De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1921 1 januari pagina 5

1 januari 1921 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

l Jan. '2U- No. 2271 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND v l, In de bloemenwinkels is het felle, brutale rood verdwenen. Het heeft plaats gemaakt voor het zachte blauw. Doch blauwe bloemen, geeft dit jaargetijde niet. De bloemkweekers kunnen des winters de teer blauwe kleur tn hun cultuur niet treffen. Men behelpt zich met lint en vloei en strengelt het om wit: witte hyacinten, witte lelies, witte lelietjes der dalen. 't Doet zacht aan, jong, teer. Rein wit blinkt als een onbeschreven blad papier de nieuwjaarsmorgen. Daarboven welft zich ? daadwerkelijk of voor onze ver beelding het gansch onbewolkte uitspansel. Geen wolkje, geen smet verduistert het. *t Is al blauw, licht zacht blauw wat wij zien. Helder, onbezorgd is onze blik in e toe komst. Maar de dagen zullen komen, dat het wit onrein is, en het lichtstralende blauw, door het sombere grijs wordt onderschept. Geen nood! Wij staan pal voor onze levens plichten, onze levensroeping. Wij willen het reine wit, het onbevlekte blauw blijven zien het gansche jaar door. ' Dat is de levenskunst die gelukkig kan maken. E L is. M, ROGGE Di Moorlag Beethoven's Negende, die, nog onder Mengelbergs sceptefzwaai, even vór diens vertrek naar den overkant, het herdenkingsfeest bezegelde; Beethoven's Negende, met haar machtig uitgebouwde,Finale, heeft, om Mengelbergs eigen woorden aan te halen, Di Moorlags reputatie gevestigd. Mevrouw Noordewier is door ziekte verhinderd. Mejuffrouw Moorlag zal de sopraanpartij zingen." Zóongeveer staat het in de krant. Een ijskoud krantenbericht. Dat voor de aldernaast betrokkenen wel heel anderen, dieperen, belangrijker zin heeft. - Die paar regels, och, die zijn feitelijk bedoeld als de mededeeling, dat onze eerste zangeres zich niet zal laten hooren ; dat eene der jongeren, maar eene, die daarvoor in aanmerking komt en die tegen de taak is opgewassen, voor onze meest geliefde zal invallen. De ingewijden, die weten nog wel anders. Die weten, als zij lezen de voor die jongere zoo vleiende aankondiging, dat haar hél moei lijke dagen wachten; dagen van werken, van groote spanning, van zenuwachtige af wachting. En als de zangeres, die voor die zware proeve staat, dan nog maar de tijd tot voorbereiding is gelaten. Niet alzoo Di Moorlag. Dinsdagsmorgens was zij naar Kampen iiiiiiiiiniiiiiiii CADILLAC Het Meesterstuk der Autotechniek Importeur: K. LANDEWEER, UTRECHT gereisd. Zij zou daar in de uitvoering van het Gemengd Koor, leiding Zalsttian, de solo partij in Mendelssohn's Lobgeèang voor dragen en buitendien, met den tenor Jacques Van Kempen, liederen zingen. Dienzelfdefl Dinsdag bereikte het bestuur van het Con certgebouw de tijding, dat mevrouw Noorde wier Donderdagsavonds niet zou kunnen optreden in de Finale van Beethoven's Ne gende Symphonie. Een telefoontje naar Kampen. Juffrouw Moorlag wordt uitgenoodigd, in te vallen voor mevrouw Noordewier. Zij wordt zoodra nogelijk in Amsterdam verwacht Zoodra mogelijk! Dat kon niet eerder zijn, dan den Volgenden hlofgerh Een doublure Voor Kampen bleek gelukkig beschikbaar. Dinsdagavond zong het gëfriengd Koof de generale voor een uitverkocht huis;. .?. .. juffrouw Moorlag zong de solopartij; droeg de liederen voor. En toen de kerktoren van het rustige Kampen in den doodstillen, ijzigen Decembernacht, het vierde uur dreunde langs den breeden Vloeddijk, maakte Di Moor lag zich al vaardig voor de reis naar Amster dam en voor de moeilijke, maar eervolle taak, die Kaai wachtte: De auto joeg naar Zwolle om den eersten boemeltrein te halen, die, zeurig-dendereti, over de Veluwe stoomde. Huiverig was het in den onvoldoend verwarmden coupémet ijsblommen op de ramen. Moeilijk viel het rusten op de bank en alle neiging tot slapen verstreek, toen in Nijkerk een troepje snap pende gymnasium-meisjes binnenklommen om in Amersfoort ter schole te trekken. Negen uur: Amsterdam. Dadelijk aan de studie voor de sopraanpartij, de zware, die, als alle zangpartijen van Beethoven, instrtirrientaal bedoeld, daardoor zoo uiterst moeilijk is; 's Middags met Meta Reidel samen het kwartet gezongen, 's Avonds generale onder Mengelbergs heerlijke leiding. Donderdags morgens orkestrepetitie, daarna, op Mengel bergs kamer, repetitie bij het klavier. Daar hebben wij voortreffelijk les gehad ; ja, echt les gehad van Mengelberg", vertelt Di Moorlag, ,,en nu weet je, hoe kort en hoe gejaagd mijn voorbereiding is geweest." Mejuffrouw Moorlag, plotseling ingevallen voor Mevrouw Noordewier, sloeg zich flink door haar zeer moeilijke taak heen," schreef Herman Rutters in het Handelsblad. En Arthur Nikiscli, de professor zelf, kwam juf frouw Moorlag complirnenteeren. Wij mogen zeker trotsch zijn op onze jonge landgenoote, wie stellig een schoonc toekomst wacht. Na het constateeren van het mooie succes een enkel woord nog over de zangeres, die, lid van het Toonkünstkoor, voor de Concert gebouwbezoekers geen vreemde is en die buiten Amsterdam, naar aanleiding van haar optreden op kerk- en andere eoncerten, reeds menigmaal eervol in plaatselijke en groote bladen werd vermeld. Ergens in de buurt van het roningsche Winschoten, in een kerkdorp, zoo klein, dat het nauw der vermelding loont, is Di Moorlag geboren. In Amsterdam is zij schoolkind geweest en op haar beurt heeft zij, als onder wijzeres, aan de Amsterdamsche schoolkin deren onderricht gegeven. Totdat het oogenblik kwam, dat de innerlijke drang te sterk werd. Meta Reidel was de eerste, die zij raadpleegde eji die, terstond, haar raadde, zang te gaan studeeren. Bij juffrouw Reidel heeft zij haar opleiding genoten, welke thans, mede door mevrouw Noordewier, wordt voltooid. Voor juffrouw Moorlag ligt een wijde, rijke toekomst open. De uitspraak immers van den heer Mengelberg, dat, na haar op treden in de Negende, hare reputatie gevestigd is, houdt voor de jonge zangeres de rijkste be lofte in. A. E. Z. J. S. MEUWSEN, Noflmrancler, A'DAM?R'DAM D;E BESTE HOEDEN IN HOLLAND mochten gaan, omdat je een liedje zal zingen, waarbij 't poppekind niet gemist kan worden. Ja; als een feest werd 't beschouwd, maar, en dat trof terstond, als een huiselijk feest. De kinderen vooral bewogen zich zoo hél eenvoudig, hél natuurlijk en vrij, 't was alles des kinde's. Bij de speelliedjes dansten ze een rondedansje origedwongen-huppelend .en hun stemmetjes klonken daarbij zuiver en fijn. In de koortjes waren 't de kleine meisjes die 't in durf en zang wonnen van de jon gens. Ach, het liedje Ons Fort" alïn door jongens gezongen, klonk zoo onbeholpen; Neen jongens jullie hebt de meisjes naast je noodig hoor! 't Gaat niet best zoo allén. De meisjes kunnen dat goed klaarspelen, rriaür de -jongens.... Mien Sybrandi heeft er slag van, een der gelijke feestelijke uitvoering te organiseeren en deze zonder eenigë pretentie te houden. Uit paedagogisch oogpunt beschouwd is dit geen geringe verdienste. Wij kunnen haar ook dankbaar zijn, dat ze ons weder deed kennis maken met werken van onze Neder landserie vrouwelijke componisten als: Cath. vart Rennes, Anna Lambrechts-Vos, Nelly v, d. Linden v. Sfielfewaard, Marie Reijnvaan, Hendrika van Tussenbroek, Attie Dyserinck. De kleine liedekens, ze werden door de heele kleintjes en grootere kleinen met warmte voor gedragen. De woorden waren geheel in de be vatting en de correcte muzikale vertolking ging als van zelf, geen dirigeerstok was er bij noodig. Helder en zuiver was de toonvorming. Ook de koren van meergevorderde leerlingen liepen vlot van stapel. Een enkele maal hadden wat meer warmte in den zang, wat meer uitdrukking niet geschaad. De solo-leerlingen beschikten over 't alge meen over lieve, aansprekende stemmen. Zij zongen naar de muzikale eischen, nog met bedeesdheid. De goede vruchten van het onderwijs waren duidelijk waar te nemen. Sommige hadden een zeer mooi geluid, een aangeboren talent, waarmede zij het, bij meerdere ontplooiing, onder de leiding van mevr. Sybrandi, ver kunnen brengen. Voor de eerste maal hoorden wij de Kerstcantate van Attie Dyserinck. Ze werd door 't ensemble-koor van sololecrlingen verdienstelijk voorgedragen en ook de solo van 'nej. B. ErcHsieck werd met sentiment vertolkt. Toch was de indruk dezer com positie -zwak en onbevredigend. Er was geen culminatiepunt in de stemming. Hoe had zich de phraseering Eere zij God" aan het einde kunnen opwerking tot een machtig, alles behecrschend slot. Mogelijk is voor de juiste vertolking een grooter, beter ge routineerd koor noodig, doch of het warrelige, de weinige eenheid in samenstel daar door ondervangen zuoden worden, meenen wij te mogen betwijfelen. De leerlingen-avond van Mien Sybrandi is best geslaagd. Zangeressen en toehoorders gingen recht voldaan naar huis. Wat wil men meer ? E 1.1 s. M. R o <; u E Prijsvraag Naald werk IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMMMIIHII Een Leerlingen-uitvoering 't Is vol in onzen Stadsschouwburg te Haar lem. Alle rangen zijn bezet. Er is een vlug beweeg van kindervoetjes, een gefladder van vele kleurige jurkjes. De haarstrikken van de meisjes staan kaarsrecht omhoog, en de voetjes dragen soepele schoentjes. Alles glundert, alles lacht l Mevr. Mien Sybrandi-Halberstadt, leerares in solozang, hygiënisch spreken en ademgymnastiek geeft een uitvoering van leer lingen der solo-lessen en zangklasjes. Ze heeft flink wat leerlingen klein en groot en allen hebben ze zich verheugd op dien avond van 't feest in den grooten schouwburg. Want een feest is 'tjjtoch als je als klein meisje daar bij 't voewicht zoo mag staan zingen voor al die groote menschen, als je poppenwagen en je lievelingspop zelfs mede Nieuwjaar Misten en nevelen weven de wade, Waarin het jaar wordt ter ruste gelegd; 't Jaar, waarin heerschtc een geest van verwarring, Waarin veel goeds en veel kwaads is gezegd; Waarin vergeefs is getracht te ontraaf'len 't Warnet, dat thans nog de menschheid omvat; Waarin meer schaduw dan licht is gegleden Over der volkeren kronkelend pad. 't Jaar is ten einde, een zucht van ont spanning Breekt zich nu baan uit het menschelijk hart; 't Oude verdwijnt, en 't jonge gaat gloren; Schijn van nieuw licht straalt door duistere smart. En met een ziel vol van trillend verlangen, En met een jubel zoo helder en klaar, Heeten w' u welkem, gij 't ons onbekende, Maar toch met vreugde verbeide nieuwjaar! A. K i- i N-V. o. L i: !j iiiiiiiiimmiii .?iiiiiiiiiuiii luim iiiiiiiiiiitiiiiiimiiiiiiiiiiiiim VERMOUTH Dl TORINO la qualiteit. f 1.60 per flesch. WIJNHANDEL DE BARBANSON Amstel 51 MIIIIIIIIIIIIIII'IHIIIII IIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIII iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniii SNEEUWHEIDE Verleden week rukten hongerige kramsvogels bevroren bessen van den hulst en vandaag zwieren de honigbijen om de bloemen van een struikje, dat trots zijn Afrikaansche her komst, toch met recht den naam van sneeuw heide voeren mag. De wetenschappelijke naam is Erica carnea, de vleeschkleurige heide en als zoodanig wordt hij u ook aangeprezen door den bloemkweeker. Een sterk struikje, mijn heer, en veel gemakkelijker te hebben dan de gewone struikhei, Calluna vulgaris, die zoo aan armoede gewoon is, dat hij voor een beetje Kalk en stikstof al dadelijk op den loop gaat en dus niet geschikt is om met andere planten, die wél wat lusten in een bloemenrand te staan. De sneeuwheide echter houdt veel van kalk en komt dus goed voort in de niet al te oude duingronden. Geef de plant een zonnige standplaats en ge zult er wonderen van be leven. Ja de sneeuwheide houdt van de zon. Hoe goed herinner ik mij nog, dat ik de plant voor het eerst in al haar luister aantrof op haar natuurlijke groeiplaats. Wij kwamen van den Chamossaire, waar we het morgenglorcn op den Morit Blanc gezien hadden, toen de zon opkwam achter den Finsteraarhorn en wan delden overeen Col de la Croix terug naar Les Onnonds. Even voor de pashoogte rustten we even op een zuidoosthelling en die was geheel begroeid met sneeuwheide en met de prachtige vleugeltjesbloem der Alpen, Polygala chamaebuxus, alles in vollen bloei in het eind van Juli, in de felle hitte en het stralende zonlicht. De gletschers aan den Drablerets zagen glad van het smeltwater. Toen wij door de heide liepen wolkte blin kend stof er uit omhoog, want evenals de vaderlandsche hei heeft deze plant droog stuif meel, dat door den wind wordt meegenomen. Doch kleine, donkere bijtjes zochten er ook naar honig, juist als bij ons. Op alle kalkalpen groeit de sneeuwheide in grooten over vloed en wel het liefst op open zonnige plekken, waar nog niet lang geleden sneeuw heeft ge legen.Op zulke plaatsen klimt ze zelfs omhoog tot dicht aan de sneeuwgrens, van boven de boomgrens uit en bloeit daar dan eerst in den zomertijd. De eigenlijke gemiddelde bloeitijd is Maart-April, maar het spreekt vanzelf, dat een plant die groeit zoowel aan de oevers van de Middellandsche zee als op den Grimsel en de Furka wel een zeer gerekten bloeitijd hebben mag en dat zij ook door de veelheid en den langen duur der bloemen de kans op vruchtzetting moet vergrooten. Ook is het een echte plant van droge stand plaatsen, een Xerophyt, zooals de meeste van die Middellandsche zee-planten. O, wat kan het ook droog zijn op de kalk en gipshellingen van die Drableretsgroep. Vandaar de dichte en lage groei van dat plantje, dat over zijn rots een kleed van ruigte weeft, waarin tenminste het onderste lucht laagje, min bewo gen, iets vochtigers kan zijn dan op de niet begroeide helling. De smalle naaldvormige blaadjes, ^vier aan vier, hebben aan hun n e e. u. w ;n ti. d e,. De Vereeniging Huisvlijt" te Zaandam heeft voor de maand Februari naast een prijsvraag voor beeldsnijwerk een aardige prijsvraag uitgeschreven voor naaldwerk. Deze opgave is zeer in de lijn van den tijd en kan bij veel medewerking flink nut af werpen, omdat zij de vrouw zal leeren zuinig in het kleine te zijn. Inzendingen worden gevraagd van voor werpen van stofresten, zóbijeengevoegd en versierd, dat er een aardig genoegelijk gebruikstuk ontstaat. Van gewone bocrenkatoentjes, katoenen saronglappen enz. kunnen zulke fleurige werkstukken worden gemaakt. Wie kent niet de schoorsteenkleeden, kussens, tafelkleedjes van Brabantsche ruitjes en streepjes, afknipsels meestal van groote lappen ? Wat zijn ze geestig bedacht. Als een mozaïek zijn met takt en smaak de lappen zoodanig aaneengevoegd en met wol of ander materiaal versierd, dat er teekening en patroon in het werkstuk komt. Van harte wenschen wij de Vereeniging Huisvlijt met deze prijsvraag succes toe en hopen op een aantal belangrijke leerzame inzendingen, die dan zeker wel zullen worden ten toon gesteld. Alle voorwerpen moeten vór l Febr. 1921 toegezonden worden aan den heer G. J. Blees KZ-, Zaandam, Voorzitter v. d. Ver. Huisvlijt. Als geldprijzen zijn uitgeloofd f 15, f 10 en f5. Voor eventueelen verkoop verzoekt men verkoopprijs te willen opgeven. E. M. R. iiiiiiitiiiimiii mi IIIIIIIIIIIlllllllllHUIIIIIlltllllH Vrouwenbelangen Mogen wij de berichten van het Nat. Bureau v. Vrouwenarbeid gelooven (en er is geen en kele reden om aan een bericht van dit wel in gelichte bureau te twijfelen), dan is de minister van Waterstaat niet erg te spreken, over de dienstprestatie der vrouwelijke postambtcnaren. In hot Maandblad van Nov. van do Ned. Ver. v. Staatsburgeressen toch vinden wij ver meld, dat simulatie, plichtsverzuim, gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel maken,dat de minister niet geneigd is om de opleiding bij de post voor jongens en meisjes gelijk te maken. Over de vrouwen in dienst bij het onderwijs is nog nooit een dergelijke klacht vernomen. Men zou nu mogen veronderstellen dat de waardeering van den arbeid evenredig zou zijn aan de voldoening, die-hij geeft. Toch is het niet alzoo. De vrouwelijke postambtenaar staat in salarieering gelijk met haren mannelijker! col lega. De onderwijzeres staat in bezoldiging bij den onderwijzer ten achter. Inconsequentie. Dat Nederland niet alleen staat in het achIcrstellen der vrouw, bewijzen de verslagen der Afgevaardigden van Zd. Afrika en Amerika, uitgebracht op het Congres v/d Int. Vrouwen raad te Christiania. Wij vinden dit opgeteekcnd in het artikel van de hand van Mej. Joh. Naber in het Maandblaadje van den Nationalen Raad. In Zd. Afrika, zoo lezen wij, is een groot lekort aan onderwijzeressen, omdat bij de al te k'ge salarieering van het onderwijs, de meisjes zoowel als de jongens zich niet meer daarvoor laten opleiden. Ook in de Ver. Staten van Amerika dreigde reeds vór den oorlog een tekort en begint men te beseffen, dat, tenzij de economische positie van de onderwijzeres belangrijk wordt verbeterd liet onderwijs zal komen in han den van minder ontwikkelde vrouwen, met als gevolg een dalen van het peil van het onder wijs ; wat een ramp voor liet geheele volk ware te achten. Overal in Amerika beginnen daar om de openbare en bijzondere scholen de sa larissen der onderwijzeressen te verhoogen. Onze Nederlandsche onderwijs-autoritciten, voegt Mej. Naber er aan toe, die nog pas een categorie van inferieure leerkrachten bij het L.O. creëerden en de salaris-regeling der onder wijzeressen nog maar altijd beneden peil laten, mogen het zich voor gezegd houden. Zeker zal Mej. Naber, de presidente v/d Nationalen Vrouwenraad, die dit artikel schreef toen de nieuwe salarisregeling nog niet bekend was, zich met ons verbaasd hebben over het feit dat de minister de nieuw-gecreëerde, inferieure leerkrachten een hooger salaris in uitzicht stelt dan de in functie zijnde onder wijzeressen.Zóerg is het zelfs in Zd. Afrika en Amerika nog niet! Kleeding van de maand Teekening van Annie Homan «ormiv, Baljapon van blauw tafetas met blauwen rok; twee blauw tulen overrokken; bor duursel in rose en blauwe zijde; mouwtjes en ceintuur van gepiisseerde taf. De bladen vertellen ons dat in Amerika de vrouw grootcn invloed heeft op de filmindustrie Door bemoeienis zijn er thans 8000 scholen die van films gebruikmaken. Maar niet alleen wijden zij haar aandacht aan schoolbioscopen, ook films voor ontspanning worden aan haar advies onderworpen. In Nederland gaat het thans dezelfde rich ting uit. Door de zakelijke verdediging van het vrouwelijke Raadslid Mevr. Buisman?Blok Wybrandi te Leeuwarden werd het voorstel dor Afd. v'd Ned. Ver. v. Staatsburgeressen om het bioscoopbezoek te verbieden aan kinde ren beneden 18 jaar, zelfs tegen het advies van den commissaris van politie in, aangenomen. Bij de in 1020 te Utrecht gehouden examens voor het verkrijgen van het politicdiploma, waaraan 800 candidaten deelnamen, werd ook n vrouwelijke candidate geëxamineerd Zij voldeed zógoed, dat zij het diploma met aanteekening verwierf. De dame in questie is onderwijzeres in Gouda, die zich voor politie-assistente wil voorbereiden. Het aantal vrouwen dat aan de gezamenlijke Ned. Universiteiten studeert bedraagt 1254. Te Amsterdam studeeren 280 vrouwen, te Groningen 202, te Utrecht 370, te Delft 114 en te Leiden 288. Het bericht vermeldt niet hoeveel vrouwen te Rotterdam aan de Hoogeschool v/d Handel studeeren. Studeerende vrouwen lijken ons vooralsnog beter en verstandiger dan exerceerende vrou wen. Deze schijnen, als men de courantenberichten mag gelooven, sedert 27 Oct. in Rus land te zijn. Daar is besloten de verplichte mili taire africhting van communistische vrouwen in te voeren. Arm Rusland ! Alweer die splijt/.wam ! Is er geen middel te bedenken om deze vvoekerplant, die in Nederland zooveel jong en frisch leven verstikt, te verdelgen ! In ,,de Nieuwe Eeuw" dringt Marie Holland er op aan te komen tot oprichting van een R.K- Nationaal bureau v. Vrouwenarbeid. Dit schijnt, in zijn overbodigheid een algcheele negatie van den veel omvattenden arbeid van het bestaande centrale Nationaal Bureau v. Vrouwenarbeid, dat steeds ieder, die het noodig heeft van voorlichting diende ! G. S. R o o r HUI iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiti TH.FUNKEHvH.YINIiERHOED Hofleverancier - Amsterdam ULYEISTRMT 216 -:- WILLEHSPARINEG 9 TEL Nei. 2040-1881 TEL No. 1793 Zuid KOUDE EN WARME SCHOTELS onderzijde een met witte wolhaartjes bekleede groeve en daar liggen de meeste huidmondjes in ook al weer een beperking der verdamping. Het meestal roode bladsteeltje staat langs den stengel omhoog en het viertal vormt van afstand fot afstand een aardige versiering op den grij zen stengel. In de bescherming van dat blad steeltje vormen zich de bloemknoppen, eerst kleine spitse, groene dingetjes, nauwelijks zichtbaar, maar een maand of zoo voor den bloeitijd komt er schot in, de eigenlijke bloem, nog klein en gesloten, ontsnapt aan de vier steelblaadjes wordt al grooter en buigt zich om; nog a'tijd gesloten. Zoo hangen ze dan aan de bloeitwijgen in groot aantal, nog wel veel meer, dan ik er aan mijn takje geteekend heb. De kelkblaadjes zijn dan nog groen en van de kroon is niets te 'zien. Als dan het eigenlijke bloeien zal beginnen, strekken zich eerst de bloemsteeltjes nog een weinig en de kelk ver kleurt van groen tot rozerood. Daarna schiet het kroontje uit de kelk naar buiten, ook rose, maar iets lichter. Trouwens die kleuren kunnen nog al verschillen, net zoo goed als bij onze gewone struikhei, dat loopt van groenachtig wit over licht karmijn maar rose en zelfs wel naar bijna steenrood. Nu opent het kroontje zijn vier stompe tandjes ; daaruit komt een stukje stijl naar buiten en wanneer dat nu eenigë dagen geduurd heeft verschijnen ook nog acht zeer donkerroode helmknoppen, bij zwart af. Hierin verschilt de sneeuwheide van onze inlandsche heidesoorten, die houden hun hclmknoppen binnen de kroon. Ook hebben die merkwaardige aanhangsels, welke de sneeuwheide mist. Heelemaal' onder in het bloempje vinden we het vruchtbeginsel en daaromheen het nectarium dat nog al veel honig afzondert, zooveel wel dat de kroonbeker Ie halver hoogte gevuld is. De bijen hadden dus werkelijk een goeden dag en zullen ongetwijfeld op alle zomersene dagen, die Januari en Februari geven zullen, nog wel weer den weg naar mijn sneeuwheide vinden. Evenals bij de meeste winterbloeiers hebben de bloemen een zeer langen levensduur; eenzelfde bloempje houdt het wel vier weken uit of langer. Ter wijl de onderste bloemen van de twijg al bloeien, zitten er boven in nog onontwikkelde knoppen verscholen in de oksels van de bla deren en zoo komt het dan dat mijn planten zoowat een half jaar achtereen bloeien, zelfs langer. Zoo is het in Zwitserland ook en het is lang niet onmogelijk dat de wintersportmenschen op een zonnigen dag in Januari of Februari een mooie bouquet bloeiende sneeuwhei kunnen plukken. Professor Schr ter, de onvermoeide, vond ze wel in Februari op den barren Scgnes pas tusschen El m en Flims op weg naar Chur. En boven Chur, in 't zonnetje, stond het er weer vol van. JAC. P. T n i j s s E IIIIIIMIIIIIIlIIIIIIIIlllimilllllIllimiimmmimillllllllllllllIllllllllllllII IM.V. Kon. Kweekerij |?MOERHEIM"| v.h.B.RUYS-Dedemsvaart l levert boven tien gulden i j FRANCO | l station van bestemming!

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl