De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1921 12 maart pagina 12

12 maart 1921 – pagina 12

Dit is een ingescande tekst.

12 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 12 Maart '21. No. 2281 RUIZE-RIJMEN OV1DIUS' HERSCHEPPINGEN met p re n t ve r b e e l d i n g e n door Jordaan III. Narcissus Liriope had een zoon, en Narcissus, zoo heette de jongen Was zoo verwonderlijk schoon als geen dichter het ooit had bezongen. Eens als de moeder zich wendt tot den god, om zijn leef-tijd te vragen, ,,Zoo hij zich zelven niet kent", is 't bescheid, tot in lengte van dagen". Dit was een duistere maar'! wat beteekent het: hopen of vreezen? Klinkt het al vreemd het was waar; aan het eind van dit Rijm zal je 't lezen. 't Kind groeide op tot haar roem, en toen 't zestiende jaarfeest gevierd werd, Leek hij de lieflijkste bloem waarmee immer een gaarde vercierd werd. ledere maagd die hem ziet staart hem aan. Hij is blind voor die blikken, Vrouwen bekoren hem niet en, wat hem betreft, kunnen ze Liefde? Hij lacht er wat mee, neen, daar zal hij zijn hart niet aan wagen! Hij is volkomen tevree in zijn eentje, met visschen en jagen. Diep in het woud was een plas tusschen planten en struiken en boomen, 't Water was helder als glas, bonte bloemen ontwiessen de zoomen. Hier kwam Narcissus een keer, overmoe van jachtlievenden ijver; Afgemat zonk hij ter neer aan den kant van den blinkenden vijver. Dan, om zijn dorst te verslaan, houdt hij 't hoofd naar het water gebogen.. . Plots grijpt ontroering hem aan, want wat schouwen zijn starende oogen ? 't Schitterend beeld van een knaap, waar de maagden in droom naar verlangen, 't Golvende blond aan den slaap en de teederste blos op de wangen. Star, met een koortsigen blik, . blijft hij 't overschoen schijnbeeld bestaren, Beurtlitigs in blijdschap en schrik wenkt hij 't toe met de wildste gebaren. Strekt hij de hand, dan verdwijnt door het golven het schijnsel daaronder Dan, na een oogwenk, verschijnt in de plas weer het beeldschoone wonder. Wee mij! zoo klaagt hij zijn smart, hoe verdraag ik dit nameloos lijden ? Vlak bij den vriend van mijn hart en toch yademen van hem gescheiden! Ik, die naar teederheid dorst, moet hier eenzaam in wanhoop verkwijnen ! En hij kastijdt zich de borst, zich berokkenend duldlooze pijnen. Zoo stort hij jammerend neer, 't gloeiend hoo'd op de koelende zoden. .. Nu lijdt Narcissus niet meer, want zijn geest is het lichaam ontvloden. En de Najaden, vol smart, snellen toe naar de plek. . . zij ontwaren Niets dan een bloem, geel in 't hart, met een kransje van sneeuwwitte blaren. Mijdt dus den spiegel als 't kan, want het kon je nog wel eens berouwen! Dit is 't verhaal van een man, maar het geldt haast nog meer voor de vrouwen. CHARIVARIUS llllllllllllllllllllllllllllmINIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlmlIIMIlMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIM die na,ir Indië gaat, doel hel beste om zijn Uitrusting ie koopen m DK BIJI-NKOKF', Amsterdam Vraagt Catalogus TJIT V-AILsT l>*j!U+U*e-& <tt> -t<yGf(e4»&es, CHARIVARIA Als Charivarius het verraderlijke \\oordje naast" ziet, houdt hij zijn hart al vast; het loopt haast nooit goed af. Bv.: Naast zijn bemoeiingen op onderwijsgebied gaf spr. een schets van Comenius' pansophie." (U. D.) Naast dr diepe krachten van den HoUandschen geest had hij slechts te wijzen gehad op deze eigen schap." (C. Schorten) ,,Het is dan ook te hopen, dat de autoriteiten, naast hun aandacht aan de technische eisenen, waaraan vliegtuigen moeten voldoen, in de eerste en voornaamste plaats maatregelen zullen treffen ter controle op de wijze van vliegen door de vliegers". (Hbl.) GOEDKOOP WONEN gent. HEEMSTEDE, buiten de annexatiaplannen. Bouwt op Leeuw en Hooft" b/d Haarlem merhout gemeente Heemstede Lage belasting, billijke prijzen. Watersport; uitstekend onder wijs; Centrum van 't land, onder den rook van Amsterdam. Vraagt geïll. brochure, die gratis wordt toegezonden. Bouwterreinen LEEUW & HOOFT", Halte B.auwe Brug Telefoon 6039. DE VOLDERS Keurig en ordevol is zij." (Hbl.) ,,Hen inachtvolle internationale organisatie.*1 (V nik) ONS GEHEUGEN-STREEPJE Ten einde te voorkomen, dat de aandacht van den verkeersagent op geenerlei wijze worde algeleid." (Hbl.) ne recensent is veel beter te spreken over dit grillig werk hoewel het hem nogal meeviel." (N. v a. D.j .,Hij ontkenje den diefstal gepleegd te hebben, en zelfs niet in het Rijksmuseum te zijn geweest." ? ' (U. D.) OP DE GLIBBERIGE PADEN DER BEELDSPRAAK In de gehandhaafde rijksbenrzen blijft de Regee ring stroomvernauwingen scheppen, die steeds aan kwaadwiliige elementen h t heft in handen geven '' (Circ. Binnenscheepvaart-Unie) Met zekere gejaagdheid gingen de verschillende moties met algemeene stemmen onder den hamer door". (N. K. C.) Het keuken,ei ei wordt als koek verkocht". (Goudsche Cl.) Te Fennoy zijn (naar verklaard wordt door ge wapende mannen in uniform) huizen verbrand." (U. nj We zullen dus maar niet wagen het te betwijfelen. ,,Denker zoekt patricische geestverwant?, om beiden onder de schutse eeuer heerlijke zieleharmonie geheel in de schoonheid van 't gedachteleven te kunnen opgaan." (Tel.) Pas 'n beetje op, patricische geestver wante in geen geval ,,in gemeenschap van goederen"! OP DE STEILE TRAPPEN VAN VERGELIJKING Een vocaliste van de superieurste kwaliteiten." (O. H. C.) De besturen zijn niet minder verantwoordelijk voor dit heillooze ". werk als degenen die aan de stemmin; hebben deelgenomen". <N. R C.) CORRESPONDENS L. te R. Uw onaangenaamheid tegen dr. Walch, die zijn lezing in de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde Tendens stukken" had genoemd, heeft mij eenigszins gehinderd. Tendens is nu toch wel geheel hier ingeburgerd. Antw. Ja. Net als ingeburgerd". Maar dat zegt nog niet dat het een goed gevormd woord is. Kijk eens wat hier boven staat. - Nou ? POPULAIRE LOGICA Stabilia, met deze merkwaardigheid dat de machinerieën niet langs onder, wel langs boven toeganktijk zijn en_dus gerepareerd moeten worden." (Hbl.) GEGRONDE REDEN Dinsdagochtend is zij ontwaakt om het leven te schenken aan een tweeling." (N, R. C.) De Minister : Wat die motie betreft, het woord omvorming l eeft een veel te ver gaande strekking." (Hbl.) Ja. Het brengt ons tot in 't hartje van Duitschland. Uit het Kladschrift van Jantje Een bundel in oblong formaat van 64 pag. in geïll. omslag. ... .De vaak leuk-naieve geestig spot tende teekeningen en de vaak grappigleuke, maar veelzeggende bijschriften zullen! bij het doorbladeren van dit album velen zeker een aangenaam uurtje bezorgen. Prijs f 0.6O Uitg.van VAN HOLKEMA& WARENDO F AMSTERDAM l IIIIIIIMIlmMIIIMMIIIIMIMIMIIIMIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIItlllllll Illl IIMIIMIIIIIIIIMMI IIIIIIMItllMIMMI IMIMMI11 Illllll IIIIIIIIH 11IIIMHIIIIIIIIHII l III111 Illlll 111: III (Loiulon Opinion) (Sytlney Bulletin) (Punch) Deze moot is lang zoo lekker niet als die De juffrouw uit 't dorp: Hè, toe! Dans je deze met mij? Ze spelen 'n verruk'an verleden Vrijdag." Maar me goeie man, zie je kelijke fox-trot." Zoo, meneer. Hij is anders van dezelfde dan niet, dat je daai ver- ,.Nee, zeg, ik kan niet. Ik dans alleen de wals van sch!" schrikkelijk in de weg staat]!" avond. We zijn nog in de rouw." IF IR, I JT .A. .A. OHET 16 FOUTEN-VERHAAL Deze prijsvraag heeft tot ons genoegen vele lezers aan het speuren gezet. Niet min der dan 1233 oplossingen bereikten ons, waarvan slechts twintig in aanmerking kwamen om aan de loting deel te nemen. Hierbij viel de prijs een bedrag van vijf en twintig gulden ten deel aan A. H. VAN DER FEEN, te Sas van Oent. De inzendingen, die aan de loting deelnamen, waren van: Mevr. Jac. P. Th. te Bloemendaal; H. V., J. H. G. te Utrecht; D. D. tej Vlaardingen; A. A. v. Z., D. de B., Frits L., A. M. S. te 's-Gravenhage; Ds. K. V. te Middelstum; Annie R. te H.; C. C. D. te Genève; H. J. K. te Berlijn; A. H. v. d. F. te Sas van Gent; Mevr. ]. Ph. H. D. te Arnhem; E. P. v. d. W. te St. Anna ter Muiden; C. B. V. te Delft; J/K- te Rotterdam; K. B. Jr., H. J. v. K. en Hendrik de S. te Amsterdam. Het meerendeel der inzendingen wees ook kleine stijl- en taalfouten aan; de inzenders daarvan zullen bij lezing van de hieronder gegeven omschrijving der fouten beter bekend worden met de bedoeling van de vraag. Ook zijn er vele fouten aangegeven, die te gezocht zijn. Men komt daarbij wel op het aantal 16 of zelfs hooger doch slechts met 11 a 12 als hoogste aantal der in het verhaal gebrachte onjuistheden. Waar ons is gebleken, dat deze soort van prijsvragen de belangstelling en mede werking van den lezerskring van de Amsterdammer" heeft, publiceeren wij binnenkort nog nmaal een fouten-verhaal. Wij zullen trachten te zorgen dat geen andere dan de aangebrachte fouten zijn aan te wijzen, maar het vinden daarvan zullen wij moeilijker maken. Daartegenover staat de praktische ervaring, met deze prijsvraag opgedaan ; -/ij zal voor velen een goede gids zijn. Correspondentie over het fouten-verhaal kunnen wij niet voeren. OPGAVE VAN DE 16 IN HET FOUTEN-VERHAAL AANGEBRACHTE ONJUISTHEDEN: 1. ,,Het is de laatste kef r" had Ledue gezegd, voor de zomervacantie zou je er al geweest zijn ... nu heb je na drie maanden nog niets geleerd . . ." Dit heeft Leduc precies zes jaren geleden gezegd. Het zou dus weer precies zomer moeten zijn, hetgeen niet te rijmen is met het knappend vuur in de wachtkamer waarvan even tevoren sprake was. 2 en nu ... nu hij voor de derde maal den oceaan overges'oken had . . ." wij herinneren ons dat 's mans omzwervingen in Europa zijn aangevangen. Wanneer hij vandaar zijn eerste oceaanreis heeft gemaakt zou hij na zijn derde reis noodzakelijk in Amerika voet aan land moeten zetten. 3. ,, . . . en al wierp dan ook de een of ander vluchtig een blik door de vitrage? . . ." Even tevoren hebben wij vernomen, dat het vertrek waarin deze overpeinzing plaats had op de tweede tage gelegen was. Het is boven de physieke macht van de meeste menschen om door de vitrages van een tweede verdieping naar binnen te gluren. 4 en een zware sproeiwagen deed de vensters rinkelen ..."... In de dagen waarop wij knappende vuurtjes stoken is het meestal overbodig om de str/ten te besproeien. 5 en onwillekeurig tikte hij op de maat met den brief tegen het glas . . ." De brief nu was in zijn linkerzak . . . 6. Haastig stond hij op en volgde den bediende . . ." Onze held zat niet. Hij stond voor het raam. 7. Hielp hem uit de zware jas. . ." Hij had de jas op een fauteuil in de wac'itkamer laten liggen. en maakte een beweging alsof hij steun zocht tegen den wand . . ." In dat geval zou hij gevallen zijn. Men vergete niet dat hij midden in de kamer stond. ,, . . . en de bladeren (van een kastanjeboom voor het raam) ondervingen het licht . . .'" Hier herinnere men zich het vuur uit de wachtkamer. ,, . . . Indische jaren tellen dubbel ... ik heb hard moeten s.;ouwcn om met de Vondel terug te kunnen komen . . . enz." Het is niet aan te n.men dat de Vondel die op N. O. 1. \aart ten believe van onzen held een oceaanreis gemaakt zou hebben. 11 onwillekeurig tastte hij naar den brief in zijn binnenzak . . ." De brief was nog altijd in zijn linkerzak. ... een engelenprofieltje, zooals hij honderdmaal gedacht had wanneer hij haar aan het diner ongemerkt had gadegeslagen . . ." Zijn plaats aan tafel was tegenover haar. Zoodat hij haar niet en profil, maar en face gezien moet hebben. ,, . . . de dochter van een man dien hij kort geleden .... enz. . ." Zij was reeds voor zes jaar wees. 14. . . . op het sloependek had hij den brief gevonden . . ." Zeer onwaarschijnlijk, wanneer men bedenkt dat het den geheelen nacht zwnar weer was geweest. 15 de brief, die hem thans in de hand brandde . . ." . Nog altijd is de brief in de linkerzak. H) in de schemering, tusschen twee lantaarnpalen . . ." Het verhaal speelt, men herinnere zich slechts de pendule in de wachtkamer. omstreeks elf uur in den voormiddag. Thans volgt een kort woord van Melis Stoke aan de deelnemers. Zij gelieven bij het lezen daarvan rekening te houden, dat het openen der briefomslagen Melis Stoke eenigszins van de wijs heeft gebracht, daar deze briefomslagen extra waren dichtgelijmd en vele waren voorzien van lakken en sluitzegels, Geachte lezers en lezeressen. Dat was ns, maar nooit weer! Nooit! Ik wil niet uw raadseloom zijn. Ik weet nu dat raadseloom de zwaarste, slechtst betaalde en meest verantwoordelijke betrekking is in de journalistiek, en bij dezen betuig ik mijn excuses aan alle ooms Daan, Frans en Gerrit, aan alle tantes Lize, Anna en Aleida, die ik tot nu toe om hun allemans-maagschap ge minacht heb. Thans bewonder ik hen oprecht en hartstochtelijk. Zij hebben zelfverloochening en menschenliefde. Zij openen stapels brieven en beantwoorden ze met onverstoorbaren glimlach .... /.e hebben engelengeduld. Ik heb een raadsel gemaakt. Het was een verhaal, een vrij onbenullig verhaal, maar de aardigheid" er van was dat er zestien fouten in zaten, en die moest u vinden. Ten minste, ik dacht dat er zestien fouten in zaten .... nu weet ik het zelf niet meer. Hebt u wel eens 1233 brieven gekregen? Ik wensen het u niet toe, ten n inste als u niet een huwelijksadvertentie hebt ge/et of jarig ot ge-engageerd bent. Het is vreeselijk om 1233 oplossingen van n en hetzelfde raadsel te zien. Want ze zijn allemaal verschillend en iedereen heeft gelijk; het is precies als bij een familie-schandaal! Het ergste zijn niet zij die n.inder dan zestien fouten hebben gevonden of precies zestien. Ik zegen en dank hen. Helaas zijn ze in de minderheid. De meesten hebben zeventien en meer fouten gevonden. Hen heeft er zelfs twee en dertig gevonden, en toen- ik hem nijdig vroeg waarom het er niet meteen vier en zestig geweest waren, antwoordde hij dat hij er zoo'n slaap van had gekregen, en er daarom maar mee was uitgescheden. 8. 10. 12. 13. Anderen weer hebben getracht mij om te koopen voor geld, teneinde zoodoende na en Warendorf machtig te worden! Foei welk een wereld! Bal:-bah, driemaal bah! de / 25.?van de heeren Van Holkema Neen, nooit, nooit wensch ik meer uw oom te zijn. Ik erken het eerlijk: ge zijt mij allen te slim-af geweest, ge hebt spijkers op laag water gezocht en valstrikken waar ik ze niet gezet heb. Een uitzondering zijn mijn raadselneven en nichten die niet aan den eisch voldaan hebben, dank, 1000 maal dank! Maar de overigen, die haat ik! Ronduit! En thans, neven en nichten, vaarwel, voor immer! N.B. Op verzoek vau de redaciie wellicht nog n enkel raadselverhaal. Maar dan nooit nooit weer. Nooit! Wijlen mr ruudselimni Mi; i. i s S T o K i;

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl