar ze aaneengesloten in elkanders nabuur schap leven. En door hun meerdere geschikt heid hebben ze tevens de absolute controle gekregen over verschillende landbouwpro ducten, voornamelijk beetwortelen, aardappe len, tomaten, aardbeien en selderij. De handel in landbouwzaden is op het. punt om als een volgend nummer onder hun controle te komen. Bij de steeds groeiende economische macht van die zoo uitsluitend practisch aangelegde Japanners in Californië, was 't geen wonder, dat er zoo langzamerhand een beweging tegen hen ontstond. Een beweging, die nog ver sterkt werd door de ontgoocheling, toen de lieve, kleine natie van voorheen zich ontpopte als een geweldig concurrent en een niets ont ziende verdrukker van Koreanen en Chineezen. De Amerikaansche zendelingen in Korea brachten die ontnuchtering door de open baring van mishandelingen, kruisigingen, massa-moorden, waarbij alles wat de Europeesche oorlog ons te zien gegeven heeft, niet slechts geëvenaard, doch overtroffen werd. De eerste maatregelen tot uitsluiting der Japanneesche immigratie, zoowel op Hawaii, als in de Vereenigde Staten, dateeren van 1907. Ze leidden de Japansche emigratie in andere banen, vooral naar Braziliëen Chili, doch ze bleken niet afdoende. Met den toestand in Hawaii voor oogen, waar van de 250.000 inwoners de helft reeds Japansch was, besloot men toen de mazen van de wet wat aan te trekken. Zoo werd in m Het Nederlandsch?Servische incident waarmee onze regeering ons zoo koud op het lijf viel, den waan verstorend dat wij in de beste verstandhouding leefden met dit sinds den vrede zoo uitgestrekte en volkrijke Zuid-Slavische rijk, is ongetwijfeld geen ge beurtenis van wereld-historisch belang en d'Annunzio heeft zich vermoedelijk slechts weinig verheugd, als hij gelezen heeft, dat zijn Slavische tegenstanders hel verkorven hebben in de lage landen aan de Noordzee. d'Annunzio trouwens vecht niet zoozeer tegen de Slaven als wel tegen zijn eigen landslieden en de Annun/iade" die de vorige week reeds op haar eind scheen te loopen. dreigt de Italiaansche politiek in een crisis te brengen en de zoo heilzame regeling die de Adriatische quaestie bij het verdrag van Rappallo gevonden had, te verstoren. De dichter-dictator is door de blokkade van zijn gebied niet tot gehoorzaamheid teruggebracht, maar integendeel heeft een deel'der blokkeerende macht zijn gehoorzaamheid aan Rome opgezegd en nu de regeering aldaar geen nieuwe en sterker krachten zendt, die vermoedelijk door middel van eenige weigemikte kanonschoten het Italiaansche gezag in Fiume zouden kunnen herstellen. omdat de bevolking der stad d'Annunzio hartelijk moede schijnt te zijn - nu ligt de gevolg trekking voor de hand, dat zij voor den invloed van d'Annunzio's geestdrift op offi cieren en manschappen beducht is. De ge ruchten van Giolitti's aftreden staan hiermee in verband en men kan niet anders zeggen, dan dat het heengaan van dezen hezadigden staatsman onder zulke omstandigheden een zeer betreurenswaardig ding zou zijn. Dank zij zijn wijs beleid is de geweldige binnenlandsche crisis, die zicli in de bezetting deifabrieken uitte, zonder groote schokken ge regeld en is het geschil met Serviëop zulk een wijze bijgelegd, dat beide volkeren zich gaarne bij de regeling neerlegden. Moet nu Giolitti de vlag strijken voor de chauvinisten in leger en vloot, dan blijft de Italiaansch- Slavische quaestie ongeregeld, de toestand in 1913 in Californiëde Alien Landownership Law" afgekondigd, waarbij het aan Aziaten, die niet genaturaliseerd konden worden, ver boden werd land te bezitten, terwijl de termijn, gedurende welke zij land konden huren, op hoogstens drie jaar gesteld werd. De Japanners in Californiënamen deze wet nogal phlegmatiek op, want ze bood hun eigenaardige kansen tot ontduiking. Een Japannees kon niet genaturaliseerd worden, all right, maar zijn in Amerika geboren kinderen waren dan toch Amerikanen en mochten land bezitten. Wettelijk was de vader de voogd en had dus gedurende de minder jarigheid van de kinderen het volle vruchtge bruik van het op naam van dezen gekochte land. Of er werden vennootschappen opgericht tot ontginning van landerijen, waarbij het kapitaal en de arbeid werden verschaft door Japanneezen, terwijl de directie voornamelijk uit stroomannen, doch rasechte Amerikanen, bestond. Onder deze omstandigheden bleef het Californische vuurtje natuurlijk lustig branden. De zg. gele pers droeg er het hare toe bij door de gemoederen met allerlei opgewonden berichten te verhitten. Geheel Californiëzou binnen een menschenleeftijd Japansch worden, de meeste immigranten waren gewezen sol daten en officieren of zelfs geheime agenten van Japan, enz. Herhaaldelijk deed het ge rucht de ronde, dat Japan er geheime vlootstations op nahield in Neder-Californië, dus op Mexicaansch grondgebied. Het eerst werd dit sprookje in 1912 opgedischt, in de Magdalen Baai (in Neder-Californië) kruiste al sedert een jaar een Japansch oorlogsschip! Natuurlijk werd de zaak officieel onder zocht en er bleek niets van aan te zijn. Hard nekkig dook het gerucht weer op in 1915. Nu was het Turtle Baai, vlak bij de Ameri kaansche grens, waar zich n.b. een heel upto-date Japansch vlootstation met slagschepen, torpedobooten, een wachtschip en dokken en kranen zou bevinden! De waarheid achter haalde ook hier weer de leugen en als resul taat van een officieel onderzoek werd mede gedeeld, dat er eenige maanden geleden een Japansche boot nabij Turtle Baai gestrand was. Een lichter met kranen was uit Japan naar de plaats des onheils gezonden om het gestrande schip te redden en een maand lang was men er ijverig aan 't werk geweest, met gunstig resultaat. Er was werkelijk een stoute phantasie voor noodig," schrijft Jabes N. Sunderland, die in zijn boek Rising Japan" het voor de Japanners opneemt, om hiervan een modern vlootstation te fabriceeren." Sunderland schreef dit in 1917 en nu, drie jaren later, gelukte het een handig nieuws bureau om het bericht opnieuw te lanceeren. Juist na het indienen van de Saghalien-nota door Amerika aan Japan, zag ik in de Japan Advertiser," een Engelsch-Japansch blad, een telegram uit Amerika, dat de Vereenigde Sta ten een protest bij Japan hadden ingediend wegens het schenden van de Monroe-leer door er vlootstations op na te houden in Magdalen- en Turtle Baai! Een van de redenen, dat Amerika's bodem zoo gunstig blijkt voor het voortwoekeren van dergelijken onzin is wel, dat het aan vankelijk met alarmeerende letters van 10 c.M. groot, soms in rood, aan den kop van de cou rant aangekondigd wordt. Volgt er dan lateieen officieele tegenspraak, dan wordt ze heel nederig met gewone letter in een bescheiden hoekje van de krant ondergebracht. De waarheid is dan in alle geval gehuldigd, maar de publieke opinie merkt er niet veel van. Zoo ging het ook met een ander alarrnbericht over het instroomen van Japanneezen, CADILLAC Het Meesterstuk der Autotechniek Importeur: K. LANDEWEER, UTRECHT Illlllllllllllllllllllllllll i'iitiiimiiiHiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiii ongecontroleerd en bij duizenden, over de Mexicaansche grens. Een officieel onderzoek, door de Japansche regeering ingesteld, wees uit, dat er in geheel Mexico en Cerftraal-Amerika slechts een 2000 Japanners aanwezig waren, doch het gerucht leeft nu nog in onver minderde kracht. Overtuigd, dat al de bezwaren alleen langs diplomatieken weg waren te boven te komen, namen de Amerikaansche en Japansche re geeringen de zaak in 1917 ter hand. Tusschen den Amerikaanschen Staatssecre taris Lansing en den Japanschen gezant Ishiïwerd namens hun regeeringen een trak taat gesloten, dat bekend is onder den naam van Gentlemen's Agreement." Japan nam hierbij op zich de emigratie van haar zonen naar Amerika met kracht tegen te gaan. Slechts studenten en kooplieden, als vertegen woordigers van handelshuizen optredende, zouden in 't vervolg van de Japansche regee ring een paspoort naar Amerika krijgen. De Amerikaansche regeering van haar kant gaf den reeds in Californiëgevestigden Japan ners het recht: huizen, erven, fabrieken, warenhuizen en winkels in eigendom te hebben en land te huren voor woningbouw of handels doeleinden. De Japansche regeering hield zich trouw aan het traktaat. Haar consuls drukten zelfs de Japansche bevolking van Amerika en Hawaii ernstig op 't hart geen geld meer op Japansche banken te deponeeren en bij het onderwijs in de Japansche taal en letter schrift op de overal duor de Japanneezen op gerichte aanvullingsscholen (die H uur per dag uitsluitend Japansch onderwijs geven aan alle kinderen, die in de morgenuren de Amerikaansche lagere scholen bezoeken) geen Japansche gewoonten en geschiedenis meer te onderwijzen, doch slechts de Ameri kaansche cultuur met als voertaal het Ja pansch. En zoo geschiedde het, doch dit nam de achterdocht der Californiers niet weg. Ze beweerden, dat met iedere Japansche boot tal van blinde passagiers" hun land binnenslopen en de nog steeds door de onge trouwde Japansche immigranten gevolgde gewoonte om handschoentjes picturebrides" - uit hun geboorteland te laten over komen, werd een openlijke uitdaging van het Gentlemen's Agreement" genoemd. Er verrezen nu tal van anti- Japansche bonden, de Japanese Exclusion League," de Native Sons and Daughters of the Golden West," enz. En dezen zomer voegden de Labour Unions" in Californië, in overdreven vrees voor zg. Japansche onderkruiping, hun manifest bij de andere fanatieke protesten. (Slot VOlgt) W. F. K U 11 LM El.) ER EEN PARIS-OORDEEL IN DE GESCHIEDENIS DER SOCIALE VERZEKERING (Hoewel onze medewerker, Jhr. Mr. Smissaert, in het vorige .nummer reeds in zijne rubriek dit onderwerp behandeld IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItlllllllllllllllltllllllllltllllllllllllllllllllllllllllM OELOF AITROEN U KALVER8TRAAT 1 Amsterdam OPGERICHT 185O TELEFOON 658 N. DEN HAAG - PLAATS 23 firma M. J. 60UDSMIT PAARLEN, BRILLANTEN Goud, Zilver en Horloges en Uitsluitend eerste kwaliteit heeft, plaatsen wij toch gaarne ook dit artikel van Mr. Elink Schuurman, die de zaak weder van anderen kant beziet.) Red. Reeds zeven jaar is het geleden, dat het aan een rechtsch kabinet, in het gezicht van de naderende verkiezingen voor de Tweede Kamer, gelukte, de door Minister Talma ont worpen regelingen voor de ziekteverzekering, de Raden van Arbeid en de invaliditeitsver zekering door een gewillige meerderheid in de beide Kamers, en onder fel verzet van links, te doen bekrachtigen. Het partijkarakter van de gedreven politiek was echter zóó dui delijk gebleken en de technische fouten van de wetten waren zóó ernstig, dat, toen het rechtsche kabinet verdwenen was, het volgend ministerie, liever dan de verantwoordelijkheid te dragen voor de uitvoering van wetten van zulk gehalte, besloot tot het zeer ongewone en zeer verantwoordelijke standpunt: de rege lingen te laten voor wat ze waren. Minister Treub heeft zich toen aan het werk gezet en de regelingen met groot talent omgewerkt; maar de ontwerpen, die deze omwerking be lichaamden, zijn niet. in behandeling gekomen. Toen rechts vervolgens weer voor een mini sterie gezorgd had, lag het voor de hand, dat de Talma-regelingen zouden worden uitge voerd. Maar terwijl de invaliditeitsverzeke ring na ondergeschikte wijzigingen in zee werd gestuurd, was Minister Aalberse met de ziekteverzekering zoo spoedig niet gereed. Omwerking leek noodig, en een ontwerp eener wijzigingswet diende hij in het voorjaar 1920 bij den Hoogen Raad van Arbeid om advies in. Dit College komt dezer dagen bijeen om te trachten, den Minister te bewegen, van heel de ziekteverzekering af te zien; althans een meerderheid wenscht het daarheen te sturen en heeft reeds in een vorige vergadering dit te kennen gegeven. Het plan is den Minister te verzoeken, geen ziekenkassen der Raden van Arbeid te schep pen naar het plan Talma, maar de werkgevers gelegenheid te laten dit zaakje zelf op te knappen. Vrees voor onberekenbare ver meerdering van ambtenaren en voor ontzet tende kosten van administratie, wanneer de Raden van Arbeid het doen zullen, zijn de drijfveren. Deze beweging wordt, echter niet alleen door de groote werkgevers-organisaties ge steund, maar ook door de voornaamste leiders der Vakbeweging; en dit, plotseling opdui kende, buitengewoon-merkwaardige plan, is dus van genoegzaam belang, om door het publiek te worden gekend. Hoofdzaak is een organisatie naar beroepen, in tegenstelling met de territoriale organisatie die tot dusverre van elke regeling der sociale ziekteverzekering, hier te lande ontworpen of elders reeds van kracht, de grondslag ge weest is en die dan ook in de Taima-regeling gevolgd is. In elk beroep zullen de patroons hun werkgeversbond er voor spannen, om de financiëele lasten te dragen en de admini stratie te voeren. Elke werkgeversbond, bijv. van schilders, aannemers, confectiemakers, enz. stelt een Administrateur aan. Met be hulp van controleerende geneesheeren (en van plaatselijke agenten?) zal van dezen zetel der patroonsorganisatie uit, het doen der uit keeringen aan de werklieden bestuurd worden. Van den Staat wordt geen bijdrage gevraagd. De werklieden zullen tachtig percent van hun loon ontvangen en in de kosten niet mede dragen. De patroons dragen alle kosten ten volle in het besef, dat de vermijding der bemoeiingen van de Raden van Arbeid wel een offer waard is!" Het is een experiment, dat voorge slagen wordt. Noemenswaardige ervaring heb ben de patroonsorganisaties niet; en, zooals gezegd, uit geen der landen waar de ziekte verzekering haar vleugels heeft uitgeslagen is ons een voorbeeld bekend. De administratie der Ongevallen-verzekering berust hier te lande, naar men weet, wel is waar voor een deel bij die patroonsorganisaties. In de indus trie echter alleen wat betreft het billijke verdeelen der lasten, /onder bemoeiing met de toekenning en uitkeering der vergoedingen aan de arbeiders; en alleen in land- en tuin,,DE K III" HOU ZEE! Zonder dreinende reclame, Zonder drukte en gedoe; Voer dit kleine, kloeke scheepje Kalm naar Tandjong Priok toe. Zonder bijstand of geleide Ging het door den Oceaan, Even vlot als voor den Helder, Kwam het in de haven aan. Als een Fransche onderzeeër Zulk een reisje had volbracht; Werd het feit in alle kranten Met kolommen druks herdacht. Wat we hier in Holland lezen, Is een suf gemengd bericht: De K 111 is aangekomen". ., Alles wel. Men deed zijn plicht". Maar wanneer er valt te schimpen, Is ons rommeltje niet veel, En geen cent is er meer over Voor Marine-personeel. Met geen woordje heeft de Kamer Deze zeemans-daad vermeld, Ja, er is op dit gebeuren, Zelfs geen dikke mop verteld. Trotsch zijn we op onze Jantjes, Trotsch op onze oude vlag. Onze Hollandsche Marine Kwam weer kranig voor den dag. J. H. SPEENHOFF Ml tmUIIMIIIMMII IIHIIIIHMII DEVO Gourlge Sigaar FABRIKANTE N.V. DIEVENBACH'* HolL Slgaranfabriak UTRECHT bouw en zeevaartbedrijf, ook wat dit laatste betreft. Edoch: er is een groot verschil in de eischen die een ziekteverzekering stelt. Het ongeval, te constateeren aan een van buiten aankomend gebeuren, geeft aan een admini strateur der ongevallenverzekering een vasten bodem dien de ziekteverzekering mist. Moei lijkheden gelijk aan die in de ongevallen verzekering, pas ontstaan in de periode na het herstel, wanneer het er orn gaat de functioneering der ledematen te herstellen, begeleiden menig ziektegeval van den aan vang af. Daarbij komen de recidiven. De grensgevallen van ouderdomszwakte en ziekte. De eischen der vrouwelijke arbeiders. door wie met het volste recht gevorderd mag VRAAGT: SI-FA-KO S IGARE M Hot voornaamste tlllllllllllllHUJItilMI Illllllllllllllllllllli lllltlIIMIIMIIII dien hoek der wereld onzeker, en dit moet weer ongunstig werken op den binnenlandschen toestand in Italië. Hangt aldus het verdrag van Rapallo in de lucht, met de overeenkomst van Sè.vres is dit nog veel sterker het geval. Al heeft dan op de Londensche bijeenkomst de Fransche premier zijn bondgenooten niet kunnen over halen, een streep door deze regeling te halen, de Fransche regeering zelf steekt niet langer onder stoelen of banken dat zij er niets meer van weten vvü. In deze houding moeten haar de gebeurtenissen der laatste dagen nog be vestigd hebben. ,: Daar werd ten eerste de uitslag ' der stemming over Konstantijn's terugkeer ^officieel bekend en het bleek dat de Grieksche kiezers hun wettigen koning met zulk een overweldigende meerderheid terugwenschen, dat geen dreigement niet onthou ding van financieelen steun zijn reis naar Athene kon beletten. Frankrijk's vijand want aldus blijft men Kons'antiin beschouwen in Parijs komt dus weer op den Griekschen troon en de Fransche regeering, die er reeds zonder dit weinig voor voelde de'Grieken te belasten met de behartiging der Enten'e'bel.'tngen in den Levant en die hen na den val van Venizelos toch ;ii niel meer ver trouwde, wil thans van een pro-Grieksche oostersche politiek niet meer weten en streef! nu doelbewust naar overleg met de Turken. Zondag komt Konstantijn in Athene en van Zondag af zal de regeering in Parijs (jriekenland niet meer als Entente-geiioot of Entente-güzind beschouwen, maar als behoorende tot de vijandelijke groep. En blijkbaar ziet men in Moskou de situatie juist zoo in, want zoodra het van stond dat Konstantiin naar Athene zou terugkeeren is er een nol a van Tsjitsjerin naar Rhallys gogaan, waarin de Sovjet-Republiek Griekenland haar vriend schap aanbiedt. Wat heeft dan vraagt men Konstantiin met het communisme te maken? Niets anders dan dat het communisme in Frankrijk zijn felsten vijand ziet en dat Frankrijk den Grieksclien koning als zijn tegenstander beschouwt. De vrees van Franschen kunt, dat alle tegen de Entente ge keerde machten zich eenmaal zullen vereenigen, was derhalve wat Rusland en Griekenland betreft, niet geheel ongegrond. Overigens. Konstantijn zal zich wel tweemaal beden ken voor hij de uitgestoken hand aanneemt. want zijn houding blijft dezelfde : hij wil als vriend der Entente op den Griekschen troon komen. Dt? tweede gebeurtenis die de anti-Grieksche en pro-Turksche politiek der Fransche regeering moest bevorderen, was een neder laag door de Fransche tr >epen in Siriëge leden. Frankrijk heeft in Noord-Siriëen in Ciiiciëeen niet zon bijster groote legermacht op de been, heeft daarvoor ook niet zoo heel viel menseden en geld over en schijnt in 't bijzonder nier voornemens Ciiiciëbezet te houden. Kortom het schijnt best kans te zien om het met de Turksche nationalisten, die daar vechten, eens te worden, mits. . . het hun Sniyrna beloven kon. Srnyrna ech ter is bij het verdrag van Scvres toegezegd aan de Grieken en dus kunnen de Franschen het niet eens worden met de Turken zoo lang de bondgenooten niet bereid zijn de Grieken in den stook te laten. Hoe is dus de toestand? - zoo vraagt men in do Fransche pers. 't Is zoo, dat wij, Franscnen, onze mannon en ons geld offeren bij de bezetting van landstreken die wij niet eens willen be houden, enkel on alleen om Smyrna te be waren, voor.... doüzwaeer van Wilhelm! Aldus hei Fransche standpunt. Geheel juist schijnt het niet 'e zijn. alth;,os voor zoover wij beoord.'clen kunnen uit do wereld kundig gemaakte berichten, want hot is nog altijd zeer de vraag «i de Turksohe natio nalisten, do zoogenaamde Kemalisten, in derdaad bereid zouden zijn tot eui ovreenkomsi die de l:!'tente-moL,rcnd!?cde,'J, Frankrijk inbegrepen, bevredigt; »t h-t af staan van Smyna aan de Turken voldoende zo'.i zijn om hou tot Fntente-vriemk-n te maken. Want de verw;;dcnng tusschen Kemal en de Sovjct-republiek die de \orige week dreigde, <chijnt bijgelegd te zijnen er komen woer berichten over brnederüjke t ensgsvindlieid tussclH"? deze heide m, chten e;? Arme nië, dat zou juist lusscden beide verpletterd is. 't Kan zijn, dat Kemal dadelijk bereid zou zijn het bondgenootschap mef .Moskou te laten varen, als de h'nten'e met gunstige voorwaarden voor den dag kwam, maar zeker is dit toch niet, en in elk geval is men er in Londen z"u weinig zeker van, dat men daar de vriendschap niet de Grieken niet definitief wil opzeggen ter wille van een accoord met de Turken dat HUL', in de lucht hangt. Uo Fngelsche regeering is weifelend, maar een deel der Kngelsche pers is ..;eer stellig gekant tegen deze Franscl'.e politiek en roept, dat West-Furopa het nu zoo dikwijls beproefd heeft met een ,,levenskrachtig Turkije", zonder eenig succes, dat men daar niet weer mee beginnen moet. Engcland's houding trouwens blijft wei felend in geheel de oostersche politiek, de Russische inbegrepen. Het is nu wel zeker dat het heel gaarne het handelsverdrag met de sovjets sluiten zou, waarover voortd'urend onderhandeld wordt, en er is ook reeds een bericht gekomen dat de Britsche marineautoriteiten verlof geven aan schepen die handel willen .drijven op Russische ZwarteZee-havens, m.a.w. dat do blokkade van Sovjet-Husland daar niet meer scherp ge handhaafd wordt. Maar toch kan men blijk baar tot t'ornieele sluiting van tut verdrag niet komen e?' de jongste berichtin melden dat er weer een ongunstige wending in de onderhandelingen gekomen fs. De zwaarste zorgen der Britsche regeering liggen echter niet in liet oosten, maar dichter bij huis. De lersche vredes-campagne loopt niet glad en Lloyd George's openhartige lagerhuis-verklaring waarin hij op de hem eigen duidelijke en krachige wijze zijn politiek uit eenzette is gevolgd door het platbrandtn van een groot stuk der stad Cork, levendig her innerend aan het gruwelijk bedrijf der Duitschers in Leuven. De regeering ontkent met verontwaardiging dat dit het werk der Brit sche troepen geweest zon zijn, maar men vraagt zich at wie er dan schuldig aan kan staan : de Corkers /.uilen zelf hun stad niet in brand. gestoken hebben als antwoord op L. G.'s mededecling dat dit deel van Ierland in staat van beleg is verklaard. Dit is namelijk de kern van George's verklaring geweest : wij voeren vredesonderhandelingen en zijn zelfs bereid daarover te praten met de leden van het ,,par lement der lersche Republiek" dat natuur lijk niet erkend" wordt voorzoover die niet medeplichtig zijn aan misdaden, maar tege lijkertijd zullen wij voort gaan met de ler sche moord-campagne krachtig te bevechten en daarvoor de gevaarlijkste districten in staat van beleg verklaren. Het gevolg van dit besluit is nu dat iedereen, die met wapens in de hand gevonden wordt of die zonder recht een Britsche uniform draagt, des doods schuldig is en dit schijnt op 't eerste gezicht niet de goede manier om vrede en overleg voor te bereiden. Fdoch.... misschien heeft de scherpzinnige Britsche premier het toch wel bij het rechte eind, in dien zin, dat hij op deze wijze de naar overleg verlangende leren en de onverzoenlijker! scherper scheidt en aldus de macht van de Kroon vergroot. De oplossing der lersche quaestie moet dan komen dank zij den vrede dien men thans beoogt en het Home-Rule-ontwerp dat juist in het Huis der Lords geamendeerd is, maar waarvan de leren niets moeten hebben ! De liberalen drijven daarin den spot met de illusie alsof zóó de oplossing gevonden kan worden en Edward Grey is opnieuw voor den dag gekomen met zijn pacificatie-plan en is toegejuicht door een grooteren kring dan die zijner partijgenooten. Hen andere zware zorg voor de Britsche regeering, zwaarder dan de lersche misschien wel, is deze : Amerika en Japan zijn bezig aan het bonwen van een geweldige vloot, saamgesteld uit schepen van nog grooter omvang, nog zwaarder bewapening en nog grooter snelheid dan van de sterkste oorlogsbodems der Britsche vloot, zoogenaamd Post-Jtitland-schepen", aldus genoemd, omdat zij ont worpen zijn met gebruikmaking van de lessen die in den zeeslag bij jutland opgedaan zijn. Moet nu Engeland niet meedoen aan den wedloop? Vermoedelijk twijfelt niemand, of het zal meedoen, indien Amerika en Japan inder daad voortgaan, maar op 't oogenblik is de belastiilgschroef zoo pijnlijk aangedraaid, dat men 't nog niet waagt, en bovendien wie weet of de Volkenbond er geen stokje voor weet te steken? Japan heeft zoo juist in Genéve gezegd, dat het niet aan beperking der bewa pening kan denken, zoolang Amerika het zelfde niet doet en Amerika is nog immer geen lid van den Bond. Maar wat niet is, kan ko men, en dringende haast is er hij dezen vlootbouw niet, want voorloopig is Engeland nog goed voorzien. De volgende week komen Entente- en Duit se hv experts in Brussel bijeen om de eeuwige quaestie der schadeloosstelling opnieuw te entameeren. Het zal een voorbereidende bij eenkomst zijn en er komen nog drie tapes eer men aan het eind is. Intusschen is er al weer eenige wrijving ontstaan over de uit voering van de afspraak van Spa: Duitschland zou, beweert men in Parijs, het crediet dat het van de Entente ontving als loon voor groote leveringen, niet gebruikt hebben voor de voeding der mijnwerkers in het Roer gebied en bovendien andere verplichtingen niet zijn nagekomen. Berlijn ontkent ten sterk ste, maar de atmosfeer is hierdoor al weer minder gunstig geworden voor het nieuwe overleg in Brussel |. C. VAN O v t: N

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl