De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1921 23 april pagina 7

23 april 1921 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

23 April '21. No. 2287 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND ALPHONS DIEPENBROCK f Nu is hij van ons heengegaan, de groote kunstenaar, die wel zeer vereenzaamd in ons midden heeft geleefd. De eenzaamheid heeft hij meer zelf gezocht, dan dat hij er toe veroordeeld was. Practisch stond hij buiten het muziekleven van Amsterdam ; hij hield er zich buiten, zag er, althans bij buien, laag op neer. Hij toetste de Amsterdamsche muziek-beoefening aan zijne idealen, en zij doorstond dien toets niet. Waarin bestonden ze eigenlijk, Diepenbrock's idealen? Ik zou het niet weten te zeggen. Ja, het is voor mij de vraag, of hij zelf ze scherp-omlijnd zou hebben kunnen aanwijzen. Hij was een zoeker, zijn leven lang. En hij heeft ook veel gevonden, maar zijn vinden heeft tot zelf-bevrediging niet mogen leiden. Hij was niet alleen musicus, maar ook lite rator. En kwam daardoor al dadelijk te staan boven de vele musici, in wier werk het ont breken van literaire scholing onmiddellijk voelbaar wordt. En hoe voornaam, en ook met heel zijn hart een literator was hij ! De beoefening van taal en letteren der Ouden drukte niet alleen haar stempel op zijne vorming, maar schiep ook een sfeer om hem heen. Een sfeer, die zich mede doortrok van zijne meditatieve en extatische neigingen als vurig-geloovig Katholiek. In deze sfeer ontstonden zijn grootere en kleinere muzikale scheppingen. In de- techniek der muzikale compositie heeft hij slechts zeer weinig les gehad. Men verbaast zich daar niet over. Het componeeren was in zijn geval niet een onderdeel van mu zikale opleiding, het was hem een innig-gevoelde behoefte, geboren uit zijne oprechte lite raire belangstelling. Het woord zocht, in zijn diepste innerlijk, verbinding met den toon. Menschen met eene muzikale begaafdheid als de zijne hebben niet veel compositie-les noodig, kunnen de traditioneele compositie-lessen ook niet al te best gebruiken. Zij bestudeeren handboeken en partituren, en ploeteren en ploeteren, en verfijnen hun gehoor, zoodat ze ten slotte blijken, zich eene techniek te hebben veroverd. Diepenbrock's techniek vertoont in al de perioden harer ontwikkeling tal van merk waardige kanten. Zijne muziek beweegt zich meerendeels in interessante stemmen, aile rij kelijk met zelfstandigheid bedeeld, hr is veel, hél veel lijn in. Soms zelfs heeft de klaarheid van het geheel wel eens onder een te-veel aan jn geleden. Ook rhythmisch is deze muziek overal be langrijk. En in het orkestrale voelt men de kleuren afkomstig van het palet van een Meester. Voor zekere vergissingen als mstrumentator vooral bij omwerkingen, waartoe de altijd-onvoldane telkens weer besloot zou Diepcnbrock allicht behoed zijn gebleven, wanneer hij in 't algemeen minder een zoeker ware geweest en wanneer hij een drukker omgang met het orkest had genad, n op 't podium, n in de steinkamer. Doch in ieder geval : de vergissingen zijn hooge uitzondering gebleven ; in verschillende wer ken heeft Uiepenbrock het orkest op uiteenloopende manieren tot de allerschoonste klankproductie gebracht. (lelijk zoovele toondichters van beteekenis heeft Diepenbrock den invloed van leidende figuren in de scheppende toonkunst van vroe ger en later tijd ondergaan. Hier valt te ver wijzen naar het regoriaansch, hier vallen de namen te noemen van Palestrina, Wagner, Manier en Debussy. Evenwel wil hiermee zeker niet gezegd zijn, dat Diepenbrock's compo sities zijn te beschouwen als epigonen-werk. Eigens heeft hij steeds in meer dan voldoende mate gegeven. Het allermeest zichzelf is hij, dunkt me, in zijne Elektra-muziek, het meesterwerk, in het vuur van welks conceptie hij voor een belangrijk deel zijn laatste krachten heeft verteerd. Op 't punt van directie had hij bijzondere denkbeelden. Hij meende, als ik 't wel heb, dat alle dirigeeren gericht moet zijn op het volgen van de lijnen in de muziek, met verwaarloozing van het markeeren der maatdeelen. Ieder practicus zal inzien, dat het laatste even onmogelijk als het eerste gewenscht is. Vervaagt het aangeven der maatdeelen, dan ontstaat er onmiddellijk groote kans op het uiteenvallen van het ensemble. Het is Diepenbrock niet gegeven geweest, de practische mogelijkheid van zijn systeem metterdaad aan te toonen. Wat mij ten zeerste heeft verblijd, is, dat Diepenbrock, die door sommige buitengewoon vooruitstrevende jongeren gaarne werd voor gesteld als te zijn de leider speciaal van hun groep, de grenzen van het gezond-moderne nimmer heeft overschreden. Van eene opsomming zijner werken kan ik mij onthouden. Ook van het noemen van data in zijn van stagen arbeid vervulde leven. Men heeft het een en het ander in alle volledigheid in de dagbladen kunnen vinden. En bovendien: men kent\Diepenbrock en zijn werk. t\]n grootere en kleinere composities zijn in behoorlijke frequentie uitgevoerd, en in den regel vrijwel onmiddellijk onder grooten bijval. We zouden ongetwijfeld nog meer Diepenbrock-uitvoeringen beleefd hebben, wanneer de meester in verschillend opzicht wat minder moeilijk ware geweest. Hij zag er niet tegen op, wat moeilijk te zijn voor anderen, waar hij ook voor zichzelf verre van gemakkelijk was. Voor de verbreiding, vooral van zijn groo tere werken, valt nog veel te doen. Ze zijn ten volle waard, ook over de grenzen onder de publieke aandacht te worden gebracht. Verscheidene belangrijke manuscripten wach ten op den druk, bij tal van werken zal een eenigszins uitvoerige toelichting nut kunnen doen; ook zijn er composities, die haar laatste uitvoering reeds veel te lang achter CADILLAC Het Meesterstuk dar Autotechniek tmportour: K. LANDEWEER. UTRECHT HET ROODE LAMPJE II ( Vervolg van pag. 3.) (64) In wintersche verten zweeft nu onze planeet, schuin vallen de stralen van onze Liefdezon, hun kracht schampt af op 't wentelend oppervlak. Het is solstitium, zonnewende, een kort tijdperk van ademlooze spanning. Maar de verlichte geesten voelen het, het punt van schijnbare stilstand is reeds voorbij. Wij zijn op den terugweg naar des Vaders tehuis, naar het Zoomerland, naar Lente en Licht. Nu grijpt T2 aan, met stijgende kracht, en daarmee ontwaakt het begrip: zonde schuld boete - berouw. Dat wil zeggen, dat de Richting der zweevende zielen verandert. Wat eenmaal goed en geoorloofd was, is het nu niet meer. En deeze wijziging heeft terugwerkende kracht, ook wat wij vroeger in alle onschuld deeden, lijkt ons nu schande en boosheid. Van onze vooronders, die zondeloos leefden in natuurstaat, erfden wij lusten en neigingen, die in onze gewijzigde koers leelijk un boos zijn, omdat ze ons teegenwerken in de thuisvaart. Dit doet spreeken van erfzonde. Zoo onbillijk en absurd als dit woord in menschelijk begrip schijnt, zoo duidelijk is ook, signifisch beschouwd, zijn verhceven waarheid, als men den gang der zielen van Tl tot T2 begrijpt. Alles is symbool van een verborgen wer kelijkheid. In den tijd der Evangelisten was het platte aardvlak en de koepelvormige heemel, het symbolisch beeld van de ware gedaante der waereld. Voor ons zijn het de vrij-zweevende zonnen, en de trouwe, om elke zon rond-zwierende, planeeten. En de oorzaak van den afval der schismatieken is na te speuren in een signifische beschouwing deezer zware, onheilvolle tn toch waar en zeegenrijk bedoelde woorden : zonde schuld '?- boete berouw. j. i (65). Het kwade" zal men lunren om schrijven als, het ,,niet-goede". Dus datgeene wat wij niet wenschen, niet willen. Of wanneer wij het wenschen en willen is het uit domheid, want het nkt-goede schaadt ons in onze sterkste en duurzaamste neiging. Z"iide is kwaad-doen, zondigen is dus het KUMSIHAHOfL JACK KIEKEHK v/h Chef Goupil & Co. 23 & 25a Lange Hauts.tr. 's-Gravenhaga MEESTERWERKEM VAN DE /7e EELWSCHE, HAAGSCHE EN FRAHSCHE SCHOOL den rug hebben. Er moet ook meer Diepenbrock komen op de programma's onzer volksconcerten. De betrekkelijk weinige ondervinding op dit punt pleit daar zeker niet tegen. Een schoonc, veelzijdige plicht valt hier te vervullen jegens de nagedachtenis van een der allervoornaamste onder de groote Nederlandsche kunstenaars van alle tijden. H. J. DEN HERTOG Diepenbrock in 18 '8 AFSCHEID AAN TELLEGEN Luidt nu mijn klokken met doffen klank, er is 'n hart, 'n mannen hart gebroken; twee diepe zachte oogen zijn voor altijd geloken; er ging 'n ziel in 't eeuwig zijn weer op. Niet om zijn schoonheid en niet om zijn macht, doch om zijn hartsteederte treuren wij, klagen wij, velen zijn grooter naar lichaam en kracht, niemand kwam hem in hartsliefde nabij. 'n Teedere boom die zijn takken uitspreidde, die met zijn geblaarte al schutsel gaf, die veel zonne doorliet de groeiregens leidde en 't nieuw blad liet botten eer 't oude stierf af. En sappen en krachten zoog hij niet voor, zich zelve, hij zoog ze maar op en gaf naastig weer, in 't einde stond hij in blaren bedelven, en gaf meer dan hij kreeg, en neeg, en ging neer. Nu is hij gevallen die teedere boom en treuren wij allen, zijn kinders, met eene, geen weifelend hart, geen teedere schroom onthoudt hem nu lof bij 't vele bewenen. Hij was als de pronk van de lentegracht, zacht bloeiend en glanzend en toch krachtig-tecder: hij nijgde, hij steeg, strooide bloeisels af. en blonk dan weer o;i en herglansdc weder. Nu treuren die prachten in stillen rouw, en de pronkende huizen zijn stil omhangen, de v'aggen zonken: de harten prangen. van torens jammert /nchtk' ns het klokkengestouw. Rust zacht in uw nacht onze beste vader. Rust zacht in uw rust < u nu ui minimi i iiiiimiiiiiii UTENÏUIIi: 4 FOLMEI (Oen Haag ?:? Huijgenspark II SPECIALITEIT: Verhuizingen onder Garantie Bergplaatsen voor l n bood Is handelen teegen onze sterkste en duurzaamste neiging. Het berouw" is het met smart en spijt beseffen, dat een gebeurde handeling teegen het "joede inging, en dus kwaad en zondig was. Boete" is het willen goedmaken, door een smartelijke handeling, hetgeen in een ver keerde richting gedaan is. Nu is smartelijk" iets wat pijn doet, en pijn en smart gaat tcegcn ons weezen in, zijn dus kwaad, niet goed. Dat boete" smartelijk moet zijn, dus ook iu teegenspraak met wat men goed" noemt, dat kan men verklaren door te bedenken, dat er geringe smarten kunnen zijn, die heevige smarten voorkoomen. Tot zoover is deeze geheele S (>5 duidelijk, begrijpelijk en onweederspreekelijk. Maar bij signifisch onderzoek blijkt, dat deeze geheele § 65 alleen gelden kan in Tl. En wel om deeze reeden, dat in Tl goed" en kwaad" alleen wordt begreepen als datgeene wat ingaat teei'eil hel individu, teegen de handhaving, niachts-uiibividing en altijd-duur van de snort, In Tl is alles goed wal het leevvn, de HET STRAATJE VAN VERMEER Op verzoek van eenige lezers geven wij hierboven een reproductie van het schilderij van Jan Vermeer die gij hebt verdiend: gij hebt moedig uw kruis en uw leed gedragen, gij hebt kloek gistreden, manmoedig gediend! Onze laatste groet, onze laatste bede was lieflijk met u toen ge henen gingt : en de schrikkende stad van rou.ve omgleden -luistert stilt, en ziet op hoe uw roem haar ornzwingt. Luidt nu mijn klokken met doffen klank er is een hart. een mannen hart gebroken, twee diepe zachte oogen zijn. voor altijd geloken, er ging een ziel in 't eeuwig zijn weer op. TRIPLE SEC. COMBIER" Importépar SCHMITZ & Co.,Utrecht iiiiiiiMiiiimiiiiiin A 'dam 17 4 '21 S. B O N N J. S. MEUWSEN,Hofl., A'DAM-R'UAM-DEN HAAG DE BESTE HOEDEN IN HOLLAND LAMENTO DO OASIS (JammerWacht van de oase) door Li \ m; FONSIÏCA Waarom hebt (iij van mij een oase gemaakt O! Allah, zoo machtig? Waarom hebt Gij van mij een oase ge maakt in het midden van de gloeiende zandzee? Verloren in de woestijn verleiden en ver lokken mijn groene palmen en mijn frissche wateren den reiziger. Verschroeid en uitgeput door den langen weg onder de zon legt hij zich neer in mijn schaduw, drinkt mijn water, sluit zijn oogen met wellust en zucht: Hoe goed zou liet zijn hier altijd te leven...." Waarom hebt Gij van mij een oase ge maakt, O! Schepper? Den volgenden ochtend wanneer de zon hem de oogleden schrijnt, wanneer het ge rucht van het leven hem wekt, ttaat hij op, maakt voorraad van koelte en vertrekt, duikt opnieuw onder in de grijze woestijn, gaat op zoek van zijn dorp, van zijn tent, van zijn vrienden.. . . Waarom hebt Gij van mij een oase ge maakt in het midden van de gloeiende zandzee ? Indien somtijds de zon van het dorp te fel schijnt, wannetr de vrienden hem ver velen, dan herinnert hij zich het kleine hoekje vol vrede en koelte, dat daar in de verte, in de heete woestijn met de armen van zijn palmen in de lucht naar hem wuift en dat met de snikken van zijn fontijnen de onmetelijke smart uitweent van als oases geboren te zijn en niet als dorp. Waarom hebt Gij van mij een oase ge maakt, O! Almachtige? Zal er iemand komen, die zijn tent opslaan die in mijn aarde zaait, die mijn vruchtte, plukt, die mij bemint en die geniet van mijn wilde, maar goede en vruchtbare natuur? Of zal de simoen mij tot den grond afrooien, mijn wateren verdroogen, mijn palmen dooden en mij gelijk maken aan de woestijn, die mij omringt? Waarom hebt Gij van mij een oase ge maakt in het midden van de gloeiende zandzee? Ik zou wiüen dat men mij beminde en mij verlangde, mij liefkoosde en mij nam! O! weldoener, waarom hebt gij mij ver vloekt? (Vertaald uit het Portugeesch van Lia de I'onseca, een Braziliaansche dichteres. Alle rechten voorbehouden). WHITE" V r ach taatomobielen hebben DE wereld-reputatie. Vraagt ons om adressen van White"bezitters. De verstrekte inlichtingen geven U direct aanleiding een White" aan te schaffen. Kostenberekening wordt gaarne vrij blijvend verstrekt. FirmaGebr.NEFKENS, Amsterdam JAC. OBRECHISIRAAT 26 Tel Z. 3507. macht en de duur vnn het schepsel bevordert. In Tl is het schepsel egoist, imperialist, machtdorstig en onverbiddelijk wreed voor al wat niet tot de soort behoort, soms ook wreed voor de individuen van de eigen soort, als de geheele soirt het vereischt. Dus het schepsel, in Tl, kent alleen als zonde wat de soort benadeelt, en alleen als diugd wat de srort machtiger en duurzamer maakt. Maar mei de verschijning van den mensen op aarde, begint langsaam aan duidelijk te' wórden, de werking van een andere tendens, die de schepselen tot elkaar brengt, in plaats van ze van elkaar af te stooten. En met de komst van J ,zus op aarde wordt deeze diepe tendens pio'tseling als een sterke en heilige werkelijkheid geoopenbaard. En nu is al wat deugd was in de andere schepselen, de zelfhandhaving en de onder werping van andere schepsels, niet meer deugd, maar zonde. Zelfzucht, haat, heerschzucht, wreedheid, wraakzucht zijn niet meer goede dingen, zooals /e waren in Tl innar ondeugden, en hen te bedrijven, is zondig. hen geweldige, diep-gaaiule wijziging dus. Symbolisch uit te drukken door de wijziging in de loopbaan van een planeet, die steeds getrokken wordt door de zwaartekracht van haar zon, de Liefdes-graviteit. En nu spreekt de mensen van zonde, en wel van zonde teegen God, waar hij in de natuurlijke waereld (Tl) van deugd zou sprceken. En al deeze uitingen van schuld-gevoel, van verlangen naar boete, van berouw, van zelf-verneedering, van diepe smart om de eigen onwaarde, van spijt om het beleedigen van de Godheid en van uitbundig looven en danken en God prijzen om zijn oovergroote Liefde dat alles zijn woorden, be grippen en gevoelens, die den natuurlijken mensen (Tl) dwaas, onbegrijpelijk en on billijk voorkoomen, maar die voor den christelijken mensch (van T2) machtelooze en veel te zwakke uitdrukkingen zijn voor de schit terende waarheeden, die hij in zich voelt opkoomen. : R i; n i; R i K VAN E E D E N

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl