Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
18 Dec. '20. No. 2269
Deze dweperij met Japan heeft ons niet
voldoende op onze hoede doen zijn," zei een
bezadigd Amerikaan eehigen tijd geleden tot
mij, ,,hadden wij consequent de Austra
lische politiek van een white Australia" ge
volgd, we zouden nu geen moeite hebben!"..
Hoe ging het nu echter? Toen een dertigtal
jaren geleden de verdere immigratie van
Chineezen in de Vereenigde Staten werd stop
gezet, meende men in de toenmaals gevierde
Japanneezen een zeer geschikt materiaal ge
vonden te hebben voor den veldarbeid. Het
was immers nog de tijd, dat Amerikaansche
gezinnen Japansche studenten bij zich in
huis namen uit voorliefde voor dit poëtische
volk, dat later zou blijken heelemaal niet
poëtisch in Westerschen zin, doch uitermate
realistisch en materialistisch te zijn en in plaats
van een gekoesterd schoothondje een geduchte
handelsconcurrent op 't Aziatische vasteland
zou worden!
In even practischen zin als in hun eigen
land, wijdden zich echter de Japansche immi
granten in Amerika aan den systematische»
opbouw van hun belangen.
Ze konden van minder leven dan de blanke
werkman, ze werkten desnoods zonder morren
het dubbele aantal uren van dezen en hun
vrouwen en kinderen werkten mee. Geboren
boeren en aan een eenvoudig leven gewend,
lieten ze gaarne het hoogere loon en de
geneuchten der groote steden aan den blanken
arbeider over. En ofschoon er in 't begin van
onderkruipen in letterlijken zin geen sprake
was, kwam het toch op hetzelfde neer. Door
hun voorliefde voor den veldarbeid en hun
grootere economische kracht als gevolg van den
lagen levensstandaard, kregen de Jappies wel
dra tal van perceelen in verschillende deelen
van Californiëin handen, vooral in de
Sacramento-vallei en rondom Los Angelos.
De blanken leerden hen als krachtige mede
dingers kennen en haten. En voor het
laatste was wel eenige reden; de Japanneezen
sloten zich in Amerika aan, kochten en ver
kochten zooveel als maar kon aan eigen
rasgenooteh en zonden hun spaarpenningen naar
Japan. En de rassenhaat, aanvankelijk niet
bestaande of latent, kwam door den voor
spoed en het anti-Amerikaansch aan elkander
kleven der Japansche landverhuizers met
groote kracht naar boven.
Waar Japanners in het bezit kwamen van
vruchtbare stukken grond, daar duurde 't
meestal niet lang, of hun blanke buren
niet gesteld op hun nabuurschap ? ver
kochten de plaats voor een prikje en zochten
elders een andere nederzetting.
Zoo. kwamen de Japanners in het bezit
van tal van over verschillende plaatsen van
Californiëverspreide landerijen-complexen,
waar ze aaneengesloten in elkanders nabuur
schap leven. En door hun meerdere geschikt
heid hebben ze tevens de absolute controle
gekregen over verschillende landbouwpro
ducten, voornamelijk beetwortelen, aardappe
len, tomaten, aardbeien en selderij. De handel
in landbouwzaden is op het. punt om als een
volgend nummer onder hun controle te komen.
Bij de steeds groeiende economische macht
van die zoo uitsluitend practisch aangelegde
Japanners in Californië, was 't geen wonder,
dat er zoo langzamerhand een beweging tegen
hen ontstond. Een beweging, die nog ver
sterkt werd door de ontgoocheling, toen de
lieve, kleine natie van voorheen zich ontpopte
als een geweldig concurrent en een niets ont
ziende verdrukker van Koreanen en Chineezen.
De Amerikaansche zendelingen in Korea
brachten die ontnuchtering door de open
baring van mishandelingen, kruisigingen,
massa-moorden, waarbij alles wat de
Europeesche oorlog ons te zien gegeven heeft,
niet slechts geëvenaard, doch overtroffen
werd.
De eerste maatregelen tot uitsluiting der
Japanneesche immigratie, zoowel op Hawaii,
als in de Vereenigde Staten, dateeren van
1907. Ze leidden de Japansche emigratie in
andere banen, vooral naar Braziliëen Chili,
doch ze bleken niet afdoende.
Met den toestand in Hawaii voor oogen,
waar van de 250.000 inwoners de helft reeds
Japansch was, besloot men toen de mazen
van de wet wat aan te trekken. Zoo werd in
m
Het Nederlandsch?Servische incident
waarmee onze regeering ons zoo koud op
het lijf viel, den waan verstorend dat wij
in de beste verstandhouding leefden met dit
sinds den vrede zoo uitgestrekte en volkrijke
Zuid-Slavische rijk, is ongetwijfeld geen ge
beurtenis van wereld-historisch belang en
d'Annunzio heeft zich vermoedelijk slechts
weinig verheugd, als hij gelezen heeft, dat
zijn Slavische tegenstanders hel verkorven
hebben in de lage landen aan de Noordzee.
d'Annunzio trouwens vecht niet zoozeer
tegen de Slaven als wel tegen zijn eigen
landslieden en de Annun/iade" die de vorige
week reeds op haar eind scheen te loopen.
dreigt de Italiaansche politiek in een crisis
te brengen en de zoo heilzame regeling die
de Adriatische quaestie bij het verdrag van
Rappallo gevonden had, te verstoren. De
dichter-dictator is door de blokkade van zijn
gebied niet tot gehoorzaamheid teruggebracht,
maar integendeel heeft een deel'der
blokkeerende macht zijn gehoorzaamheid aan
Rome opgezegd en nu de regeering aldaar
geen nieuwe en sterker krachten zendt, die
vermoedelijk door middel van eenige
weigemikte kanonschoten het Italiaansche gezag
in Fiume zouden kunnen herstellen. omdat
de bevolking der stad d'Annunzio hartelijk
moede schijnt te zijn - nu ligt de gevolg
trekking voor de hand, dat zij voor den
invloed van d'Annunzio's geestdrift op offi
cieren en manschappen beducht is. De ge
ruchten van Giolitti's aftreden staan hiermee
in verband en men kan niet anders zeggen,
dan dat het heengaan van dezen hezadigden
staatsman onder zulke omstandigheden een
zeer betreurenswaardig ding zou zijn. Dank
zij zijn wijs beleid is de geweldige
binnenlandsche crisis, die zicli in de bezetting
deifabrieken uitte, zonder groote schokken ge
regeld en is het geschil met Serviëop zulk
een wijze bijgelegd, dat beide volkeren zich
gaarne bij de regeling neerlegden. Moet nu
Giolitti de vlag strijken voor de chauvinisten
in leger en vloot, dan blijft de Italiaansch-
Slavische quaestie ongeregeld, de toestand in
1913 in Californiëde Alien Landownership
Law" afgekondigd, waarbij het aan Aziaten,
die niet genaturaliseerd konden worden, ver
boden werd land te bezitten, terwijl de termijn,
gedurende welke zij land konden huren, op
hoogstens drie jaar gesteld werd.
De Japanners in Californiënamen deze wet
nogal phlegmatiek op, want ze bood hun
eigenaardige kansen tot ontduiking. Een
Japannees kon niet genaturaliseerd worden,
all right, maar zijn in Amerika geboren
kinderen waren dan toch Amerikanen en
mochten land bezitten. Wettelijk was de vader
de voogd en had dus gedurende de minder
jarigheid van de kinderen het volle vruchtge
bruik van het op naam van dezen gekochte
land. Of er werden vennootschappen opgericht
tot ontginning van landerijen, waarbij het
kapitaal en de arbeid werden verschaft door
Japanneezen, terwijl de directie voornamelijk
uit stroomannen, doch rasechte Amerikanen,
bestond.
Onder deze omstandigheden bleef het
Californische vuurtje natuurlijk lustig branden.
De zg. gele pers droeg er het hare toe bij
door de gemoederen met allerlei opgewonden
berichten te verhitten. Geheel Californiëzou
binnen een menschenleeftijd Japansch worden,
de meeste immigranten waren gewezen sol
daten en officieren of zelfs geheime agenten
van Japan, enz. Herhaaldelijk deed het ge
rucht de ronde, dat Japan er geheime
vlootstations op nahield in Neder-Californië, dus
op Mexicaansch grondgebied. Het eerst werd
dit sprookje in 1912 opgedischt, in de
Magdalen Baai (in Neder-Californië) kruiste
al sedert een jaar een Japansch oorlogsschip!
Natuurlijk werd de zaak officieel onder
zocht en er bleek niets van aan te zijn. Hard
nekkig dook het gerucht weer op in 1915.
Nu was het Turtle Baai, vlak bij de Ameri
kaansche grens, waar zich n.b. een heel
upto-date Japansch vlootstation met
slagschepen, torpedobooten, een wachtschip en dokken
en kranen zou bevinden! De waarheid achter
haalde ook hier weer de leugen en als resul
taat van een officieel onderzoek werd mede
gedeeld, dat er eenige maanden geleden een
Japansche boot nabij Turtle Baai gestrand
was. Een lichter met kranen was uit Japan
naar de plaats des onheils gezonden om het
gestrande schip te redden en een maand lang
was men er ijverig aan 't werk geweest, met
gunstig resultaat. Er was werkelijk een stoute
phantasie voor noodig," schrijft Jabes N.
Sunderland, die in zijn boek Rising Japan"
het voor de Japanners opneemt, om hiervan
een modern vlootstation te fabriceeren."
Sunderland schreef dit in 1917 en nu, drie
jaren later, gelukte het een handig nieuws
bureau om het bericht opnieuw te lanceeren.
Juist na het indienen van de Saghalien-nota
door Amerika aan Japan, zag ik in de Japan
Advertiser," een Engelsch-Japansch blad, een
telegram uit Amerika, dat de Vereenigde Sta
ten een protest bij Japan hadden ingediend
wegens het schenden van de Monroe-leer
door er vlootstations op na te houden in
Magdalen- en Turtle Baai!
Een van de redenen, dat Amerika's bodem
zoo gunstig blijkt voor het voortwoekeren
van dergelijken onzin is wel, dat het aan
vankelijk met alarmeerende letters van 10 c.M.
groot, soms in rood, aan den kop van de cou
rant aangekondigd wordt. Volgt er dan
lateieen officieele tegenspraak, dan wordt ze heel
nederig met gewone letter in een bescheiden
hoekje van de krant ondergebracht. De
waarheid is dan in alle geval gehuldigd, maar
de publieke opinie merkt er niet veel van.
Zoo ging het ook met een ander
alarrnbericht over het instroomen van Japanneezen,
CADILLAC
Het Meesterstuk der Autotechniek
Importeur: K. LANDEWEER, UTRECHT
Illlllllllllllllllllllllllll
i'iitiiimiiiHiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiii
ongecontroleerd en bij duizenden, over de
Mexicaansche grens. Een officieel onderzoek,
door de Japansche regeering ingesteld, wees
uit, dat er in geheel Mexico en
Cerftraal-Amerika slechts een 2000 Japanners aanwezig
waren, doch het gerucht leeft nu nog in onver
minderde kracht.
Overtuigd, dat al de bezwaren alleen langs
diplomatieken weg waren te boven te komen,
namen de Amerikaansche en Japansche re
geeringen de zaak in 1917 ter hand.
Tusschen den Amerikaanschen Staatssecre
taris Lansing en den Japanschen gezant
Ishiïwerd namens hun regeeringen een trak
taat gesloten, dat bekend is onder den naam
van Gentlemen's Agreement." Japan nam
hierbij op zich de emigratie van haar zonen
naar Amerika met kracht tegen te gaan.
Slechts studenten en kooplieden, als vertegen
woordigers van handelshuizen optredende,
zouden in 't vervolg van de Japansche regee
ring een paspoort naar Amerika krijgen.
De Amerikaansche regeering van haar kant
gaf den reeds in Californiëgevestigden Japan
ners het recht: huizen, erven, fabrieken,
warenhuizen en winkels in eigendom te hebben
en land te huren voor woningbouw of handels
doeleinden.
De Japansche regeering hield zich trouw
aan het traktaat. Haar consuls drukten zelfs
de Japansche bevolking van Amerika en
Hawaii ernstig op 't hart geen geld meer
op Japansche banken te deponeeren en bij
het onderwijs in de Japansche taal en letter
schrift op de overal duor de Japanneezen op
gerichte aanvullingsscholen (die H uur per
dag uitsluitend Japansch onderwijs geven
aan alle kinderen, die in de morgenuren de
Amerikaansche lagere scholen bezoeken)
geen Japansche gewoonten en geschiedenis
meer te onderwijzen, doch slechts de Ameri
kaansche cultuur met als voertaal het Ja
pansch.
En zoo geschiedde het, doch dit nam de
achterdocht der Californiers niet weg.
Ze beweerden, dat met iedere Japansche
boot tal van blinde passagiers" hun land
binnenslopen en de nog steeds door de onge
trouwde Japansche immigranten gevolgde
gewoonte om handschoentjes
picturebrides" - uit hun geboorteland te laten over
komen, werd een openlijke uitdaging van het
Gentlemen's Agreement" genoemd.
Er verrezen nu tal van anti- Japansche
bonden, de Japanese Exclusion League," de
Native Sons and Daughters of the Golden
West," enz. En dezen zomer voegden de
Labour Unions" in Californië, in overdreven
vrees voor zg. Japansche onderkruiping, hun
manifest bij de andere fanatieke protesten.
(Slot VOlgt) W. F. K U 11 LM El.) ER
EEN PARIS-OORDEEL IN DE
GESCHIEDENIS DER SOCIALE
VERZEKERING
(Hoewel onze medewerker, Jhr. Mr.
Smissaert, in het vorige .nummer reeds
in zijne rubriek dit onderwerp behandeld
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIItlllllllllllllllltllllllllltllllllllllllllllllllllllllllM
OELOF AITROEN
U
KALVER8TRAAT 1
Amsterdam
OPGERICHT 185O
TELEFOON 658 N.
DEN HAAG - PLAATS 23
firma M. J. 60UDSMIT
PAARLEN, BRILLANTEN
Goud, Zilver en Horloges
en
Uitsluitend eerste kwaliteit
heeft, plaatsen wij toch gaarne ook dit
artikel van Mr. Elink Schuurman, die
de zaak weder van anderen kant beziet.)
Red.
Reeds zeven jaar is het geleden, dat het
aan een rechtsch kabinet, in het gezicht van
de naderende verkiezingen voor de Tweede
Kamer, gelukte, de door Minister Talma ont
worpen regelingen voor de ziekteverzekering,
de Raden van Arbeid en de invaliditeitsver
zekering door een gewillige meerderheid in
de beide Kamers, en onder fel verzet van
links, te doen bekrachtigen. Het partijkarakter
van de gedreven politiek was echter zóó dui
delijk gebleken en de technische fouten van
de wetten waren zóó ernstig, dat, toen het
rechtsche kabinet verdwenen was, het volgend
ministerie, liever dan de verantwoordelijkheid
te dragen voor de uitvoering van wetten van
zulk gehalte, besloot tot het zeer ongewone
en zeer verantwoordelijke standpunt: de rege
lingen te laten voor wat ze waren. Minister
Treub heeft zich toen aan het werk gezet en
de regelingen met groot talent omgewerkt;
maar de ontwerpen, die deze omwerking be
lichaamden, zijn niet. in behandeling gekomen.
Toen rechts vervolgens weer voor een mini
sterie gezorgd had, lag het voor de hand, dat
de Talma-regelingen zouden worden uitge
voerd. Maar terwijl de invaliditeitsverzeke
ring na ondergeschikte wijzigingen in zee
werd gestuurd, was Minister Aalberse met de
ziekteverzekering zoo spoedig niet gereed.
Omwerking leek noodig, en een ontwerp eener
wijzigingswet diende hij in het voorjaar 1920
bij den Hoogen Raad van Arbeid om advies in.
Dit College komt dezer dagen bijeen om te
trachten, den Minister te bewegen, van heel
de ziekteverzekering af te zien; althans een
meerderheid wenscht het daarheen te sturen
en heeft reeds in een vorige vergadering dit
te kennen gegeven.
Het plan is den Minister te verzoeken, geen
ziekenkassen der Raden van Arbeid te schep
pen naar het plan Talma, maar de werkgevers
gelegenheid te laten dit zaakje zelf op te
knappen. Vrees voor onberekenbare ver
meerdering van ambtenaren en voor ontzet
tende kosten van administratie, wanneer de
Raden van Arbeid het doen zullen, zijn de
drijfveren.
Deze beweging wordt, echter niet alleen
door de groote werkgevers-organisaties ge
steund, maar ook door de voornaamste leiders
der Vakbeweging; en dit, plotseling opdui
kende, buitengewoon-merkwaardige plan, is
dus van genoegzaam belang, om door het
publiek te worden gekend.
Hoofdzaak is een organisatie naar beroepen,
in tegenstelling met de territoriale organisatie
die tot dusverre van elke regeling der sociale
ziekteverzekering, hier te lande ontworpen
of elders reeds van kracht, de grondslag ge
weest is en die dan ook in de Taima-regeling
gevolgd is. In elk beroep zullen de patroons
hun werkgeversbond er voor spannen, om
de financiëele lasten te dragen en de admini
stratie te voeren. Elke werkgeversbond, bijv.
van schilders, aannemers, confectiemakers,
enz. stelt een Administrateur aan. Met be
hulp van controleerende geneesheeren (en
van plaatselijke agenten?) zal van dezen zetel
der patroonsorganisatie uit, het doen der uit
keeringen aan de werklieden bestuurd worden.
Van den Staat wordt geen bijdrage gevraagd.
De werklieden zullen tachtig percent van hun
loon ontvangen en in de kosten niet mede
dragen. De patroons dragen alle kosten ten
volle in het besef, dat de vermijding der
bemoeiingen van de Raden van Arbeid wel een
offer waard is!"
Het is een experiment, dat voorge
slagen wordt. Noemenswaardige ervaring heb
ben de patroonsorganisaties niet; en, zooals
gezegd, uit geen der landen waar de ziekte
verzekering haar vleugels heeft uitgeslagen
is ons een voorbeeld bekend. De administratie
der Ongevallen-verzekering berust hier te
lande, naar men weet, wel is waar voor een
deel bij die patroonsorganisaties. In de indus
trie echter alleen wat betreft het billijke
verdeelen der lasten, /onder bemoeiing met de
toekenning en uitkeering der vergoedingen
aan de arbeiders; en alleen in land- en
tuin,,DE K III"
HOU ZEE!
Zonder dreinende reclame,
Zonder drukte en gedoe;
Voer dit kleine, kloeke scheepje
Kalm naar Tandjong Priok toe.
Zonder bijstand of geleide
Ging het door den Oceaan,
Even vlot als voor den Helder,
Kwam het in de haven aan.
Als een Fransche onderzeeër
Zulk een reisje had volbracht;
Werd het feit in alle kranten
Met kolommen druks herdacht.
Wat we hier in Holland lezen,
Is een suf gemengd bericht:
De K 111 is aangekomen".
., Alles wel. Men deed zijn plicht".
Maar wanneer er valt te schimpen,
Is ons rommeltje niet veel,
En geen cent is er meer over
Voor Marine-personeel.
Met geen woordje heeft de Kamer
Deze zeemans-daad vermeld,
Ja, er is op dit gebeuren,
Zelfs geen dikke mop verteld.
Trotsch zijn we op onze Jantjes,
Trotsch op onze oude vlag.
Onze Hollandsche Marine
Kwam weer kranig voor den dag.
J. H. SPEENHOFF
Ml tmUIIMIIIMMII IIHIIIIHMII
DEVO
Gourlge Sigaar
FABRIKANTE
N.V. DIEVENBACH'*
HolL Slgaranfabriak UTRECHT
bouw en zeevaartbedrijf, ook wat dit laatste
betreft. Edoch: er is een groot verschil in de
eischen die een ziekteverzekering stelt. Het
ongeval, te constateeren aan een van buiten
aankomend gebeuren, geeft aan een admini
strateur der ongevallenverzekering een vasten
bodem dien de ziekteverzekering mist. Moei
lijkheden gelijk aan die in de ongevallen
verzekering, pas ontstaan in de periode na
het herstel, wanneer het er orn gaat de
functioneering der ledematen te herstellen,
begeleiden menig ziektegeval van den aan
vang af. Daarbij komen de recidiven. De
grensgevallen van ouderdomszwakte en
ziekte. De eischen der vrouwelijke arbeiders.
door wie met het volste recht gevorderd mag
VRAAGT:
SI-FA-KO
S IGARE M
Hot voornaamste
tlllllllllllllHUJItilMI
Illllllllllllllllllllli lllltlIIMIIMIIII
dien hoek der wereld onzeker, en dit moet
weer ongunstig werken op den
binnenlandschen toestand in Italië.
Hangt aldus het verdrag van Rapallo in
de lucht, met de overeenkomst van Sè.vres
is dit nog veel sterker het geval. Al heeft
dan op de Londensche bijeenkomst de Fransche
premier zijn bondgenooten niet kunnen over
halen, een streep door deze regeling te halen,
de Fransche regeering zelf steekt niet langer
onder stoelen of banken dat zij er niets meer
van weten vvü. In deze houding moeten haar
de gebeurtenissen der laatste dagen nog be
vestigd hebben. ,: Daar werd ten eerste de
uitslag ' der stemming over Konstantijn's
terugkeer ^officieel bekend en het bleek dat
de Grieksche kiezers hun wettigen koning met
zulk een overweldigende meerderheid
terugwenschen, dat geen dreigement niet onthou
ding van financieelen steun zijn reis naar
Athene kon beletten. Frankrijk's vijand
want aldus blijft men Kons'antiin beschouwen
in Parijs komt dus weer op den Griekschen
troon en de Fransche regeering, die er reeds
zonder dit weinig voor voelde de'Grieken te
belasten met de behartiging der
Enten'e'bel.'tngen in den Levant en die hen na den
val van Venizelos toch ;ii niel meer ver
trouwde, wil thans van een pro-Grieksche
oostersche politiek niet meer weten en streef!
nu doelbewust naar overleg met de Turken.
Zondag komt Konstantijn in Athene en van
Zondag af zal de regeering in Parijs
(jriekenland niet meer als Entente-geiioot of
Entente-güzind beschouwen, maar als
behoorende tot de vijandelijke groep. En blijkbaar
ziet men in Moskou de situatie juist zoo in,
want zoodra het van stond dat Konstantiin
naar Athene zou terugkeeren is er een nol a
van Tsjitsjerin naar Rhallys gogaan, waarin
de Sovjet-Republiek Griekenland haar vriend
schap aanbiedt. Wat heeft dan vraagt men
Konstantiin met het communisme te
maken? Niets anders dan dat het communisme
in Frankrijk zijn felsten vijand ziet en dat
Frankrijk den Grieksclien koning als zijn
tegenstander beschouwt. De vrees van
Franschen kunt, dat alle tegen de Entente ge
keerde machten zich eenmaal zullen vereenigen,
was derhalve wat Rusland en Griekenland
betreft, niet geheel ongegrond. Overigens.
Konstantijn zal zich wel tweemaal beden
ken voor hij de uitgestoken hand aanneemt.
want zijn houding blijft dezelfde : hij wil als
vriend der Entente op den Griekschen troon
komen.
Dt? tweede gebeurtenis die de
anti-Grieksche en pro-Turksche politiek der Fransche
regeering moest bevorderen, was een neder
laag door de Fransche tr >epen in Siriëge
leden. Frankrijk heeft in Noord-Siriëen in
Ciiiciëeen niet zon bijster groote legermacht
op de been, heeft daarvoor ook niet zoo
heel viel menseden en geld over en schijnt
in 't bijzonder nier voornemens Ciiiciëbezet
te houden. Kortom het schijnt best kans te
zien om het met de Turksche nationalisten,
die daar vechten, eens te worden, mits. . .
het hun Sniyrna beloven kon. Srnyrna ech
ter is bij het verdrag van Scvres toegezegd
aan de Grieken en dus kunnen de Franschen
het niet eens worden met de Turken zoo
lang de bondgenooten niet bereid zijn de
Grieken in den stook te laten. Hoe is dus
de toestand? - zoo vraagt men in do
Fransche pers. 't Is zoo, dat wij, Franscnen, onze
mannon en ons geld offeren bij de bezetting
van landstreken die wij niet eens willen be
houden, enkel on alleen om Smyrna te be
waren, voor.... doüzwaeer van Wilhelm!
Aldus hei Fransche standpunt. Geheel
juist schijnt het niet 'e zijn. alth;,os voor
zoover wij beoord.'clen kunnen uit do wereld
kundig gemaakte berichten, want hot is nog
altijd zeer de vraag «i de Turksohe natio
nalisten, do zoogenaamde Kemalisten, in
derdaad bereid zouden zijn tot eui
ovreenkomsi die de l:!'tente-moL,rcnd!?cde,'J,
Frankrijk inbegrepen, bevredigt; »t h-t af
staan van Smyna aan de Turken voldoende
zo'.i zijn om hou tot Fntente-vriemk-n te
maken. Want de verw;;dcnng tusschen Kemal
en de Sovjct-republiek die de \orige week
dreigde, <chijnt bijgelegd te zijnen er komen
woer berichten over brnederüjke t
ensgsvindlieid tussclH"? deze heide m, chten e;? Arme
nië, dat zou juist lusscden beide verpletterd is.
't Kan zijn, dat Kemal dadelijk bereid
zou zijn het bondgenootschap mef .Moskou
te laten varen, als de h'nten'e met gunstige
voorwaarden voor den dag kwam, maar zeker is
dit toch niet, en in elk geval is men er in
Londen z"u weinig zeker van, dat men daar
de vriendschap niet de Grieken niet definitief
wil opzeggen ter wille van een accoord met
de Turken dat HUL', in de lucht hangt. Uo
Fngelsche regeering is weifelend, maar een
deel der Kngelsche pers is ..;eer stellig gekant
tegen deze Franscl'.e politiek en roept, dat
West-Furopa het nu zoo dikwijls beproefd
heeft met een ,,levenskrachtig Turkije",
zonder eenig succes, dat men daar niet weer
mee beginnen moet.
Engcland's houding trouwens blijft wei
felend in geheel de oostersche politiek, de
Russische inbegrepen. Het is nu wel zeker
dat het heel gaarne het handelsverdrag met
de sovjets sluiten zou, waarover voortd'urend
onderhandeld wordt, en er is ook reeds een
bericht gekomen dat de Britsche
marineautoriteiten verlof geven aan schepen die
handel willen .drijven op Russische
ZwarteZee-havens, m.a.w. dat do blokkade van
Sovjet-Husland daar niet meer scherp ge
handhaafd wordt. Maar toch kan men blijk
baar tot t'ornieele sluiting van tut verdrag
niet komen e?' de jongste berichtin melden
dat er weer een ongunstige wending in de
onderhandelingen gekomen fs.
De zwaarste zorgen der Britsche regeering
liggen echter niet in liet oosten, maar dichter
bij huis. De lersche vredes-campagne loopt
niet glad en Lloyd George's openhartige
lagerhuis-verklaring waarin hij op de hem eigen
duidelijke en krachige wijze zijn politiek uit
eenzette is gevolgd door het platbrandtn van
een groot stuk der stad Cork, levendig her
innerend aan het gruwelijk bedrijf der
Duitschers in Leuven. De regeering ontkent met
verontwaardiging dat dit het werk der Brit
sche troepen geweest zon zijn, maar men vraagt
zich at wie er dan schuldig aan kan staan :
de Corkers /.uilen zelf hun stad niet in brand.
gestoken hebben als antwoord op L. G.'s
mededecling dat dit deel van Ierland in staat van
beleg is verklaard. Dit is namelijk de kern van
George's verklaring geweest : wij voeren
vredesonderhandelingen en zijn zelfs bereid
daarover te praten met de leden van het ,,par
lement der lersche Republiek" dat natuur
lijk niet erkend" wordt voorzoover die
niet medeplichtig zijn aan misdaden, maar tege
lijkertijd zullen wij voort gaan met de ler
sche moord-campagne krachtig te bevechten
en daarvoor de gevaarlijkste districten in
staat van beleg verklaren. Het gevolg van dit
besluit is nu dat iedereen, die met wapens in
de hand gevonden wordt of die zonder recht
een Britsche uniform draagt, des doods
schuldig is en dit schijnt op 't eerste gezicht
niet de goede manier om vrede en overleg voor
te bereiden. Fdoch.... misschien heeft de
scherpzinnige Britsche premier het toch wel
bij het rechte eind, in dien zin, dat hij op
deze wijze de naar overleg verlangende leren
en de onverzoenlijker! scherper scheidt en
aldus de macht van de Kroon vergroot. De
oplossing der lersche quaestie moet dan komen
dank zij den vrede dien men thans beoogt en
het Home-Rule-ontwerp dat juist in het Huis
der Lords geamendeerd is, maar waarvan de
leren niets moeten hebben ! De liberalen
drijven daarin den spot met de illusie alsof zóó
de oplossing gevonden kan worden en
Edward Grey is opnieuw voor den dag gekomen
met zijn pacificatie-plan en is toegejuicht door
een grooteren kring dan die zijner
partijgenooten.
Hen andere zware zorg voor de Britsche
regeering, zwaarder dan de lersche misschien
wel, is deze : Amerika en Japan zijn bezig aan
het bonwen van een geweldige vloot,
saamgesteld uit schepen van nog grooter omvang,
nog zwaarder bewapening en nog grooter
snelheid dan van de sterkste oorlogsbodems
der Britsche vloot, zoogenaamd
Post-Jtitland-schepen", aldus genoemd, omdat zij ont
worpen zijn met gebruikmaking van de lessen
die in den zeeslag bij jutland opgedaan zijn.
Moet nu Engeland niet meedoen aan den
wedloop? Vermoedelijk twijfelt niemand, of het
zal meedoen, indien Amerika en Japan inder
daad voortgaan, maar op 't oogenblik is de
belastiilgschroef zoo pijnlijk aangedraaid, dat
men 't nog niet waagt, en bovendien wie weet
of de Volkenbond er geen stokje voor weet
te steken? Japan heeft zoo juist in Genéve
gezegd, dat het niet aan beperking der bewa
pening kan denken, zoolang Amerika het
zelfde niet doet en Amerika is nog immer geen
lid van den Bond. Maar wat niet is, kan ko
men, en dringende haast is er hij dezen
vlootbouw niet, want voorloopig is Engeland nog
goed voorzien.
De volgende week komen Entente- en Duit
se hv experts in Brussel bijeen om de eeuwige
quaestie der schadeloosstelling opnieuw te
entameeren. Het zal een voorbereidende bij
eenkomst zijn en er komen nog drie tapes
eer men aan het eind is. Intusschen is er al
weer eenige wrijving ontstaan over de uit
voering van de afspraak van Spa:
Duitschland zou, beweert men in Parijs, het crediet
dat het van de Entente ontving als loon
voor groote leveringen, niet gebruikt hebben
voor de voeding der mijnwerkers in het Roer
gebied en bovendien andere verplichtingen
niet zijn nagekomen. Berlijn ontkent ten sterk
ste, maar de atmosfeer is hierdoor al weer
minder gunstig geworden voor het nieuwe
overleg in Brussel
|. C. VAN O v t: N